[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Antwoord op vragen van het lid Blok over het op pensioendatum gedwongen moeten omzetten van een pensioenbeleggingsverzekering in een vaste levenslange pensioenuitkering op basis van de marktrente.

Antwoord schriftelijke vragen

Nummer: 2009D04854, datum: 2009-02-05, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2008Z06547:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


  DOCPROPERTY  iAdressering  \* MERGEFORMAT  De Voorzitter van de Tweede
Kamer der Staten-Generaal 

  DOCPROPERTY  iStraat  \* MERGEFORMAT  Binnenhof    DOCPROPERTY  iNr 
\* MERGEFORMAT  1    DOCPROPERTY  iToev  \* MERGEFORMAT  A 

  DOCPROPERTY  iPostcode  \* MERGEFORMAT  2513 AA     DOCPROPERTY 
iPlaats  \* MERGEFORMAT  S GRAVENHAGE 

  DOCPROPERTY  iKixCode  \* MERGEFORMAT  2513AA22XA 



Postbus 90801

2509 LV Den Haag

Anna van Hannoverstraat 4

Telefoon (070) 333 44 44

Fax (070) 333 40 33

www.szw.nl





  DOCPROPERTY  kCP  \* MERGEFORMAT  Contactpersoon 	  DOCPROPERTY  iCP 
\* MERGEFORMAT  drs. P.H.M. Loozen 

  DOCPROPERTY  kDoorkies  \* MERGEFORMAT  Doorkiesnummer 	  DOCPROPERTY 
iDoorkies  \* MERGEFORMAT  (070) 333 47 27 



  DOCPROPERTY  kUwBrief  \* MERGEFORMAT  Uw brief 	2080904930

  DOCPROPERTY  kOnsKenmerk  \* MERGEFORMAT  Ons kenmerk 
AV/PB/2008/32567

  DOCPROPERTY  kDatum  \* MERGEFORMAT  Datum 	5 februari 2009





Hierbij zend ik u – mede namens de staatssecretaris van Financiën
– de antwoorden op de vragen van het lid Blok (VVD) over het op
pensioendatum gedwongen moeten omzetten van een
pensioenbeleggingsverzekering in een vaste levenslange pensioenuitkering
op basis van de marktrente.

De Minister van Sociale Zaken

en Werkgelegenheid,

(J.P.H. Donner)  IF   DOCPROPERTY iBijlagen \* MERGEFORMAT    = "" "" "

"     IF   DOCPROPERTY iBijlagen \* MERGEFORMAT    = "" ""   DOCPROPERTY
 kBijlagen \* MERGEFORMAT  Bijlagen(n):      IF   DOCPROPERTY iBijlagen
\* MERGEFORMAT    = "" "" "

"     DOCPROPERTY iBijlagen \* MERGEFORMAT     IF   DOCPROPERTY iCC \*
MERGEFORMAT    = "" ""   IF   DOCPROPERTY iBijlagen \* MERGEFORMAT 
iBijlagen  = "" "

" "

"  

 "

"     IF   DOCPROPERTY iCC \* MERGEFORMAT    = "" ""   DOCPROPERTY  kCC 
\* MERGEFORMAT  c.c.:      IF   DOCPROPERTY iCC \* MERGEFORMAT    = ""
"" "

"     DOCPROPERTY iCC  \* MERGEFORMAT   Nr. 2080904930

1.

Kent u de definitie van ouderdomspensioen in de Pensioenwet welke luidt;
“een geldelijk vastgestelde uitkering voor de werknemer of gewezen
werknemer bij wijze van inkomensvoorziening bij ouderdom”? Er van
uitgaande dat uit de memorie van toelichting blijkt dat in de definitie
het begrip “vastgestelde” is opgenomen om te benadrukken dat de
hoogte van de uitkeringen vanaf de pensioendatum moet vaststaan en de
hoogte dus na ingang niet meer mag variëren op basis van een onzekere
factor (...) en dat de gepensioneerde uiterlijk vanaf de pensioendatum
zekerheid moet hebben over de hoogte van de uitkering, uitgedrukt in
euro's, bent u op de hoogte van de problemen die deze interpretatie van
het begrip “vastgesteld” mee brengt voor werknemers met een
pensioenbeleggingsverzekering die binnenkort met pensioen gaan, omdat
zij gedwongen worden hun sterk verminderde beleggingswaarde op hun
pensioendatum om te zetten in een vaste levenslange pensioenuitkering op
basis van de marktrente?

