Ramadan 37
Bijlage
Nummer: 2009D27561, datum: 2009-06-04, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Bijlage bij: Antwoord op vragen van het lid De Krom over het in opspraak raken van de heer Ramadan (2009D27259)
Preview document (š origineel)
Questions Actuelles 37 Tariq Ramadan Actuele kwesties - De moslim heden ten dage - Spiritualiteit, affectief en sociaal evenwicht, rol in de familie en sociale rol Tot 0.37 Arabisch Het onderwerp waar we ons nu mee bezig gaan houden. Een onderwerp waarvoor men - u zult het zich realiseren ā weinig gelegenheid heeft om erover te spreken. Men spreekt vaak over de situatie van de vrouw van de [ā¦.]. Men benadrukt vaak het feit dat er problemen zijn. En ik wil niet het idee laten horen dat deze problemen tussen wat de Koran en de overlevering van de profeet [Arabisch] ons leren en wat we concreet doen op dit gebied in onze dagelijkse levens, niet bestaan. In de werkelijkheid van ons begrip van de islam zijn er echt attitudes die deficiĆ«nt zijn, zijn er echt discrepanties. Je moet helder zijn op dit punt. Tijdens een eerder seminar heb ik de realiteit van dit probleem binnen onze gemeenschappen benadrukt. En dat heeft veel reacties opgeroepen. Die reacties geven de beroering aan die dit discours tegenwoordig nog binnen onze gemeenschappen, binnen onze gemeenschap, kan veroorzaken. Na een eerste deel over de vrouw in de islam te hebben gedaan, gaan we vandaag over de man in de islam spreken. En we gaan er over spreken omdat, net zozeer als het waar is dat over de kwestie van het beeld dat vrouwen van zichzelf hebben, over het islamitische moslimdiscours zelf, over de rechten en de verantwoordelijkheden die er ook in dit perspectief in de islam zijn en over de rol van de vrouwen, net zozeer als wij in elk van deze gebieden een reflectie moeten ontwikkelen, net zozeer is het uiterst urgent, is het noodzakelijk, dat we een echte reflectie ontwikkelen over de man binnen de gemeenschap, over de man in relatie tot, jegens onze samenleving. En dat zal ons ertoe brengen om de realiteit onder ogen te zien. En - ik zeg het nog een keer - we moeten niet, wanneer we het hebben over de kwestie van de vrouw, over de kwestie van de man, veronderstellen dat wanneer we over de vrouwen spreken we onder vrouwen moeten zijn en wanneer we over de mannen spreken we onder mannen moeten zijn. En de kwestie is nietā¦ En de kwestie van de mannen betreft een hele gemeenschap die de uitdaging moet aangaan met een aantal deficiĆ«nties, met een aantal tekortkomingen, met een aantal problemen die van zeer groot belang zijn. En als we heden ten dage de kwestie van de mannen in onze gemeenschap of in onze samenleving onderzoeken, zal men zien dat er een aantal heel specifieke problemen zijn die we, allemaal, onder ogen moeten zien. Want van daaruit zal een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid binnen onze gemeenschap, in essentie binnen onze geloofsgemeenschap ontstaan. Wat zijn de karakteristieken..., wat is de aard, wat zijn de problemen en van welke aard zijn de problemen die we vandaag de dag zien of die we kunnen ontdekken voor de man in de samenleving die de onze is, en tegelijkertijd in de gemeenschappen of in de moslimgemeenschap als zodanig? Natuurlijk kunnen we binnen de tijd van een les niet volledig zijn, kunnen we niet alles zeggen, kunnen we niet het geheel van het probleem bestrijken. Maar we kunnen wel aan een aantal dingen aandacht besteden, een aantal dingen naar voren brengen. Er zijn vier wezenlijke gebieden waarbij er werkelijk sprake is van een probleem. Het eerste probleem dat men heeft is die van het zijn. Het zijn van de moslim, van de moslimman, wanneer hij met God wil zijn, wanneer hij zijn spiritualiteit wil beschermen in deze samenleving en in zijn gemeenschap. Op het niveau van het zijn hebben we inderdaad een probleem. We zullen daarop terugkomen. Het tweede probleem met het zijn, is het probleem van evenwicht, van evenwicht in zijn innerlijk. We moeten toch iets toegeven wat dat betreftĀ : heel veel mannen in onze moslimgemeenschap of in de periferie van deze gemeenschap - zowel in beperkte als in brede zin - ik bedoel daarmee het feit dat er bepaalde moslims zijn die praktiserend moslim zijn, andere moslims die moslim zijn, die zeggen āik ben moslimā maar ze praktiseren het niet en weer anderen die van origine en uit traditie moslim zijn maar er zich niet in herkennen. In dat hele geheel, ik weet niet zo zeker of we het als een geheel moeten beschouwen, hebben we een probleem van evenwicht. Tegenwoordig is er wat de mannen betreft in onze gemeenschap een probleem van innerlijk evenwicht. Er is veel verscheurdheid, er zijn veel innerlijke problemen en ik denk dat men zich veel bezig houdt in onze gemeenschap.... Het is naar mijn gevoelā¦ ik voel het als een ontaarding van ons begrip in relatie tot onze religie. Men zegtĀ : ja, maar de hele kwestie tussen de man en de vrouw is een kwestie van rechten, is een kwestie van plichten. En 99% van de keren dat ik een toespraak moet houden over de kwestie van de vrouw - wat zijn haar rechten, wat zijn haar verplichtingen, we zijn in onze discours over de man en de vrouw geworden zoals in de verkeersregels! Welk recht, welke plicht. En vervolgens veronderstelt men dat wanneer men zijn rechten kent en men zijn plichten kent het op rolletjes loopt. Dat is niet waar, dat is niet waar. De problemen liggen op een veel dieper niveau. En het idee bijvoorbeeld dat de man - omdat de vrouw immers aan het strijden is opdat haar rechten worden erkend - dat de man dus..., hij heeft rechten, en aangezien hij rechten heeft, gaat het dus goed. Alsof alles zodra je je rechten hebt goed gaat. Dat is het miskennen van de realiteit van het evenwicht wat de mannen betreft heden ten dage. En daar gaan we vandaag veel over spreken. Een kwestie, een groot probleem van evenwicht, van innerlijk evenwicht, van spiritueel evenwicht, van sociaal evenwicht. En dat brengt ons bij het derde probleem. Het derde probleem is het beeld dat de mannen van zichzelf hebben. En wat dat betreft is het niet eenvoudig want in onze samenleving - die enorm veel heeft veranderd, en dat het beeld dat de man in de moslimgemeenschappen, in een samenleving zoals bijvoorbeeld die in Marokko of in Algerije of in welk land dat voor de meerderheid moslim is dan ook, en wel, dat beeld is ook veranderd. U bevindt zich in een samenleving die het beeld dat de man van zichzelf kan hebben schaadt. Wat ben ik uiteindelijk in deze gemeenschap, in mijn familie? Er is een beeldprobleem en, u zult zien, en ik ga ook daar veel nadruk opleggen. Het vierde belangrijke probleem dat we wat de man betreft hebben is zijn rol. Het is die van zijn rol. Want alle psychologen die zich richten ā¦ die hun analyse richten op wat bijvoorbeeld sociale psychologie wordt genoemd, of op wat de realiteit van de familie betreft, of op wat de ontwikkeling van het begrip autoriteit in onze samenlevingen betreft, benadrukken immers het feit dat er echt ingrijpende veranderingen zijn in de relatie die men heeft ten opzichte van autoriteit. En wie droeg vaak in de traditionele samenlevingen de dimensie van de autoriteit? Dat was de man. En daar ligt dus een echt probleem. En men ziet dat, zelfs in families, de relatie tot autoriteit, dus de rol zelf ā en ik zeg nog een keer dat in de islam autoriteit niet alleen voor mannen is. Dat is niet