Brief aan de Gemeenteraad vgan Rotterdam
Bijlage
Nummer: 2009D22169, datum: 2009-05-08, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: G. ter Horst, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Bijlage bij: Antwoord op vragen van het lid Van Raak over de plaatsing van een C2000-zendmast in Rotterdam (2009D22164)
Preview document (đ origineel)
In uw brief van 28 april verzoeken de fracties van Groen Links, PvdA, CDA, SP, Leefbaar Rotterdam en ChristenUnie-SGP mij een aantal alternatieve opties voor de plaatsing van de mast op de Suze Groeneweglaan opnieuw te overwegen. Naar aanleiding van uw brief breng ik graag het volgende onder uw aandacht. De veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond heeft mij september 2006 verzocht de kwaliteit van het C2000-netwerk in Rotterdam te verbeteren. Daartoe worden 5 masten bijgeplaatst, dan wel aangepast door de voorziening tot samenwerking Politie Nederland (vtsPN). Vier van deze masten zijn zonder problemen gerealiseerd. De vijfde mast wordt op de hoek Diergaardetunnel, Essenburgsingel in het verlengde van de flat aan de Suze Groeneweglaan in Delfshaven geplaatst. Bewoners in de omgeving zijn het niet eens met de plaatsing van de mast op deze locatie. De communicatie met de bewoners in de omgeving van de Suze Groeneweglaan is als gevolg van misverstanden in eerste instantie niet goed verlopen. Dat betreur ik. Ik wil daar aan toevoegen dat de vtsPN, de gemeente, de deelgemeente en het ministerie zich in de daarop volgende fase hebben ingezet om de communicatie met de bewoners te verbeteren. De bouw van het opstelpunt is stilgelegd en er is een nieuwe informatieavond op 30 september 2008 georganiseerd. Op verzoek van de bewoners is door mij opnieuw gekeken naar de mogelijkheid of plaatsing op de locatie Sporendriehoek toch niet mogelijk is. Deze optie is beoordeeld door deskundigen van Het Expertise Centrum (HEC) en het Institute for Wireless and Mobile Communications. Tevens is HEC gevraagd te beoordelen of de vtsPN op grond van de juiste technisch/inhoudelijke overwegingen tot een voorkeur voor de locatie Suze Groenweglaan is gekomen. Thans vraag u mij in uw brief , kort gezegd, om nader te kijken naar eventuele alternatieven voor de locatie Suze Groeneweglaan, zoals nu gepland. In reactie daarop wijs ik u op het volgende. In de afgelopen periode is er van verschillende kanten uitgebreid gekeken naar mogelijke alternatieven. HEC bevestigt dat reeds vele tientallen opties door de vtsPN zijn onderzocht en op diverse gronden zijn afgevallen. Acht opties zijn nog nader onderzocht door de vtsPN. Hieruit zijn geen reĂ«le alternatieven naar voren gekomen. Ook HEC heeft uitgebreid gekeken naar mogelijke alternatieven, ook in de zin zoals bedoeld in uw brief. Ook dit heeft geen werkbare oplossing opgeleverd. Daarover het volgende. In het TNO rapport dat door het actiecomitĂ© bij de klachtbehandeling door het departement is ingebracht, wordt de suggestie gedaan dat het eventueel mogelijk zou kunnen zijn om door middel van technische aanpassingen zoals het verder verhogen van de mast de Sporendriehoek alsnog haalbaar te maken. HEC en het Institute for Wireless and Mobile Communications komen, nadat zij toegang hadden gekregen tot alle, deels vertrouwelijke informatie en systemen van C2000, tot een helder oordeel. De onderzoekers concluderen dat âbij een keuze voor de Sporendriehoek onaanvaardbaar veel handovers zullen plaatsvinden in de binnenstadâ. Het is niet mogelijk en niet verantwoord om de mast op Sporendriehoek te plaatsen. Op de voorlichtingsdag bij de vtsPN is de suggestie geopperd dat door het bijplaatsen van een âsteunzenderâ dan wel een âminizenderâ het handover-gebied zou kunnen worden verschoven naar de rand van het centrum. Om misverstanden te voorkomen wil ik hier benadrukken dat de in de discussie gebruikte term âminizenderâ alleen betrekking heeft op het beperkte vermogen van een dergelijke mast en niet op zijn fysieke omvang. Het gaat in feite om het bijplaatsen van een volwaardige mast in het centrum van Rotterdam. Ook op dit alternatief is door HEC in zijn rapport reeds ingegaan. HEC vond dit om diverse redenen geen reĂ«el alternatief, niet slechts gelet op de zeer complexe radiotechnische invulling die dat zou meebrengen, maar ook gelet op het langdurige uitstel van de realisatie van de toegezegde verbetering van de netwerkkwaliteit in de binnenstad. Daarnaast zou deze optie betekenen dat andere bewoners, in het centrum van Rotterdam, met de plaatsing van een dergelijke mast te maken zouden krijgen. De optie om de mast op het dak van de flat Suze Groeneweglaan is eveneens eerder onderzocht. De belangrijkste overweging om deze optie af te laten vallen is het gegeven dat het dak van de flat aan de Suze Groeneweglaan is gemaakt van holle