Antwoord op vraag 1

Ja, de aangehaalde definitie van en toelichting op ouderdomspensioen,
zoals neergelegd in de Pensioenwet (PW), zijn correct weergegeven. Deze
definitie brengt met zich dat uiterlijk op de pensioendatum de waarde
van de beleggingen moet worden aangewend voor de inkoop van een
periodieke levenslange uitkering. Bij de zogenoemde ‘zuivere
premieovereenkomst’ vindt die inkoop in zijn geheel plaats op de
pensioendatum. Indien de beleggingswaarde op pensioendatum beperkt is,
is daarmee ook de hoogte van de in te kopen pensioenuitkering beperkt.

2.

Deelt u de mening dat dit een ongewenste situatie is, omdat de
desbetreffende pensioengerechtigde werknemers gedwongen worden om op de
pensioendatum hun verlies te nemen, terwijl zij in de toekomst geen
mogelijkheden meer hebben om te profiteren van een eventueel herstel van
de beurskoersen?

Antwoord op vraag 2

Het is inherent aan premieovereenkomsten dat het beleggingsrisico geheel
voor rekening van de deelnemer komt. Het risico dat de beleggingen vlak
voor de pensioendatum minder waard worden, met als gevolg een lagere
pensioenuitkering (conversierisico), kan op twee manieren worden
tegengegaan. In de eerste plaats door niet te kiezen voor een ‘zuivere
premieovereenkomst’, maar voor een premieovereenkomst waarbij tijdens
de opbouwfase al geregeld alvast een aanspraak op kapitaal of uitkering
wordt ingekocht. Het is aan sociale partners om een bepaalde
pensioenvorm te kiezen.

In de tweede plaats kan het conversierisico worden beperkt door zodanig
te beleggen, dat het beleggingsrisico kleiner wordt naarmate de
pensioendatum nadert. Indien mensen met een premieovereenkomst die
binnenkort met pensioen gaan, hebben belegd volgens dit ‘life
cycle’-principe, hebben zij geen of slechts beperkt last van de
recente koersdalingen. In artikel 52 van de Pensioenwet is bepaald dat
bij premieovereenkomsten moet worden belegd conform het ‘life
cycle’-principe. Als het een premieovereenkomst betreft met
beleggingsvrijheid, en betrokkene maakt van die vrijheid gebruik, dan
adviseert de pensioenuitvoerder betrokkene hoe hij de beleggingen
zodanig kan spreiden dat aan het ‘life cycle’-principe wordt
voldaan.

Ik ben van mening dat deze regels in de structurele situatie toereikend
zijn om het conversierisico zoveel mogelijk te beperken.

Deze regelgeving is evenwel van zeer recente datum, en heeft derhalve
nog nauwelijks effect kunnen sorteren in de gevallen waarin mensen
binnenkort met pensioen gaan. Voor die gevallen kan in de praktijk de
behoefte worden gevoeld om de inkoop van een deel van de uitkering te
verschuiven naar de toekomst.

Overigens zij ter duiding van de omvang en impact van de in de vragen
verwoorde problematiek vermeld, dat niet alle premieovereenkomsten
zuivere premieregelingen zijn. Exacte cijfers over de verschillende
vormen van premieregelingen ontbreken, maar in de praktijk komen ook
veel premieregelingen voor waarbij de premie onmiddellijk wordt omgezet
in een aanspraak op kapitaal of op een uitkering. Bij die vormen is de
invloed van de beurskoersen op pensioendatum beperkter en zijn de
risico’s voor deelnemers beperkter dan bij zuivere premieregelingen.
Daarnaast is het zo dat premieregelingen vaak relatief nieuw zijn,
waardoor deze relatief weinig van betekenis zijn voor personen die thans
of binnenkort met pensioen gaan. Ten slotte zij vermeld dat
premieovereenkomsten het vaakst voorkomen bij verzekeraars. Bij
pensioenfondsen zijn het doorgaans de excedentregelingen – en niet de
basisregelingen – die zijn vormgegeven via zuivere premieregelingen.

