[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [šŸ§‘mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [šŸ” uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Typering, belangrijkste resultaten en vervolgacties per vitale sector

Bijlage

Nummer: 2008D16833, datum: 2008-11-19, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Bijlage bij: Voortgangsbrief Bescherming Vitale Infrastructuur 2008 (2008D16832)

Preview document (šŸ”— origineel)


BIJLAGE (bij voortgangsbrief Bescherming Vitale Infrastructuur 2008)

Typering, belangrijkste resultaten en vervolgacties per vitale sector

1. Energie

Typering: Zekerheid omtrent de voorziening van energie is voor de
maatschappij van groot belang. Binnen de sector energie is gekeken naar
de voorzieningszekerheid van aardgas, elektriciteit en olie. Vrijwel
alle vitale producten en diensten hebben een hoge mate van
afhankelijkheid van ƩƩn of meer van deze energiedragers. De
voorziening via de netwerken en infrastructuur van de sector energie is
niet alleen belangrijk voor de nationale voorziening, maar ook van groot
internationaal belang.

Resultaten:

Het Wetsvoorstel Informatie-uitwisseling ondergrondse netten is
inmiddels van kracht geworden, en zal naar verwachting leiden tot een
daling van het aantal graafincidenten met betrekking tot ondergrondse
leidingen en kabels.

Met partijen uit de sector olie en gas is in combinatie met de chemische
sector verder onderzoek verricht naar de kwetsbaarheid van
buisleidingen. Na afronding van de werkzaamheden zal het NAVI een
rapport opstellen t.b.v. de betrokken ministeries van EZ en VROM.

In mei 2008 is het convenant security sector olie en sector
(petro)chemie ondertekend door de betrokken ministers en organisaties.
De betreffende bedrijven in de sector olie hebben in samenwerking met
het NAVI een begin gemaakt met de daarin afgesproken werkzaamheden om te
komen tot de beoogde resultaten, zoals de Security management Systemen.

De resultaten en ervaringen uit de verschillende oefeningen waaraan
partijen uit de sector energie hebben deelgenomen hebben diverse
vervolgactiviteiten tot gevolg om de bestaande afspraken, procedures en
mogelijke maatregelen verder te verbeteren. Het gaat dan bijvoorbeeld om
de operationele oefeningen van het Alerteringsysteem
Terrorismebestrijding (het ATb van de NCTb), en de Emergency Response
Exercise 4 van het Internationale Energie Agentschap.

De Tweede Kamer is op de hoogte gebracht van de stand van zaken m.b.t.
de werkzaamheden in het kader van de strategie Nationale Veiligheid
t.a.v. de energievoorzieningszekerheid.

Vervolgacties:

Op basis van de verkregen inzichten uit de risicoanalyse security
buisleidingen zal beoordeeld kunnen worden welke risico’s er m.b.t. de
buisleidingen in de deelnemende sectoren aanwezig zijn. Deze resultaten
zullen onder andere worden ingebracht in het kader van de op te stellen
Security management Systemen bij de betrokken bedrijven. Waar nodig en
zinvol zullen uiteraard aanvullende maatregelen worden genomen.

In het kader van de strategie Nationale Veiligheid wordt in de werkgroep
energievoorzieningszekerheid o.a. gewerkt aan de thematische verdieping
van de energiescenario’s m.b.t. elektriciteitsuitval, gasuitval en
olieaanvoerverstoringen.

In EU kader wordt momenteel gewerkt aan voorstellen om te komen tot een
nieuwe oliecrisis Richtlijn waarin verbeteringen zullen worden
aangebracht t.a.v. de strategische olievoorraden, de aansluiting en
afstemming met de IEA-systematiek, de  controle en de beschikbaarheid
van data.

2. Telecom/ICT

Typering: De Telecommunicatie- en ICT-sector ontwikkelt zich in een
sneltreinvaart en groeit (op delen) samen met de audiovisuele sector.
Deze convergentie van sectoren vindt plaats op verschillende niveaus
zoals infrastructuur, apparatuur en inhoud. Hierdoor treden ook
veranderingen op in productie, distributie en gebruik op zowel nationaal
als internationaal niveau. De betrouwbaarheid, beschikbaarheid en een
veilig gebruik komen steeds meer onder druk te staan doordat criminele
activiteiten zich verplaatsen naar deze netwerken. Voorbeelden hiervan
zijn het infiltreren in netwerken, phishingsites en misbruiken van
digitale identiteiten. Dit treft niet alleen burgers maar vooral vitale
bedrijven en sectoren die gebruik maken van ICT-netwerken.

