Preview document (🔗 origineel)

---

Jaar

	Vindplaats/Datum	Soort	Beknopte toelichting

2002	2002.04.25

Kamerstuk 27451, nr. 18	Brief minister Hermans	Middellange termijn
verkenning beroepsonderwijs, mede aangeboden namens de Minister van
Landbouw, Natuur en Visserij. Voortbouwend op de analyses zoals
neergelegd in Grenzeloos leren en Beroepsonderwijs loont (de
"Beroepsbrief, kamerstuk 27451 011) is deze verkenning instrumenteler
van aard; het gaat over de vraag hoe onderwijsinstellingen (in het
initiële deel van het beroepsonderwijs) leerlingen beter kunnen
voorbereiden op het functioneren in een beroep, in de samenleving en een
leven lang leren. In deze middellange termijnverkenning worden opties
uitgewerkt die van belang zijn om in gang gezette vernieuwingen te
intensiveren.

2004	2004.07.16

Kamerstuk 29200 VIII, nr. 159	Brief mocw van der Hoeven en Rutte
Kabinetsreactie op de verkenning van de Onderwijsraad 'Leren in een
kennissamenleving' en de bijbehorende adviezen "Leren in samenspel" en
"www.web-leren.nl". De reactie beslaat twee tijdspannen: het beleid voor
de komende jaren en overwegingen voor de langere termijn. Het
zwaartepunt ligt bij de toekomst: wat zijn, gegeven de ontwikkelingen
die door de Onderwijsraad worden geschetst in de verkenning,
aandachtspunten die op de middellange termijn nog (verdere) uitwerking
behoeven.

2004	2004.09.23

Kamerstuk 27451, nr. 41	Brief staatssecretaris Rutte	Brief van de
bewindsman met informatie over twee onderdelen die betrekking hebben op
KOERS BVE (beroepsonderwijs en volwasseneneducatie):

- De stand van zaken van de nieuwe besturingsfilosofie voor de
bve-sector "Sturen op ambities"

- Een reactie op het advies van de Onderwijsraad over KOERS BVE,
getiteld "KOERS BVE: doelgericht zelfbestuur", toegezonden door de
Onderwijsraad op 2004.09.21.

2004	2004.09.27

Kamerstuk   27451, nr. 37   

A. Mosterd CDA  

E.R.M. Balemans VVD  

J. Tichelaar PvdA  

N. Azough GL  

F. Vergeer SP  

B.J. v.d. Vlies SGP  

   

Stemming Handelingen II 2004 - 2005 012  643  

  

  Stemming Datum Uitslag 

2004.10.14 Aangenomen met algemene stemmen 

	Motie van het lid Lambrechts c.s.	Aangenomen motie inzake de
bestuurlijke rol van de landelijke overheid: van mening, dat de
bestuurlijke rol van de landelijke overheid in Koers BVE niet helder en
eenduidig wordt vormgegeven; van mening, dat de rol van de overheid - in
het kader van de nieuwe bestuurlijke verhoudingen - zich niet mag
ontwikkelen in de richting van

die van procesmanager en procescoördinator;

van mening, dat de rol van de overheid - ook in het kader van de nieuwe
bestuurlijke verhoudingen - wel degelijk richtinggevend, taakstellend,

faciliterend en toezichthoudend dient te zijn;

verzoekt de regering in aanvulling op de Koers BVE explicieter aan te
geven hoe zij haar eigen bestuurlijke rol en verantwoordelijkheden ziet
in

relatie tot het functioneren van de BVE-instellingen en de participatie
van het bedrijfsleven, zeer speciaal het MKB;

verzoekt de regering tevens bij de verdere uitwerking van Koers BVE
duidelijkheid te verschaffen over de bestuurlijke status van de
regionale

afspraken,

2004	2004.12.21

Kamerstuk 24578, nr. 68 H	Brief staatssecretaris Ruttte	Toezending van
de beleidsreactie op de hoofdlijnen van het voorstel van de stuurgroep
Kwalificatiestructuur over de nieuwe kwalificatiestructuur voor het
middelbaar beroepsonderwijs (mbo). Eerst wordt ingegaan op de
tekortschietende bestaande situatie, vervolgens op de beoogde
structurele situatie en daarna op de overgangssituatie met experimenten.
De schets van de structurele situatie betreft de hoofdlijnen.

