[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [šŸ” uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Bijlage 17

Bijlage

Nummer: 2008D16373, datum: 2008-11-18, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Bijlage bij: Geannoteerde agenda JBZ-raad 27-28 nov. 2008 (2008D16355)

Preview document (šŸ”— origineel)




	RAAD VAN

DE EUROPESE UNIE

Brussel, 20 oktober 2008 (27.10)

(OR. en)



	14109/08







JAI 522

COPEN 186

JUSTCIV 219

	

NOTA

van:	het voorzitterschap

aan:	de delegaties

nr. vorig doc.:	12271/08 JAI 408 COPEN 147 JUSTCIV 168 + ADD 1

Betreft:		Ontwerp-resolutie van de Raad en de vertegenwoordigers van de
regeringen der lidstaten, in het kader van de Raad bijeen, over de
oprichting van een netwerk voor samenwerking op wetgevingsgebied tussen
de ministeries van Justitie van de lidstaten van de Europese Unie



De Franse Republiek, het Koninkrijk Spanje, het Koninkrijk Belgiƫ, de
Republiek Polen, de Italiaanse Republiek, Roemeniƫ, de Portugese
Republiek en de Republiek Sloveniƫ hebben de bovengenoemde
ontwerp-resolutie op 14Ā augustusĀ 2008 ingediend.

Na een algemene behandeling op 5 september 2008, tijdens welke de
delegaties over het algemeen, mits enige wijzigingen, hun voldoening
over de ontwerp-resolutie hebben uitgesproken, hebben de vrienden van
het voorzitterschap haar op 7Ā oktoberĀ 2008 een eerste maal grondig
besproken.



In het licht van de tijdens die bespreking geformuleerde opmerkingen
heeft het voorzitterschap de herziene tekst in bijlage dezes opgesteld.
De wijzigingen zijn onderstreept.

________________________

BIJLAGE

Ontwerp-

resolutie van de Raad en de vertegenwoordigers van de regeringen der
lidstaten, in het kader van de Raad bijeen,

over de oprichting van een netwerk voor samenwerking op wetgevingsgebied
tussen de ministeries van Justitie van de lidstaten van de Europese Unie

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE EN DE VERTEGENWOORDIGERS VAN DE REGERINGEN
DER LIDSTATEN, IN HET KADER VAN DE RAAD BIJEEN,

Overwegende hetgeen volgt:

1.	De kennis van de wetgeving van de andere lidstaten, of van bepaalde
derde landen, is een onmisbaar instrument voor de ministeries van
Justitie van de lidstaten van de Europese Unie, met name bij het
opstellen van wetgeving en het omzetten van het communautaire recht
waarvoor zij bevoegd zijn.

2.	Het verkrijgen van informatie kan een onzekere en ingewikkelde (ā€¦)
opdracht blijken.

3.	De ministeries van Justitie beschikken over de meest nauwkeurige
informatie over hun nationale wetgeving en de interpretatie door de
rechter ervan, en over de aan de gang zijnde grote hervormingen.

4.	Om de ministeries van Justitie op een efficiƫnte wijze toegang te
verschaffen tot de nationale wetgevingen van de andere lidstaten dient
een netwerk voor samenwerking op het gebied van wetgeving te worden
ingesteld. 

5.	Voorts heeft de Europese Unie zich ten doel gesteld voor zijn burgers
een ruimte van vrijheid, veiligheid en recht te creƫren. De
totstandbrenging van deze ruimte zal worden vergemakkelijkt door een
betere wederzijdse kennis van de justitiƫle en juridische stelsels van
de lidstaten en van hun wetgeving, en door wederzijdse informatie over
de hervormingsprojecten op wetgevingsgebied.

6.	De totstandbrenging van een netwerk voor samenwerking op
wetgevingsgebied tussen de ministeries van Justitie van de lidstaten van
de Europese Unie zal bijdragen tot deze doelstelling en tot een beter
begrip van de wetgeving van de andere lidstaten, hetgeen op zijn beurt
bevorderlijk zal zijn voor het wederzijds vertrouwen en de toepassing
van het beginsel van wederzijdse erkenning. (ā€¦) Ook zal dit de
ministeries van Justitie in staat stellen over en weer
rechtsvergelijkende studies over actuele vraagstukken op wetgevings- of
juridisch gebied te maken,

HEBBEN DE VOLGENDE RESOLUTIE AANGENOMEN: 

(1)	De lidstaten dienen geleidelijk een netwerk voor samenwerking op
wetgevingsgebied tussen de ministeries van Justitie, hierna "het
netwerk" te noemen, op te zetten. (...) Deelneming aan het netwerk
geschiedt op vrijwillige basis.  

(2)	Het netwerk zal tot taak hebben de toegang te vergemakkelijken tot
de informatie van de lidstaten van de Europese Unie over de geldende
wetgeving, de justitiƫle en juridische stelsels, en de grote
hervormingsprojecten op het gebied van justitie.  Daardoor zal het
mogelijk worden:

a)	(geschrapt)

b)	aan de leden van het netwerk op hun verzoek met betrekking tot
specifieke onderwerpen samenhangende en geactualiseerde informatie over
wetgeving en jurisprudentie te verstrekken;

c)	toegang te bieden tot de resultaten van het rechtsvergelijkend
onderzoek dat door of voor rekening van de ministeries van Justitie van
elke staat wordt uitgevoerd, alsmede hun ervaring op verschillende
rechtsgebieden te delen, met name in het kader van de hervormingen die
de lidstaten doorvoeren of bij de omzetting van communautaire
regelgeving;

d)	kennis te nemen van de grote hervormingsprojecten op justitieel
gebied, met inachtneming van de geheimhouding waaraan de respectieve
instanties van de staten gebonden zijn;

	e)	(geschrapt).