Resultaten:

De deelnemers van het Nationaal ContinuĆÆteitsoverleg Telecomsector
(NCOT) hebben in 2008 deelgenomen aan verschillende workshops
Intersectorale analyses voor de scenario’s grieppandemie en
overstroming. In deze workshops is door de deelnemende partijen
inzichtelijk gemaakt wat de gevolgen zijn van deze scenario’s voor het
functioneren van vitale producten en diensten. De onderlinge relaties en
afhankelijkheid zijn in kaart gebracht en het sociale netwerk is
uitgebreid c.q. verstevigd.

In EU-verband Vitale Infrastructuur is door zowel publieke als private
partijen deelgenomen aan diverse workshops (o.a. EPCIP).

Binnen het NICC is vooral gewerkt aan het verder uitbouwen van het
Informatie Knooppunt Cybercrime (IKC). Nieuwe sectoren hebben zich
aangesloten zoals de multinationals en Schiphol. 

In het kader van SCADA heeft het NICC haar eerste Proces Control
Security Event georganiseerd in aanwezigheid van verschillende sectoren
uit het bedrijfsleven en de overheid. Partijen hebben via deze
bijeenkomst kennis uitgewisseld over de risico’s en kwetsbaarheid van
besturingssystemen alsmede de mogelijke preventiemaatregelen.

Vervolgacties:

Vanuit het NCOT wordt een onderzoek gestart hoe een risicoanalyse van de
hele Telecom/ICT-sector het beste kan plaatsvinden.

De toenemende convergentie van de sector Telecom/ICT en audiovisueel en
de gevolgen hiervan voor de vitale sectoren als gebruiker wordt opnieuw
in kaart gebracht. Indien nodig zal hier een nadere risicoanalyse
plaatsvinden.

Binnen het programma Nationale Veiligheid is een project ICT-verstoring
gestart. Binnen dit project werken publieke en private partijen van
diverse vitale sectoren samen aan de uitwerking van enkele
ICT-dreigingscenario’s, waarna vervolgens wordt bezien of en zo ja hoe
hiertegen opgetreden kan worden.

In het najaar van 2008 vindt een onderzoek plaats naar de toekomstige en
structurele borging van het IKC.  

Bezien wordt in hoeverre – via het NCOT – aansluiting kan worden
gevonden door de Telecomsector op het IKC.

In november 2008 vindt het 2e Proces Control Security Event plaats. Hier
zullen de eerste resultaten van de opgerichte werkgroepen worden
besproken. Verder zal de dialoog verder geĆÆntensiveerd worden.

3. Drinkwater

Typering: Drinkwater is voor de mens een primaire levensbehoefte.
Drinkwater wordt naast consumptie voor de mens tevens gebruikt voor
andere huishoudelijke doeleinden, proceswater, bluswater en
consumptiewater voor dieren. De continuĆÆteit en kwaliteit van de
levering van drinkwater zijn sinds jaren goed geregeld. De
Leveringsplannen van de waterbedrijven zijn hiervoor het beleidskader.
Daarnaast is binnen de sector een basisniveau van beveiliging
afgesproken, het zogenoemde GoedHuisVaderschap. De Leveringsplannen en
het afgesproken niveau van beveiliging dekken de vitale belangen van de
drinkwatervoorziening voldoende af.

Resultaten:

De drinkwatersector heeft deelgenomen aan, door de NCTb, georganiseerde
oefeningen in het kader van het Alerteringssysteem Terrorismebestrijding
(ATb) en zal dat in de toekomst ook blijven doen Daarnaast is in het
afgelopen jaar wederom zowel praktijkgericht als bestuurlijk geoefend.
Zo zijn er oefeningen gehouden en heeft overleg plaatsgevonden met
gemeenten, politie, Veiligheidsregio’s, waterbeheerders en provincies.

Verder is het ontwerp Drinkwaterwet door de Tweede Kamer worden
aangenomen. In het hoofdstuk Leveringszekerheid zijn de kaders gegeven
voor leveringszekerheid en continuĆÆteit. Het Drinkwaterbesluit, dat
deze kaders nader concretiseert, zal begin 2009 gereed zijn.

