[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Onderzoeksvragen LEI

Bijlage

Nummer: 2008D11503, datum: 2008-10-23, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Bijlage bij: Initiatiefwet verbod pelsdierhouderij: onderzoek door het LEI (2008D11502)

Preview document (🔗 origineel)


ONDERZOEKSVRAGEN LEI

Update de volgende tabellen, waarbij de jaren 2007 en 2008 (indien
beschikbaar) toegevoegd worden op basis van de oorspronkelijke
uitgangspunten: 

Tabel 2.1. Kenmerken van de nertsenhouderij in Nederland. 

Tabel 2.2. Arbeidskrachten op bedrijven met nertsen naar leeftijd oudste
bedrijfshoofd in 2005.

Tabel 2.3. Het aantal bedrijven, het aantal nertsen en een schatting van
aantal nertsen gehuisvest in welzijnsvriendelijke stallen in de periode
2003-2007. 

Tabel 3.1. Investeringen (in miljoen euro) in de nertsenhouderij in de
periode 2003-2007 (exclusief vervangingsinvesteringen).

Hoe hoog zijn de investeringen die ondernemers moeten maken om in de
periode 2008-2014  te kunnen voldoen aan de PPE-verordening, uitgaande
van de omvang van de sector op 17 januari 2008? De berekening vindt
plaats op basis van bestaande uitgangspunten.

Bepaal de hoogte van de restwaarde aan het eind van de overgangstermijn,
rekening houdend met de verschillende onderdelen en levensduren van de
sheds, zoals gedefinieerd in bijlage 1 van het huidige rapport.

Hoeveel draagt de waarde van het nertsenbedrijf bij aan de
pensioenvoorziening van de oudere ondernemer die in de overgangstermijn
de pensioengerechtigde leeftijd behaalt? Deze vraag wordt in een aantal
subvragen uiteen gehaald, zodat een goed beeld kan worden verkregen van
de waarde van nertsenbedrijven. Daarbij wordt aandacht besteed aan het
verschil van overdrachten tussen generaties en overdrachten via de
markt. 

In de marktwaarde van een nertsenbedrijf wordt naast een waarde voor de
activa ook een waarde ingerekend voor het recht van het produceren van
nertsen. Gezien de hoge winsten die in de sector behaald worden, zal dit
recht (een immaterieel actief) een grote marktwaarde vertegenwoordigen.
Ondernemers die in de overgangstermijn van 10 jaar pensioneren verliezen
een deel van de waarde van het bedrijf die voor de pensioenvoorziening
gebruikt zou kunnen worden. Op basis van gegevens uit de landbouwtelling
wordt de gemiddelde omvang van de bedrijven van ondernemers tussen de 55
en 64 jaar bepaald. Samen met gegevens over de waarde van de activa en
de winsten die behaald worden per dier wordt een inschatting van de
waardedaling van zowel de activa als de immateriële activa gemaakt.

Wat is de gemiddelde waarde van de landbouwgrond in de gebieden waar
nertsen worden gehouden en hoeveel grond hebben nertsenhouders gemiddeld
in eigendom?

Hebben er sinds 2003 verkopen van nertsenbedrijven plaatsgevonden? Van
de verkopen wordt door middel van enquêtevragen het volgende
geïnventariseerd:

Was het een verkoop in verband met bedrijfsoverdracht, of een verkoop
aan derde(n)?

Wat was de omvang van de aangekochte teven en in hectares? 

Wat was de transactieprijs die betaald is?

Hoeveel jonge ondernemers hebben sinds 2003 een bedrijf overgenomen?

Wat bedragen de kosten bij geleidelijke afbouw van de sector bij
overgangstermijnen tussen de 10 en 15 jaar? In de kosten worden
opgenomen inkomensschade, vermogensschade (van materiele activa) en
kosten van sloopkosten.

Hoeveel Nederlandse nertsenhouders zijn sinds 2003 in het buitenland een
bedrijf begonnen?

Hoeveel bedragen de sloopkosten van de nertsenbedrijven in 2018?
Uitgangspunt bij de berekeningen zijn de sloopkosten per locatie, zoals
genoemd in het bovenstaande rapport.