Het voorstel van de stuurgroep 'Tijdens de verbouwing geopend:
competentiegerichte kwalificaties als basis voor dynamisch en
uitnodigend beroepsonderwijs' is bijgevoegd bij de brief

2005	2005.02.03

Kamerstuk 29880, nr. 7	Nota n.a.v. het verslag	Wijziging van de Wet
educatie en beroepsonderwijs inzake experimenten op het

gebied van kwalificaties en opleidingen 

2005	2005.05.25

Kamerstuk 27451, nr. 43	Brief staatssecretaris Rutte	Eerst reactie op
besturingsfilosofie n.a.v. motie. Het streven is voor het zomerreces met
de BVE Raad tot een bestuursakkoord te komen. Dat bestuursakkoord heeft
als belangrijke

doelstelling het maken van afspraken over de termijn waarop de nieuwe
besturingsfilosofie van de overheid gestalte krijgt en ook en vooral de

wijze waarop de instellingen de ideeën over educational governance vorm
gaan geven.

Samenvatting van en reactie op het onderzoek van Cinop over de vraag of
het criterium arbeidsmarktperspectief bij het starten en instandhouden
van opleidingen voldoende gewicht krijgt, dat is uitgevoerd naar
aanleiding van een motie.

2005	2005.10.03

Kamerstuk 30300 VIII, nr. 13	Brief  minister van der Hoeven	Uitgebreide
reactie op het eindrapport ''Beroepswijs Beroepsonderwijs'' van de
Werkgroep Dynamisering Onderwijs van het innovatieplatform. De werkgroep
onder leiding van de heer Leijnse pleit voor een beroepsonderwijs dat
meer dan ooit arbeidsnabij is, dat een veel grotere verstrengeling kent
tussen het werken en leren van VMBO tot HBO

2005	2005.11.24	Brief staatssecretaris Rutte	Aanbieding van de
bestuurlijke agenda 2005-2010 'Ruimte voor ambitie en innovatie in het
mbo', afgesloten tussen OCW/LNV en de Bve-Raad/AOC-Raad

2006	2006.04.12 Handelingen II 2005 - 2006 070 4444 4452  

2006.04.18 Handelingen II 2005 - 2006 072 4540	Spoeddebat	Koers BVE.
Debat over naleving van de 850-urennorm in het mbo.

2006	2006.04.12

F. Vergeer SP Lid Ingediend Handelingen II 2005 - 2006 070  4450  

2006.04.18 Stemming Handelingen II 2005 - 2006 072  4540  

  

  Uitslag 

2006.04.18 Verworpen 

	Motie van het lid Vergeer	Verworpen motie inzake de experimenten voor
competentiegericht leren: dat er behoefte is aan helderheid over de
uitvoering van "competentiegericht leren";

van mening, dat kennis en vakvaardigheden in balans moeten zijn met
sociale competentie en studievaardigheden;

constaterende, dat in de uitvoering van de nieuwe competentiestructuur
vaktechnisch handelen minder ruimte dreigt te krijgen dan algemene
vaardigheden;

van mening, dat zelfstandig leren niet mag leiden tot onvoldoende
instructie en begeleiding door vakdocenten;

van mening, dat studenten, docenten en het beroepenveld betrokken moeten
zijn bij de invulling van het competentiegericht leren;

verzoekt de regering vóór het algemeen overleg over beroepsonderwijs,
de Tweede Kamer helderheid te verschaffen over het toezicht op en de
evaluatie van de experimenten