Vervolgacties:

Vanaf medio 2003 heeft de sector fors geĆÆnvesteerd om het
basisbeveiligingsniveau dat de sector heeft afgesproken, te
implementeren. De sector voorziet daarmee in een totale
beveiligingsaanpak waarbij een samenhangend pakket van technische,
personele, organisatorische en ICT-maatregelen is geĆÆmplementeerd.
Hierbij is een reƫel, proportioneel en haalbaar niveau bewerkstelligd. 


Het Drinkwaterbesluit wordt momenteel geschreven. Binnen dit traject
wordt gekeken naar de wijze waarop het GoedHuisVaderschap door middel
van zogenaamde referentiedreigingen wettelijk kan worden verankerd.
Verder zullen eisen worden gesteld aan onder meer de oefenfrequentie, de
nooddrinkwatervoorziening en de noodwatermaatregelen.

Op grond van de rol van het Ministerie van VROM in de responsfase is
besloten een zogenaamde Eenheid Planning en Advies drinkwater (EPAd) op
te richten. Het responsplan voor deze EPAd is gereed en het
implementatietraject is gestart.

Verder zijn de drinkwaterbedrijven momenteel bezig met de noodzakelijke
voorbereidingen voor aansluiting op het crisiscommunicatiesysteem
(C2000) van de overheid. Bovendien hebben de drinkwaterbedrijven zich
aangesloten bij het Informatieknooppunt Cybercrime en vormen daarbinnen
een afzonderlijk informatieknooppunt, het zogenaamde Water-ISAC. 

In de nieuwe drinkwaterregelgeving zal het afgesproken niveau van
beveiliging en crisisbeheersing juridisch worden vastgelegd. De
bedrijven dienen hieraan invulling te geven via het Leveringsplan;

Drinkwaterbedrijven - als zijnde crisispartner van de
Veiligheidsregio’s - starten momenteel de samenwerking met de
Veiligheidsregio’s op. Het betreft hier samenwerkingsafspraken over de
preparatie en respons op drinkwater gerelateerde incidenten. De
drinkwatersector stemt de wijze van opschaling af op het ATb.

4. Voedsel

Ā 

Typering: De voedselvoorziening en meer specifiek de beschikbaarheid van
ƩƩn of meer basisvoedingsmiddelen en de voorziening van ƩƩn of meer
essentiƫle voedingsstoffen in Nederland, dient veilig gesteld te zijn.
Elementen die bijdragen aan het zeker stellen van de voedselvoorziening,
zoals voedselproductie - en distributie zijn dermate geografisch
gespreid dat hieraan voor een belangrijk deel al wordt voldaan. In geen
van de branches zal door het uitvallen van de grootste productielocatie
de voedselvoorziening in gevaar komen en veel voedingsmiddelen kunnen in
geval van nood vervangen worden door andere. Een speciaal punt van
aandacht hierbij is de samenhang tussen voedselvoorziening en
voedselveiligheid. De kwetsbaarheid van de voedselsector ligt vooral in
onveilig voedsel dat door veel mensen wordt gebruikt waardoor
maatschappelijke ontwrichting kan ontstaan. Verder is de
voedselvoorziening voor de continuĆÆteit van andere vitale producten en
diensten van groot belang.

Ā 

Resultaten:

Er heeft een oefening plaatsgevonden waarbij diverse destabiliserende
factoren (samengevoegd in een scenario) doorlopen zijn in relatie tot
voedselzekerheid in Nederland.

Verschillende bedrijven zijn betrokken geweest bij de intersectorale
afhankelijkheden workshops.

Vervolgacties:

Ondanks dat de sector Voedsel naar verwachting minder risico loopt op
het gebied van security, zal het NAVI het komende jaar gesprekken voeren
met de sector om dit verder te verdiepen. 

Komend jaar zalĀ er ook gekeken worden of het mogelijk is om met de
sector een workshop te organiseren rondom enkele specifieke scenario’s
gerelateerd aan voedselzekerheid en daarbij in te zoemen op de rol van
de overheid versus de rol van de sector. 