waar. Maar ik zeg dat de kwestie van autoriteit zo ingrijpend is veranderd, de relatie tot autoriteit die zo ingrijpend is veranderd, dat het een verband heeft met de rol van de man. Noodzakelijkerwijs. En we moeten erover praten. En we moeten er op een buitengewoon directe manier over praten. We hebben vandaag dus een aantal gebieden die voor een man geen uitgemaakte zaak zijn en die niet simpel zijn. En ik zal het zeggen zoals we het beleven, ik zal het zeggen, zoals sommigen onder ons het met enorm veel pijn beleven, zowel in deze zaal als daar buiten: een moslimman zijn die trouw is aan zijn moslimprincipes maar die leeft in een westerse samenleving, dat is buitengewoon moeilijk met betrekking tot deze vier gebieden: de dimensie van het zijn, de dimensie van het beeld dat men van zichzelf heeft, van het innerlijk evenwicht en tegelijkertijd van de rol. Dat is moeilijk. En ā¦ wat zijn de rechten van de vrouw, wat zijn haar plichten, wat zijn de rechten van de man, wat zijn zijn plichten? En vervolgens heeft men wat het echtpaar betreft, de indruk dat je zodra je de verkeersregels kent het echtpaar kan leiden. En dat heeftā¦dat is niet de werkelijkheid. En noch persoonlijk, noch als echtpaar, noch als familie zal men leven alsof men een robot is. Er is een aantal problemen die men onder ogen moet zien en die verscheurend zijn en die veel mensen verscheuren. Laten we direct naar de kern van de kwestie gaan. Het eerste dat we weten - en ik heb het gezegd en ik herhaal het : het is een discours dat je zowel voor de man als voor de vrouw kan houden. Men weet, men weet en, ik heb het net herhaald, dat er in ons, ja, dat er in ons iets is dat maakt dat we Ć©n van God Ć©n van de waarheid houden. En a fortiori dat iemand die zegt [Arabisch]: āik ben moslimā, aan het zeggen is: āer is iets waar ik van hou in die relatie die ik heb tot de waarheid. Wanneer ik de waarheid zeg voel ik me goed.ā Dat weet men. Maar men weet ook dat er in ieder wezen dingen zijn die hem ook aanzetten om zich te laten gaan in de richting van het slechte. En wat we net hebben benadrukt in relatie tot āzich laten gaanā en de driften die in ons zijn en instincten die instincten zijn die ons ā vanuit die opvatting ā met onszelf doen leven in een relatie, waar dat een inspanning vraagt om trouw te blijven aan onze islamitische principes. Goed. In welke samenleving leven wij wanneer wij heden ten dage inā¦. In welke samenleving leven wij? Wij leven in een samenleving die enorm veel accent legt, enorm veel accent legt, met zoān nadruk dat het soms een aanval is - het is vaak een aanval - op alles wat de dimensie van het instinct prikkelt en, in het bijzonder door het gebruik van alles dat in relatie tot de man de vrouwelijke dimensie zal zijn, en daar moet men duidelijk zijn, want men kan komen, men kan erom heen draaien. Ik denk dat we de dingen moeten nemen zoals ze zijn. Wanneer je op straat bent, hier in Roubaix of in welke stad in Europa dan ook, of als u, wat sommigen van u betreft, televisie en reclames kijkt, dan weet u, u weet het zelfs verstandelijk, maar vaak weet men het verstandelijk maar gaat men niet tot het eind toe door van wat dat sociaal gezien wil zeggen. U weet dat u in een samenleving verkeert die, in naam van een bepaalde visie op consumptie, een bepaalde visie op de mens, enorm de nadruk gaat leggen op het prikkelen van het instinct. Wanneer er tegenwoordig reclames zijn over zeep, autoās of welk product dan ook, is een van de elementen die op de meest directe manier schokken wat de consumptie betreft, het gebruik van de vrouw. En de vrouw in wat er is, in dit geval, - en daarom is het een mannenprobleem en moet men het onder ogen zien, maar niet alleen de mannen, onze hele gemeenschap moet het onder ogen zien, want men moet weten wat een man kan meemaken in een samenleving als deze waarin de wens om te consumeren enorm gekoppeld wordt aan het prikkelen van het instinct. Een prikkeling, het is een prikkeling die vanuit dat gezichtspunt buitengewoon agressief kan zijn. Buitengewoon agressief. En op het gebied vanā¦ wanneer men op straat is, hier in Frankrijk of wanneer men tegenover de televisie zit en wanneer men morele principes heeft, wanneer men God wil behagen, wanneer men daar mee geconfronteerd wordt. En de vraag die men zich moet stellen is hoe, hoe beleef je dat? Ik geef een voorbeeld. Ik kom aan, ik weet niet meer in welke stad, met het vliegtuig. Ik verlaat het vliegtuig, en je volgt deā¦ tussen aanhalingstekens āde kudde vliegtuigpassagiersā, en vervolgens zegt men u: āJe gaat daar heen, je gaat naar links, je gaat naar rechtsā en daarna volg je. Goed, je volgt. En het geval wil dat daar, dat er een gang was, er zijn geen 36.000 mogelijkheden, je zou niet achteruit kunnen lopen, je moest recht voor je uitkijkend lopen. En je komt aan, en het ging als volgt, dit is wat me overkwam. En u zal zeggen, goed, u zal zien dat veel mensen de situatie zullen herkennen die ons op de gang overkomt. Op een gegeven moment komen we aan voor een gangā¦ u weet, een roltrap. Ik kom aan en volg de ākuddeā, en op het moment dat ik aankom, tegenoverā¦ op de roltrap en je gaat de roltrap af, wat is er tegenover je? Een enorme affiche, 5 bij 8 meter, een enorme affiche tegenover je. Je kunt nergens anders naar kijken, het is tegenover je, met wat erop? Eropā¦ een bikini. Ziet u het voor zich? Goed. Wanneer je je in een dergelijke situatie bevindt, wat doe je dan? Het hoofd omdraaien? Of de ogen neerslaan? U herinnert zich wat de profeet [Arabisch] heeft gezegd: Ali, de eerste blik is normaal, het is de tweede die telt. En hop! Je slaat de ogen neer. En vervolgens daarna, denkt u na en zegt u: āals ik op straat ben, wat wil dat zeggen?ā. Dat wil zeggen dat men de hele tijd de ogen op het beton geplakt zal hebben. En het herkenningsteken van de moslims midden in Roubaix, wat is dat? Ze kijken naar de grond. Dat is het. Dat wil zeggen als men zich inderdaad zou weten te beschermen en zich zou kunnen beschermen tegen de realiteit van de aanval door het beeld en tegen de prikkeling van de instincten. Maar wat wil dat zeggen? Dat wil zeggen dat heden ten dage, in een samenleving zoals de onze, wat een van de moeilijkste elementen voor het evenwicht is en die door iedereen moet worden begrepen en gezien zoals die is en niet doen alsof. Want er zijn bepaalde mensen onder u die wanneer men met hun hierover spreekt [Arabisch]: āWaar heb je het over? Ik word hier niet door geraakt. Het zijn de anderen! De realiteit is dat men erdoor geraakt wordt en dat dit een aanval is in deze samenleving voor wie met een minimum aan morele elementen wil leven. Dat wil zeggen om zich, ā¦.zijn blik te beschermen. Dus, als de profeet [Arabisch] tegen Ali [Arabisch] zegt, en hij zegt hem: āā¦ sla je tweede blik neerā, is hij hem aan het zeggen: āje moet je beschermenā, en dat was in een samenleving waar men ver afstond van wat men nu meemaakt! In een samenleving waar reeds een morele bescherming is zegt hij hem: ālet op!ā En wel wij..., heden ten dage bestaat de bescherming van deze oriĆ«ntatiepunten niet. Dat wil zeggen dat voor iemand, voor een man die zich in deze samenleving moet beschermen er een versterking van deze relatie tot zijn spiritualiteit moet zijn, maar vooral een versterking van de beschermingen, naarmate de oriĆ«ntatiepunten van een gemeenschap... de morele oriĆ«ntatiepunten van een gemeenschap vervagen, moet de innerlijke bescherming sterk zijn. Maar van een hele gemeenschap, niet alleen van de mannenā¦ Want, inderdaad, een vrouw zou..., wanneer ze haar man op de televisie naar niet zo zuivere dingen ziet kijken, zegt tegen hem: āmaar waar kijk je naar?