[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Antwoord op vragen van het lid Bilder over de verondieping van de zandwinplas bij Linderveld

Antwoord schriftelijke vragen

Nummer: 2008D20746, datum: 2008-12-09, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van zaak 2008Z06798:

Preview document (🔗 origineel)


Geachte Voorzitter,

Het lid Bilder (CDA) heeft schriftelijke vragen gesteld over de
verondieping van de zandwinplas bij Linderveld (ingezonden 14 november
2008). Hierbij doe ik u mijn antwoorden, mede namens de Staatssecretaris
van Verkeer en Waterstaat, op de gestelde vragen toekomen.

Vraag 1 

Heeft u kennisgenomen van het in opdracht van de provincie Overijssel
opgestelde rapport over de risicoanalyse herontwikkeling zandwinplassen
Overijssel, naar aanleiding waarvan de gemeente Deventer en de provincie
Overijssel de geplande verondieping van de zandwinplas bij Linderveld
hebben stopgezet? 1 en 2

Antwoord

Ja.

Vraag 2

Is het waar dat de wetenschappelijke onderbouwing van de randvoorwaarden
voor toepassing van licht verontreinigd slib ter verondieping van
zandwinplassen niet beschikbaar is gesteld door het Rijk? Zo ja, waarom
niet? 

Antwoord

Nee. De rapporten die zijn betrokken bij de onderbouwing van de
normstelling voor toepassingen van grond of baggerspecie, zijn via
verschillende kanalen beschikbaar, zoals de website van
SenterNovem/Bodem+,   HYPERLINK "http://www.bodemplus.nl" 
www.bodemplus.nl , en van het Service Centrum Grond (SCG),   HYPERLINK
"http://www.scg.nl"  www.scg.nl . In dat kader verwijs ik u naar onder
meer de volgende rapporten:

Ministerie van VROM (2008), Normstelling en bodemkwaliteitsbeoordeling,
Onderbouwing en beleidsmatige keuzes voor de bodemnormen in het Besluit
bodemkwaliteit;

SenterNovem/Bodem+ en Ministerie van V&W (2007), Ken uw
(water)bodemkwaliteit, de risico’s inzichtelijk; SenterNovem/Bodem+ en
Ministerie van Verkeer en Waterstaat;

RIVM (2006), Kritische emissiewaarden voor bouwstoffen,
Milieuhygiënische onderbouwing en consequenties voor bouwmaterialen;

TNO-NITG (2003), Onderbouwing uitloogbeslissystematiek BRL 9308.

Vraag 3

Wat is uw reactie op de conclusie dat bij toepassing van licht
verontreinigde grond in zandwinplassen risico's voor het grondwater, in
het geval bij Linderveld ook voor drinkwater van vee en mensen, niet
kunnen worden uitgesloten? 

Antwoord

Het uitgangspunt van het Besluit bodemkwaliteit is de balans tussen
enerzijds de bescherming van de gezondheid van de mens en het behoud van
de functionele eigenschappen die de bodem, inclusief het grondwater,
heeft voor mens, dier en plant en anderzijds het geven van ruimte aan
maatschappelijke activiteiten op of in de bodem, zoals het toepassen van
licht verontreinigde grond en baggerspecie als verondiepingsmaatregel.
Op grond van dit uitgangspunt is de normstelling in het Besluit
bodemkwaliteit gebaseerd, waarbij een risicobenadering is toegepast. Ik
zie daarom geen aanleiding te veronderstellen dat er onaanvaardbare
risico’s in de praktijk zullen optreden. 

Vraag 4 

Is de situatie rond Linderveld vergelijkbaar met die van het Mobagat bij
Lunteren en die van de Ingense zandwinput (Ingen-Gelderland)? 

Antwoord 

Neen. De plas Linderveld en het Mobogat zijn afgesloten plassen die niet
met ander oppervlaktewater zijn verbonden. De Ingense zandwinput staat
in verbinding met de rivier en ligt in de uiterwaarden. 

