Antwoord op vragen van het lid Thieme over het vervoer van zieke en zwakke dieren
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2008D08089, datum: 2008-10-02, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: G. Verburg, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (Ooit CDA kamerlid)
Onderdeel van zaak 2007Z05096:
- Gericht aan: G. Verburg, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
- Indiener: M.L. Thieme, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
FORMTEXT Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
FORMTEXT Directie Landbouw
FORMTEXT Bezuidenhoutseweg 73
Postadres: FORMTEXT Postbus 20401
FORMTEXT 2500 EK 's-Gravenhage
Telefoon: FORMTEXT 070 - 3786868
Fax: FORMTEXT 070 - 3786100
FORMTEXT De Voorzitter van de Tweede Kamer
FORMTEXT der Staten-Generaal
FORMTEXT Postbus 20018
FORMTEXT 2500 EA 's-GRAVENHAGE
FORMTEXT
FORMTEXT
FORMTEXT
FORMTEXT
FORMTEXT
FORMTEXT 24 juli 2008 FORMTEXT 2070826230 FORMTEXT DL.
2008/2218 FORMTEXT 2 oktober 2008
FORMTEXT Kamervragen over het vervoer zieke en zwakke dieren
FORMTEXT 3784817 FORMTEXT 1
Geachte Voorzitter,
Hierbij stuur ik u, mede namens de minister van Justitie de antwoorden
toekomen op de vragen die gesteld zijn door het lid Thieme (PvdD) over
het vervoer van zieke en zwakke dieren.
1
Kent u het bericht ‘rechter gaat varkenstransport bekijken’? 1)
Ja.
2
Kunt u uiteenzetten of de VWA voorafgaand aan het transport een
stalkeuring of klepkeuring heeft gedaan? Zo ja, zijn daarbij de papieren
waarheidsgetrouw ingevuld door de desbetreffende VWA-dierenarts? Zo
neen, waarom niet?
Dit specifieke geval betrof een binnenlands transport van dieren naar
een Nederlands slachthuis. Dieren die bestemd zijn voor binnenlands
transport worden niet voorafgaand aan transport door de VWA gekeurd. Op
het slachthuis vindt er een ante mortem keuring plaats waarbij de
VWA-dierenarts ook controleert of het dier vervoerd had mogen worden
volgens de Verordening (EG) nr. 1/2005 inzake de bescherming van dieren
tijdens het vervoer (hierna: transportverordening).
3
Kunt u uiteenzetten hoe in het geval van transporten die niet onder de
transportrichtlijn EU 2005/1 vallen, wordt gecontroleerd of er geen
zieke, zwakke, kreupele of wrakke dieren worden vervoerd en door wie?
Alle transporten van gewervelde dieren waarbij sprake is van een
economische activiteit vallen onder de transportverordening.
De AID en de combiteams van AID en VWA houden vervoerscontroles op de
weg waarbij de aangehouden transporten gecontroleerd worden op het
voldoen aan de eisen van de transportverordening of indien het transport
geen economische activiteit inhoudt, aan artikel 36 van de Gezondheids-
en welzijnswet voor dieren (GWWD). Indien het vermoeden bestaat dat het
dier niet vervoerd had mogen worden, wordt een VWA-dierenarts door de
AID betrokken bij het incident (indien niet reeds aanwezig zoals het
geval is bij de combiteams). Deze dierenarts zal een diergeneeskundige
verklaring opmaken. Indien het dier inderdaad niet vervoerd had mogen
worden, kan er strafrechtelijk worden vervolgd of kunnen
bestuursrechtelijke maatregelen worden genomen.
4
Kunt u uiteenzetten of bij transporten van dieren die niet onder de
Europese richtlijn vallen, een veearts de dieren keurt voorafgaand aan
het transport? Zo ja, op welke wijze? Wordt daar een rapport van
gemaakt? Zo neen, waarom niet, wie bepaalt dan of dieren niet ziek,
zwak, kreupel of wrak zijn en op welke wijze wordt voorkomen dat zieke,
zwakke, kreupele of wrakke dieren voor transport worden aangeboden?
Een VWA-dierenarts keurt alleen dieren die bestemd zijn voor de export.
De (vee)houders, vervoerders en afnemers zijn verantwoordelijk om dieren
op een manier te (laten) vervoeren zodat dit geen letsel en of onnodig
lijden veroorzaakt. Indien bij een transport dat niet onder de
verordening valt, sprake is van het vervoer van zieke of zwakke dieren
treden controleurs van AID en LID op, op basis van het verbod op
dierenmishandeling (artikel 36 GWWD).
5, 6 en 8
Kunt u uiteenzetten op welke wijze de transporteur, veehandelaar,
veehouder en/of veearts eenduidig kan vaststellen of zich tussen de
dieren die voor transport worden aangeboden zieke, zwakke, kreupele of
wrakke dieren bevinden? Welke criteria worden daarvoor gehanteerd? Op
welke wijze zijn deze criteria tot strand gekomen en wie is daarbij
betrokken geweest?