ā En de arme schuldige, met een onwetende blik. Dat is de hele kwestie niet. Dat is de kwestie niet. Is men samen om betere moslims te worden of is men de beoordelaar van de fout van de anderen, zelfs wanneer men de vrouw van zijn echtgenoot is, zelfs als men de dochter van zijn vader is, zelfs wanneer men de broer van zijn broer is? Vanaf een bepaald moment, als het die werkelijkheid is die we beleven - en het is die werkelijkheid die we aan het beleven zijn ā laten we de werkelijkheid onder ogen zien, die agressie in relatie tot het mannelijk wezen in deze samenleving. Praat! En wel, nu zijn er steeds meer, inderdaad, ā¦. Ik had er al over gesproken toen ik sprak over de vrouwen, zoān reclame enscenering van het lichaam van de man en die uitdaagt, we weten ook wat dat allemaal bij een aantal vrouwen teweeg kan brengen, en prikkelingen die van hetzelfde type zijn. Dus men is in dezelfdeā¦. is in dezelfde situatie behalve dat alles wat de realiteit is van deze stimuli door de vrouw veel, veel belangrijker in onze samenleving is dan dat hij isā¦ Dus, wat moeten we doen? Gaan we onze fouten zoeken? Gaan we tegen onszelf zeggen: in ieder gevalā¦. Wel, als we er zijn, op zaterdagavondā¦ Ik weet het niet, dan, het zijn de broers, het is de tijd... Kijk je daar naar? Hoewel er sommigen zijn die vanuit dat gezichtspunt, niet het minimum aan decentie hebben, zelfs wanneer ze in een gemeenschap zijn en onder broers en zussen. Sommigen zijn niet voldoende waardig in de manier waarop ze hun blik richten. Maar men kan tegen zichzelf zeggen dat men op zaterdagavond sterk is. Maar wat zeer belangrijk is dat ons leven zich niet alleen op zaterdagavond afspeelt, maar de hele week. Dus, wat moet je doen in deze gemeenschap om te proberen kracht te vinden? En wat wil dat concreet zeggen om dat evenwicht te vinden? Want, wat levert het op? Het zorgt ervoor dat..., wanneer men in deze samenleving met [Arabisch, God] wil zijn, leidt je noodzakelijkerwijs een onevenwichtig leven. Onevenwichtig want men probeert je lichaam te prikkelen, men probeert je instincten te prikkelen en jij, jij verlangt ernaar je hart te doen leven. Je wil je beschermen. Wat wil dat nu zeggen? Dat wil zeggen dat we moeten terugkeren naar een collectieve verantwoordelijkheid. Wat dat betreft, richt ik me op de broers, die in feite dat werk moeten doen. Want zonder persoonlijke inspanning val je, zonder persoonlijke inspanning val je. Als je inderdaad niet let op je blik, je niet let op je houding, je niet let opā¦. De eerste verantwoordelijkheid komt de man toe. En dat vraagt om een echte prestatie van persoonlijke spiritualiteit, een echte inspanning. Hoe nader je tot God komt, zoals men gezien heeft, des te meer ben je verbonden met de elementen van het geloof, des te meer zul je beschermd zijn tegen deze elementen, tegen deze verleiding. Maar dat is niet voldoende, dat is niet voldoende. We moeten vanuit dat gezichtspunt veel verder gaan in onze relatie met onze principes en in onze relatie met elkaar. Wat zegt onze overlevering ons van dit gezichtspunt? Het eerste ding dat ons duidelijk wordt gemaakt, heel specifieke dingen. Ik ga u een verhaal vertellen. Men kent dit verhaal. En kijkā¦. want wij, we spreken er niet over. Het onderwerp is taboe. Je moet vooral niet de indruk geven dat je verleid wordt door wat men je laat zien. Ik wil zeggen, alle mannen van de hele planeet worden het wel, maar de moslims zijn beschermd. Wat onwaar is. Wat onwaar is. En men ziet enorme gevoelens van onbehagen. Ik ontvang brieven en getuigenissen die duidelijk maken... , de vrouw, van de kant van vrouwen die bij hun echtgenoten deze situatie zien, want mannen spreken er weinig over. Het onderwerp is enigszins taboe. Die situaties zien, vanuit dat gezichtspunt, van enorme onevenwichtigheid. Dus, op een gegeven moment moet de werkelijkheid onder ogen gezien worden. Wat moet men doen om zich daartegen te beschermen? En wel, de profeet [Arabisch]ā¦ Het is trouwens een authentieke hadith die is gebruikt door een aantal geleerden om te benadrukken dat de niqaab, dat wil zeggen het feit alleen de ogen van de vrouw te zien zijn, niet de realiteit was in de tijd van de profeet [Arabisch]. Het was niet de enige manier... en dus, die hebben het feit benadrukt dat de hijab, benadrukte het feit dat men het gezicht ziet. U kent de andere hadith van dit gezichtspunt. Maar een van deze hadith is gebruikt omdat het een hadith [Arabisch] is. De profeet [Arabisch] op een gegeven momentā¦ Het is een menselijk wezen en wij, wij weten dat hij die kwaliteit heeft, menselijk te zijn. Hij staat model voor ons omdat hij menselijk is, nietwaar? Hij staat model voor ons omdat hij menselijk is. En hoe is hij, de profeet [Arabisch]? Op een dag zag hij een vrouw. En die vrouw heeft, met haar voorkomen en haar fysieke uiterlijk, iets in hem opgewekt. En de profeet [Arabisch], wat heeft hij gedaan op het moment dat hij zich tot haar aangetrokken voelde? Hij heeft zich er vanaf gekeerd naar zijn echtgenote. Zina [Arabisch]. Zina [Arabisch]. Hij heeft zich afgewend. Hij werd dus aangetrokken door het ongeoorloofde, aangezet door het ongeoorloofde en hij heeft zich beschermd met het geoorloofde. In andere woorden, wat wil dat zeggen? Dat wil zeggen dat de verleiding buiten bestaat. En doen alsof je nooit wordt verleid is volledig onwaar. Het is een leugen! De hele vraag is: wat moet men doen om zich te beschermen? Nu, het eerste dat deze hadith ons leert... Deze twee dingen zijn fundamenteel. Het eerste ding is: hoe weten wij dat de profeet [Arabisch] deze ontwaking heeft gehad? Hoe heeft men..., heeft men het kunnen weten? Nu, we hebben het geweten omdat hij erover gesproken heeft, nietwaar? Hij heeft het moeten zeggen aan een metgezel die het ons heeft overgebracht in een authentieke hadith, nietwaar? Wat in zijn hart is geweest, daarover heeft hij gesproken. Want de profeet [Arabisch] - en dat is een grote les van de hadith. Want sommigen, ze behouden de oppervlakkigheid van de hadith, en zeggen vervolgens: ādat is wat hem is overkomen, hij is in het geoorloofde gaan zoeken tegen het ongeoorloogde, hij is zich gaan beschermen in het geoorloofde. Maar er is iets dat belangrijker is dan dat. Dat is dat hij erover gesproken heeft. Dat wil zeggen dat de profeet [Arabisch] dingen van zijn innerlijk heeft gezegd, dat er mannen zijn, hier, die nooit met iemand zullen praten omdat ze nooit een luisterend oor zullen vinden, ze beleven de dingen [een piepgeluid]: ik moet sterk zijn. Hij is volledig vernield van binnen maar, als je hem ziet heb je de indruk dat hij nooit een vrouw van voor of van opzij heeft bekeken. Hij is werkelijk moslim in het geheel van zijn, van zijnā¦ Het is niet waar! Sommigen onder ons leven vanuit dat gezichtspunt. En de werkelijkheid, maar de profeet [Arabisch], hij praat erover met zijn metgezellen. Hij praat erover. Eerste les. Het tweede ding is inderdaad wat er wordt gezegd, de inhoud van de hadith. En de inhoud van de hadith, wat is dat? Die is als volgt: het geoorloofde beschermt tegen het ongeoorloofde. 