Bijlage 4
Bijlage
Nummer: 2008D16360, datum: 2008-11-18, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Bijlage bij: Geannoteerde agenda JBZ-raad 27-28 nov. 2008 (2008D16355)
Preview document (🔗 origineel)
RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 27 oktober 2008 (06.11) (OR. en) 14795/08 LIMITE PROCIV 150 COCON 30 COSDP 932 DEVGEN 196 ENV 731 FORETS 61 ONU 91 RECH 316 RELEX 809 SAN 238 TELECOM 164 NOTA I/A-PUNT van: het secretariaat-generaal van de Raad aan: het Coreper/de Raad nr. vorig doc.: 13741/1/08 REV 1 PROCIV135 COCON 24 COSDP843 DEVGEN166 ENV630 FORETS 47 ONU 78 RECH 295 RELEX 710 SAN 207 TELECOM 146 Betreft: Conclusies van de Raad over het versterken van de betrekkingen tussen de Europese Unie en de Verenigde Naties met betrekking tot het reactievermogen bij rampen - Aanneming Naar aanleiding van het resultaat van de recente seminars over betere coördinatie en communicatie tussen de EU en de VN met betrekking tot het reactievermogen bij rampen, die met name van 8 tot en met 11 mei 2006 in Oostenrijk en van 2 tot en met 4 september 2008 in Aix-en-Provence, Frankrijk, zijn gehouden, heeft de Groep civiele bescherming een aantal ontwerp-conclusies van de Raad besproken. Op 24 oktober 2008 heeft de groep een consensus bereikt over de ontwerp-conclusies in de bijlage. Gelet op het bovenstaande wordt het Comité van permanente vertegenwoordigers verzocht de Raad in overweging te geven: de conclusies in de bijlage als A-punt op de agenda van een komende zitting aan te nemen; deze conclusies in de Raadsnotulen op te nemen. .BIJLAGE Conclusies van de Raad over het versterken van de betrekkingen tussen de Europese Unie en de Verenigde Naties met betrekking tot het reactievermogen bij rampen De Raad van de Europese Unie 1. Gelet op de beschikking van de Raad van 8 november 2007 tot vaststelling van een communautair mechanisme voor civiele bescherming (herschikking), met name artikel 8, lid 4, onder c), en lid 7, waar is bepaald dat bij een ernstige noodsituatie buiten de Gemeenschap de operationele coördinatie van civiele beschermingsoperaties van de EU volledig wordt geïntegreerd in de algemene coördinatie door het Bureau voor de Coördinatie van Humanitaire Aangelegenheden van de Verenigde Naties (VN-OCHA), indien aanwezig, met inachtneming van de leidinggevende rol van dit Bureau; 2. Gelet op de beschikking van de Raad van 5 maart 2007 tot instelling van een financieringsinstrument voor civiele bescherming, met name artikel 9, waarin is bepaald dat de Commissie erop toeziet dat, voor interventies in derde landen, de door de Gemeenschap gefinancierde acties worden gecoördineerd en samenhang vertonen met die van internationale organisaties en instellingen, met name de organisaties die deel uitmaken van de structuur van de Verenigde Naties; 3. Herinnerend aan de gemeenschappelijke verklaring van de Raad en de vertegenwoordigers van de regeringen der lidstaten, in het kader van de Raad bijeen, het Europees Parlement en de Europese Commissie van 19 december 2007 inzake de Europese consensus betreffende humanitaire hulp, met name de punten 57 tot en met 60, waarin - in punt 58 - de beginselen zijn neergelegd voor het gebruik van de Europese civiele beschermingsmiddelen bij humanitaire operaties: "In een humanitaire crisis moet het gebruik van civielebeschermingsmiddelen op de behoeften worden gebaseerd, de humanitaire hulp aanvullen en hiermee coherent zijn."; 4. Herinnerend aan de briefwisseling van 28 oktober 2004 tussen de Europese Commissie en het VN-OCHA; 5. Herinnerend aan het resultaat van de recente door de Gemeenschap georganiseerde seminars van deskundigen over betere coördinatie en communicatie waaraan deskundigen uit de betreffende VN-agentschappen hebben deelgenomen en die met name van 8 tot en met 11 mei 2006 in Oostenrijk en van 2 tot en met 4 september 2008 in Aix-en-Provence, Frankrijk, zijn gehouden; 6. Overwegende