Antwoord op vragen van de leden Van Bochhove en Paulus Jansen over het voornemen van Woningstichting Etten – Leur om een personele fusie aan te gaan met zorgorganisatie Surplus
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2008D11973, datum: 2008-10-27, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: C.P. Vogelaar, minister voor Wonen, Wijken en Integratie
Onderdeel van zaak 2008Z03914:
- Gericht aan: C.P. Vogelaar, minister voor Wonen, Wijken en Integratie
- Indiener: P.F.C. (Paulus) Jansen, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: B.J. van Bochove, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van de Kamerleden Van Bochhove (CDA) en Jansen (SP) over het voornemen van Woningstichting Etten – Leur om een personele fusie aan te gaan met zorgorganisatie Surplus (2080901990). de minister voor Wonen, Wijken en Integratie, drs. Ella Vogelaar 1 Bent u op de hoogte van de plannen van Woonstichting Etten-Leur, die met zorgorganisatie Surplus een personele unie wil vormen 1) en herinnert u zich het recente debat over de voorgenomen fusie tussen Woonzorg Nederland, Evean en Philadelphia? 2) Ja. Woonstichting Etten-Leur heeft mij van haar voornemen op de hoogte gesteld en mij laten weten dat zij zeer goede inhoudelijke argumenten voor de intensivering van de samenwerking ziet en ervan overtuigd is dat het langs één lijn organiseren van bestuur en beleid van wonen, voorzieningen, welzijn en zorg grote voordelen heeft voor de bewoners in de wijken. De daadwerkelijke ontschotting van de diverse gebieden levert naar haar mening echte meerwaarde op voor sociale stijging van mensen in buurten en wijken. 2 Heeft de Woonstichting Etten-Leur uw toestemming gevraagd voor het aangaan van een personele unie? Zo ja, heeft u deze toestemming al verleend? Woonstichting Etten-Leur heeft mij niet om toestemming gevraagd voor het aangaan van een personele unie. Het is woningcorporaties toegestaan om een verbinding in de vorm van een personele unie met een zorginstelling aan te gaan. Wanneer de personele unie leidt tot een statutenwijziging, dan moeten de nieuwe statuten aan mij ter goedkeuring worden voorgelegd. Woningstichting Etten-Leur heeft aangegeven later dit jaar een statutenwijziging met betrekking tot de personele unie aan mij te zullen voorleggen. 3 Wat is volgens u in de dagelijkse praktijk het verschil tussen een fusie en een personele unie, als de laatste samenwerkingsconstructie betekent dat alle strategische beslissingen in dezelfde bestuurskamer door dezelfde bestuursleden, gecontroleerd door dezelfde raad van commissarissen, genomen worden? Bij een juridische fusie houden de bestaande rechtspersonen op te bestaan en ontstaat er een nieuwe rechtspersoon. Van een personele unie wordt gesproken wanneer het bestuur en of de raad van toezicht van verschillende rechtspersonen uit dezelfde personen bestaan. Een personele unie kan al dan niet in de statuten van de betrokken rechtspersonen vastgelegd zijn. Bij een juridische fusie ontstaat een nieuwe rechtspersoon waarbij het bestuur en de raad van toezicht gehouden zijn aan de doelstellingen, taken en bevoegdheden zoals vastgelegd in de statuten van die rechtspersoon. Bij een fusie tussen een corporatie en een zorginstelling zou een dergelijke instelling zowel doelstellingen op het terrein van de volkshuisvesting als op het terrein van zorg nastreven. Bij een personele unie tussen een corporatie en een zorginstelling blijft de autonomie van beide rechtspersonen bestaan. De corporatie blijft dan ook uitsluitend werkzaam op het gebied van de volkshuisvesting. Ik kan in zo'n situatie het bestuur en de raad van toezicht van de corporatie volledig blijven aanspreken op haar verantwoordelijkheden op het terrein van de volkshuisvesting. 4 Als dit verschil volgens u gering is, deelt u dan de mening dat de vorming van een personele unie tussen woningcorporaties, dan wel tussen een woningcorporatie en een zorginstelling, getoetst dient te worden aan het Besluit Beheer Sociale Huursector en de fusiecriteria voor woningcorporaties? Zoals aangegeven in het antwoord op vraag 3 is er naar mijn mening een fundamenteel verschil tussen een juridische fusie en een personele unie. Een personele unie kan ik alleen toetsen wanneer deze in de statuten van een corporatie wordt vastgelegd; statutenwijzigingen moeten immers door mij goedgekeurd worden. Een statutenwijziging wordt altijd getoetst aan het Besluit Beheer Sociale huursector. In artikel 12b van het BBSH is vastgelegd dat van corporaties verwacht wordt dat zij een bijdrage leveren aan de huisvesting van mensen die zorg behoeven. Om dat te realiseren kunnen corporaties samenwerkingsverbanden aangaan met zorgaanbieders. Daarbij moeten de activiteiten van de corporatie zich beperken tot de vastgoedvoorzieningen: het is niet toegestaan dat corporaties ook zorgtaken op zich nemen. Omdat er bij een personele unie geen sprake is van een juridische fusie toets ik deze niet aan de fusiecriteria. 5 Vindt u dat een woningcorporatie met 4500 woningen en 70 medewerkers een personele unie moet kunnen aangaan met een zorginstelling met 2500 medewerkers die zich niet alleen richt op verpleging, maar ook op een breed scala aan zorgtaken zoals thuiszorg, welzijn, maatschappelijk werk en kinderdagverblijven? Zo ja, waarom vindt u dit en kunt u aangeven wat voor u de criteria zijn voor het beoordelen van personele unies tussen woningcorporaties en andere maatschappelijke instellingen? Gezien het feit dat de corporatie bij een personele unie volledig zelfstandig blijft en ik de corporatie dus ook volledig op haar verantwoordelijkheden kan aanspreken sta ik in principe positief tegenover een dergelijke vorm van samenwerking. Ik ben een voorstander van intensieve samenwerking van woningcorporaties met zowel aanbieders op het het terrein van zorg als van welzijn. Mochten er evenwel op enigerlei wijze signalen zijn dat de corporatie door deze vorm van samenwerking financiële of andersoortige risico's loopt waardoor zij haar taken op het terrein van de volkshuisvesting niet goed meer zou kunnen vervullen, dan zal ik gebruik maken van het mij ter beschikking staande instrumentarium. Dit kan variëren van het opvragen van informatie bij de corporatie tot het geven van een aanwijzing of het aanstellen van een toezichthouder. Ministerie van VROM 27 oktober 2008 ABC2008103639 Pagina PAGE 3 / NUMPAGES 3 Afschrift aan Directoraat-generaal Wonen, Wijken en Integratie Aandachtsgroepen, Betaalbaarheid, Corporaties Cluster Corporaties www.vrom.nl De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EZ Den Haag Kamervragen Datum Kenmerk Bijlage(n) 27 oktober 2008 ABC2008103639 1 Uw brief Uw kenmerk 8 oktober 2008 2008Z03914/ VROM verandert! Kijk voor meer informatie op HYPERLINK "http://www.vrom.nl" www.vrom.nl