24.00-28.25 Welnu, het eerste isā¦. dat moeten we tegen onszelf zeggen. Dat is dat in deze gemeenschap en heel vroegā¦. Ik spreek niet alleen over mensen die getrouwd zijn, ik spreek over die jongeren die jonge adolescenten zijn. Welnu, het is waar dat het voor de vrouwen, voor de meisjes hetzelfde is. Daar hebben we vandaag al over gesproken. We gaan ons concentreren op de mannen en ik zou graag willen dat u de waarheid onder ogen ziet. Men moet in deze gemeenschap ophouden om systematisch te spreken over āmijn rechten, mijn plichtenā. Men moet eindelijk de affectieve, emotionele, psychologische, menselijke realiteit bekijken van deze realiteit... Want er is geen wet zonder mensen. En door aanhoudend over wetten te spreken krijgt men de indruk dat mensen echte robotten zijn. U ziet, de wetten werken, wanneer ze alleen voor robotten zijn. Maar als er geen discours over het hart is hebben we niets aan die wetten. Spreken over het hart om de wet te begrijpen. En wel, wat maken jongeren vanuit dit gezichtspunt werkelijk mee? Wanneer op vijftienjarige leeftijd, nee, tegenwoordig wanneer op dertienjarige, veertienjarige, vijftienjarige, zestienjarige, zeventienjarige, achttienjarige leeftijd in deze gemeenschap, je een jongeman bent, het leven van je lichaam, de prikkels die je worden gegeven, vooral zoals u weet, sommigen van u hebben gezien wat datā¦.de middelbare scholen, als u leraar bent, als u ziet wat er zich op de universiteitsterreinen kan afspelen, ik wil zeggen een jongeman die geen instinctieve prikkeling heeft, of het nu op de middelbare school of op de universiteit is, is niet normaal. Hij is niet normaal. In het soort gedrag, de manier die men heeft om zich jegens elkaar te gedragen, is het normaal dat het er is. Welnu, wat moet men zich herinneren als men ziet wat de profeet (Arabisch) ervan zegt? Dat een van de manieren om je ook te beschermen tegen een zwakte is erover te praten. Erover praten! En men moet in onze islamitische opleiding, degenen die zich bezig houden met jongeren, dat ze eindelijk ophouden met hun te bedriegen. U weet wat... er zijn verschillende leugens. Er is wat men bewust verzwijgen noemt, Jij, je moet een perfecte moslim zijn, maar alles wat je in je hart beleeft daar praten we niet over. Dat is niet waar. Dat wil zeggen dat men op een gegeven moment deze jongeren moet begeleiden vanaf eenā¦ vanaf jonge leeftijd, met de vragen die ze stellen. Je hebt het recht om alle vragen die je lichaam stelt aan je geweten aan mij te stellen. Als ik je opleider ben. Alles wat in je hoofd opkomt moet je kunnen vragen. En ik zie niet waarom als Aisha (Arabisch) van de vrouwen van de Ansaar zegt: gezegend zij de vrouwen van de Ansaar, die de schroom niet belet om vragen te stellen, dat jij me vijftien eeuwen later belet vragen te stellen onder het voorwendsel van valse schaamte. Men zit volledig in de put waarbij alles een appel doet op onze instincten [...]. Ik voel niets, ik zie niets, ik ben een goede moslim, papa, ik ben een goede moslim, mama, ik ben een goede moslim, Aisha. Dat is niet waar, het is een vorm van bewust verzwijgen. En dat bewust verzwijgen veronderstelt dat men gaat [...] men kijkt naar wat de profeet (Arabisch), erover heeft gesproken. Dus je moet erover kunnen spreken. Dus een jongere, vanaf 12-13 jaar moet ook vragen hebben. De vragen die je hebt zijn legitiem. Praat erover! Maar om er over te kunnen praten moeten er oren zijn die geen oren van een beoordelaar maar oren van een metgezel zijn. Een metgezel [ā¦.] en vervolgens raadgever. Maar dat wil zeggen, dat men in feite de werkelijkheid onder ogen moet zien. Dat wanneer je vader bent je ziet dat je zoon ā en hetzelfde geldt voor de dochter ā dat, wanneer hij in deze samenleving 13 jaar is, 12 jaar zelfs. Ik wil zeggen, een van onze zussen die vervangster op een school is komt op een basisschool ā 12 jaar!, op de basisschool, 12 jaar, is ze, het is een zus, ze let heel erg op haar kleding, ze komt bij de deur. Een van de jongens van 12 jaar drukt haar tegen de deur en zegt tegen haar: āciao, babyā. (gelach). 12 jaar! Goed, je pakt hem, je tilt hem op, je zet hem buiten, 12 jaar! 12 jaar, dat wil zeggen, u ziet een klein beetje het soort gedrag waartoe dat zou mogen leiden. En de elementen van verleiding, dat komt nu op de basisschool. Je hebt meisjes die goed hebben begrepen hoe je verleidt. Je hebt er die kleding dragen, met van die dingen die tot hier komen, net boven de, de... navel. Op de basisschool! 28.25-31.29 Goed, de jongen die 12 jaar is. Een jongetje, moslim, heel braaf thuis, hĆØ, hij stelt nooit vragen over wat dan ook. Zegt hij niets? Ziet hij niets? Wil hij niet dat men erover spreekt? Terwijl de profeet [Arabisch] die een volwassene is, hij spreekt er over. Hij is een ander voorbeeld. En wel, we moeten beginnen om de dingen vanaf daar aan te pakken. De vragen, het proces dat ons in staat stelt om te begeleiden. En dat is des te meer waar op achttienjarige leeftijd, en dat is des te meer waar op twintigjarige leeftijd. Heel veel spreken er niet over. Maar wat is de realiteit? De realiteit is dat tegenwoordig de jongeren in onze gemeenschap, die twintig jaar zijn, die zich beschermd hebben voor het huwelijk, in de minderheid zijn. Dat weet u goed. Dat de enkelen die hier zaterdagavond komen een minderheid zijn in verhouding tot degenen die niet komen en die een leven leiden dat ver van dat alles is. Want we praten er niet over. Want we praten niet over deze realiteiten. Probeer ook te begeleiden in het discours. Eerste element. En hier ook, zal het zijn, vanuit dat gezichtspunt, te erkennen dat we de dialoog aan moeten gaan over deze vragen, en de adolescenten moeten beschermen in een dialoog. En verder, misschien dat sommigen het inderdaad zullen gaan uitproberen, maar uitproberen met bescherming. Via het uitproberen, beginnen te beschermen. En dit betekent tegen een jongeman zeggen: āik spreek niet met je over de islam als een ideaal dat je niet kunt bereiken maar de islam is heel dicht bij jou, en begint al. Welke moslim dan ook begint al door te erkennen: āWat je meemaakt is normaal. De moeilijkheden die je hebt zijn normaal. Dat je wordt aangetrokken, is normaal.ā Hoeveel jongeren zijn er die achttien jaar zijn, en die hun broers die geworteld zijn in de islam hun horen zeggen: āHet is normaal wat je meemaakt. Wat nu belangrijk is is dat je weet hoe je je moet beschermen.ā Dat wil zeggen dat men vertrekt vanuit het normale, en men probeert zich liever te beschermen dan te spreken over een ideaal dat niemand ooit bereikt. Goed, eerste element dus, een echte discours daarover, een echte vorming. Een ding moet u begrijpen, een vorming die voor de moslims zou worden gedaan zoals die werd gedaan in Marokko en in Algerije, is niet alleen contraproductief in Europa maar zou catastrofaal kunnen zijn. Catastrofaal, dat wil zeggen dat het contraproductief is wanneer men hier niet over de dingen spreekt waarover men in het land van herkomst niet spreekt. Want in het land van herkomst, bood dat bescherming, maar hier nu, zijn de dingen hee anders. Dat kon bescherming bieden, een stilte als deze, omdat men in een omgeving was die cultureel gezien georiĆ«nteerd was via morele oriĆ«ntatiepunten. Maar dat is hier niet het geval. Dus is men verplicht daarover te kunnen spreken. En verder u verbaast zich over de jongens - op twaalfjarige, dertienjarige leeftijd weten ze dingen, beleven ze dingen, zien ze dingen, horen ze dingen, zien ze gedragingen waarover men iets moet kunnen zeggen. En vooral de innerlijke verscheurdheid verzachten die veel jongeren tegenwoordig tot de leeftijd van het huwelijk ervaren. 