2006	2006.12.06

Aanh. Hand. II 0607, nr. 557	Vragen van het lid Jasper van Dijk

(SP) aan de minister en de

staatssecretaris van Onderwijs,

Cultuur en Wetenschap over het Nieuwe Leren	Het lid Jasper van Dijk
vraagt o.a. of de bewindslieden de mening delen dat de mbo-brede
invoering van het competentiegericht onderwijs moet worden heroverwogen
en dat er meer ruimte moet komen voor scholen om het onderwijs op een
eigen manier in te vullen? Zo ja, hoe gaat u dit bevorderen? Het
antwoord van MOCW Van der Hoeven luidt:Nee. Scholen zijn zelf
verantwoordelijk voor de inrichting en uitvoering van het
onderwijs,inclusief het examen. De eigen beleidsruimte voor scholen ligt
op het vlak van de vormgeving van leerproces en niet op de vereiste
leereffecten. Een school bepaalt dus zelf de onderwijsvormgeving. Er is

geen sprake van staatsdidactiek noch van staatspedagogiek. Er gelden op
dit vlak geen landelijke voorschriften. Het is een misvatting dat
instellingen van overheidswege gehouden zijn aan bepaalde
onderwijs-/leervormen(zoals leerlinggestuurd leren,probleemgestuurd
leren, ontdekkend leren, ervaringsleren, authentiek leren of
organisatorische varianten zoals projectonderwijs met vakkenintegratie).
Het betreft eigenkeuzen van instellingen. Dat geldt ook voor inrichting
in de vorm van bijvoorbeeld lessen, begeleidingsuren, mentoruren en de
inzet van onderwijspersoneel (docent,coach, begeleider, instructeur).Het
is eveneens een misvatting dat bij competentiegericht beroepsonderwijs
en bij competentiegericht leren sprake is, dan wel moet zijn, van één
vorm van onderwijs/leren. Ook de aanduiding «het nieuwe leren» wordt
soms neergezet als één vastomlijnde leervorm. Soms wordt het
(nieuwe)competentiegerichte leren gelijkgeschakeld met «het nieuwe
leren». Ook dit doet geen recht aan de werkelijkheid. Overigens is ook
bij de eindtermengerichte opleidingen sprake van heel gevarieerde
onderwijs-/leervormen. De schoolheeft de taak om studeerbare

opleidingen in te richten en te realiseren, opdat studenten de beoogde
diploma’s kunnen behalen. Dat is een complexe opgave die vraagt om
maatwerk en passende onderwijs-/leervormen die aansluiten bij de grote
verschillen tussenleerlingen, tussen leerbedrijven,

tussen soorten opleidingen en binneneen opleiding tussen
soortenleereffecten. Dat vraagt eerder omvariëteit dan om uniformiteit.
De instelling hoort daarbij ook te letten

op de uitvoerbaarheid van onderwijs-/leervormen gelet op bijvoorbeeld de
actuele

beheersingsgraad van studenten, de toerusting van beschikbare docenten
en de leercondities bij leerbedrijven.

2007	2007.04.16

Kamerstuk 30800 VIII en 27451, nr. 116	Verslag van een schriftelijk
overleg	Inzake het nieuweleren, cgo en onderwijstijd (Kamerstuk 30 800
VIII en 27 451, nr. 106).

2007	2007.04.23

Kamerstuk 27451, nr. 70	Brief staatssecretaris 	Op 5 april 2007 is de
Kamer geïnformeerd over het competentiegericht beroepsonderwijs en de
nieuwe kwalificatiestructuur (Kamerstuk 27451 0068). De staatssecretaris
heeft toen aangekondigd naar aanleiding van het Examenverslag mbo
2005-2006 de Kamer nader te informeren over de examenkwaliteit van
mbo-opleidingen en de maatregelen die genomen zijn. Het Examenverslag
mbo 2005-2006 wordt in de bijlage bij deze brief meegestuurd

2007	2007.05.15

Kamerstuk 30800 VIII, nr. 127	Brief minister	Aanbieding van het
Onderwijsverslag 2005/2006: zie ook p. 177 de conclusie van de
Onderwijsinspectie over cgo:” De inspectie heeft geen aanwijzingen dat
het concept competentiegericht leren in het mbo in zichzelf tot
tekortkomingen in de kwaliteit van het onderwijs leidt. Problemen bij de
implementatie daarvan, gaan vaak om allerlei randvoorwaardelijke zaken
die onvoldoende geregeld zijn. De omvang en snelheid van de operatie, de
hoge eisen die deze hervorming stelt aan schoolorganisatie,
voorbereiding en competenties van docenten geven niettemin aanleiding
tot de nodige zorg. In 2007 zal verder onderzoek naar de implementatie
van de competentiegericht kwalificatiedossiers uitgevoerd worden.”