(2 bis)	Het netwerk dient te worden ondersteund door een manager die
verantwoordelijk is voor de administratieve en technische werking van
het netwerk. In afwachting van de aanwijzing van een manager wordt eerst
een lidstaat met de administratieve en technische werking van het
netwerk belast.

(3)	Elke lidstaat wijst een correspondent aan, bij voorkeur bij het
ministerie van Justitie. Elke lidstaat kan evenwel een beperkt aantal
andere correspondenten aanwijzen, als hij dat nodig acht in verband met
het naast elkaar bestaan van verschillende rechtsstelsels, de interne
verdeling van de bevoegdheden, de taken die aan de correspondenten
worden toegekend, of om gerechtelijke organen die vaak geschillen met
grensoverschrijdende aspecten behandelen, rechtstreeks te betrekken bij
de werkzaamheden van de correspondenten.

(3 bis)	Elke lidstaat stelt de netwerkmanager in kennis van:

	a)	de naam, voornaam en functie van de correspondent(en);

	b)	de talenkennis van elke correspondent; en tevens

c)	de communicatiemiddelen waarover elke correspondent beschikt, met de
telefonische en elektronische gegevens, enz.

	Elke lidstaat stelt de netwerkmanager in kennis van elke verandering
met betrekking tot de overeenkomstig dit punt verstrekte gegevens over
zijn correspondent(en).



(4)	Een correspondent richt, bij voorkeur langs elektronische weg, een
verzoek aan de bevoegde andere correspondent(en), die er zorg voor
draagt/dragen dat daar binnen een redelijke termijn op geantwoord wordt.
In elk geval wordt aan de netwerkmanager een afschrift van het verzoek
gezonden.

Indien de correspondent aan wie een verzoek is gericht, daarop niet kan
antwoorden, stuurt deze het verzoek door naar een correspondent die dit
wel kan doen.

(5)	De correspondenten zorgen ervoor dat de toegezonden verzoeken
voldoende nauwkeurig zijn en geen onredelijke werklast meebrengen voor
de andere correspondenten en/of de diensten van de ministeries van
Justitie die het netwerk vormen.

(6)	Zo nodig worden de antwoorden die door een correspondent worden
verstrekt, toegankelijk gemaakt voor het hele netwerk, onder voorbehoud
van toestemming van de correspondent aan wie het verzoek werd gericht.

(7)	Met het oog op een soepele werking van het netwerk ziet elke
lidstaat erop toe dat zijn correspondent(en) voldoende kennis
heeft/hebben van een andere taal van de Europese Unie dan de nationale
taal, aangezien elke correspondent moet kunnen communiceren met de
correspondenten van andere lidstaten.

(8)	Normaliter wordt Ć©Ć©n keer per jaar een vergadering van de
correspondenten belegd.

(9)	Om de uitwisselingen te vergemakkelijken, maken het netwerk en zijn
correspondenten gebruik van de meest aangewezen mogelijkheden die de
moderne communicatie- en informatietechnologie biedt, met name in het
kader van (ā€¦) e-justitie.

(10)	(hernummerd als 11 ter)

(11)	Het netwerk kan vergaderingen beleggen (...) voor het bestuderen
van aangelegenheden (...) inzake rechtsvergelijking, teneinde het
netwerk te consolideren en de uitwisseling van ideeƫn en ervaringen
tussen de leden te bevorderen.

(11 bis) Teneinde de informatie toegankelijk te maken, maakt het netwerk
zoveel mogelijk gebruik van het internet.

(11 ter) Zo nodig wordt aan het netwerk een passende rechtsvorm gegeven.

(12)	De Europese Commissie kan worden verzocht deel te nemen aan het
netwerk (ā€¦).

(13)	Het netwerk kan ook opengesteld worden voor uitwisselingen met
derde landen, meer bepaald de staten van het Schengengebied en de
kandidaat-lidstaten (ā€¦), zodat de kennis van de wetgevingen en de
rechtsstelsels van deze derde landen onder alle leden van het netwerk
kan worden verspreid.

______________________

	12271/08 JAI 408 COPEN 147 JUSTCIV 168.

	Dit punt is geschrapt aangezien overweging 6 dezelfde informatie bevat.


	FR heeft aangegeven dat het bereid is deze taak op zich te nemen. 

	Het voorzitterschap stelt voor de term "correspondent" te gebruiken in
plaats van "contactpunt".

	Nieuw punt ingevoegd op verzoek van UK. Artikel 2, lid 2, van
Beschikking 2001/470/EG van de Raad van 28 mei 2001 betreffende de
oprichting van een Europees justitieel netwerk in burgerlijke en
handelszaken (PBĀ LĀ 174 van 27.6.2001, blz. 25) heeft als model gediend
voor de formulering.

	Zie de tekst van artikel 2, lid 3, van: Gemeenschappelijk Optreden
98/428/JBZ van de Raad tot oprichting van een Europees justitieel
netwerk (PB L 191 van 7.7.1998, blz. 4).

	Zie artikel 8 van Beschikking 2001/470/EG van de Raad van 28 mei 2001.

	De Commissie benadrukt dat er reeds een behoorlijk aantal netwerken
bestaat en dat zij zich op haar kerntaken moet concentreren, en maakt
derhalve een voorbehoud bij haar deelname aan het netwerk.

14109/08		pau/JEL/rb	  PAGE  1 

	DG H 2B	 ā€ƒNL

14109/08		pau/JEL/rb	  PAGE  7 

BIJLAGE	DG H 2B	 ā€ƒNL