31.29-37.24 Het tweede wat de Hadith ons gezegd heeft: āHet geoorloofde beschermt tegen het ongeoorloofde.ā En de profeet [Arabisch] is naar zijn vrouw gegaan om niet aangetrokken te worden door een andere vrouw. En daar, is hij op dezelfde manier een werkelijk zeer belangrijke les aan het geven. Wat wordt er geprikkeld in deze samenleving? Wat wordt er geprikkeld? Alle dimensies van het instinct en van de seksualiteit. Als de profeet [Arabisch] terugkeert om zijn vrouw te zien, wil dat zeggen, dat wat zij hem geeft, hem beschermt tegen iets dat hij zou kunnen missen en dat hem in de buitenwereld zou kunnen aantrekken, nietwaar? En wat zegt dat ons? Dat brengt ons het vers van de Koran in herinnering [Arabisch]: zij zijn kleding voor u, en u bent kleding voor haar. En we hebben op verschillende niveaus een dimensie van bescherming. Op het niveau van de adolescentie, op het niveau van de adolescentie... waardoor worden we aangetrokken? We worden ook aangetrokken door fysieke nabijheid. En wat ā wat dat betreft ā volkomen krankzinnig is in onze gemeenschap is dat we doen alsof dat niet bestaat. En dat er binnen de familie dingen zijn, in relatie tot onze eigen kinderen, waar men inderdaad behoefte aan heeft: aan tederheid. Tederheid in relatie tot een jonge adolescente vrouw, binnen haar familie, zelfs tot een jonge man binnen zijn familie. Die nabijheid van tederheid, en die fysieke nabijheid: die heeft men nodig. Het probleem is dat we doen alsof dat niet zo is. Men wil er niet over spreken. En de profeet [Arabisch] men weet welk soort uitingen van tederheid hij voor zijn echtgenotes had. En nee, men praat er niet over. Dus, het eerste is, niet alleen ook praten, maar uitingen van tederheid zijn van groot belang binnen families. Dat er, zelfs in relatie tot onze kinderen, tot onze jonge kinderen, tot onze adolescenten, iets is van fysieke bescherming. En men heeft er behoefte aan. Heden ten dage, menselijke warmte voelen, een streling voelen, een aanwezigheid voelen ā wanneer het binnen het geoorloofde is - in de ruimte van de familie, ouders in relatie tot hun kinderen. Hoe staan we ervoor? Waarom doet het zich zo niet voor? Waarom hebben we die vrees in relatie tot tederheid? Welnu, dat is reeds voor het huwelijk, maar in het huwelijk vervolgens. Het is een bepalend iets. Men gaat naar buiten en men ziet al die beelden. Men gaat naar buiten en ziet al die instinctieve stimuli. Men gaat terug naar huis en daar veronderstelt men dat er niets zou moeten zijn. Welnu, wat zou kenmerkend moeten zijn? En wel, ik keer me tot mijn broers en zeg nog een keer: āU zou moeite moeten doenā, maar tot de vrouwen, tot de echtgenotes, onder wie degenen die zich inderdaad gaan voorbereiden om te trouwen, degenen die getrouwd zijn, degenen die het al zijn en die zien wat er zich in deze samenleving kanvoordoen, dat men zich realiseert wat dat wil zeggen, een man in deze samenleving beschermen met haar aanwezigheid, met tederheid, met affectie en met het schenken van zichzelf. Om in de buitenwereld beschermd te worden moet men thuis ontvangen. En voor een vrouw in een westerse samenleving is het een vermenigvuldiging van affectie en gave. Laten we ophouden te denken: āIk ben moslim, ik ben moslima, we gaan een leven in vrede leiden.ā Dat is niet waar. Je bent moslim en wanneer je naar buiten gaat word je in je lichaam aangevallen. En wat aan een moslima wordt gevraagd in relatie tot haar echtgenoot is om de mantel te zijn die hem zal beschermen tegen het ongeoorloofde. Precies zoals Zina het heeft gedaan voor de profeet [Arabisch]. Wat wil dat zeggen? Dat wil zeggen enorm veel affectieve aanwezigheid en aanwezigheid van tederheid. Wel, natuurlijk is dat in beide richtingen. Maar haar echtgenoot beschermen door de tederheid die men hem geeft is hem voorzien van een bescherming in relatie tot de tederheid of de seksualiteit waarop men bij hem appel doet. En het is waar op het niveau van de vorming. Kijk naar de profeet [Arabisch]. Wat dat betreft zijn er ook ongelooflijke dingen. We zijn geremd, huiverig en leugenachtig. We zijn een beetje puriteins geworden. We durven over bepaalde dingen niet te spreken. Kijk naar de Hadith van de profeet [Arabisch]. Men weet dat toen Aisha [Arabisch] ongesteld was. Dat wil zeggen dat seksuele omgang niet mogelijk was. De profeet [Arabisch] met haar momenten van buitengewoon diepgaande tederheid had. Zij zegt het: āHij was buitengewoon teder.ā En hij had behoefte aan een fysieke nabijheid met haar in de periode van ongesteldheid. Wat wil dat zeggen? Dat wil zeggen dat de profeet [Arabisch] die ons voorbeeld is, een behoefte aan tederheid en een behoefte aan affectie uitte in relatie tot zijn vrouw en dat zij hem die affectie en die tederheid gaf. Want men heeft het nodig. En vooral wanneer men zich in een samenleving bevindt... a fortiori wanneer men in een samenleving leeft waarin alles draait om het lichaam en het instinct, heb je noodzakelijkerwijs behoefte aan bescherming. Dat is de mantel van je echtgenoot zijn. De mantel zijn van ā¦. en zelfs in relatie tot zijn ā¦ zelfs soms ā¦. Jonge meisjes kunnen zich bepaalde dingen niet realiseren. Dochters in relatie tot hun vader. Tederheid aan zijn vader geven, is hem met tederheid beschermen tegen dat waaraan men ā¦.in de buitenwereld bij hem appelleert. Teder met zijn vader zijn, teder in zijn gebaren zijn, om fysiek aanwezig te zijn in iets dat nobel is in onze religie. Een relatie tussen vader en dochter die waardig is en natuurlijk niet in de perversie zoals dat in bepaalde situaties het geval kan zijn [....]. 37.24-41.17 Nee, we spreken over nabijheid, tederheid, nabijheid, eenvoudigweg over de band die men geeft aan de aanwezigheid van zijn vader, de aanwezigheid van zijn ziel. En wel, die tederheid is een bescherming. Ze zijn kleding voor ons. En des te meer ook op het niveau van de, van de reĆ«le wereld, van de behoefte van het leven van het lichaam. Van het leven van het lichaam! En van het leven van het lichaam moet hij iets vinden dat hem thuis gegeven wordt opdat hij niet door gemis wordt aangetrokken in de buitenwereld. Wanneer je hebtā¦. wanneer je wordt beschermd, wanneer je thuis ontvangt, ben je tegen de bekoringen in de buitenwereld beschermd. En wat ik u aan het vertellen ben, ik ben u aan het vertellen dat men wat de rol van de moslima betreft, als echtgenote, als kind, als echtgenote, men spreekt hier liever over: over het belang om tederheid weten te geven en ook op het niveau van de seksualiteit weten te schenken, hetgeen maakt dat een man het niet in de buitenwereld hoeft te gaan zoeken. Want hij zou worden aangetrokken door wat hij mist. Het feit dat het de profeet [Arabisch] is overkomen, geeft aan hoe belangrijk het is dat men zich hier thuis van bewust is, en in plaats van naar zijn echtgenoot te kijken en te zeggen: āWaar kijk je naar?ā, zich op een gegeven moment de vraag stellen: āmaar wat geef ik hem zodat hij buiten kijkt?