5. Gezondheid

Typering: De gezondheidszorg is maatschappelijk een cruciaal product.
Drie deelprocessen (spoedeisende medische hulpverlening, essentiƫle
medische producten en sera en vaccins) zijn hierbij van groot belang. De
sector gezondheidszorg kan problemen ondervinden door uitval in andere
sectoren (energie, drinkwater, communicatie, transport) of door bewust
menselijk handelen (terreur) en kent dus een belangrijke mate van
afhankelijkheid van een aantal andere vitale sectoren. Het uitvallen van
de gezondheidszorg heeft niet direct gevolgen op het niveau van
ā€œvitaalā€ voor de overige sectoren. Wel is de dreiging van een
grieppandemie in de Nationale Risicobeoordeling (NRB) als grootste
risico voor de nationale veiligheid naar voren gekomen. Een
grieppandemie kan tot gevolg hebben dat 30 % van de beroepsbevolking
uitvalt en heeft daarmee effect op vitale sectoren. 

Resultaten algemeen:

In de afgelopen periode is een traject ter implementatie van
ziekenhuisrampopvangplannen (Zirop’s) afgerond.

De minister van VWS heeft per 2008 10 miljoen euro structureel
beschikbaar voor het opleiden, trainen en oefenen van de zorgsector. De
wijze van verdeling is dat er per traumaregio jaarlijks een prioritering
wordt afgesproken in het Regionaal Overleg Acute Zorg (ROAZ). In dit
overleg zijn de betrokken partijen vertegenwoordigd. Multidisciplinair
oefenen maakt onderdeel uit van dit traject. In oktober 2008 hebben de
betrokken zorgpartijen een convenant hiertoe ondertekenen. In 2008
stellen de GGD-en en huisartsen een op de eigen sector gericht
rampenopvangplan op. Vanaf 2009 hebben zij dan dezelfde uitgangssituatie
als andere partijen in het ROAZ. Vanaf die periode zullen GGD-en en
huisartsen volwaardig in het ROAZ participeren.

Resultaten grieppandemie:

In het gezamenlijke project Griep en Maatschappij van de ministeries van
VWS en BZK zijn, voor de Nationale risicobeoordeling (NRB), de
maatschappelijke effecten van een grieppandemie in kaart gebracht.

In samenwerking met het Strategisch Overleg Vitale Infrastructuur (SOVI)
zijn de gevolgen van een grieppandemie voor (de continuĆÆteit) van de
vitale infrastructuur geĆÆnventariseerd. 

Voor de brede maatschappelijke voorbereiding op een grieppandemie zijn
dit jaar de volgende documenten uitgebracht:

draaiboek publiekscommunicatie bedoeld voor de overheden;

checklists voor continuĆÆteitsmanagement en specifieke handleidingen
voor centrale en decentrale overheden;

voorlichtingsbrochure voor bedrijven, waarin suggesties zijn opgenomen
over hoe het bedrijfsleven zich op een grieppandemie kan voorbereiden.
Deze brochure is breed verspreid en

een voorlichtingsbrochure voor de bevolking.

	Publieksvoorlichting wordt overigens pas verspreid als er sprake is van
een 	reƫle dreiging. 

Vervolgacties:

Op 10 december 2008 zullen de resultaten van het VWS/BZK project Griep &
Maatschappij tijdens een conferentie worden gepresenteerd.

In 2009 staat een nationale oefening ā€œgrieppandemieā€ gepland. 

6. Financieel

Typering: De vitale infrastructuur van de financiƫle sector bestaat uit
de kerninfrastructuur  van het:

toonbankbetalingsverkeer;

massaal giraal betalingsverkeer;

hoogwaardig betalingsverkeer tussen banken en

effectenverkeer. 

Vanwege de hoge bedragen en de grote hoeveelheden transacties die in de
financiƫle sector plaatsvinden, kunnen de financieel-economische
gevolgen en het maatschappelijke ongemak bij uitval vrij snel hoog
oplopen. Mensen- of dierenlevens zijn niet direct betrokken bij uitval
of verstoring van de financiƫle sector. Keteneffecten treden vooral op
bij grootschalige uitval van de pinfaciliteit in het
toonbankbetalingsverkeer. Bij langer durende uitval van het massaal
giraal betalingsverkeer kunnen ook keteneffecten optreden. Bedrijven
kunnen dan bijvoorbeeld problemen krijgen met hun kredietpositie. Ook
zal een toenemende groep burgers hun saldolimiet bereiken en niet meer
aan hun betalingsverplichtingen kunnen voldoen. Uiteindelijk kan bij
uitval van het betalingsverkeer ook immateriƫle schade optreden in de
vorm van vermindering of verlies van vertrouwen in (onderdelen van) het
financiƫle stelsel. Dit laatste kan bovendien economische gevolgen op
langere termijn hebben.

