[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Afschrift van brief aan de Eerste Kamer i.v.m. uitstel beantwoording van 200 vragen over de besluitvorming van het Nederlandse kabinet inzake de inval in Irak

Bijlage

Nummer: 2008D02187, datum: 2008-09-03, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Bijlage bij: Uitstel beantwoording van 200 vragen over de besluitvorming van het Nederlandse kabinet inzake de inval in Irak, gesteld door de cie's Buza, Defensie en Ontwikkelingssamenwerking uit de Eerste Kamer (2008D02185)

Preview document (🔗 origineel)




	 	 

	 

Postadres 	 De voorzitter van de Eerste Kamer der



Postbus 20001	 Staten-Generaal

2500 EA  Den Haag

	 Postbus 20017



Bezoekadres	 2500 EA Den Haag

Binnenhof 19, Den Haag

 

Contactpersoon

 

Karel van Oosterom

 

E-mail

 

k.vanoosterom@minaz.nl

 

Telefoon

 

070 356 43 91

	Fax	Datum	Kenmerk	Onderwerp

070 363 32 14	27-06-2008	3066974	Vragen Irak



	

Onder verwijzing naar de brief van de voorzitter van de vaste commissie
voor Buitenlandse Zaken, Defensie en Ontwikkelingssamenwerking van uw
Kamer 

d.d. 7 mei 2008  kan ik u het volgende berichten. In genoemde brief
worden ruim 200 vragen  gesteld  betreffende de besluitvorming van
het Nederlandse kabinet met betrekking tot de in 2003 verleende
politieke steun voor de inval in  Irak.  Tevens werd
in  voornoemde  brief gevraagd om voor 1 juli 2008 een indicatie te
ontvangen van de datum waarop de antwoorden tegemoet zouden kunnen
worden gezien.  

 

Vanzelfsprekend doet de regering haar uiterste best de vragen op een
zo kort mogelijke termijn te beantwoorden, waarbij tegelijkertijd de
grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht zal worden genomen.  

 

Met de beantwoording van de vragen zoals in genoemde brief zijn
gesteld  zal dan ook meerdere maanden gemoeid zijn, waarbij voor de
regering als uiterste datum het begin van het Kerstreces geldt. 

 

 

 

DE MINISTER-PRESIDENT,

Minister van Algemene Zaken,

mr.dr. J.P. Balkenende



	

Pagina

  PAGE  1 /  NUMPAGES  1