ā. En dat is niet niets. Dat is niet niets om hier over spreken en te zeggen dat men de affectieve kwaliteit zowel van tederheid als van de dimensie van de seksualiteit bij onze echtparen moet herzien. En wat dat betreft zou ik u graag iets willen zeggen. Men moet ophouden te doen alsof. Alsof het bij onze echtparen heden ten dage voldoende zou zijn dat men moslim is om niet teā¦. Ik weet niet hoeveel keren per week ik bij echtparen van een crisissituatie hoor waar er inderdaad sprake is van tekortkomingen wat de uiting van tederheid betreft. Er zijn natuurlijk mannen die hun vrouw verwaarlozen, maar er zijn ook vrouwen die, vanuit dat gezichtspunt, hun echtgenoot volledig verwaarlozen. En dan, wat dat betreft, is er iets wat totaal dwaas is. Er zijn dingen die normaal zijn en die geoorloofd of ongeoorloofd kunnen worden. Kijk, ik geef u een voorbeeld. Dat men wordt geprikkeld door iets, dat men wordt verleid door iets [Arabisch] [....]. Hij zegt ons: hij heeft de dingen mooier gemaakt opdat dat ons aantrekt. Maar het thema van aangetrokken en verleid worden, er is een goede verleiding en een slechte verleiding, nietwaar? Wanneer deze verleiding haram is, is het een slechte verleiding. Dat wil zeggen dat men naar dingen begint te kijken waar je niet naar moet kijken, wanneer je begint te... In dat geval word je verleid door dingen die je moet vermijden. Maar er zijn verleidingen die van de orde van de Halal zijn. En wat dat betreft, heeft men, bijvoorbeeld, afwijkende dingen. Men heeft de indruk, en sommige vrouwen beleven het op deze manier en sommige mannen beleven het op deze manier, dat, āomdat ik moslim ben, let op! Er zijn dingen waar je niet mee spot! De verleiding is niet voor een moslim, begrijp je? De moslim wordt nooit door iets verleid, hij is serieus! Een echte robot.ā Dat is niet waar! Thuis moet - en niet alleen maar mag - een echtgenote die goed begrepen heeft welke soort aanval een echtgenoot in de buitenwereld ondergaat de dimensie van een verleiding in het huis praktiseren. Men moet dat doen. Men moet thuis dingen vinden die van de orde van verleiding zijn, tot aan de dimensie van het lichaam zijn en tot aan de dimensie ā¦.Het is geoorloofd, het is Halal. 41.17- 45.00 Je draagt je hijaab niet, en je hebt niet dezelfde attitude met de man met wie je leeft als die je hebt met alle mannen. Voor zover het de verleiding betreft waarmee je in de buitenwereld kan bekoren is het: nee. Voor zover het de verleiding betreft waarmee je binnen kan bekoren is het: ja. Want het is een dimensie van zijn bescherming. Er is een verleiding halal. En bij sommige vrouwen is er wanneer ze trouwen niets meer van over. āJe moet me maar nemen zoals ik ben.ā Er is dan absoluut geen dimensie meer, geen prikkeling van het leven meer die je gaat beschermen tegen de instincten. Dat is helemaal verkeerd. Men is nietā¦. Men leeft in een samenleving waarin men zich moet beschermen. Die hele dimensie. Daarom moeten vrouwen als we over mannen spreken aanwezig zijn, en moeten mannen als we over vrouwen spreken aanwezig zijn. Want het is een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid, we gaan elkaar beschermen, met zijn tweeĆ«n. Jij bent mijn bescherming, ik ben jouw bescherming. En het gaat mis door wat je mist. U kent de uitspraak: een ketting is zo sterk als de zwakste schakel. Je kijkt... Als je de stevigheid van een ketting wil weten, zoek dan zijn zwakste schakel. En als bij een man, als bij een vrouw, zijn of haar zwakste schakel, zijn of haar tederheid is, is het de behoefte aan tederheid, de behoefte aan liefde, de behoefte aan fysieke nabijheid, zal het daar breken waar je het hem/haar niet geeft. In een samenleving zoals de Europese samenleving, zoals de Franse samenleving, is de druk die er op de dimensie van het hart, van de emotie, van de tederheid en van de seksualiteit wordt gelegd zodanig dat het iedere vrouw oplegt - begrijp me goed - dat het iedere moslima oplegt de gave van tederheid, de gave van liefde, de gave van bescherming van het lichaam in die samenleving veel meer te vermenigvuldigen dan in een moslimsamenleving. Realiseert u zich wat ik aan het zeggen ben? Ik ben u aan het zeggen: een man beschermen in deze samenleving is een vermenigvuldiging van de gave van zichzelf. Hetgeen wil zeggen: als ik niet wil dat je elders kijkt, ga ik ervoor zorgen dat je me ziet. In de dimensie van de tederheid, en in de dimensie van het lichaam en van de seksualiteit. Zo bescherm ik je, omdat Zina de profeet [Arabisch] zo heeft beschermd. Want als de profeet er behoefte aan heeft gehad, dan weet je wel dat ik het midden in Roubaix, midden in Noord Frankrijk zeker nodig heb. Je moet jezelf niet bedriegen. Dus, nog een keer, dat vraagt van de vrouwen een grote scherpzinnigheid in relatie tot deze samenleving, en een grote scherpzinnigheid in relatie tot wat werkelijk de dimensie van de man is. En verder moet je er ook over praten. Moet je erover praten. Moet je durven in de [...], moet je durven in de families, moet je erover durven te praten. Zoals de profeet [Arabisch] erover heeft gesproken. De Hadith heeft twee dingen gezegd: praten om zich te beschermen, en zich van binnen beschermen tegen wat kan ontbreken. Goed, dat is de eerste dimensie en men heeft gezien, en wat ziet men? Men ziet een enorme onevenwichtigheid. Heden ten dage zijn er enorm veel mannen die een vreselijk gemis ervaren, enorm veel vrouwen die een vreselijk gemis ervaren. En dat komt omdat we er niet over spreken. Men wil die realiteit niet onder ogen zien. Er zijn geleerdenā¦.u leest ā¦ 14e eeuw. Hij zegt u alles wat is toegestaan wat de orde van de seksualiteit betreft om zijn echtgenoot te bevredigen. In de veertiende eeuw! En als ik een pagina zou nemen en het hier publiekelijk voor u zou lezen zouden sommigen er gechoqueerd door zijn. Men praat niet over die dingen. Dat is voor de niet-moslims. Wij, men heeft een relatie met zijn echtgenoot, men heeft een relatie met zijn vader, men heeft een relatie van tederheid. Dat is een code! Wat dat betreft, is er [Arabisch], wat dat betreft is er [Arabisch]. Behalve dat is er niets. En vervolgens zie je echtparen die verscheurd raken omdat men er niet in slaagt de realiteit onder ogen te zien. En vanuit dat gezichtspunt ondervinden de mannen in onze gemeenschap buitengewoon moeilijke dingen. Dus, de dialoog. Dus, terug naar de praktijk. Wat ik u gezegd heb door middel van het voorbeeld van de profeet [Arabisch]. En dan nog wat anders. 45.00-52.56 Men moet in deze gemeenschap absoluut strijden tegen de slechte culturele gewoontes. Er zijn goede culturele gewoontes die uit de landen van oorsprong zijn gekomen. Die moet men houden. Maar er zijn slechte culturele gewoontes. En een van die slechte culturele gewoontes is ā ik heb er al over gesproken ā dat we over sommige dingen niet spreken. HĆØ. Als je in een oosterse familie leeft ā u ziet, ik begin bij Egypte, vervolgens (lachje), TunesiĆ«, Algerije, Marokko ā men spreek er niet over. Er wordt op die manier geleefd. Er wordt zo op die manier geleefd dat je van binnen geveld bent maar je laat niets merken. Je zit slecht in je hart, slecht in je lichaam, slecht in je zijn, maar je spreekt er niet over. En tegen deze culturele kenmerken moet men vechten. En ik heb u al een keer gezegd, wat de vrouwen betreft, toen ik sprak over de situatie van de vrouwen, toen ik zei: āmaar men moet de vrouw zeggen dat men van haar houdt, dat men van haar houdt. Je moet zeggen: āik hou van jouā en dat je dat moet laten zien. Een van onze broeders, een broeder uit Algerije, is aan het eind van de lezing naar me toegekomen om me te zeggen: āHet was een hele goede lezing. Ik vond het heel goed. Maar weet je, wij, kunnen niet, wij slagen er niet in te zeggen: āik hou van jouā. Dat zit niet in onze cultuur.