2007	2007.06.05	Technische briefing door de mbo-raad	Over de
kwalificatiestructuur en het rapport Berenschot over het herontwerp
(uitgedeeld is de brochure ‘Tien punten voor goed mbo’) ter
voorbereiding van het AO van 7 juni 2007

2007	2007.06.07

27451, nr. 72

J.J.G.M. Biskop A.P.C. v. Dijck PVV 

Jasper J. v. Dijk SP 

M.C.F. Verdonk VVD 

G.C.F.M. Depla	AO inzake competentiegericht onderwijs en examens in het
mbo	Verslag van overleg gevoerd met staatssecretaris Van
Bijsterveldt-Vliegenthart van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over:

- de brief van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
mevrouw Van Bijsterveldt-Vliegenthart, d.d. 8 april 2007, inzake
competentiegericht onderwijs en examens in het mbo (27451 0068);

- de brief van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
mevrouw Van Bijsterveldt-Vliegenthart, d.d. 23 april 2007, inzake
examens in het mbo (27451 0070);

- de brief van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
mevrouw Van Bijsterveldt-Vliegenthart, d.d. 1 mei 2007, inzake de
risicoanalyse herontwerp mbo van Berenschot (30800 0126 VIII);

- de brief van de minister en de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur
en Wetenschap, d.d. 31 mei 2007, inzake klachten studentenorganisaties
(30800 0140 VIII);

- de brief van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
mevrouw Van Bijsterveldt-Vliegenthart, d.d. 1 juni 2007, inzake de
beleidsreactie op de risicoanalyse herontwerp mbo van Berenschot,
monitor 2005-2006 Cinop en Balansschool (30800 0139 VIII).

2007	2007.07.03

Kamerstuk 27451, nr. 73	Brief staatssecretaris 	Brief aan de
instellingen waarin : - de instelling geïnformeerd worden over de
afspraken die zijn gemaakt in het kader van het bestuurlijk arrangement
dat is afgesloten met de MBO Raad/AOC Raad, Colo en PAEPON; - de
instelling wordt verzocht een invoeringsplan CGO voor de periode
2007-2010 te sturen; - de instelling geinformeerd over de wijze waarop
de invoering van CGO de komende jaren zal faciliteren

2007	2007.10.09

Kamerstuk 31048, nr. 7	Nota n.a.v. het verslag	Wijziging van de WEB, de
WSF 2000, de WTOS en de Les- en

cursusgeldwet in verband met regeling in de WEB van een minimumomvang
van het in instellingstijd verzorgde onderwijsprogramma (850
urennorm)Hierin wordt onder andere antwoord gegeven op vragen van de
leden van de ChristenUnie-fractie  of de recente onderzoeken naar de
voortgang van de implementatie van competentiegericht onderwijs in het
mbo, de rol van het nieuwe leren en het belang van individuele
begeleiding in de bestrijding van voortijdig schooluitval, geen ander
licht

zouden kunnen werpen op de onderwijsactiviteiten die voor het voldoen

aan de urennorm meegerekend mogen worden en zo nee, waarom niet

2007	2007.10.19

Kamerstuk 27451, nr. 77	Brief staatssecretaris 	Informatie over de
versterkte aanpak van de invoering van competentiegericht
beroepsonderwijs (CGO) in het mbo. Deze aanpak is vastgelegd in de
documenten 'MBO 2010; Kern van de aanpak' (bijlage 1) en de nadere
uitwerking hiervan in het 'Plan van Aanpak MBO 2010' (bijlage 2) .
Tevens stuurt de staatssecretaris de Kamer haar beleidsreactie op twee
recente onderzoeksrapporten over CGO, te weten: A. 'Competenties: kun je
dat leren? Een inspectieonderzoek naar de onderwijskundige kwaliteit van
de vernieuwing in het mbo' van de Inspectie van het Onderwijs (bijlage
3); B. 'Leren in een bewegende omgeving; derde meting van de monitor
onder experimentele opleidingen 2007' van CINOP (bijlage 4).