betonplaten. Deze 15 centimeter dikke betonplaten zijn naar het oordeel van o.a. de aannemer niet geschikt voor het âstormvastâ monteren van 15 meter hoge antennes. Er zijn dan kostbare en complexe aanpassingen nodig om plaatsing op het dak alsnog mogelijk te maken. Daarnaast is de flat particulier eigendom. De aanpassingen, in de vorm van een stalen constructie om de flat waarop drie antennes op circa vijf meter afstand van elkaar worden geplaatst, kan alleen worden gerealiseerd als de leden van de vereniging van eigenaren hiermee instemmen. Daarnaast speelt mee dat de huidige opbouw op het dak het plaatsen van de staalconstructie ten behoeve van de masten ernstig belemmert. Evenmin biedt het dak de mogelijkheid om de benodigde apparatuur te plaatsen. Alles overziend concludeer ik dat er uitgebreid en zorgvuldig is gekeken naar mogelijke alternatieven voor de Suze Groenweglaan, ook in de zin zoals u voorstelt in uw brief. Helaas moest telkens worden vastgesteld dat er geen sprake was van een reĂ«el alternatief. Het andermaal bestuderen van deze alternatieven acht ik weinig zinvol. Ik heb daarnaast kennis genomen van de standpunten van de deelgemeente en het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam naar aanleiding van de reactie van het ministerie op de klacht van het actiecomitĂ©. Daarbij valt mij het volgende op. De voorzitter van de deelgemeente Delfshaven is met mij van oordeel dat de voorgestelde locatie âde minst slechte locatieâ is. Het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam vindt dat met de verstrekte informatie de bewoners uiteindelijk een goed beeld hebben kunnen krijgen van de randvoorwaarden en afwegingscriteria in dit locatiekeuzetraject. Ten slotte meldt de Algemeen directeur van de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond mij in zijn brief van 16 april het volgende: â⊠de VRR acht het niet verantwoord dat andermaal de realisatie van goede communicatie in het centrumgebied van Rotterdam (publiek belang) versus particulier belang (belevingswaarde) met wederom circa 1 jaar wordt vertraagd en wil het daarmee verbonden operationele risico ook niet langer voor haar rekening nemen.â Ik begrijp zijn reactie en deel zijn zorg. Alles overziend en alles overwegend kom ik dan ook tot de conclusie dat de veiligheid van de burgers en de hulpverleners in het centrum van Rotterdam het noodzakelijk maakt de ontbrekende mast op de locatie Suze Groeneweglaan op korte termijn te realiseren. Twee jaar overleg en onderzoek hebben geen reĂ«le alternatieven opgeleverd. Dat spijt mij oprecht. Ik had de raad en de bewoners graag anders bericht. Het enige wat mij rest is om u en de bewoners in de omgeving van de locatie Suze Groeneweglaan begrip te vragen voor mijn besluit om op zeer korte termijn de bouw van het opstelpunt te hervatten. Tot slot wil ik u volledigheidshalve nog wijzen op de beantwoording van een aantal Kamervragen over dit onderwerp. De antwoorden zitten als bijlage ter informatie bij deze brief.  DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES, voor deze de directeur-generaal Veiligheid H.W.M. Schoof DOCPROPERTY Datum_kop \* MERGEFORMAT Datum DOCPROPERTY Datum \* MERGEFORMAT 7 mei 2009 DOCPROPERTY Kenmerk_kop \* MERGEFORMAT Kenmerk DOCPROPERTY Kenmerk \* MERGEFORMAT 2009-0000254810 DOCPROPERTY Rubricering \* MERGEFORMAT DOCPROPERTY Rubricering \* MERGEFORMAT Pagina PAGE \* MERGEFORMAT 2 van NUMPAGES \* MERGEFORMAT 3 DOCPROPERTY Directie \* MERGEFORMAT Politie en Veiligheidsregio's DOCPROPERTY Onderdeel \* MERGEFORMAT Veiligheid, Informatie en Technologie DOCPROPERTY Bezoekadres \* MERGEFORMAT Schedeldoekshaven 200 2511 EZ Den Haag DOCPROPERTY Postadres \* MERGEFORMAT Postbus 20011 2500 EA Den Haag DOCPROPERTY InternetAdres \* MERGEFORMAT www.minbzk.nl DOCPROPERTY Contactpersoon_kop \* MERGEFORMAT Contactpersoon DOCPROPERTY CPNaam \* MERGEFORMAT W. Hogendorp DOCPROPERTY T_kop \* MERGEFORMAT DOCPROPERTY CPTel \* MERGEFORMAT DOCPROPERTY CPEmail \* MERGEFORMAT DOCPROPERTY Kenmerk_kop \* MERGEFORMAT Kenmerk DOCPROPERTY Kenmerk \* MERGEFORMAT 2009-0000254810 DOCPROPERTY UwKenmerk_kop \* MERGEFORMAT DOCPROPERTY UwKenmerk \* MERGEFORMAT DOCPROPERTY Bijlagen_kop \* MERGEFORMAT DOCPROPERTY AantalBijl \* MERGEFORMAT DOCPROPERTY Retouradres_kop \* MERGEFORMAT > Retouradres DOCPROPERTY Retouradres \* MERGEFORMAT Postbus 20011 2500 EA Den Haag DOCPROPERTY Rubricering \* MERGEFORMAT DOCPROPERTY Aan \* MERGEFORMAT De leden van de Gemeenteraad van Rotterdam Postbus 70012 3000KP Rotterdam DOCPROPERTY Datum_kop \* MERGEFORMAT Datum DOCPROPERTY Datum \* MERGEFORMAT 7 mei 2009 DOCPROPERTY Onderwerp_kop \* MERGEFORMAT Betreft DOCPROPERTY Onderwerp \* MERGEFORMAT Plaatsing C2000 mast Rotterdam DOCPROPERTY Rubricering \* MERGEFORMAT Pagina PAGE \* MERGEFORMAT 1 van NUMPAGES \* MERGEFORMAT 3