A4 met Vaart (Quick Scan)
Bijlage
Nummer: 2008D21716, datum: 2008-12-15, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: C.M.P.S. Eurlings, minister van Verkeer en Waterstaat ()
Bijlage bij: A4 Delft - Schiedam (2008D21715)
Preview document (đ origineel)
DOCPROPERTY "Titel1" 'A4 met vaart' DOCPROPERTY "Titel0" DOCPROPERTY "Subtitel" Quick scan haalbaarheid en maakbaarheid DOCPROPERTY "Datum1" 28 november 2008 (HB 587073V9) DOCPROPERTY "Datum0" DOCPROPERTY "Titel" 'A4 met vaart' DOCPROPERTY "Subtitel" Quick scan haalbaarheid en maakbaarheid DOCPROPERTY "Datum" 28 november 2008 DOCVARIABLE "xgegevens" Project A4 Delft - Schiedam HB 587073V9 Samenvatting De Minister van V&W heeft in juni 2008 bij de bespreking van de voortgang van de TN/MER fase 2 van de A4 Delft-Schiedam aan de Tweede Kamer toegezegd dat hij de variant âA4 met vaartâ apart zal bekijken. Rijkswaterstaat heeft vervolgens een quick scan uitgevoerd naar de maakbaarheid en haalbaarheid van deze variant. De resultaten van deze quick scan worden in de voorliggende rapportage gepresenteerd. Rijkswaterstaat heeft voor de quick scan een globaal verkeerskundig en een globaal technisch schetsontwerp gemaakt. Daarbij zijn verschillende opties uitgewerkt. Deze opties zijn onder meer getoetst op de Nieuwe Ontwerprichtlijnen voor Autowegen (NOA), de verkeers- en tunnelveiligheid. Kostendeskundigen en tunnelspecialisten van de Bouwdienst maakten een kosteninschatting. Verder werden intern expertadviezen ingewonnen over milieu, marktbenadering en juridische en procedurele aspecten. Het onderzoek concludeert dat de variant âA4 met vaartâ verkeerskundig en technisch zodanig kan worden ontworpen dat deze maakbaar is. Het ontwerp is vervolgens getoetst op haalbaarheid. De variant âA4 met vaartâ scoort enigszins beter op milieuaspecten dan de IODS varianten. Echter ten opzichte van de uitgangspunten van het IODS convenant biedt de âA4 met vaartâ geringe meerwaarde. Immers, de huidige IODS varianten zullen ter hoogte van Midden - Delfland in principe voldoen aan de eisen uit het convenant. De meerkosten van de variant âA4 met vaartâ bedragen rond de 500 miljoen ⏠extra ten opzichte van de IODS varianten die in de TN/MER studie worden onderzocht. Ook de kosten voor beheer, onderhoud en exploitatie van de âA4 met vaartâ liggen hoger dan die van de IODS varianten. Dit komt door de langere tunnel en een hoger aandeel installatietechniek. Indien de variant â4 met vaartâ wordt meegenomen in de TN/MER fase 2 en vervolgens wordt gekozen door de minister als Standpunt, waarna de OTB fase begint, zal de totale vertraging ten opzichte van de huidige planning 20 maanden zijn. Het Standpunt wordt dan juli 2010 en het TracĂ©besluit in het voorjaar 2012 genomen. Daarmee worden de mijlpalen van Randstad Urgent niet gehaald. Inhoudsopgave . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . TOC \o "1-3" \p " " \h \z \t "OngenummerdeKop;1;OngenummerdeKopBijlage;1;Kopbijlage;1" HYPERLINK \l "_Toc214888823" 1. Inleiding PAGEREF _Toc214888823 \h 5 HYPERLINK \l "_Toc214888824" 1.1 Voorgeschiedenis PAGEREF _Toc214888824 \h 5 HYPERLINK \l "_Toc214888825" 1.2 Doel quick scan PAGEREF _Toc214888825 \h 6 HYPERLINK \l "_Toc214888826" 1.3 Aanpak PAGEREF _Toc214888826 \h 6 HYPERLINK \l "_Toc214888827" 1.4 Leeswijzer PAGEREF _Toc214888827 \h 6 HYPERLINK \l "_Toc214888828" 2. Globaal ontwerp âA4 met vaartâ PAGEREF _Toc214888828 \h 8 HYPERLINK \l "_Toc214888829" 2.1 Inleiding PAGEREF _Toc214888829 \h 8 HYPERLINK \l "_Toc214888830" 2.2 Globaal verkeerskundig ontwerp PAGEREF _Toc214888830 \h 8 HYPERLINK \l "_Toc214888831" 2.3 Globaal technisch ontwerp PAGEREF _Toc214888831 \h 10 HYPERLINK \l "_Toc214888832" 2.4 Conclusie PAGEREF _Toc214888832 \h 11 HYPERLINK \l "_Toc214888833" 3. Meerwaarde PAGEREF _Toc214888833 \h 12 HYPERLINK \l "_Toc214888834" 3.1 Score op milieuaspecten PAGEREF _Toc214888834 \h 12 HYPERLINK \l "_Toc214888835" 3.2 Beoordeling vanuit IODS convenant PAGEREF _Toc214888835 \h 13 HYPERLINK \l "_Toc214888836" 4. Globale kosteninschatting PAGEREF _Toc214888836 \h 14 HYPERLINK \l "_Toc214888837" 4.1 Inleiding PAGEREF _Toc214888837 \h 14 HYPERLINK \l "_Toc214888838" 4.2 Kosteninschatting âA4 met vaartâ PAGEREF _Toc214888838 \h 14 HYPERLINK \l "_Toc214888839" 4.3 Kosten beheer, onderhoud en