2007	2007.10.19

Kamerstuk 31200-VIII en 27451, nr. 26 	Brief staatssecretaris 
Beleidsreactie naar aanleiding van het rapport van de inspectie getiteld
"Onderwijstijd in VO en BVE. Resultaten van het inspectieonderzoek in
het voorjaar van 2007" Het rapport is bijgevoegd. De inspectie heeft in
mei, juni en juli 2007 120 BVE-opleidingen en 76 VO-scholen bezocht. De
beleidsreactie is als volgt opgebouwd. Na een korte beschrijving van de
wettelijke normen voor onderwijstijd in paragraaf 2, wordt aandacht
besteed aan de bevindingen van de inspectie en de reacties op en naar
aanleiding van het voorjaarsonderzoek, en wordt per sector het
(interventie-) beleid naar aanleiding daarvan toegelicht (paragraaf 3 en
4 voortgezet onderwijs, paragraaf 5 en 6 BVE-sector). De brief sluit af
met een vooruitblik naar de toekomst.

2007	2007.11.01

Kamerstuk 27451, nr. 80

M. Bosma PVV J.J.G.M. Biskop CDA 

Jasper J. v. Dijk SP I. Dezentjé Hamming VVD 

F. Koser Kaya D66 

G.C.F.M. Depla PvdA	AO examinering, positie KCE en beleidsreactie op
rapporten over competentiegericht beroepsonderwijs	Overleg met de
staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, J.M. Van
Bijsterveldt-Vliegenthart, CDA, over:

- de brieven van de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap d.d.
2006.12.12 en 2007.06.29 inzake de beleidsreactie op het
Onderwijsraadadvies "Examinering: draagvlak en toegankelijkheid"
(Kamerstuk 30800 VIII, nrs. 82 en 156);

- de brieven van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en
Wetenschap, Van Bijsterveldt-Vliegenthart, d.d. 2007.07.06 en 2007.09.06
inzake examens mbo en positie KCE (Kamerstuk 27451 0074 en 0076);

- de brief van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
Van Bijsterveldt-Vliegenthart, d.d. 2007.10.19 inzake de beleidsreactie
op rapporten over competentiegericht beroepsonderwijs in het mbo
(Kamerstuk 27451 0077).

2007	2007.12.11

Kamerstuk 30853, nr. 7	Nota n.a.v. het verslag 	Wijziging van onder meer
de Wet educatie en beroepsonderwijs inzake deregulering en

administratieve lastenverlichting (DAL): Er zijn drie mechanismen die de
wildgroei of uniformiteit van mbo-opleidingen voorkomen: 

1. De kwalificatiestructuur vormt de eerste regulering van het
opleidingenaanbod in het mbo. Instellingen kunnen immers geen andere
opleidingen aanbieden dan die in de kwalificatiestructuur zijn
opgenomen.

De kwalificatiestructuur komt tot stand na intensief overleg tussen
onderwijs en bedrijfsleven en na nauwkeurige analyse van de kwalitatieve
en kwantitatieve vraag op de arbeidsmarkt. Gedurende de

experimenteerperiode waarin het competentiegericht beroepsonderwijs
wordt ontwikkeld, wordt door het Coördinatiepunt, dat door het COLO is
ingesteld, aan de hand van een toetsingskader getoetst of de

kwalificatiedossiers een duurzame en flexibele inzet van gediplomeerden
bewerkstelligen.

2008	2008.03.31

2008.06.02,antwoord Aanh. H. II, nr. 07082375	Kamervragen

N. d. Rooij SP 

Jasper J. v. Dijk SP	Het competentieleren in het MBO over oordeel van
staatssecretaris  over het bericht "Op het mbo gaat onderwijschaos
gewoon door"? (NRC, 28 maart 2008.)