ā Toen zei ik hem: āmaar de islam zegt dat je het moet zeggen. Dus je moet de islam voor laten gaan op je cultuur. En wanneer men midden in Frankrijk leeft, moeten de islamitisch principes boven al onze culturele kenmerken komen te staan. Het zijn culturele kenmerken die daar kunnen spelen maar die hier niet werken. Noteer, noteer dat ik er zelfs niet zeker van ben dat ze daar werken. Dus, dat wil zeggen dat hier de uitingen vermenigvuldigd moeten worden. Waarom? Want heeft u gezien, wanneer u tegenover uw televisietoestel zit, wanneer u een film kijktā¦u een film kijkt die verband houdt met welke situatie dan ook, hoe ze zich uiten? Ze houden niet op erover te spreken. Het zit in het gangbare vocabulaire. En wij? Nee! Je zegt niets, ik ben je vrouw in de islam, je moet weten dat ik van je hou. HĆ©, ik ben je vrouw in de islam. Vanzelfsprekend! En het is precies hetzelfde wat de mannen betreft. Dat werkt niet. Die gebaren van bescherming, die woorden van bescherming. En ik zeg het, op alle leeftijden van het leven, voor de jongeren, zelfs adolescenten, voor degenen die zich gaan voorbereiden om te trouwen. Voor de moeders, voor deā¦.: men moet erover praten. Men moet strijden tegen deze culturele kenmerken. Tweede dimensie die een probleem met zich meebrengt. Dat is ook een nogal belangrijk probleem. Ik ga er veel nadruk opleggen. Het is dan ook de rol van de man vandaag de dag. En ook wat dat betreft realiseert men zich in deze gemeenschap niet dat als men niet tegen deze situatie ageert, we voor echte brokken zullen komen te staan. Wat is de werkelijkheid? Dat is dat onder de meest verzwakte gemeenschappen in de Franse samenleving, bijvoorbeeld ā laten we alleen dat voorbeeld nemen ā en, in het bijzonder in het noorden van Frankrijk, dat wil zeggenĀ : wat ons vandaag de dag nogal raakt, de gemeenschap of de gemeenschappen die het meest worden getroffen door werkloosheid, tekort aan werkgelegenheid, gemeenschappen zijn van migrantenafkomst. Waarin jongens of mannen met een diploma middelbare school plus nog 2, 3, 5 jaar studie erna leven, die werkloos zijn, getroffen door de werkloosheid, en die, vanuit dat gezichtspunt, op twee niveaus van hun zijn worden geraakt. Het eerste is het beeld dat men van zichzelf heeft. Ik zou u er toch graag aan willen herinneren dat wanneer je werkloos bent in een samenleving, je een lager beeld van je zelf hebt. De samenleving is je aan het zeggen: je bent nergens goed voor. Eens? Welnu, men weet het in alle sociologische studies. Men weet wat een man of een echtpaar kan verstoren, breken, stukmaken, dat is de situatie van de werkloosheid. En wat dat voor ons moet betekenen, dat weten we. Dat wil zeggen, het is een uitzonderingssituatie. Nu koesteren sommigen - ik weet zelfs niet hoe ze het doen ā hun situatie van werkloosheid. sommigen zeggen zelfs: āik ben werkloos omdat ik ābarouaā doe. Dat is het toppunt! Je profiteert van de steun van de staat om ābarouaā te doen. Nu, daar heb je ongelijk in. Je hebt ongelijk. Van A tot Z. Werkloos zijn is een situatie waartegen men vecht totdat men weer werk vindt. En men weet dat men niet makkelijk weer werk vindt. Maar in welke situatie leeft men tegenwoordig in de gemeenschap? Als we naar onze jongeren kijken, op dit moment, in onze buitenwijken. Wat biedt men hen als toekomst? Wat ziet een jongere van vijftien jaar, een jongeman van vijftien jaar in de samenleving waarin we leven van zijn eigen beeld als valorisatie? Wat is men hem aan het zeggen? Je bent.... Allereerst heb je drie gebreken. Je bent moslim, of van oorsprong of Arabisch. Eens? Je bent slecht op school of je bent werkloos. Verder woon je ook nog in een buitenwijk. Dat is drie keer de marge. De relatie die men heeft in relatie tot zichzelf, de relatie ten opzichte van het beeld dat jongeren van zichzelf aan het ontwikkelen zijn en die zelfs volwassenen van zichzelf vandaag de dag aan het ontwikkelen zijn in deze samenleving..., het is een beschadigd beeld. Beter gezegd, om explicieter te zijn, een geremd beeld. En heden ten dage ziet men in deze Franse samenleving onder de moslims niet veel mannen met een zelfbeeld dat een beeld van zelfrespect is. Welnu, men doet alsof het niet bestaat. Maar sommigen keren terug naar huis. Er is niet veel werk. En als er werk is kan het vernederend werk zijn of werk dat onder het niveau is in relatie tot wat men is. Er zijn jongeren die een diploma van de middelbare school hebben, plus ik weet niet wat en die niets vinden. En bovendien is er in een buitenwijk geen toekomst. Men heeft niets om hun te geven. Onze jongere die zo is op vijftienjarige leeftijd of op zeventienjarige leeftijd - crimineel, marginaal, in de buitenwijk - , maar wat zal hij zijn op dertigjarige leeftijd? Welk beeld heeft hij van zichzelf? Welk beeld hebben die jongeren van zichzelf? Wanneer u hen ziet gillen zoals ze gillen, kapotmaken zoals ze kapotmaken, schreeuwen zoals ze schreeuwen of verwerpen zoals ze verwerpen, is dat geen teken van trots. Het is een teken van malaise. Kijk, ze zijn trots om te verbergen dat het niet goed gaat. Dat het beeld dat ze van zichzelf hebben ondermijnd wordt. Zoals men me een keer vertelde. Je bent in een metro, je kijkt hem recht in de ogen en hij wil je op je bek slaan. Je kijkt hem te lang aan. Je kijkt hem te lang aan, dat wil zeggen dat je hem geneert. Het is een blik die gericht is op jou, je voelt je er helemaal op je gemak bij. Vandaag de dag is het de realiteit van de meerderheid van de moslimgemeenschap in Frankrijk. Mannen, jongeren in de mannelijke betekenis van het woord, die een beeld van zichzelf hebben, gezien de samenleving, dat loopt via de werkloosheid of dat loopt via de criminaliteit of dat loopt via de marge. En dat, bovendien loopt via de ontkenning van aanzien vanwege het feit dat je een Arabier bent. Racisme, tekort aan werkgelegenheid, marge van de samenleving... Het is een uiterst negatief zelfbeeld en dat raakt vandaag de dag een meerderheid van de gemeenschap. Wat moet men nu doen, een echtpaar... Hoe reageert men op wat de islam ons zegt? Neem je verantwoordelijkheden in je familie. En men ziet bovendien dingen die absoluut ongelooflijk beginnen te worden. Behalve meisjes die een hijab dragen en die - om zo te zeggen - geen of heel weinig werk vinden in de Franse samenleving, vinden meisjes van migrantenafkomst die geen hijab dragen en die zich niet kleden volgens de moslimnormen meer werk dan mannen. En, in sommige situaties werkt de vrouw, brengt de vrouw het geld thuis binnen.