Resultaten:

In het kader van het Alerteringssysteem Terrorismebestrijding (ATb) zijn
diverse bereikbaarheidstesten uitgevoerd. Tevens heeft er in november
2008 in dit kader een operationele oefening plaatsgevonden waaraan zowel
door de NCTb en het Ministerie van Financiƫn als door diverse
financiƫle instellingen is deelgenomen.

Implementatie van de verbeterpunten die naar voren zijn gekomen uit
eerdere oefeningen. Zoals de aanscherping van procedures waardoor de
bereikbaarheid verder is toegenomen en een grotere betrokkenheid van
communicatieafdelingen bij crisismanagement.

De financiƫle sector heeft actief deelgenomen aan workshops waarin
afhankelijkheden met andere vitale sectoren in kaart zijn gebracht. De
samenwerking tussen de diverse vitale sectoren is hierdoor verbeterd en
de kennis over de afhankelijkheden vergroot.

Vervolgacties:

De Nederlandsche Bank organiseert in de eerste helft van 2009 een
marktbrede oefening voor de sector. Het doel van deze oefening is een
simulatie van een grote, wijdverspreide, operationele crisis in de
Nederlandse financiƫle sector.

De veelheid aan overheidsinitiatieven op diverse niveaus op het gebied
van de bescherming van vitale infrastructuur is voor de financiƫle
sector aanleiding geweest om een platform op te richten om de proactieve
houding van de sector op een gestructureerde en gecoƶrdineerde wijze te
kunnen blijven waarborgen. Dit platform staat onder voorzitterschap van
De Nederlandsche Bank.

7. Keren en beheren oppervlaktewater

Typering: Een belangrijke zorg van de overheid is de bescherming tegen
overstroming en de aanwezigheid van schoon en voldoende water voor alle
gebruikers. Bescherming tegen overstroming wordt gerealiseerd door het
aanleggen en in stand houden van waterkeringen. Er wordt onderscheid
gemaakt in vier categorieƫn: 

primaire keringen: bescherming tegen overstromingen vanuit de Noordzee,
de grote rivieren en het IJsselmeer en Markermeer. Het merendeel van de
primaire keringen (ca 75%) wordt als vitaal aangeduid; 

regionale waterkeringen: bescherming tegen overstromingen vanuit
regionale wateren. Een klein percentage van de regionale keringen (ca
10%) wordt als vitaal aangeduid; 

bemaling: bemalen van het achterland ten behoeve van beschermen tegen
wateroverlast. Slechts een klein aantal (maximaal 10) gemalen moet als
vitaal worden beschouwd; 

waterkwaliteit: voorkomen van grootschalige vervuiling van
oppervlaktewater;  wordt niet als vitaal aangemerkt. 

De keuze of iets als vitaal wordt aangemerkt, wordt gebaseerd op het
criterium dat bij falen een gevolgschade ontstaat groter dan 5 miljard
euro of een groot aantal dodelijke slachtoffers zal vallen. 

Resultaten: 

De Taskforce Management Overstromingen (TMO) heeft in november 2008 een
grote oefening georganiseerd onder de naam ā€˜Waterproef’. 

De primaire waterkeringen zijn toegevoegd aan het Alerteringssysteem
Terrorismebestrijding (ATB). 

In opdracht van het ministerie van V&W heeft het NAVI in 2008 een second
opinion opgeleverd aan het ministerie over het basissecurityplan voor
een waterkering

Vervolgacties: 

Uit de case studies van de landelijke verkenning compartimentering
blijkt dat voor een goed onderbouwd besluit tot wel of niet
compartimenteren een brede afweging van kans- en gevolgbeperkende
maatregelen noodzakelijk is. Voor Centraal Holland zal in het kader van
het project Randstad Urgent een vervolgstudie worden uitgevoerd. Verder
onderzoek zal ook plaatsvinden voor de Tieler- en Culemborgerwaarden,
langs het Amsterdam-Rijnkanaal en het land van Heusden.

De beveiliging van (vitale) objecten zal verder uitgebouwd worden. 