3.

Zo ja, bent u bereid toe te staan dat deze gevolgen kunnen worden
gemitigeerd door op pensioendatum een knip aan te brengen in het
pensioenkapitaal, waardoor een gedeelte van het kapitaal wordt gebruikt
om een vaste uitkering gedurende een periode van vijf jaar aan te kopen
en het restant van de belegde waarde ongewijzigd vijf jaar door te
schuiven en pas na vijf jaar om te zetten in een vaste periodieke
uitkering?

4.

Deelt u de mening dat voor de fiscale behandeling van een dergelijke
knip aangesloten zou kunnen worden bij de “handreiking” van de
Kennisgroep pensioenen van de Belastingdienst van 6 juni 2007, zoals
opgenomen op  HYPERLINK C:\\Temp\\www.belastingdienstpensioensite.nl
www.belastingdienstpensioensite.nl ?

5. Zo neen, waarom niet en welke andere oplossingen ziet u dan voor deze
problematiek?

Antwoord op de vragen 3, 4 en 5

Gelet op het vorenstaande ben ik in samenspraak met de staatssecretaris
van Financiën tot de conclusie gekomen dat het wenselijk is een
tijdelijke mogelijkheid te creëren voor een beleggingsknip. Onder
tijdelijk wordt dan verstaan dat degenen die uiterlijk over 5 jaar
(vóór 1 januari 2014) met pensioen gaan, op pensioendatum de
mogelijkheid krijgen om de inkoop van een deel van hun pensioen uit te
stellen met maximaal 5 jaar.

Daartoe dient de PW te worden aangepast. Deze wijziging wordt thans
voorbereid, waarbij het voornemen is om de gewijzigde regels van
toepassing te laten zijn op de thans bekende situaties waarin om een
beleggingsknip is gevraagd. Met verzekeraars, waar premieregelingen het
vaakst voorkomen en waar situaties als in de vragen geschetst zich
concentreren, wordt overlegd over de uitvoeringsaspecten hiervan en over
de termijn waarop premieovereenkomsten met een tijdelijke beleggingsknip
uitgevoerd zouden kunnen worden. Overigens betekent toepassing van een
tijdelijke beleggingsknip ook dat voor het uitgestelde pensioendeel de
rentestand tijdens de knipperiode van belang is. Een beleggingsknip
betekent dus automatisch een renteknip.

Fiscaal kan behandeling als pensioenregeling plaatsvinden door
aanpassing van de aangehaalde handreiking inzake de renteknip. Het
ministerie van Financiën zal zorg dragen voor deze aanpassing. Deze
aanpassing zal tijdelijk zijn, in lijn met de gedachte dat over enige
tijd de behoefte aan een beleggingsknip zal afnemen vanwege de werking
in de praktijk van de PW-bepalingen inzake het ‘life cycle’-beleggen
en de zorgplicht.

Overigens dienen degenen die van de knipmogelijkheid gebruik (gaan)
maken, zich te realiseren, dat door de knip geen garantie ontstaat dat
de uitgestelde inkoop leidt tot een hogere uitkering. Dat hangt immers
volledig af van de ontwikkeling van de rente en van de betreffende
individuele beleggingsportefeuille; de samenstelling van deze
portefeuille blijft in de knipperiode ongewijzigd.

 Kamerstukken II 2005/06, 30 413, nr. 3, blz. 170.

  DOCPROPERTY  kOnsKenmerk  \* MERGEFORMAT  Ons kenmerk 
AV/PB/2008/32567



 PAGE   4 

  DOCPROPERTY  i2eGeledingTxt  \* MERGEFORMAT   

 PAGE   4