Antwoord op vragen van de leden Van Bommel, Irrgang, Ferrier en Haverkamp over de humanitaire situatie in Sri Lanka
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2008D08703, datum: 2008-10-06, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: A.G. Koenders, minister voor Ontwikkelingssamenwerking (Ooit PvdA kamerlid)
Onderdeel van zaak 2008Z02780:
- Gericht aan: A.G. Koenders, minister voor Ontwikkelingssamenwerking
- Indiener: H. van Bommel, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: M.C. Haverkamp, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: K.G. Ferrier, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: E. Irrgang, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (š origineel)
Aan de Voorzitter van de TweedeĀ KamerĀ derĀ Staten-Generaal
BinnenhofĀ 4
Den Haag
Directie Aziƫ en Oceaniƫ
Bezuidenhoutseweg 67
Postbus 20061
2500 EB Den Haag
Datum 6 oktober 2008 Behandeld H.K. Mingoen
Kenmerk DAO-617/08 Telefoon 070-3485763
Blad PAGE \* MERGEFORMAT 1 Fax 070-3485323
Bijlage(n) 1 E-mail hk.mingoen@minbuza.nl
Betreft Beantwoording vragen van REF bm_txtLidLeden \* MERGEFORMAT
de leden Van Bommel, Irrgang, Ferrier en Haverkamp over de humanitaire
situatie in REF bm_txtonderwerp \* MERGEFORMAT de humanitaire
situatie in Sri Lanka
Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen
gesteld door de leden Van Bommel, Irrgang, Ferrier en Haverkamp over de
humanitaire situatie in Sri Lanka. Deze vragen werden ingezonden op 19
september 2008 met kenmerk 2080900380.
De minister voor Ontwikkelingssamenwerking
Bert Koenders
Antwoorden van de heer Koenders, minister voor
Ontwikkelingssamenwerking op vragen van de leden Van Bommel en Irrgang
(SP) en Ferrier en Haverkamp (CDA) over de humanitaire situatie in Sri
Lanka.
Vraag 1
Is het waar dat de regering van Sri Lanka de Verenigde Naties (VN) heeft
verzocht zich uit het noorden van Sri Lanka terug te trekken omdat de
veiligheid niet kan worden gegarandeerd?
1)
Antwoord
Ja. De regering van Sri Lanka heeft de Verenigde Naties en
internationale niet-gouvernementele organisaties verzocht het door de
āLiberation Tigers of Tamil Eelamā (LTTE) gecontroleerde gebied te
verlaten, omdat hun veiligheid niet meer kan worden gegarandeerd. Het
Internationale Rode Kruis (ICRC) mag met instemming van de regering van
Sri Lanka in het gebied blijven.
Vraag 2
Is het tevens waar dat niet-gouvernementele organisaties (ngoās) die
hulp bieden aan de lokale bevolking hun werk niet meer kunnen doen?
Antwoord
De niet-gouvernementele organisaties die in het noorden werken
ondervinden ernstige beperkingen in hun bewegingsvrijheid.
Regeringstroepen en de LTTE leggen strenge procedures en controles op.
In de overige gebieden van Sri Lanka kunnen ngoās wel hun werk doen,
zij het dat een aantal van hen met regelmaat aanloopt tegen allerlei
beperkende maatregelen vanwege (1) onduidelijkheden in het resettlement-
en wederopbouwbeleid van de overheid en/of (2) de nog instabiele
veiligheidsituatie in het post-conflict gebied in het oosten. In het
gebied zijn nog steeds gewapende groepen aanwezig van diverse
paramilitaire organisaties. Deze groepen zijn verantwoordelijk voor
gewelddadige incidenten variƫrend van buitengerechtelijke executies tot
afpersing en ontvoeringen. De bewegingsvrijheid van ngoās wordt
daardoor beperkt.
Vraag 3
Doet de regering van Sri Lanka naar uw oordeel voldoende om zowel de VN
als ngoās in staat te stellen hun werk in Sri Lanka uit te voeren?
Kunt u uw antwoord toelichten?