exploitatie PAGEREF _Toc214888839 \h 15 HYPERLINK \l "_Toc214888840" 5. Planning en risicoâs PAGEREF _Toc214888840 \h 16 HYPERLINK \l "_Toc214888841" 5.1 Huidige planning PAGEREF _Toc214888841 \h 16 HYPERLINK \l "_Toc214888842" 5.2 Planningsconsequenties PAGEREF _Toc214888842 \h 16 HYPERLINK \l "_Toc214888843" 5.3 Technische risicoâs PAGEREF _Toc214888843 \h 18 HYPERLINK \l "_Toc214888844" 6. Conclusies PAGEREF _Toc214888844 \h 19 HYPERLINK \l "_Toc214888845" Bijlage 1. Toelichting op het lengteprofiel PAGEREF _Toc214888845 \h 20 Inleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . In april 2008 verzocht de gemeente Schiedam de minister van Verkeer en Waterstaat om een nieuwe variant mee te nemen in de Trajectnota/ MER. Het gaat om de âA4 met vaartâ, een verkeerstunnel met een vaart erboven. In juni verzocht mevrouw Wiegman-van Meppelen-Scheppink, lid van de Tweede Kamer voor de ChristenUnie, aan de minister of hij deze mogelijkheid betrekt bij het lopende onderzoek. De minister zegde toe de âA4 met vaartâ apart te zullen bekijken. Deze quick scan geeft invulling aan de toezegging van de minister. Voorgeschiedenis In de Trajectnota/ MER A4 Delft â Schiedam onderzoekt Rijkswaterstaat twee alternatieven: de aanleg van de A4 tussen Delft en Schiedam en de verbreding van de A13 gecombineerd met de aanleg van de A13/16. Voor de A4 Delft â Schiedam worden alleen varianten uitgewerkt die zijn afgeleid van het IODS convenant. Dit convenant verbindt de minister van Verkeer en Waterstaat met de regionale, betrokken partijen. Het legt de gewenste inpassing van de weg vast, samen met afspraken over investeringen in recreatie en natuur. De regio acht de aanleg van de weg alleen aanvaardbaar, indien deze wordt uitgevoerd conform het convenant. Het idee âA4 met vaartâ is van de architect Ton Poot en bestaat al enige jaren, zelfs vóór het IODS convenant. Studenten van de TU Delft en de Hogeschool Rotterdam werkten het uit. De gemeente Schiedam adopteerde het idee, omdat zij het plan beter vindt dan de inpassing volgens het IODS convenant. Schiedam ziet meerwaarde op de punten: landschap, natuur, landbouw, recreatie en het tegengaan van geluidshinder en versnippering. De gemeente zocht contact met prof. ir. A.Q.C. van der Horst (TU Delft, BAM Infraconsult) om het idee te toetsen. De aannemer BAM heeft namelijk ervaring met de aanleg van afgezonken tunnels. Medewerkers van de aannemer rekenden het idee globaal door en concludeerden dat de âA4 met vaartâ maakbaar is. Vanwege de lichte constructie en de innovatieve techniek blijven de kosten volgens BAM in de buurt van het taakstellende budget. Doel quick scan Deze quick scan heeft tot doel de maakbaarheid en haalbaarheid van de âA4 met vaartâ te toetsen. Op basis daarvan kan de minister bepalen of hij de variant wil meenemen in de Trajectnota/MER, stap 2. Aanpak Allereerst nam Rijkswaterstaat kennis van de principeschetsen voor de âA4 met vaartâ en de kosteninschatting van BAM. Hiertoe vonden drie gesprekken met Schiedam en BAM plaats. De kosteninschatting bleek gebaseerd te zijn op globale aannames; de initiatiefnemers hadden nog geen ontwerp gemaakt. Rijkswaterstaat maakte daarom voor de quick scan een verkeerskundig en technisch schetsontwerp. De Dienst Verkeer en Scheepvaart (DVS) toetste dit op verkeersveiligheid, het bureau Veiligheidsbeambte en het Steunpunt Tunnelveiligheid toetsten op tunnelveiligheid. Kostendeskundigen en tunnelspecialisten van de Bouwdienst maakten een kosteninschatting. Verder werden expertadviezen ingewonnen over milieu, marktbenadering en juridische en procedurele aspecten. Dit rapport bevat de bevindingen en ook de antwoorden op de aanvullende vragen. Leeswijzer In hoofdstuk 2 wordt een globaal en verkeerskundig ontwerp gepresenteerd, gebaseerd op de IODS varianten die momenteel in onderzoek zijn in de TN/MER stap 2. Tevens is gebruik gemaakt van de informatie van BAM over de aanlegmogelijkheden van een vaarttunnel. In hoofdstuk 3 wordt de meerwaarde van een variant âA4 met vaartâ in kaart gebracht, zowel op een aantal beoordelingscriteria als ten opzichte van de uitvoering van het IODS convenant. Hoofdstuk 4 bevat de globale kosteninschatting van de variant âA4 met vaartâ. Daarbij wordt zowel op de (meer)kosten van deze variant als op de kosten voor beheer, onderhoud en exploitatie ingegaan. In hoofdstuk 5 wordt inzicht geboden in de consequenties van toevoeging van een nieuwe variant aan de TN/MER stap 2 voor de planning van de werkzaamheden. Voorts worden technische risicoâs in kaart gebracht. Hoofdstuk 6 bevat de conclusies. Globaal ontwerp âA4 met vaartâ . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Inleiding In dit hoofdstuk wordt het globaal ontwerp van de âA4 met Vaartâ gepresenteerd. Het ontwerp bestaat uit een verkeerskundig (par. 2.2) en een technisch deel (par. 2.3). Er is voorts rekening gehouden met de presentatie van de âA4 met vaartâ door de BAM, ook al betrof het hier geen uitgewerkt ontwerp. Globaal verkeerskundig ontwerp Het globaal verkeerskundig ontwerp bestaat uit een dwarsprofiel en een lengteprofiel. Dwarsprofiel Rijkswaterstaat heeft systematisch de opties voor de âA4 met vaartâ op een rij gezet. Daarbij is uitgegaan van de varianten van de A4 Delft â Schiedam die thans worden onderzocht in de Trajectnota/MER stap 2. Het betreft drie IODS varianten, die onderling verschillen in de aansluiting van de A4 op het Kethelplein en het aantal rijstroken in de landtunnel: Variant 1a: A4 IODS Brede tunnel (4 rijstroken in landtunnel); Variant 1b: A4 IODS Aangepaste tunnelmond (4 rijstroken in landtunnel); Variant 1c: A4 IODS Aangepast Kethelplein (3 rijstroken landtunnel). Het dwarsprofiel van de âA4 met vaartâ is rechtstreeks afgeleid van de IODS varianten, die in de Trajectnota/ MER stap 2 worden onderzocht. De aansluitingen van de A4 bij Delft (Kruithuisweg) en Schiedam (Kethelplein) zijn namelijk bij de âA4 met vaartâ hetzelfde als bij de IODS varianten. Overeenkomstig de regels voor tunnelveiligheid en verkeersveiligheid mag in een tunnel geen vermindering van rijstroken plaatsvinden. De breedte van de vaarttunnel wordt dus sterk bepaald door de breedte van de landtunnel. Daarom is gekozen de âA4 met vaartâ met een vergelijkbare configuratie uit te werken. Lengteprofiel De A4 Delft â Schiedam kan niet over de volle lengte als vaarttunnel worden aangelegd. De aansluitingen van de A4 bij Delft (Kruithuisweg) en Schiedam (Kethelplein) bevinden zich namelijk op maaiveld, terwijl de vaarttunnel verdiept aangelegd dient te worden. Een vaarttunnel over de volledige lengte vergt kostbare aanpassingen aan bestaande infrastructuur, hetgeen niet wenselijk is. De lengte van de vaarttunnel wordt beperkt, omdat er aan beide uiteinden van de vaarttunnel overgangsgebieden nodig zijn. Rijkswaterstaat heeft verschillende uitvoeringen van het lengteprofiel onderling beoordeeld. De afweging is opgenomen in bijlage 1. Uit deze beoordeling is gebleken dat slechts Ă©Ă©n lengteprofiel voldoet aan de eisen van verkeersveiligheid (volgens de NOA) en het meest realistisch is in termen van (de kosten van) het bouwproces. De opbouw van de âA4 met vaartâ van noord naar zuid is als volgt (zie figuur): 1800 meter halfverdiepte ligging (open): De Kruithuisweg (Delft) is op maaiveld. De A4 moet dalen om op de vaarttunnel te kunnen aansluiten. Dit wegdeel heeft een halfverdiepte, open ligging. Dit is conform het IODS convenant. 2750 meter vaarttunnel: Dit is een afgezonken tunnel onder een vaart. 600 meter halfverdiepte ligging (gesloten): Om van de vaarttunnel te kunnen aansluiten op de landtunnel, moet de weg stijgen. Dit wegdeel is gesloten. 900 meter landtunnel: Dit is een overkapping van de weg. De tunnel gaat halfverdiept of verdiept onder de tramplusverbinding bij de Brederoweg door. De aansluiting op het Kethelplein bij de Laan van BolâEs is op maaiveld. Dit is conform het IODS convenant. Het stijgen en dalen van de weg gebeurt langs een veilige hellingshoek. Globaal technisch ontwerp Ter beoordeling van de maakbaarheid van de âA4 met vaartâ is het globaal verkeerskundig ontwerp uitgewerkt in een globaal technisch ontwerp. Op basis van dit schetsontwerp is een kosteninschatting gemaakt (zie hoofdstuk 4). Hieronder wordt eerst ingegaan op het technisch ontwerp, daarna op de uitvoeringswijze en tenslotte op de veiligheidsvoorzieningen. Technisch ontwerp Aan de hand van de NOA richtlijnen zijn de breedtes van de rijstroken bepaald. De vluchtschachten zijn inwendig 1,35 m breed. Dankzij gebruik van hogesterktebeton (B65) is een wanddikte van 60 cm voldoende. Verder