	2008.03.18

Kamerstuk 27451, nr. 84	Brief staatssecretaris	Naar aanleiding van
vragen die zijn gesteld tijdens het algemeen overleg (AO), 2007.11.01
(Kamerstuk 27451/31200 0080 VIII), informatie over de implementatie van
de competentiegerichte kwalificatiestructuur in het mbo. De rapportage
Op weg naar 2010

2008	2008.03.27

Kamerstuk 27451, nr. 85	Brief staatssecretaris 	Naast beleidsreactie,
aanbieding en bondige samenvatting van de Strategische Agenda
Beroepsonderwijs en Volwasseneneducatie 2008-2011 Werken aan
vakmanschap. De Strategische Agenda is geschreven met het doel
beleidsdoelen te formuleren en breed draagvlak te creëren. Het is
opgesteld vanuit de ambitie het middelbaar beroepsonderwijs verder te
versterken, zodat studenten adequaat worden voorbereid op de wereld van
morgen.     

2008	2008.05.21

Kamerstuk 31200 VIII, nr. 177	Brief mocw	Brief minister ter aanbieding
van onder meer het Onderwijsverslag 2006-2007 van de Inspectie van
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Op p. 110 zegt de onderwijsinspectie
het volgende over de invoering van cgo:”De communicatie en een
regelmatige verantwoording vanuit de opleidingen, vooral tegenover
deelnemers en bedrijfsleven, kunnen echter verder verbeterd worden. Ook
gebrek aan flexibiliteit en maatwerk, en daarmee het onvoldoende
honoreren van de grote diversiteit tussen deelnemers en
deelnemersgroepen, vraagt om extra inzet van instellingen” Verder
stelt de inspectie dat de mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering van
het cgo  vooral in de volgende 3 richtingen ligt: meer diepgang, meer
evenwicht tussen elementen in de opleiding en meers structuur voor de
deelnemers realiseren.

2008	2008.05.28	Rondetafelgesprek inzake competentiegericht onderwijs
Deelnemers: mbo2010, mbo-raad, Onderwijsinspectie BVE, JOB, Colo, MKB, 4
kenniscentra, Roc’s Endhoven, Albeda, Mondriaan, Helicon, Da Vinci,
Koning Willem !, Leiden, AOB, AOC, CNV

2008	2008.06.03

Kamerstuk 31289, nr. 39	Brief staatssecretaris 	Beleidsreactie over de
mate waarin het toetsingskader zoals beschreven in het eindrapport van
de Commissie Parlementair Onderzoek Onderwijsvernieuwingen (POO) van
toepassing is op de invoering van competentiegericht onderwijs.

2008	2008.06.04

Kamerstuk 27451, nr. 95

Sprekers: 

G.C.F.M. Depla PvdA N. d. Rooij SP 

J.J.G.M. Biskop CDA 

M. Bosma PVV Lid  

I. Dezentjé Hamming VVD Lid 

T. Dibi GL Lid 

B.J. v.d. Vlies SGP r 

E.W. Anker CU	AO inzake competentiegericht onderwijs, kwaliteit en goed
bestuur in het mbo	Verslag van overleg met de staassecretaris van
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, J.M. van Bijsterveldt-Vliegenthart,
CDA, over:

- de brief van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
Van Bijsterveldt-Vliegenthart, d.d. 2007.07.03 inzake de Kwaliteit
Elders Verworven Competenties (EVC) (Kamerstuk 30800 0161 VIII);

- de brief van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
Van Bijsterveldt-Vliegenthart, d.d. 2007.07.03 inzake het invoeringsplan
competentiegericht beroepsonderwijs (Kamerstuk 27451 0073);

- het inspectierapport d.d. 2007.07.02 inzake "Competenties: kun je dat
leren?"; een inspectieonderzoek naar de onderwijskundige kwaliteit van
de vernieuwing in het mbo en de brief van de staatssecretaris van
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Van Bijsterveldt-Vliegenthart, d.d.
2007.10.19 met een beleidsreactie hierop (Kamerstuk 27451 0077);

- het verslag van een schriftelijk overleg d.d. 2007.04.13 inzake het
Nieuwe leren en onderwijstijd (30800 0106 VIII en 0116 VIII) (voor zover
het bve betreft);

- de brief van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
Van Bijsterveldt-Vliegenthart, d.d. 2007.11.08 inzake Goed bestuur in de
bve-sector (Kamerstuk 30599 0078);

- de brief van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
Van Bijsterveldt-Vliegenthart, d.d. 2008.03.18 de inzake tussenstand
implementatie competentiegerichte kwalificatiestructuur (Kamerstuk 27451
0084);

- brief van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
Van Bijsterveldt-Vliegenthart, d.d. 2008.04.18 inzake de examinering mbo
op de korte en lange termijn (Kamerstuk 27451 0088).