8. Openbare orde en veiligheid (OOV)

Typering: De primaire taak van de OOV-sector (brandweer, politie en
geneeskundige hulpverlening en waar nodig ondersteuning door Defensie)
is het handhaven van de openbare orde, het verlenen van hulp in
noodsituaties en het zorgdragen voor de veiligheid in Nederland.
Grootschalige en langdurige uitval van de sector of delen daarvan kan
leiden tot ontwrichting van de Nederlandse samenleving. Alternatieven
voor deze diensten die langdurig en op grote schaal inzetbaar zijn, zijn
beperkt beschikbaar. Om deze redenen wordt de OOV-sector als vitaal
beschouwd.

Resultaten:

De relatie tussen eigenaren en beheerders van andere vitale
objecten/processen en de OOV diensten zal versterkt worden. Vanuit de
Nationale overheid zijn alle daar voor in aanmerking komende
burgemeesters en veiligheidsregio's (i.o.) geĆÆnformeerd over vitale
objecten die zich binnen hun verzorgingsgebied bevinden. 

In verschillende politie en veiligheidregio’s (i.o.) zijn trajecten
gestart, waarbij vertegenwoordigers van deze OOV-diensten in overleg
treden met eigenaren en beheerders van vitale objecten/processen over
hoe men gezamenlijk potentiƫle crises rond vitale producten en diensten
kan aanpakken.

Er is gestart met het inzichtelijk maken van de continuĆÆteit van de
OOV-sector inclusief Defensie ondersteuning ten tijden van een
grieppandemie.

Vervolgacties:

De Veiligheidsregio's (i.o.) en gemeenten zullen nadere afspraken maken
met de eigenaren/beheerders van vitale objecten die zich binnen hun
verzorgingsgebied bevinden.

De continuĆÆteit van de OOV diensten zal verder bekeken worden, waarbij
ook gekeken wordt of de mogelijke Defensie inzet meegenomen kan worden.
Hierbij wordt met het onderwerp grieppandemie begonnen. 

9. Rechtsorde

Typering: In geval van een calamiteit bestaat de justitiƫle
verantwoordelijkheid daaruit dat de rechtsgang in voldoende mate kan
plaatsvinden en dat ā€˜gesloten’ inrichtingen veilig kunnen blijven
functioneren. In de sector worden drie subsectoren onderscheiden:

Openbaar Ministerie; 

Raad voor de Rechtspraak; 

Dienst Justitiƫle Inrichtingen.

Gebleken is dat deze sectoren weliswaar cruciale belangen en elementen
kennen, maar dat deze bij uitval niet als ā€˜vitaal’ te betitelen
zullen zijn. Verder is gebleken dat de reeds genomen maatregelen van
dien aard zijn dat er sprake is van een voldoende niveau van
ā€˜beveiliging’.

Resultaten:

Er is gestart met de voorbereiding van de totale Justitie organisatie
inclusief de Dienst Justitiƫle Inrichtingen op een mogelijke
grieppandemie.

Vervolgacties:

Er zijn op dit moment geen concrete vervolg acties voorzien.

10. Openbaar bestuur

Typering: Het openbaar bestuur vervult een bijzondere positie in het
project Bescherming Vitale Infrastructuur. Bij grootschalige
calamiteiten als catastrofale terroristische aanslagen, natuur- en
industriƫle rampen heeft de overheid - in casu het openbaar bestuur -
de integrale zorg voor de openbare orde en veiligheid. De effecten van
een verstoring in een willekeurige vitale sector raken daarmee per
definitie aan de verantwoordelijkheid van het openbaar bestuur.

Vitaal Openbaar Bestuur betekent in de kern: 

het beschermen van de continuĆÆteit van besluitvorming tijdens de
respons op en herstel na uitval van vitale infrastructuur en

het beschermen van de communicatiemiddelen voor de noodzakelijke
informatie-uitwisseling tijdens (de dreiging van) ernstige calamiteiten
tussen overheden en voor communicatie naar de bevolking

Resultaten:

In augustus 2008 is besloten om 'Cell broadcasting’ (nieuwe naam:
E-alert) landelijk in te voeren als instrument om burgers te alarmeren
ten tijden van crisis. Hiervoor is een aanbesteding gestart.

Na een inventarisatie inzake de behoefte aan een eventuele opvolger van
het Nationaal Noodnet is besloten een aanbesteding te starten voor de
realisering van de zgn. Noodcommunicatie Voorziening (NCV). Deze
aanbesteding is in juli 2008 gestart.

