[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Antwoorden

Bijlage

Nummer: 2008D23195, datum: 2008-12-18, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Bijlage bij: Antwoord op vragen van het lid Irrgang over Icesave (2008D23194)

Preview document (🔗 origineel)


2080903940

Vragen van het lid Irrgang (SP) aan de minister van Financiën over
Icesave. (Ingezonden 29 oktober 2008)

1

Wanneer was u voor het eerst op de hoogte van de afspraak tussen Icesave
en DNB, waarin werd gesteld dat Icesave het eerste jaar maximaal 500
miljoen euro mocht aantrekken? Hoe luidde die afspraak precies? Indien
er geen sprake was van een harde eis, welke afspraken zijn er dan wel
gemaakt tussen Icesave en DNB?

2

Kunt u bevestigen dat Icesave de afspraken niet is nagekomen? Wanneer
hoorde u dat de afspraken tussen Icesave met DNB niet waren nagekomen?

Antwoord vragen 1 en 2

Voor het beantwoorden van de onderstaande vragen heb ik informatie
ingewonnen bij DNB. De feitelijke weergave van de gang van zaken berust
dan ook op deze informatie. 

Er was geen sprake van een afspraak tussen DNB en het bijkantoor van
Landsbanki met betrekking tot het maximaal aan te trekken bedrag. De
managing directors van het bijkantoor hebben, voorafgaand aan de
lancering van Icesave, aangegeven in het eerste jaar dat Icesave actief
zou zijn een bedrag van circa 500 miljoen euro aan spaargelden te
verwachten. Op 12 augustus 2008 stelde de directie van DNB vast dat in
korte tijd een zeer grote hoeveelheid spaargelden was aangetrokken; de
gegeven indicatie over de verwachte instroom van spaargelden bleek veel
te laag te zijn geweest. Deze constatering werd door de directie van DNB
gedaan tegen de achtergrond van zorgen over de IJslandse economische
situatie in zijn algemeenheid en die van het bankwezen aldaar in het
bijzonder. 

Op 25 augustus heeft de heer Wellink mij geïnformeerd over deze zorgen.


3

Wat was het resultaat van het gesprek dat DNB vervolgens in juli met
Icesave had? Welke beloftes werden er door Icesave gedaan? Heeft DNB nog
iets anders gedaan behalve het voeren van een gesprek met Icesave?

Op 14 augustus 2008 heeft DNB zowel bij het hoofdkantoor van Landsbanki,
i.c. Landsbanki Islands hf., als bij de toezichthouder in IJsland (de
FME), haar grote zorgen geuit over de snelle aanwas van spaargelden in
het licht van de ontwikkelingen in IJsland en de IJslandse bankensector
in het bijzonder. DNB heeft Landsbanki met klem verzocht haar Icesave
activiteiten in Nederland te bevriezen en de FME verzocht daarop toe te
zien. Landsbanki en FME hebben geen gevolg gegeven aan het dringende
verzoek van DNB en medegedeeld dat zij in Nederland hun standpunt zouden
komen toelichten. Landsbanki heeft vervolgens weliswaar een aantal
maatregelen besproken met DNB, zoals het temporiseren van de
marketingactiviteiten en het nog niet aanbieden van termijndeposito´s,
maar deze maatregelen boden geen oplossing voor de door DNB naar voren
gebrachte fundamentele zorgen. Zowel Landsbanki als de FME waren bezorgd
over een bank run indien het aantrekken van gelden zou moeten worden
stopgezet en waren van oordeel dat het verzoek van DNB in strijd met
Europese regelgeving was. 

4

Hoe vaak is er het afgelopen jaar contact geweest tussen Icesave en DNB?
In hoeverre hadden deze contacten een uitzonderlijk karakter?

Na de ontmoeting op 14 augustus 2008 waarin DNB haar zorgen kenbaar
heeft gemaakt aan zowel Landsbanki als de FME, heeft DNB nogmaals
overleg gevoerd met respectievelijk Landsbanki (27 augustus) en het
bijkantoor in Nederland (11 september) en heeft zij tweemaal gesproken
met de FME (2 en 24 september). De frequentie van contacten met het
management van het bijkantoor varieerde, in bepaalde perioden was bijna
dagelijks (telefonisch) contact. Daarmee waren de contacten frequenter
dan te doen gebruikelijk bij het toezicht op een bijkantoor.