moeten tunnels een minimale inwendige breedte hebben van 7 m. De breedte van de tunnelelementen kan maximaal 60m zijn. De lengte van de afgezonken tunnel is 2950 m: 2750 m vaarttunnel en 200 m in de overgang van de vaarttunnel naar de landtunnel. Dit leidt tot 16 tunnelelementen met een lengte van 185 m. Deze maat is efficiĂ«nt qua bouwwijze en planning. Uitvoeringswijze Over de uitvoeringswijze van de vaarttunnel heeft Rijkswaterstaat overleg gevoerd met BAM. Tijdens de aanleg is een totale breedte nodig van ongeveer ca. 125 m. Dankzij tijdelijke damwanden blijft de breedte beperkt. Dit blijft binnen de rijkseigendomsgrenzen. Slechts op een aantal plaatsen zijn optimalisaties nodig. De diepte van de vaart is 1,5 m. Het polderpeil is â 3,45 m NAP, dus de bovenkant van de tunnelelementen liggen op â 5 m NAP. De interne hoogte van de tunnelelementen is 5,5 m. De dikte van het dak en de vloer is samen ongeveer 1,5 m. Daardoor komt de onderkant van de tunnel op â 12 m NAP te liggen. De tunnelelementen worden gebouwd in een bouwdok, dat in het verlengde ligt van de vaart, aan de kant van Delft. Later wordt het dok omgebouwd tot de half verdiept gelegen snelweg. Er kunnen achter elkaar twee elementen van 185 m gebouwd worden. De totale lengte van het bouwdok komt daarmee op ongeveer 400 m, de breedte is 70 m. Naast het dok ligt een loods waar de wapeningskorven worden gemaakt (50 m breed). Hierdoor is tijdelijk ongeveer 10.000 m2 extra grond nodig buiten de rijkseigendomsgrenzen. De vloerconstructie van het bouwdok bestaat uit: trekpalen, 1,5 m dik onderwaterbeton en een grindpakket van 50 cm. Aan de vaartkant heeft het dok deuren. De aanleg verloopt als volgt. Op het grind worden tegelijk twee tunnelelementen gebouwd. Als de dokdeuren opengaan, stroomt het dok onder water en gaan de twee elementen drijven. Ze worden door de al gegraven vaart (conform transportfaseprofiel) naar de afzinkplek getrokken. De aannemer graaft ter plekke het afzinkprofiel, waarbij aan weerszijden van de vaart een tijdelijke damwand wordt aangebracht. De elementen worden verzwaard met water, zakken naar de bodem en worden vastgezet met groutankers van 20 m lang. Dan ligt het element op zijn plaats. De tijdelijke damwanden worden getrokken en de tunnel wordt afgewerkt. Veiligheidsvoorzieningen De tunneltechnische installaties in de vaarttunnel bestaan onder andere uit: energievoorzieningen, verlichting, pompinstallaties, ventilatie, verkeersinstallaties, brandblusvoorzieningen en besturingssystemen. Deze installaties worden bediend vanuit drie bedieningsgebouwen, die boven op de tunnel worden geplaatst. Vanwege het gebruik van hogesterktebeton is extra brandwerend materiaal nodig. Bij brand ontstaat namelijk sneller dan bij regulier beton scheurvorming, waardoor schollen van het beton af kunnen springen. Het gaat om 50 mm hittewerende bekleding op het plafond en de tunnelwanden. (Bij regulier beton is 27 mm bekleding toereikend, op het plafond en de bovenste meter van de wanden.) Conclusie Het globaal verkeerskundig en technisch ontwerp, zoals hierboven beschreven,is onder andere getoetst op de Nieuwe Ontwerprichtlijnen voor Autowegen (NOA) en op de verkeers- en tunnelveiligheid. Het ontwerp is maakbaar. Meerwaarde . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Dit hoofdstuk beschouwt de meerwaarde van de âA4 met vaartâ ten opzichte van de IODS varianten. Hierna volgt eerst de score op milieuaspecten en daarna de meerwaarde vanuit het perspectief van het IODS convenant. Score op milieuaspecten Op basis van een kwalitatieve expertoordeel is het globaal technisch ontwerp van de âA4 met vaartâ gescoord op milieuaspecten. De referenties vormen de IODS varianten. Zie onderstaande tabel. âA4 met vaartâ Referentie Lucht Geluid Natuur Landschap Water Grondwater Archeologie Recreatie Technisch ontwerp IODS varianten + + + + + 0 - + Omdat de situatie bij de Kruithuisweg en het Kethelplein niet verandert ten opzichte van de IODS varianten, is bij de beoordeling van de milieuaspecten alleen gekeken naar het functioneren van de vaarttunnel in het landelijk gebied. Lucht De langere tunnel draagt bij aan minder gehinderden en minder luchtbelast oppervlak, aan de noordkant van Schiedam. Vanwege de langere tunnel hopen de emissies van lucht zich