Antwoord op vragen van het lid Langkamp over babysterfte als gevolg van tekortschietende zorg
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2008D05525, datum: 2008-09-19, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: A. Klink, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (Ooit CDA kamerlid)
Onderdeel van zaak 2007Z05032:
- Gericht aan: A. Klink, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Gericht aan: A. Rouvoet, minister voor Jeugd en Gezin
- Indiener: M.C. Langkamp, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
Ons kenmerk Inlichtingen bij Doorkiesnummer Den Haag
CZ-K-U-2862063
19 sep. 08
Onderwerp Bijlage(n) Uw brief
Kamervragen
1 2 juli 2008
Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Langkamp
(SP) over babysterfte als gevolg van tekortschietende zorg (2070824260).
De Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,
dr. A. Klink
Antwoorden op kamervragen van REF bmkHetLidDeLeden het Kamerlid
Langkamp REF bmkKamerleden over REF bmkOnderwerp babysterfte als
gevolg van tekortschietende zorg
( REF bmkNummer 2070824260 ).
1
Wat is uw reactie op het bericht dat de zorg aan prematuren beter kan?
1)
1
In het artikel wordt geconstateerd dat Nederland voor wat betreft
perinatale sterftecijfers een middenpositie inneemt ten opzichte van
andere landen. Dit komt overeen met conclusies die ook al uit eerder
Peristat onderzoek naar voren kwamen. Verschillende oorzaken, die
overigens niet alleen met de kwaliteit van de zorgverlening samenhangen,
spelen daarbij een rol.
2
Welke maatregelen bent u van plan te nemen om de zorg aan prematuren te
verbeteren? Wat zijn de richtlijnen op dit gebied?
2
Het is primair de beroepsgroep van de kinderartsen(neonatologen) om op
basis van de huidige kennis over de overleving en de risico’s op
handicaps te bepalen of het wenselijk is de thans geldende richtlijnen
voor behandeling aan te passen. De belangrijkste richtlijn van de
Nederlandse vereniging voor Kindergeneeskunde op dit vlak is getiteld
“Grenzen levensvatbaarheid prematuren (24-26 weken)”. Deze richtlijn
is voor het laatst geactualiseerd in 2007. Door het AMC is een voorstel
voor een richtlijn immaturen ingediend. Het voorstel wordt thans
beoordeeld. Ik ben bereid het voorstel te ondersteunen.
3
Ligt in de tekortschietende zorg aan prematuren een oorzaak voor de
hogere babysterfte in Nederland ten opzichte van andere Europese landen?
Zo ja, welke maatregelen gaat u nemen? Zo neen, waarom niet?
3
Lang niet alle babysterfte hangt samen met premature geboorte. Uit het
interview komt ook naar voren dat de oorzaken voor verschillen in
babysterfte nog voor een groot een deel onbekend zijn. In de brief
“Ketenzorg zwangerschap en geboorte” die ik op 16 juli 2008 naar uw
Kamer heb gezonden, geef ik mijn visie op de aanpak van oorzaken van
babysterfte.
4
Wat is de stand van zaken van de implementatie van de perinatale audit?
4
Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) vervult een
kwartiermakersrol bij de inrichting van de perinatale audit.
Verloskundigen, huisartsen, gynaecologen en kinderartsen voeren straks
samen periodiek regionale audits uit van de sterfgevallen. Ik stel
daarvoor jaarlijks € 900.000 beschikbaar. Ik teken hierbij aan dat de
perinatale audit zich richt op alle oorzaken van vermijdbare
comorbiditeit en sterfte en dus niet alleen op de premature geboorte die
in het interview centraal staat.
Postbus 20350
2500 EJ DEN HAAG
Telefoon (070) 340 79 11
Fax (070) 340 78 34 Bezoekadres:
Parnassusplein 5
2511 VX DEN HAAG Correspondentie uitsluitend richten aan het postadres
met vermelding van de datum en het kenmerk van deze brief Internetadres:
www.minvws.nl
IF DOCPROPERTY "propArchiefkopie" Fout! Onbekende naam voor
documenteigenschap. = "Archiefkopie" AUTOTEXT sysArchiefkopie
AANGETEKEND ""