5.

Is er met Icesave gesproken over eventuele sancties? Welke mogelijkheden
had DNB om sancties te treffen naar aanleiding van het niet nakomen van
de afspraken?

De vraag naar mogelijke handhavingsinstrumenten van DNB is onderdeel van
de evaluatie over de gang van zaken rond Icesave (vraag 13 aldaar). 

6.

Heeft de heer Wellink, president van DNB, zich persoonlijk met deze
kwestie bemoeid? Wat kwam er uit de gesprekken met de IJslandse
toezichthouder?

Ja. De heer Wellink was aanwezig bij de tweede ontmoeting met Landsbanki
en de FME, op respectievelijk 27 augustus en 2 september. De FME heeft
bij die gelegenheid toegezegd samen met Landsbanki naar een oplossing te
zullen zoeken en met een andere reactie te komen. Ook heeft de FME
aangegeven dat het bevriezen van het aantrekken van spaargelden door het
bijkantoor zou kunnen leiden tot een bankrun. Tevens heeft de FME
gesteld dat de IJslandse economie en de IJslandse banken, Landsbanki
incluis, er gezond voor staan. En marge van een vergadering in Basel op
8 september heeft de heer Wellink tevens zijn zorgen kenbaar gemaakt aan
de gouverneur van de IJslandse centrale bank.

7

Is het waar dat er in september een brief is gestuurd waarin de
IJslanders melden zich niet gebonden te voelen aan de in mei gemaakte
afspraken? Wat was de reactie daarop van DNB?

Op 24 september 2008 heeft DNB uit handen van de FME een aan de FME
geadresseerde brief van Landsbanki ontvangen. Landsbanki stelde zich in
de brief op het standpunt dat er geen juridische grond was voor het
verzoek van DNB en dat Landsbanki dusdanig solvabel was dat aanzienlijke
tegenslagen in de aankomende maanden of zelfs jaren zouden kunnen worden
doorstaan indien dat noodzakelijk zou blijken en dat zij zich daarom
niet gehouden achtte maatregelen te treffen. De niettemin door
Landsbanki voorgestelde maatregelen, waren identiek aan de eind augustus
gedane, en door DNB als onbevredigend bestempelde, voorstellen. De FME
gaf bij het overhandigen van de brief aan dat zij de inhoud van de brief
onderscheven. De beantwoording van de brief door DNB werd ingehaald door
de ontwikkelingen in IJsland.

 

8 

Sinds wanneer wist DNB dat Icesave waarschijnlijk niet aan haar
verplichtingen kon voldoen? Waarom heeft DNB het al die tijd niet nodig
gevonden de spaarders te waarschuwen? Hoe lang beschikte DNB over deze
kennis voordat het de spaarders informeerde? Heeft DNB spaarders niet
ingelicht over de toestand om een run op de bank te voorkomen? Beschikte
DNB over andere mogelijkheden om de toestroom van spaarders een halt toe
te roepen?

9

Hoeveel spaarders hebben zich bij Icesave aangemeld sinds DNB op de
hoogte was van de problemen bij Icesave?

10

Hebben spaarders bij een bank te allen tijde het recht op eerlijke
informatie van DNB over de toestand van die bank?

Antwoord vragen 8, 9 en 10

DNB maakte zich zorgen over de aanwas van spaargelden tegen de
achtergrond van de ontwikkelingen in IJsland en in het bijzonder het
IJslandse bankwezen. Eerst op 6 oktober 2008 is DNB gebleken dat het
bijkantoor van Landsbanki niet aan haar verplichtingen kon voldoen. Op
diezelfde dag hield de website van Icesave op te functioneren en was het
derhalve niet meer mogelijk een rekening te openen. In de periode
voorafgaand aan 6 oktober voldeed het bijkantoor van Landsbanki aan haar
verplichtingen en bleken uit de periodieke liquiditeitsrapportages geen
liquiditeitsproblemen. Voor het antwoord op uw overige vragen verwijs ik
u naar de uit te voeren evaluatie, daar deze vragen daarin expliciet aan
bod komen.