op bij de tunnelmonden. Daar komt de verontreiniging geconcentreerd naar buiten. Omdat de noordelijke tunnelmond uitkomt in het landelijk gebied waar een zichtgarantie geldt, zijn hoge luchtschermen ongewenst. Dit probleem kan bijvoorbeeld worden opgelost door over de gehele lengte van de tunnel extra afzuigingskanalen op het tunneldak aan te brengen. Geluid De effecten van de âA4 met vaartâ op de geluidsbelasting in het landelijk gebied zijn duidelijk positiever dan bij de IODS varianten. De langere tunnel en diepere ligging garanderen dat de normen voor het stiltegebied worden gehaald. Natuur De aanleg van de âA4 met vaartâ vernietigt hetzelfde areaal natuur als de IODS varianten. Er is sprake van minder versnippering mits de oevers over de gehele lengte van de vaart een ecologische inrichting krijgen. Indien dit niet gebeurt, zal de score gelijk zijn aan de IODS varianten. Door de langere tunnel is er aanzienlijk minder verstoring van natuurwaarden als gevolg van geluidsbelasting en licht. Landschap De âA4 met vaartâ past goed in het landschap van Midden - Delfland. Belangrijk is wel dat de luchtmaatregelen bij de noordelijke tunnelmond het landschap niet verstoren. Water De âA4 met vaartâ zorgt voor meer waterberging dan de IODS varianten. Bovendien komt er minder verontreinigd, afstromend wegwater in het oppervlaktewater terecht. Grondwater Effecten op het grondwater zijn er alleen tijdens de uitvoering, wanneer damwanden noodzakelijk zijn. Door retourbemaling van de grondwateronttrekking ontstaan er geen onherstelbare effecten op stromingen en peilen in de omgeving. Archeologie De âA4 met vaartâ komt voor een groot deel dieper te liggen dan de IODS varianten. Hier kan mogelijk meer schade optreden aan de archeologische waarden. Recreatie De vaart kan benut worden voor (water)recreatie. Daarnaast zorgen de langere tunnel en diepere ligging ervoor dat de geluidsbelasting op Midden - Delfland beperkt blijft. Dit is goed voor de recreatie. Beoordeling vanuit IODS convenant Bovenstaande score op milieuaspecten geeft aan dat de âA4 met vaartâ op zichzelf beschouwd positief scoort ten opzichte van de IODS varianten die in de TN/MER fase 2 worden onderzocht. Echter, gezien vanuit de bestuurlijke afspraak om de A4 aan te leggen volgens het IODS convenant, is de meerwaarde inhoudelijk gering. De IODS varianten hebben een kwalitatief hoog inpassingniveau. De eerste voorlopige onderzoeksresultaten van de TN/MER bevestigen dit. Er ligt op dit moment nog een ontwerpopgave ten aanzien van de vormgeving van de Landtunnel bij Schiedam. Deze opgave wordt veroorzaakt vanwege wet- en regelgeving inzake tunnelveiligheid. De vaartvariant biedt hier geen oplossing voor. Voor het overige onderdelen voldoen de IODS varianten aan de uitgangspunten van het convenant. Voor bovenstaande ontwerpopgave biedt de variant âA4 met vaartâ geen oplossing en geen meerwaarde. Globale kosteninschatting Inleiding Rijkswaterstaat heeft een globale kosteninschatting gemaakt van het meest realistische lengteprofiel gecombineerd met IODS varianten. Het gaat om de meerkosten van de âA4 met vaartâ ten opzichte van de huidige IODS varianten. Kosteninschatting âA4 met vaartâ Er is een vergelijking gemaakt op het onderscheidende gedeelte van de âA4 met vaartâ (zie figuur). Dat is de vaarttunnel met de directe aansluiting daarvan. De halfverdiepte ligging van de A4 bij de Kruithuisweg en de landtunnel bij het Kethelplein zijn immers hetzelfde in de IODS varianten en de âA4 met vaartâ. Figuur â Lengteprofiel van de A4 IODS varianten vergeleken met het lengteprofiel van de âA4 met vaartâ Constructiedelen van de varianten Half verdiepte ligging Overgang Vaarttunnel Verdiepte ligging Overgang Landtunnel Totaal Onderscheidend deel A4 IODS ca. âŹ51 mln - - ca. âŹ76 mln - ca. âŹ171 mln ca. âŹ298 mln Onderscheidend deel A4 met vaart - ca. âŹ48 mln ca. âŹ550 mln - ca. âŹ107 mln - ca. âŹ705 mln Meerkosten A4 met vaart (excl. onvoorzien en BTW) ca. âŹ407 mln Meerkosten inclusief 10% project onvoorzien en BTW ca. âŹ525 mln BELANGRIJK: De kosteninschatting kennen een variatiecoĂ«fficiĂ«nt van circa 25%. Toelichting bij de tabel Regel 1 geeft de meerkosten van het onderscheidende gedeelte van de A4 IODS. Regel 2 geeft de meerkosten van het onderscheidende gedeelte van de