Fondo Desaroyo Aruba en haar toekomst
Bijlage
Nummer: 2009D01143, datum: 2009-01-14, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Bijlage bij: SLOTVERKLARING PARLEMENTAIR OVERLEG KONINKRIJKSRELATIES (2009D00945)
Preview document (🔗 origineel)
Fondo Desaroyo Aruba en haar toekomst Inleiding door het hoofd van Fondo Desaroyo Aruba, mw. J. Henriquez Mevrouw Henriquez houdt een inleiding (bijlage…) waarbij ondermeer de motieven voor de oprichting van de Fondo Desaroyo in het jaar 2000 alsook de (inmiddels) behaalde doelen van de Fondo Desaroyo aan bod komen. Discussie De Arubaanse delegatie benadrukt dat de FDA de afgelopen jaren bewezen heeft een stichting te zijn die op afstand van de politiek conform doelstelling op doelmatige en rechtmatige wijze talrijke investeringen op het eiland heeft uitgevoerd. Zij opperen voorts het idee om in de toekomst ten aanzien van in het bijzonder een aantal voorzieningen op het gebied van het welzijn van burgers, gemeenschappelijke doelen te formuleren, waarbij voor wat betreft de realisatie daarvan ondersteuning bespreekbaar zou moeten zijn. Hierbij zou bijvoorbeeld gedacht kunnen worden aan het aanwenden van Europese fondsen of het creeren van een Koninkrijksfonds. Ook wordt in dit verband onder de aandacht gebracht dat wellicht goede voorbeelden hiervan te ontlenen zijn aan de werkwijze van de Europese Unie. De delegatie meent tot slot dat mede gelet op de bepalingen van het Statuut alle burgers binnen het Koninkrijk eenzelfde welvaart- en welzijnsniveau dienen te hebben. Conclusies De delegaties zijn het eens dat het beheer over de gelden van FDA naar wens zijn verlopen en dat er in de loop der jaren een groot aantal belangrijke investeringsprojecten gerealiseerd zijn waarmee het FDA ruimschoots aan de beoogde doelstellingen heeft voldaan. Voorts is het voor de delegaties duidelijk dat zoals van tevoren afgesproken Nederand tot 2009 financieel zal bijdragen aan de FDA. De Nederlandse delegatie onderschrijft dat in ieder geval bij calamiteiten de regeringen opnieuw moeten overleggen of financiele hulp in een of andere richting noodzakelijk is.