Er is in 2008 begonnen om de gehele nationale overheid inclusief
uitvoeringsorganisaties op een mogelijke grieppandemie voor te bereiden.
Hierbij wordt m.n. gekeken naar de continuĆÆteit van dienstverlening van
de eigen organisaties.

Vervolgacties:

In 2009 zal een keuze gemaakt worden omtrent de levering van 'Cell
broadcasting/ E-alert'.

Begin 2009 wordt de gunning van de NCV verwacht. Gedurende het jaar
vindt de opbouw van de NCV plaats, opdat eind 2009 overgestapt wordt op
de NCV.

Op basis van de resultaten van de voorbereiding van de nationale
overheid op een grieppandemie zullen mogelijke vervolg acties worden
ondernomen.

In het licht van het vergrote inzicht in dreigingen voor de Nationale
Veiligheid zal de continuĆÆteit van vitale onderdelen van de Nationale
Overheid inclusief Kabinet nader tegen het licht worden gehouden. Bij
deze continuĆÆteitsvraag wordt onder andere de toekomstige rol van de
huidige ondergrondse noodzetels van Regering en ministeries meegenomen.

11. Transport

Typering: Transport is een noodzakelijke voorwaarde voor de economie:
personen reizen van en naar locaties waar economische activiteiten
plaatsvinden. Toelevering van grondstoffen en distributie van producten
vormen de bloedsomloop van de samenleving. Langdurige uitval van
(belangrijke elementen binnen) de transportfunctie zou leiden tot
grootschalige economische verstoring en daarmee tot maatschappelijke
ontwrichting. Bovendien kan uitval van transport van bijvoorbeeld
brandstoffen, voedsel en medicijnen, maar ook van personeel in vitale
functies leiden tot ernstige keteneffecten. Over het algemeen is
transport niet als kwetsbaar te beschouwen: het bestaan van dichte
netwerken en verschillende modaliteiten naast elkaar maakt verstoring
van de functionaliteit als geheel moeilijk voorstelbaar. Bij verstoring
van enkele schakels in de netwerken zal de hinder in eerste instantie
groot zijn; voor specifieke transportstromen voor vitale functies zullen
echter snel alternatieven voor handen zijn. Vier specifieke elementen
uit het transportsysteem vragen bijzondere aandacht in het kader van
Bescherming van Vitale Infrastructuur, nl. de mainport Schiphol, de
mainport Rotterdam, het hoofdwegennet en het hoofdvaarwegennet. Deze
vormen de ruggengraat van het landzijdig transportsysteem. Daarbinnen
zijn specifieke schakels te onderscheiden die aanleiding kunnen vormen
voor verstoring op ā€˜vitale’ schaal. Het spoor wordt gezien zijn
aandeel in de transportfunctie als niet vitaal gezien. Er zijn voldoende
andere transportmodaliteiten om deze transportfunctie te ondervangen.
Wel worden enkele specifieke objecten in het spoorsysteem in de
vitaal-analyse meegenomen, gezien het potentiƫle aantal slachtoffers.

Resultaten: 

Rond de mainport Schiphol zijn in de afgelopen jaren aanvullende
beheermaatregelen genomen op basis van een integraal advies. Tijdens dit
traject zijn bovendien door sommige partijen zelfstandig additionele
beheersmaatregelen getroffen. De definitieve rapportage is eind 2007
afgerond. 

Voor de mainport Rotterdam geldt dat in het afgelopen jaar op basis van
het in 2007 door de minister van V&W goedgekeurde Port Security Plan is
samengewerkt. Bescherming van de vitale infrastructuur in het mainport
gebied is dan ook een regulier onderwerp in het overleg tussen de
verschillen partijen. 

De vitale objecten in het hoofdwegen- en hoofdvaarwegennet zijn
aangesloten op het Alerteringsysteem Terrorismebestrijding (ATb) en
generieke beveiligingsmaatregelen zijn getroffen. Tevens zijn
detailanalyses voor deze objecten gemaakt, die hebben geleid tot diverse
aanbevelingen voor aanvullende maatregelen. 

Voor het spoor is in de periode 2007-2008 het verhogen van de
weerbaarheid een belangrijk item geweest en de spoorsector is in 2005
reeds aangesloten op het ATb.