âA4 met vaartâ. De laatste kolom geeft de totaalbedragen. Het verschil daartussen is de meerprijs van de âA4 met vaartâ, weergegeven in regel 3. Uit de tabel blijkt dat de meerkosten ongeveer ⏠400 miljoen bedragen voor bouwkosten, engineeringskosten en object onvoorzien. Hier komt 10% bij voor project onvoorzien en 19% voor BTW. Dat brengt de meerkosten van de âA4 met vaartâ met een vaarttunnel van 4x2 rijstroken op ⏠525 mln. (regel 4). Indien de âA4 met vaartâ een sobere uitvoering krijgt en wordt gecombineerd met een onvolledig Kethelplein, dan zijn de meerkosten ca. ⏠230 mln. (incl. project onvoorzien en 19% BTW). Kosten beheer, onderhoud en exploitatie De kosten voor beheer, onderhoud en exploitatie van de âA4 met vaartâ zijn niet meegenomen in het onderzoek. Naar verwachting liggen deze kosten hoger dan die van de IODS varianten vanwege de langere tunnel en een hoger aandeel aan installatietechniek. Dit heeft als risico dat bedrijfszekerheid van de weg afneemt en extra kosten gemaakt dienen te worden om de bedrijfszekerheid te garanderen. Planning en risicoâs . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Dit hoofdstuk beschrijft de consequenties indien de minister zou besluiten om de âA4 met vaartâ op te nemen in de Trajectnota/ MER. Het gaat om planningsconsequenties en risicoâs. Huidige planning Op dit moment bevinden de onderzoeken voor de Trajectnota/ MER zich in een afrondend stadium. Het ontwerp van de te onderzoeken varianten is gereed en de effectstudies zijn uitgevoerd. Na diverse kwaliteitstoetsen zal de Trajectnota/MER in mei 2009 ter inzage worden gelegd. Parallel aan de afronding van de TN/MER wordt in december gestart met werkzaamheden in het kader van de Ontwerp TracĂ©besluit, zodat eind 2010 een TracĂ©besluit genomen kan worden. Mijlpalen conform UPR afspraken: Standpunt najaar 2009 TracĂ©besluit eind 2010 Openstelling weg eind 2015. Planningsconsequenties Planstudie Indien de âA4 met vaartâ wordt meegenomen in de Trajectnota/MER, kost dat ongeveer 20 maanden extra tijd. Het uitwerken van het ontwerp, het uitvoeren van extra onderzoeken (verkeer, lucht, geluid) en verwerken in TN/MER kost circa 12 maanden. Als hiermee op 1 januari 2009 wordt gestart, dan betekent dit een vertraging van 8 maanden. Tijdens het opstellen van de TN/MER voor de âA4 met vaartâ kan Rijkswaterstaat niet parallel werken aan een Ontwerp TracĂ©besluit voor de âA4 met vaartâ. Want eerst moet het ontwerp worden uitgewerkt en het IODS convenant worden aangepast. Dit leidt tot een extra vertraging van 6 maanden. De gemeenteraadsverkiezingen in voorjaar 2010 en de kabinetswisseling in het voorjaar van 2011 zorgen namelijk voor bestuurlijke onzekerheid. Dit kan de aanpassing van het IODS convenant belemmeren. Realisatie Door de Bouwdienst en de BAM wordt ingeschat dat er per vier maanden twee tunnelelementen kunnen worden gebouwd. De totale bouwtijd voor de zestien elementen bedraagt circa drie jaar. De âA4 met vaartâ vraagt echter om meer grondverzet, meer betonconstructie en dus meer ontwerpwerkzaamheden. Waarschijnlijk is de realisatieplanning wel haalbaar. Het betekent wel extra risicoâs, zowel in de voorbereiding van de realisatie (kabels en leidingen vergunningen, marktbenadering) als in de uitvoeringsfase. Voor de risicoâs calculeren we een extra doorlooptijd van ca. 6 maanden. Aangepaste tijdsplanning: Standpunt juli 2010 TracĂ©besluit voorjaar 2012 Openstelling weg medio 2017. Huidige planning Meenemen âA4 met vaartâ Standpunt Najaar 2009 Juli 2010 TracĂ©besluit Eind 2010 Voorjaar 2012 Opening weg Eind 2015 Medio 2017 Indien de minister bij het Standpunt toch kiest voor de A4 IODS (en de âA4 met vaartâ vervalt), dan blijft de vertraging beperkt tot 8 maanden. Aangepaste tijdsplanning: Standpunt juli 2010 TracĂ©besluit najaar 2011. Huidige planning Meenemen âA4 met vaartâ, na Standpunt verder met A4 IODS Standpunt Najaar 2009 Juli 2010 TracĂ©besluit Eind 2010 Najaar 2011 Opening weg Eind 2015 Najaar 2016 Technische risicoâs Een eerste risicoanalyse van de âA4 met vaartâ levert de volgende technische risicoâs op. Gebeurtenis Oorzaak Gevolg Vaartvariant onhaalbaarheid vanwege mitigatie lucht Luchtemissies hopen zich op bij de tunnelmonden, onvoldoende capaciteit afzuiging, mitigerende maatregelen zijn strijdig met