Kunt u uiteenzetten of u de gehanteerde criteria afdoende acht? Zo ja,
waarom en hoe is het mogelijk dat in het beschreven geval in het artikel
deze criteria niet eenduidig zijn geïnterpreteerd? Zo neen, waarom niet
en welke stappen gaat u ondernemen om de criteria te verbeteren?
Deelt u de mening dat het eenduidig kunnen vaststellen of dieren ziek,
zwak, kreupel of wrak zijn van groot belang is om te voorkomen dat deze
dieren illegaal op transport worden gezet? Zo ja, op welke wijze geeft u
hier invulling aan? Zo neen, waarom niet?
Ja, ik acht deze criteria afdoende.
Bijlage I van de transportverordening geeft aan dat dieren die gewond,
zwak of ziek zijn, niet geschikt zijn om vervoerd te worden. Dieren die
kreupel lopen of afwijkend gedrag vertonen, vallen hieronder en zijn
daarmee ongeschikt om vervoerd te worden. In het geval waarin het
vervoer van een licht gewond of ziek dier geen extra lijden veroorzaakt,
kan een dier in staat worden geacht geschikt te zijn voor het vervoer.
De transportverordening schrijft voor dat indien hierover twijfel
bestaat, het advies van een dierenarts moet worden ingewonnen. Het is
aan de dierenarts om vervolgens te besluiten of het een dier betreft dat
zodanig licht gewond of ziek is waardoor het vervoer geen extra lijden
veroorzaakt. De VWA tracht onderlinge interpretatieverschillen tussen de
voor haar werkzame dierenartsen zoveel mogelijk te voorkomen door
casuïstiekbesprekingen te houden en interpretaties te delen.
7
Kunt u uiteenzetten wie van de betrokkenen (veehouder, veehandelaar,
transporteur) verantwoordelijk is voor het op transport zetten van
zieke, zwakke, kreupele of wrakke dieren, op welke wijze die
verantwoordelijkheid wordt bepaald, of deze voldoende eenduidig is en
hoe de strafmaat voor de verschillende betrokkenen wordt vastgesteld?
De transportverordening stelt dat in principe alle betrokkenen in de
keten verantwoordelijk zijn dan wel een zorgplicht hebben, van degene
die het dier aanbiedt tot en met de vervoerder en afnemer. Degene die op
de plaats van vertrek, overlading of bestemming de dieren onder zich
heeft, heeft de plicht ervoor te zorgen dat de verplichtingen van de
transportverordening worden nageleefd (artikel 8 van de
transportverordening). De vervoerder heeft deze verantwoordelijkheid
tijdens het vervoer (artikel 6 van de transportverordening). Voor
verzamelcentra van dieren is de plicht tot naleving van de
transportverordening neergelegd in de transportverordening (artikel 9)
Wie van de betrokkenen in welke mate verantwoordelijk wordt gehouden
voor de overtreding van de bepaling van de transportverordening wordt in
elke zaak afzonderlijk bepaald aan de hand van de omstandigheden van het
desbetreffende geval.
De hoogte van een transactie of eis ter zitting wordt vastgesteld door
de Officier van Justitie aan de hand van een door het College van
procureurs-generaal vastgestelde richtlijn (Richtlijn voor
strafvordering regelgeving ministerie van Landbouw, Natuur en
Voedselkwaliteit). De rechter bepaalt uiteindelijk de strafmaat.
9
Deelt u de mening dat het nog steeds te gemakkelijk is om zieke, zwakke,
kreupele of wrakke dieren voor transport aan te bieden omdat de controle
gering is, de handhaving niet afdoende is en de straffen te laag? Zo ja,
welke maatregelen gaat u nemen en op welke termijn? Zo neen, waarom
niet?
Nee. De dieren die naar het slachthuis worden gebracht worden op het
slachthuis veterinair gekeurd door een VWA-dierenarts. Deze keuring
omvat tevens de naleving van de voorschriften inzake de bescherming van
dieren tijdens het transport.
De VWA schakelt de AID in indien overtredingen worden geconstateerd.
Daarnaast kan de VWA bestuursrechtelijke maatregelen nemen. Al eerder
heb ik u bericht dat het niet zozeer het handhavinginstrumentarium is,
waaraan het schort, maar vooral de manier waarop dit wordt of kan worden
benut (Tweede Kamer 2007-2008, 26991, nr. 205). Er wordt momenteel
gewerkt aan het beter benutten van dit handhavinginstrumentarium door
onder andere het wijzigen en verbeteren van de beleidsregels
dierenwelzijn.
Ook zal het mogelijk worden bestuurlijke boete op te leggen aan
overtreders zodra het wetsvoorstel tot opnemen van bestuurlijke boetes
in de GWWD, dat nu ter advisering ligt bij de Raad van State, in werking
treedt.
DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,
G. Verburg
1) Agrarisch Dagblad, 22 juli 2008
Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad
2 oktober 2008 DL. 2008/2218 PAGE \* MERGEFORMAT 4
Directie Landbouw
uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum
onderwerp doorkiesnummer bijlagen