Vervolgacties: 

Met de betrokken stakeholders bij de mainport Schiphol wordt gemonitord
in hoeverre de aanbevelingen zijn/worden geĆÆmplementeerd door de
hiervoor verantwoordelijke partijen. Ook is een aanvullend project
gestart voor het NS-station en de spoortunnel. Naar verwachting zal dit
project eind 2008 zijn afgerond. 

Besluitvorming over aanvullende specifieke maatregelen voor de vitale
objecten in het hoofdwegen- en hoofdvaarwegennet vindt plaats ultimo
2008 afhankelijk van de urgentie en de beschikbare financiƫle ruimte.

Begin 2009 wordt een kadernota over de aanpak van security spoor aan de
TK aangeboden. Eind 2008 zal in het kader van Vitaal een actualisatie
voor het spoorsysteem worden uitgevoerd.

12. Chemie en nucleaire industrie

Typering: Door doelbewuste verstoring van de productie, opslag en
transport van gevaarlijke stoffen kan de maatschappij ontwricht worden.
Door deze verstoring kunnen bijvoorbeeld gifwolken of radioactieve
besmetting ontstaan waardoor overal in het land vele slachtoffers kunnen
vallen en gebieden tijdelijk onbewoonbaar zijn. De sector chemie bestaat
uit een groot aantal bedrijven die o.a. onder de SEVESO richtlijnen van
de EU vallen. Uitgangspunt om iets als een vitaal object/proces aan te
merken is het feit, dat er mogelijk meer dan 10 doden buiten de poort
kunnen vallen. De sector nucleair bestaat uit zes installaties met de
daarbij behorende transporten die vallen onder de Kernenergiewet en
onder andere het (onlangs gewijzigde) verdrag inzake de fysieke
beveiliging van kernmateriaal en kerninstallaties. 

Resultaten: 

Op 27 mei is met vertegenwoordigers uit de olie- en chemische industrie
een convenant over de beveiliging van deze bedrijven ondertekend met de
ministers van VROM en EZ en de staatssecretaris van BZK. De deelnemende
bedrijven verplichten zich tot de invoering van een ā€œsecurity
managementsysteemā€. 

In het kader van het security convenant over kunstmest voert de Minerale
Meststoffen Federatie een meldingensysteem in zodat in september alle
geregistreerde bedrijven in de database de verplichtingen van het
convenant kunnen uitvoeren. Tevens is in de EU overeenstemming bereikt
om voor particulier gebruik slechts 16% stikstof o.b.v. ammoniumnitraat
toe te staan.

Om de juridische basis voor fysieke beveiliging in de nucleaire sector
te versterken worden de Kernenergiewet en een aantal onderliggende
besluiten aangepast. Het wetsvoorstel ligt ter behandeling bij de TK.

Voor de sector nucleair is een nationale referentiedreiging opgesteld,
in samenwerking met de betrokken overheidspartijnen en de sector zelf.
De referentiedreiging (Design Basis Threat) vormt de basis waarop de
beveiliging kan worden ontworpen en geƫvalueerd. De formele
inwerkingtreding vindt plaats na de bekrachtiging van een nieuwe
ministeriƫle regeling inzake de beveiliging.

De nucleaire sector is aangesloten op het Alerteringsysteem
Terrorismebestrijding en in 2007/2008 is hiermee door de sector en de
betrokken overheden geoefend. 

Vervolgacties: 

De deelnemende partijen aan het convenant over de beveiliging van
bedrijven uit de olie- en chemische industrie stellen een set
scenario’s op. Deze set geeft een aantal mogelijke scenario’s weer
waarlangs moedwillige verstoring bij een bedrijf mogelijk plaatsvindt.
De deelnemende bedrijven dienen in elk geval beveiligingsmaatregelen te
treffen om optreden van deze scenario’s tegen te gaan. 

In samenwerking met het ministerie van Verkeer en Waterstaat voert het
NAVI een vertrouwelijke risicoanalyse uit van de security in de
vervoersketen van gevaarlijke stoffen als input voor het maken van een
dreigingsanalyse door de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst
voor het evaluatieonderzoek van de beveiligingsvoorschriften uit de
internationale vervoerswetgeving.

In opdracht van het ministerie van EZ en het ministerie van VROM voert
het NAVI een vertrouwelijke risicoanalyse uit naar de beveiliging van
buisleidingen in Nederland. 

 TK 2006-2007, 26 643, nr. 83

 TK 2006-2007, 26 643 en 26 956, nr. 89