dat met het oog op een verdere verbetering van de coördinatie tussen de VN-agentschappen die verantwoordelijk zijn voor het coördineren van de internationale respons op humanitaire crises in rampgebieden, en het personeel en de middelen die de EU inzet voor noodhulp, moet worden getracht de opleiding en oefeningen voor het noodhulppersoneel van de diverse entiteiten complementair te maken en onderstrepend dat de operationele coördinatie van civiele beschermingsoperaties van de EU volledig wordt geïntegreerd in de algemene coördinatie door de VN, met name door het VN-OCHA, indien aanwezig, met inachtneming van de leidinggevende rol van dit Bureau; 7. Van oordeel zijnde dat opleiding van noodhulpteams een essentiële component is van rampenpreventie en paraatheid op EU-niveau en erop wijzend dat de getroffen landen hun vermogen om rampen te voorkomen en zich op rampen voor te bereiden moeten versterken; 8. Met tevredenheid vaststellend dat recente gezamenlijke EU/VN-evaluatiemissies voor ecologische rampen in het kader van het communautair mechanisme voor civiele bescherming goed zijn verlopen; 9. Juicht de vooruitgang toe die onlangs is gemaakt met het coördineren van het reactievermogen van de EU bij rampen; 10. Is verheugd over de verbetering van de samenwerking tussen de coördinatie- en evaluatieteams van de EU en de VN-OCHA-teams ter plaatse en moedigt de verdere intensivering van deze samenwerking aan; 11. Steunt de ontwikkeling van gezamenlijke initiatieven op het gebied van rampenpreventie, paraatheid en reactie om zo gecoördineerd en doeltreffend mogelijk hulp te kunnen bieden, met volledige eerbiediging van de rol van het getroffen land. De Raad: 12. Is verheugd over de versterkte dialoog van de Commissie met het VN-OCHA over samenwerking op het gebied van humanitaire hulp en civiele bescherming; 13. Verzoekt derhalve de Commissie: haar samenwerking met de Verenigde Naties te intensiveren, met name door: het opzetten van vaste procedures voor het uitwisselen van informatie bij noodsituaties tussen het MIC en het Coördinatiecentrum noodhulp (ERCC) van het VN-OCHA in Genève; het opzetten van een electronische verbinding tussen de MIC-portaalsite en de website van het VN-OCHA (virtueel coördinatiecentrum voor operaties ter plaatse, OSOCC); meer uitwisseling van deskundigen tussen de Europese Unie en de Verenigde Naties; het ontwikkelen, binnen de bestaande programma's, van opleidingsinitiatieven op hoog niveau voor rampenhulpteams van de EU, waaronder coördinatoren inzake reactievermogen en evaluatie bij rampen, en de leden van de UNDAC (VN-evaluatie en -coördinatie bij rampen); het verder doorvoeren van de coördinatie van diverse EU- en VN-opleidingsactiviteiten; na te gaan hoe evaluatie- en coördinatiedeskundigen van de EU in UNDAC-teams kunnen worden ingezet, en vice versa; (g) waar mogelijk, door het EU-MIC doorgezonden bijstandsverzoeken te laten aansluiten op met de VN gecoördineerde evaluaties. initiatieven te nemen om de kennis van elkaars werkmethoden te verbeteren, ook wat het beoordelen van de behoeften betreft; na te gaan hoe het Gemeenschappelijk noodcommunicatie- en informatiesysteem (CECIS) kan worden gekoppeld aan het 14-puntensysteem van DG-ECHO en het financiële controlesysteem van de VN, die reeds gekoppeld zijn; de procedures voor het detacheren van deskundigen van de lidstaten bij het MIC bij rampen, en in de aanloopfase de speciale Commissiedelegaties voor crisisrespons te versterken met uit de lidstaten gedetacheerde deskundigen. De Raad: 14. Verzoekt de Commissie de in punt 13 genoemde maatregelen uiterlijk eind 2009 te beoordelen en hierover verslag uit te brengen, en eventueel met voorstellen te komen. _____________________ PB L 314 van 1.12.2007, blz. 9. PB L 71 van 10.3.2007, blz. 9. PB C 25 van 30.1.2008, blz. 1. 14795/08 dau/TEU/sd PAGE 1 DG H 4 LIMITE NL 14795/08 dau/TEU/sd PAGE 6 BIJLAGE DG H 4 LIMITE NL