zichtgarantie in IODS convenant - Onderhandelingen over zichtgarantie - Afzuigconstructies over de lengte van de vaarttunnel, hogere kosten Vaartvariant onhaalbaarheid vanwege zichtgarantie Bedieningshuizen strijdig met zichtgarantie in IODS convenant - Onderhandelingen over zichtgarantie Het Hoogheemraadschap Delfland gaat niet akkoord met aanleg vaartvariant De vaartvariant verstoort de waterhuishouding Aanleg aparte waterhuishouding- en gemaalvoorzieningen Verstoring ecologie in bak Toepassing meer bouwdokken De bouw van de tunnelelementen duurt langer dan geschat vanwege onervarenheid met de grootte van de tunnelelementen - Extra kosten voor de realisatie en inrichting Extra grondaankoop rondom bouwdokken Omvang bouwdokken valt toch tegen - Vertraging grondverwerving - Extra kosten Damwandconstructie wordt zwaarder Slechte grond - Extra lange en zwaardere constructie, waardoor kostenvoordeel afneemt; - Uitvoeringsduur wordt groter bij âverschuivenâ damwandconstructie De halfverdiepte ligging en de gekozen folieconstructie wordt onhaalbaar Lengte van de halfverdiepte ligging wordt te klein voor toepassing van een folieconstructie - Meerkosten voor andere bouwoplossing halfverdiepte ligging Grotere dimensionering van de pompkelder Onvoldoende rekening gehouden met langere tunnel en eisen vanuit veiligheid (bluswater en gevaarlijke stoffen) - Extra kosten Opdrijven tunnels Onvoldoende mogelijkheden groutankers - Alsnog aanbrengen ballastbeton met als gevolg extra kosten Conclusies Maakbaarheid Het globaal verkeerskundig en technisch ontwerp voor de A4 met vaart, zoals geformuleerd in deze rapportage, is maakbaar. Haalbaarheid Meerwaarde De variant âA4 met vaartâ scoort beter op milieuaspecten dan de IODS varianten, maar ten opzichte van de functionele eisen die het IODS convenant stelt voor dit trajectdeel biedt de âA4 met vaartâ geringe meerwaarde. Immers, de IODS varianten zullen ter hoogte van Midden - Delfland in principe voldoen aan de functionele eisen uit het convenant. Meerkosten De meerkosten van de variant âA4 met vaartâ bedragen rond de 500 miljoen ⏠extra ten opzichte van de IODS varianten die in de TN/MER studie worden onderzocht. Ook de kosten voor beheer, onderhoud en exploitatie van de âA4 met vaartâ liggen hoger dan die van de IODS varianten. Planning Indien de variant âA4 met vaartâ wordt meegenomen in de TN/MER fase 2 en vervolgens wordt gekozen door de Minister als Standpunt, waarna de OTB fase begint, zal de totale vertraging ten opzichte van de huidige planning ongeveer 20 maanden zijn. Het Standpunt wordt dan juli 2010 en het TracĂ©besluit voorjaar 2012. Daarmee worden de mijlpalen van Randstad Urgent niet gehaald. Bijlage 1. Toelichting op het lengteprofiel Hierna volgt een beschrijving van vier opties voor het lengteprofiel: Optie 1 â conform IODS convenant Optie 2 â lengte vaarttunnel maximaal Optie 3 â veilige hellingshoek Optie 4 â aantal rijstroken in vaarttunnel minimaal. Afhankelijk van de configuratie 1a/1b of 1c kan de lengte van de vaarttunnel verschillen. Dit heeft te maken met het terugbrengen van het aantal rijstroken in de halverdiepte bak. Optie 1 â conform IODS convenant Het uitgangspunt van deze optie is zo dicht mogelijk bij het IODS convenant te blijven. De lengte van de landtunnel is twee km, de tunnel gaat halfverdiept onder de tramplusverbinding bij Schiedam door. Uitgaande van varianten 1a en 1b Uitgaande van variant 1c Halfverdiept (open) lengte 1800 m lengte 1300 m Vaarttunnel lengte 1600 m lengte 2100 m Halfverdiept (gesloten) lengte 650 m lengte 650 m Landtunnel lengte 2000 m lengte 2000 m Optie 2 â lengte vaarttunnel maximaal Het uitgangspunt van deze optie is dat de lengte van de vaarttunnel maximaal is, dus de lengte van de landtunnel zo kort mogelijk. De landtunnel start bij de Laan van BolâEs en daalt zo snel, dat hij verdiept onder de tramplusverbinding door kan. Hiervoor is een lengte van 900 m nodig. Uitgaande van varianten 1a en 1b Uitgaande van variant 1c Halfverdiept (open) lengte 1800 m lengte 1300 m Vaarttunnel lengte 3350 m lengte 3850 m Halfverdiept (gesloten) n.v.t. n.v.t. Landtunnel lengte 900 m lengte 900 m Optie 3 â veilige hellingshoek Het uitgangspunt van deze optie is het stijgen en dalen van de weg gebeurt langs een veilige hellingshoek. De