	2008.06.10 G.C.F.M. Depla PvdA   

Kamerstuk 27451, nr. 92

Ingediend Handelingen II 2007 - 2008 094  6685  

2008.06.17 Stemming Handelingen II 2007 - 2008 097  6835  

   

  Stemming Datum Uitslag 

2008.06.17 Aangenomen 

   

  Stemverdeling voor:  SP, PvdA, GL, D66, PVDD, PVV, LVER 

tegen:  CDA, CU, SGP, VVD 

	Motie Depla	Aangenomen motie inzake het voorleggen aan de
medezeggenschapsraden van het besluit om over te stappen op
competentiegericht leren: dat het rapport Tijd voor Onderwijs van de
parlementaire onderzoekscommissie Onderwijsvernieuwingen in haar
toetsingskader als één van de voorwaarden voor een zorgvuldige
onderwijsvernieuwing noemt: "Er is voldoende draagvlak onder alle
betrokken, maar in ieder geval onder de professionals die de
onderwijsvernieuwing in de praktijk moeten brengen.";

overwegende, dat het voor het succes van de invoering van
competentiegericht onderwijs in het mbo van groot belang is dat de
docententeams nadrukkelijk worden betrokken bij de vertaling van de
nieuwe eindtermen -- kwalificatiedossiers -- in onderwijsprogramma's en
de besluitvorming hierover bij de opleiding waaraan zij zijn verbonden;

overwegende, dat in de Wet medezeggenschap onderwijs 1992 geregeld is
dat de medezeggenschapsraad instemmingbevoegdheid kan krijgen bij de
wijziging van de onderwijsregeling;

van mening, dat de invoering van competentiegericht onderwijs alleen
succesvol kan zijn als het onderwijspersoneel in meerderheid oordeelt
dat zijn opleiding voldoende is voorbereid op de invoering van
competentiegericht leren;

verzoekt de regering om de colleges van bestuur van de bve-instellingen
op te roepen om daadwerkelijk aan de medezeggenschapsraden, op het
laagst mogelijke niveau binnen de instelling, nadat de teams hierover
gehoord zijn, het besluit voor te leggen als de stap wordt gezet om een
opleiding over te schakelen op competentiegericht leren;

verzoekt de regering de Kamer te informeren over hoe de roc's hier
invulling aan geven

2008	2008.06.10   

Kamerstuk 27451, nr. 94

Ingediend Handelingen II 2007 - 2008 094  6687  

2008.06.17 Stemming Handelingen II 2007 - 2008 097  6835  

 Uitslag 

2008.06.17 Verworpen 

 voor:  SP, GL, D66, PVV, LVER 

tegen:  CDA, CU, PvdA, PVDD, SGP, VVD 

	Motie van het lid N. d. Rooij SP	Verworpen motie Alleen invoeren van
competentiegericht onderwijs als een meerderheid van het
onderwijspersoneel akkoord gaat

constaterende, dat docenten van mening verschillen over de invoering van
het competentiegericht onderwijs;

van mening, dat voldoende draagvlak bij docenten noodzakelijk is om de
onderwijsvernieuwing succesvol in te voeren;

verzoekt de regering invoering van het competentiegericht onderwijs
alleen dan doorgang te laten vinden als aantoonbaar een meerderheid van
het onderwijspersoneel per instelling akkoord gaat