Vraag 5

Deelt u de conclusie dat zolang deze onduidelijkheid voortduurt het niet
verantwoord is om plassen met 

verontreinigde grond te verondiepen? Bent u bereid dit standpunt naar
verantwoordelijke mede-overheden 

te communiceren? Bent u bereid het Besluit bodemkwaliteit naar
aanleiding van dit incident tegen het 

licht te houden en de Kamer hierover op korte termijn te informeren? 

Antwoord

Wat mij betreft is er geen onduidelijkheid en daarom deel ik deze
conclusie niet. Indien wordt voldaan aan de voorwaarden die het Besluit
bodemkwaliteit stelt, is een toepassing zoals waarvan sprake is in de
situatie in Linderveld uit milieuhygiënisch oogpunt verantwoord. Ik zie
op dit moment derhalve geen aanleiding om het verondiepen van plassen op
te schorten of het Besluit bodemkwaliteit tegen het licht te houden. 

Vraag 6 

Hoe taxeert u het handelen van waterschap Salland in deze, dat volgens
bewoners hun zienswijze 

onvoldoende serieus heeft genomen? Deelt u de mening dat het ontbreken
van een vergunningplicht met 

beroep-en bezwaarmogelijkheden overheden niet ontslaat van hun plicht om
uit hoofde van goed 

bestuur omwonenden en hun belangen en zienswijzen serieus te nemen? 

Antwoord

Het zorgvuldigheidsbeginsel is één van de beginselen van behoorlijk
bestuur. Dit houdt in dat een bevoegd bestuursorgaan de nodige kennis
dient te vergaren omtrent de relevante feiten en af te wegen belangen,
zoals de belangen van de omwonenden.

Ik zie op dit moment geen enkele aanleiding te veronderstellen dat het
waterschap Salland onzorgvuldig heeft gehandeld en de belangen en
zienswijzen van omwonenden onvoldoende zou hebben meegewogen bij de
besluitvorming. 

Vraag 7

Wie is er nu uiteindelijk verantwoordelijk voor de zorg van het
grondwater voor de Lindervelder plas? 

Antwoord

Het bevoegd gezag, in dit geval het Waterschap Groot Salland, ziet toe
op de correcte naleving van de voorschriften van het Besluit
bodemkwaliteit. Deze voorschriften zijn mede gebaseerd op de zorg voor
het grondwater.

Vraag 8 

Bent u bereid op korte termijn deze impasse samen met betrokken
overheden op te lossen? 

Antwoord

Ik hecht aan een goede en zorgvuldige uitvoering van het Besluit
bodemkwaliteit. Om die reden worden de decentrale overheden door mij
ondersteund bij de implementatie van het besluit in de praktijk. De
verantwoordelijkheid voor het oplossen van deze impasse ligt bij het
Waterschap Salland. Desgevraagd ben ik bereid in deze specifieke
situatie met het waterschap in overleg te treden.

Hoogachtend,

de Minister van Volkshuisvesting,

Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

 

 

dr. Jacqueline Cramer

 

1. MWH B.V.: "Risicoanalyse herontwikkeling zandwinplassen Overijssel". 

2. http://www.refdag.nl/artikel/1371720/
Deventer+blokkeert+slibstort+Linderveld.

		

Ministerie van VROM 9 december 2008 DGM/DP/2008118631	Pagina   PAGE  3 /
 NUMPAGES  3 

	Afschrift aan

Paraaf





hBB

hBB	Directoraat-Generaal Milieu







Directie Duurzaam Produceren





	Paraaf	Bodem en Water





	dKenK







Rijnstraat 8







Postbus 30945

	Aan de Voorzitter van de 

	2500 GX Den Haag

	Tweede Kamer der Staten-Generaal



	Postbus 20018

	www.vrom.nl

	2500 EA DEN HAAG





































Beantwoording kamervragen verondieping van de zandwinplas Linderveld; 

2080905200

























Datum

Kenmerk







9 december 2008

DGM/DP/2008118631















Uw brief

Uw kenmerk







14 november 2008

2080905200