[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Afschrift van het antwoord op de brief van dr. ir. J. Brouwer te Bennekom over vreemdelingen aan wie artikel 1F Vluchtelingenverdrag is tegengeworpen d.d. 10 januari 2008

Bijlage

Nummer: 2008D01518, datum: 2008-08-28, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Bijlage bij: Afschrift van het antwoord op de brief van dr. ir. J. Brouwer te Bennekom over vreemdelingen aan wie artikel 1F Vluchtelingenverdrag is tegengeworpen d.d. 10 januari 2008 (2008D01517)

Preview document (🔗 origineel)


	Postadres: Postbus 20301,  2500 EH  Den Haag

Dr.ir. J. Brouwer

Wildekamp 32

6721 JD Bennekom	Bezoekadres 

Schedeldoekshaven 100 

2511 EX  Den Haag 

Telefoon (070) 3 70 39 11 

Fax (070) 3 70 79 31

www.justitie.nl

Onderdeel	Directie Vreemdelingenbeleid

	Datum	30 juli 2008

	Ons kenmerk	5557280/08

	Onderwerp	Uw brief d.d. 28 januari 2008

























	

Geachte heer Brouwer,

In januari 2008 is uw brief ontvangen over het beleid ten aanzien van
mogelijk verantwoordelijken voor oorlogsmisdaden (artikel 1F
Vluchtelingenverdrag). In verband met beleidsvorming ontvangt u nu pas,
mede namens de Staatssecretaris van Justitie, onze reactie, waarvoor
mijn excuus. 

In uw brief heeft u aandacht gevraagd voor de vaststelling van de
ernstige redenen te veronderstellen dat een vreemdeling zich schuldig
heeft gemaakt aan gedragingen als genoemd in artikel 1F
Vluchtelingenverdrag. U heeft uw bezorgdheid geuit over de manier waarop
in sommige gevallen deze verdenking is vastgesteld en heeft daarbij
verwezen naar de gang van zaken rond de tegenwerping van artikel 1F
Vluchtelingenverdrag met betrekking tot twee vreemdelingen.

Omdat ik niet beschik over de persoonsgegevens van deze personen, kan ik
niet ingaan op de individuele procedures. Wel kan ik in algemene zin
ingaan op het beleid betreffende artikel 1F Vluchtelingenverdrag.

Op 9 juni 2008 heb ik tezamen met de Staatssecretaris van Justitie en
mede namens de Minister van Buitenlandse Zaken een brief naar de Tweede
Kamer gezonden betreffende de toepassing van artikel 1F
Vluchtelingenverdrag in het vreemdelingenbeleid (brief van 9 juni 2008,
Tweede Kamer, vergaderjaar 2007-2008, 31 200 VI, nr. 160). Deze brief
-met bijlage - treft u bijgaand aan. 

Binnen het asielbeleid vormt artikel 1F Vluchtelingenverdrag een
belangrijke bepaling. Artikel 1F Vluchtelingenverdrag bepaalt dat
personen die zich schuldig maken aan de in dat artikel genoemde ernstige
gedragingen, niet in aanmerking komen voor bescherming. Het is in het
belang van de Nederlandse samenleving en de internationale rechtsorde
dat aan hen geen verblijfsvergunning wordt verleend.

Bij de toetsing van asielaanvragen houdt Nederland zich aan
internationale verdragen zoals het Vluchtelingenverdrag en het Europees
Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele
vrijheden. Dit is niet anders in het geval van zaken waarin artikel 1F
Vluchtelingenverdrag aan de orde is. Dat neemt niet weg dat er wel eens
fouten worden gemaakt of dat termijnen worden overschreden. In dat geval
staan de juridische wegen open zoals bezwaar of beroep en zal in het
uiterste geval de rechter hierover uitspraak doen. De gehele
asielprocedure is omkleed met voldoende waarborgen, inclusief genoemde
rechterlijke toetsing, opdat een verantwoorde beslissing in individuele
gevallen tot stand komt. 

In bovengenoemde brief zijn de cijfers en de toepassing van artikel 1F
Vluchtelingenverdrag onderzocht en heeft een herbeoordeling
plaatsgevonden van het geldende beleid. Op grond hiervan zijn wij tot de
conclusie gekomen dat de toepassing van artikel 1F Vluchtelingenverdrag
met de vereiste zorgvuldigheid is gebeurd. Om deze reden hebben wij dan
ook geen aanleiding gezien om op dit punt het beleid aan te passen. 

Ik waardeer het zeer dat u de moeite heeft genomen een reactie over dit
onderwerp naar ons te sturen.

Ik vertrouw erop dat ik u hiermee afdoende heb geïnformeerd.

Hoogachtend,

de Minister van Justitie,

08/5557280/30 juli 2008

  PAGE  2 /  NUMPAGES  2 



Ministerie van Justitie



Directoraat-Generaal Wetgeving, Internationale Aangelegenheden en
Vreemdelingenzaken



 Directie Vreemdelingenbeleid





Bij beantwoording de datum en ons kenmerk vermelden. Wilt u slechts
één zaak in uw brief behandelen.