2008	2008.06.10

kamerstuk 27451, nr. 91 

Ingediend Handelingen II 2007 - 2008 094  6685  

2008.06.17 Stemming Handelingen II 2007 - 2008 097  6835     

  Stemming Datum Uitslag 

2008.06.17 Aangenomen met algemene stemmen 

	Motie van het lid Depla c.s.	Aangenomen motie: De invoeringsdatum van
augustus 2010 :dat het rapport Tijd voor Onderwijs van de parlementaire
onderzoekscommissie Onderwijsvernieuwing waarschuwt dat om recht te doen
aan de complexiteit van de uitvoering, onderwijsvernieuwingen niet mogen
worden ingevoerd onder een te hoge tijdsdruk;

overwegende, dat de staatssecretaris in het algemeen overleg heeft
bevestigd dat de invoeringsdatum van augustus 2010 geen keiharde grens
is;

verzoekt de regering om de colleges van bestuur van de regionale
opleidingscentra erop te wijzen dat de invoeringsdatum van augustus 2010
geen argument is om de docenten minder te betrekken bij de omzetting van
kwalificatiedossiers in programma's voor competentiegericht leren en
over elementaire voorwaarden (voldoende bijgeschoold personeel en het op
orde zijn van de organisatie) in de voorbereiding heen te stappen

2008	2008.07.02

Kamerstuk 31524, nr. 1	Brief van het presidium	Het Presidium stelt de
Kamer voor, in te stemmen met het voorstel van de vaste commissie voor
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (bijlage) om een onderzoek in te
stellen naar invoering van de competentiegerichte kwalificatiedossiers
in het middelbaar beroepsonderwijs.

Het onderzoek bestaat uit vier deelonderzoeken: Een onderzoek naar het
beleidsproces; een internationaal onderzoek naar kwalificatiedossiers,
een onderzoek naar randvoorwaarden en een onderzoek naar draagvlak.
Voorgesteld wordt om het eerste deelonderzoek door het Bureau Onderzoek
en Rijksuitgaven te laten uitvoeren en de andere deelonderzoeken uit te
besteden aan derden.

Het Presidium stelt voor om, conform het voorstel van de vaste commissie
voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, het budget voor dit onderzoek
vast te stellen op maximaal € 130.000 (excl. btw).

2008	2008.10.08

Kamerstuk 31 700 VIII, nr. 29	AO met de MOCW over het concept
jaarwerkplan 2009 van de inspectie	Op verzoek van de Kamer heeft de
minister toegezegd om een onderzoek over de stand van zaken inzake
invoering van het competentiegericht onderwijs toe te voegen aan het
Jaarwerkplan 2009 van de inspectie en hiervoor in de plaats een ander
onderzoek te laten vervallen

2008	2008.12.08

31700-VIII, nr. 81	Brief minister van OCW	Aanbieding van het
jaarwerkplan 2009 van de inspectie met de mededeling dat het onderzoek
naar flexibilisering en maatwerk van het onderwijsprogrammain het kader
van CGO wordt meegenomen in het op verzoek van de Kamer toegevoegde
onderzoek over de stand van zaken invoering cgo

2008	2008.12.11

G.C.F.M. Depla PvdA 

    Mede-indiener J.J.G.M. Biskop CDA 

A. Slob CU   

  2008.12.16 Aangenomen 

	Motie van het lid Depla cs.

	Aangenomen Motie FES-middelen: dat pas in 2009 besluitvorming is
gepland over selectieve continuering van de FES-projecten in het kader
van de FES-innovatiebox;

overwegende, dat een van de lopende projecten de invoering van
competentiegericht leren in het mbo betreft en de invoering nog niet is
afgerond;

overwegende, dat een van de lessen van de commissie-Dijsselbloem is dat
een deugdelijke bekostiging van de invoering van de vernieuwing een
voorwaarde vormt voor een kansrijke invoering van het competentiegericht
leren;

spreekt uit dat het gewenst is om de financiële ondersteuning van de
invoering van het competentiegericht onderwijs ook in het schooljaar
2009/2010 te continueren

spreekt verder uit dat voortzetting van financiering uit de
FES-innovatieboxmiddelen een goede mogelijkheid daarvoor is

2009	2009.01.23

Kamerstuk 27451, nr. 104	Brief staatssecretaris 	Voortgangsrapportage
over de invoering van het competentiegerichte onderwijs in het mbo



Kamerstukken competentiegericht onderwijs in het middelbaar
beroepsonderwijs

  FILENAME \p  Q:\Dco1 Bestuur en Onderwijs\OCenW\notities\notities
2009\tijdschema cgo.doc                                                 
                                             PAGE  1