Antwoord
De regering van Sri Lanka maakt het de VN en ngoās al sinds medio
2006, toen de oorlog tegen de LTTE in alle hevigheid oplaaide, lastig om
hun werk naar behoren te verrichten. Visa en verblijfsvergunningen voor
medewerkers worden niet of vertraagd verstrekt. Vergunningen om af te
reizen naar gebieden waar ontheemden verblijven worden niet tijdig of
beperkt afgegeven. Sinds die tijd wordt permanent door donoren, VN, ICRC
en ngoās met de vertegenwoordigers van de regering onderhandeld om de
voorwaarden te verbeteren voor het verstrekken van humanitaire hulp.
In de huidige crisis in het noorden, heeft de regering de plaats
Vavuniya aangewezen als logistiek centrum voor het verstrekken van
hulpgoederen aan de bevolking. De regering maakt daarbij gebruik van
lokale overheidsvertegenwoordigers. De donorgemeenschap maakt zich
zorgen over de zwakke uitvoeringscapaciteit van de lokale
overheidsstructuren en de haalbaarheid van de plannen van de regering
voor een humanitaire corridor.
De VN en de hulporganisatie van de Europese Commissie (ECHO)
onderhandelen met de regering over noodzakelijke voorwaarden om
konvooien met humanitaire hulpgoederen het gebied in te krijgen. Zij
staan erop dat voldaan moet worden aan minimale eisen inzake veiligheid
en haalbaarheid. Zo is het van belang dat internationale waarnemers
mogen meereizen met de hulpkonvooien om te waarborgen dat de goederen
ook daadwerkelijk terecht komen bij de vluchtelingen. De regering lijkt
hieraan medewerking te verlenen. WFP heeft onlangs toestemming gekregen
om het gebied in te gaan met een een door VN-waarnemers begeleide
voedselkonvooi.
Voor de bescherming van de burgers blijft de internationale gemeenschap
druk uitoefenen op de autoriteiten om het internationaal humanitair
recht te respecteren en aanwezigheid van internationale organisaties toe
te laten. Ik heb de Nederlandse Ambassadeur gevraagd op korte termijn
het getroffen gebied te bezoeken en voorts te adviseren.
Vraag 4
Worden door Nederland gefinancierde projecten in Sri Lanka in hun
uitvoering bedreigd door de verslechterde veiligheidssituatie? Kunt u uw
antwoord toelichten?
Antwoord
Het verstrekken van door Nederland gefinancierde humanitaire hulp aan de
inwoners in het door de LTTE gecontroleerde gebied wordt in de
uitvoering bemoeilijkt. De uitvoering van de door Nederland
gefinancierde OS-projecten, die in andere delen van Sri Lanka op
beperkte schaal plaatsvindt en in het kader van de uitfasering wordt
afgerond, ondervindt geen problemen.
Vraag 5
Op welke manier beĆÆnvloedt het besluit van de Nederlandse regering om
de steun aan Sri Lanka te beƫindigen de huidige situatie en met name de
humanitaire situatie in Sri Lanka?
Antwoord
De Nederlandse inzet is sinds medio 2006, door het opnieuw oplaaien van
het conflict en de toenemende verslechtering van de
mensenrechtensituatie, gericht op de verbetering van de mensenrechten en
de humanitaire situatie. Deze inzet wordt - zoals aangegeven in de
beleidsbrief āEen zaak voor iedereenā- onverminderd voortgezet,
ondanks het recente besluit van de Nederlandse regering om de bilaterale
ontwikkelingssamenwerking met Sri Lanka te beƫindigen.
1) āHulporganisaties ontvluchten noorden van Sri Lanka, Trouw, 17
september 2008.
āBan Ki-moon uit zorgen over Sri Lankaā, Reformatorisch Dagblad, 10
september 2008
HYPERLINK
"http://www.refdag.nl/artikel/1360101/Ban+Kimoon+uit+zorgen+over+Sri+Lan
ka.html"
http://www.refdag.nl/artikel/1360101/Ban+Kimoon+uit+zorgen+over+Sri+Lank
a.html