tunnel gaat halfverdiept onder de tramplusverbinding door. Uitgaande van varianten 1a en 1b Uitgaande van variant 1c Halfverdiept (open) lengte 1800 m lengte 1300 - 1800 m Vaarttunnel lengte 2750 m lengte 2750 - 3250m Halfverdiept (gesloten) lengte 600 m lengte 600 m Landtunnel lengte 900 m lengte 900 m Optie 4 â aantal rijstroken minimaal Het uitgangspunt van deze optie is kostenbesparing van de vaarttunnel door het aantal rijstroken terug te brengen. Dit gebeurt in de overgang tussen de landtunnel en de vaarttunnel. Om tunnelveiligheidsredenen mag deze niet overkapt zijn. In het IODS convenant ligt vast dat de weg tussen Schiedam en Vlaardingen overkapt is, dus de open bak moet in het landelijke gebied liggen. De landtunnel is conform het IODS convenant 2 km lang en gaat halfverdiept onder de tramplusverbinding door. Uitgaande van varianten 1a en 1b Uitgaande van variant 1c Halfverdiept (open) lengte 1100 m lengte 1100 m Vaarttunnel lengte 1400 m lengte 1750 m Halfverdiept (open) lengte 1550 m lengte 1200 m Landtunnel lengte 2000 m lengte 2000 m Optie 3 meest realistisch Rijkswaterstaat heeft de opties getoetst op maakbaarheid. Het verkeerskundige ontwerp moet zo goed mogelijk voldoen aan de Nieuwe Ontwerprichtlijnen voor Autosnelwegen (NOA). Verder moet het in de realisatie maakbaar zijn. Hellingshoek te groot Optie 2 is niet optimaal. De landtunnel moet namelijk snel dalen, om goed onder de tramplusverbinding door te kunnen. Daardoor wordt de hellingshoek en âlengte van de weg te groot. De Nieuwe Ontwerprichtlijnen voor Autosnelwegen (NOA) stelt grenzen aan de maximale hellingshoek en âlengte van een snelweg. Deze mag niet te groot zijn, omdat de snelheid van vrachtwagens anders flink afneemt. In een tunnel is dat gevaarlijk. Vaarttunnel te kort Optie 1 en 4 zijn ook niet optimaal. Dit komt door de geringe lengte van de vaarttunnel. De âA4 met vaartâ is financieel interessant, omdat de techniek van het afzinken van tunnelelementen relatief goedkoop is, omdat de elementen op industriĂ«le wijze kunnen worden gemaakt. Aannemer BAM geeft aan dat dit het kostenbesparende effect ontstaat bij lengtes vanaf 3000 meter. De A4 Delft â Schiedam is weliswaar 7000 meter lang, maar de lengte van de vaarttunnel is veel korter. De A4 moet immers dalen vanaf de aansluitingen (Kruithuisweg en Kethelplein), die op maaiveld liggen. Dit vergt kilometers lengte. Optie 1 en 4 zijn minder realistisch dan optie 3, omdat slechts 1800 m tunnel kan worden afgezonken: 1600 m vaarttunnel en 200 m in de overgang van de vaarttunnel naar de landtunnel. In optie 3 kan 2950 m tunnel worden afgezonken (2750 m vaarttunnel en 200 m in de overgang van de vaarttunnel naar de landtunnel). Daarom is optie 3 de meest realistische. Deze optie wordt in het rapport gehanteerd als lengteprofiel in combinatie met de beide dwarsprofielen (1a/1b en 1c). Vergadering IODS Adviescommissie, 23 april 2008. De gemeente herhaalde haar verzoek in een brief aan de minister, 23 juni 2008, kenmerk 08UIT08329. Algemeen Overleg, 26 juni 2008, Tweede Kamer, 2007-2008, 31 200 A94. IODS convenant, 23 juni 2006, Den Haag. Ondertekend door: provincie Zuid-Holland, hoogheemraadschap van Delfland, de gemeenten Delft, Maassluis, Midden-Delfland, Vlaardingen en Schiedam, de stadsregio Rotterdam, het stadsgewest Haaglanden, de Vereniging Natuurmonumenten, ANWB, LTO-Noord, Zuid-Hollandse Milieufederatie, VNO-NCW West, Woonplus Schiedam en de minister van Verkeer en Waterstaat. âZwevende tunnel voor A4â, De Ingenieur, 4 juli 2008. Het taakstellend budget is ⏠655 mln. Zie MIRT Projectenboek 2009, ministerie VenW, p.155. Gesprekken op 14 mei (Schiedam, BAM), 23 mei (alleen BAM) en 17 juni 2008 (Schiedam, BAM). De precieze rijstrookindeling van de varianten is minder eenvoudig. De aanduidingen zijn echter toereikend voor het doel van deze quick scan. Alle lengtes zijn afgerond op 50 m. De A4 Delft â Schiedam is 7 km lang. De totale lengte van de wegdelen in de tabellen is 6050 m. Het verschil wordt veroorzaakt door: lengte in de aansluitingen op de Kruithuisweg en het Kethelplein en afrondingsverschillen. DOCPROPERTY "minrws" DOCPROPERTY "ministeriecode" DOCPROPERTY "dirrws" DOCPROPERTY "directoraat" PAGE 2 DOCPROPERTY "vtitel" 'A4 met vaart' PAGE 22 DOCPROPERTY "vtitel" 'A4 met vaart'