- De ander kan niet, hij heeft een beeld van zichzelf dat beschadigd is. Welk beeld levert dat in relatie tot onze moslimreferenties? Dat levert verscheurde wezens. Verscheurd. Of, we hebben momenteel bijvoorbeeld een groep BosniĆ«rs die gekomen zijn en die werken. Men neemt veel meer vrouwen dan mannen aan. Men neemt veel meer vrouwen dan mannen aan. En de jonge vrouwen vinden nu meerā¦. En u heeft mannen die in deze samenleving gevestigd zijn en geen werk vinden en tegelijkertijd zien ze, om zich heen, hun eigen zussen, hun eigen vrouwen werken. Het feit dat de vrouw werkt, dat is voor ons het probleem niet. Wat is het probleem dat mij vandaag bezig houdt en dat ik op een bijzonder heldere manier zou willen benadrukken? Het feit dat de rol, en het beeld dat de mannen van zichzelf hebben in de Franse samenleving, in een samenleving die het sterkst geraakt is... in een gemeenschap die het sterkst geraakt is door de werkloosheid, een beschadigd beeld is. Beschadigd. En dat als deze gemeenschap niet samen, op het hele sociale terrein, werkt om tegen deze werkloosheid te vechten, om een aanwezigheid te krijgen, om te re-integreren, via de wegen van werk, een aanwezigheid die een aanwezigheid is die zich veel duidelijker doet gelden, zal men wezens met complexen blijven voortbrengen. En dat is een van de grote problemen. Vandaag de dag, op het gebied van werkā¦ Ik wil zeggen, ik werk met een aantal broeders die in de maroua zijn. Ik wil zeggen, je voelt dat het niet goed met ze gaat. Ze hebben soms geen werk, ze besteden veel energie in de maroua. Ze zijn er slecht aan toe. En ze gaan terug naar huis. Ze zijn al niet vaak thuis maar als ze naar huis gaan is er geen werk, weinig geld. En het beeld? Men is zelfs niet in staat om het huis te houden! Men is zelfs niet in staat om het huis te houden. Het is mijn verantwoordelijkheid voor God maar het lukt me niet. Wat geeft deze samenleving mij? Het geeft me na jaren van studie, na een opleiding: niets. En een uiterst negatief beeld. Als men die realiteit niet onder ogen ziet begrijpt men het niet. Veel vrouwen begrijpen niet dat, soms, het probleem daar vandaan komt. Een man die verscheurd is omdat hij niet erkend wordt. En dat is in de islam iets dat zeer belangrijk is, dat sociologisch gezien wordt erkend in alle samenlevingen. Het krijgen van waardering door werk. Als je geen werk hebt, daal je in aanzien. En dat is de werkelijkheid van veel van onze jongeren nu. Wat is het perspectief wat werk betreft voor hen? Geen! Een samenleving die hen niet moet en die hen marginaliseert of die hen soms duwt in de richting van zelfmarginalisering. En aan hen te geloven dat zij degenen zijn die bepalen terwijl ze in feit ondergaan. Goed, laten we de werkelijkheid onder ogen zien. De meerderheid van onze gemeenschap bevindt zich in deze situatie. Degenen die, vandaag de dag, werk hebben en erin slagen om een evenwicht te hebben, door middel van hun werk, in een familiale omgeving, vormen een minderheid. Een minderheid. En dat is dus een echt probleem voor de status van de man. Nu, in de kernā¦.stel je voor dat we in een uiterst klassieke les over de islam zitten. De man, verantwoordelijk voor zijn familie, beheert zijn situatie in de samenleving, brengt het geld binnen, leidt de familie naar het beste. Ah! Je zegt dat tegen iemand, en die zal je zeggenā¦. Waar wil je dat ik ze neerzet? Ik heb geen geld. Ik ben in deze samenleving in diskrediet geraakt. Waar praat je over? Je praat over een islam die zo ver weg is. Die niets met mijn realiteit te maken heeft. Een islamitisch discours dat de dingen niet onder ogen ziet. Wat de mensen betreft, de mannen in dit geval. Dat is immers ons onderwerp. Die leven in zoveel wanorde in relatie tot hun sociale verbintenis dat men het discours moet hernemen vanaf die realiteit, opnieuw construeren. Men moet het geheel van ons discours herzien in relatie daarmee. Vrouwen moeten zich ook realiseren dat ze begripvoller moeten zijn, en veel meer aanwezig in het construeren van het beeld dat mannen van zichzelf vormen. Derde gebied, de een na laatste voor mijn conclusie. Dat is het gebied van de familie. Welnu, u heeft opgemerkt dat op persoonlijk gebied er sprake is van onevenwichtigheden, verscheurdheid. Op emotioneel gebied, op affectief gebied. Ook wat dat betreft, we hebben het net gezegd: we praten er niet over, we doen alsof we sterk zijn. In feite zijn we buitengewoon zwak. En over die setting in de gemeenschap waarin mannen, daar praat men niet over. Goed, op persoonlijk gebied is het al niet zo best. Want men praat er niet over, want men doet alsof. En het ergste voor iemand die met God is, het ergste voor iemand die oprecht wil zijn is deze formulering: doen alsof, die enscenering. We hebben het dus op persoonlijk vlak bekeken. Nu, bekijken we het op het gebied van werk. We hebben net gesproken over het zelfbeeld dat uiterst negatief is. Een samenleving die je verwerpt. Werkloosheid die je treft. En verder, bovendien, een marginaliteit die je buitengewoon krachtig treft, buitengewoon krachtig. Ik had het al in herinnering gebracht. Terwijl ze nog geen 10% van de Franse bevolking vertegenwoordigen, vertegenwoordigen de bevolkingsgroepen die uit de Maghreb afkomstig zijn, dus voornamelijk moslim, 25% van de gevangenispopulatie op het Franse grondgebied. Dat betekent dat het dramatisch is. De werkelijkheid is dat het dramatisch is. Er is geen waardering. Er is nu een situatie in deā¦. Wat zegt men nu in de families, in de westerse wereld? En ook wat dat betreft, sta me toe om u te zeggen. āHet is genoeg, hĆØ. De discours die ons zouden maken, ons, specifiek, ons, de moslims,ā¦.ā Daar moet ik nu om lachen. Sommigen zeggen van: āWij, de moslims, de familie, dat zit zo. En ze houden een super theoretische lezing over de moslimfamilie. Ook wat dat betreft: op duizenden lichtjaren afstand van de werkelijkheid. En ze spreken van een ideaal. Wacht, het is genoeg nu. Men wil een echte moslimfamilie. Maar men wil het niet gedacht in het ideale. Men wil dat ze uitgaat van onze werkelijkheid. En wat is onze werkelijkheid? Dat we vandaag de dag op exact dezelfde manier leven als de andere families in Europa. Dezelfde crises, dezelfde problemen. Het aantal scheidingen is zich aan het vermenigvuldigen. De verschillende vormen gedrag worden bevestigd. Binnen moslimfamilies komt incest voor, binnen moslimfamilies komt misbruik voor. Binnen moslimfamilies komt, op dezelfde manier geweld, geweld jegens kinderen, geweld jegens vrouwen voor. Binnen moslimfamilies is er sprake van hetzelfde soort disfunctioneren wat de positie van de vader betreft, de positie van de vader in de familierelatie. Precies hetzelfde soort. Wij hebben principes en we zeggen tegen onszelf: ālet op! We moeten onszelf beschermen. En dat is goed. We moeten over deze principes spreken. Maar we moeten de realiteit in ogenschouw nemen. Wat doe ik met de principes die ik heb en de werkelijkheid die de gemeenschap ervaart, om die twee dingen, met elkaar te verbinden? Hoe doen we dat? Wat voor een les moet ik doorgeven aan mijn gemeenschap zodat men de principes begrijpt, maar dat men uitgaat van de realiteit? Dat men niet zegt: daar zijn de principes en dat de mensen vervolgens tegen zichzelf zeggen: dat duurt zo lang, ik zal er nooit in slagen. De post die ik vandaag de dag ontvang gaat over incest, over geweld. Er zijn situaties waarin de broeder aan het praten is met de gehele Republiek in zijn plaats, of zelfs in zijn wijk, of zelfs op landelijk niveau, de daroua. Je kijkt naar zijn kinderen, maar je bent bang. Je bent bang, waarom? Omdat zijn vrouw of degenen om je heen zeggen: wacht, wacht, hij is afwezig, hij kan zijn kinderen niet opvoeden. Hij gaat de planeet opvoeden. Wat wil dat zeggen? Dat wil zeggen dat vanaf een bepaald moment men ook op het niveau van het gezin de verbinding moet maken. Wat zeggen de studies heden ten dage die relevant zijn op het gebied van het gezin of die ons dingen zeggen die ons zouden kunnen interesseren? Twee of drie dingen die we kunnen gebruiken. We zullen zien dat we precies hetzelfde zijn als de anderen. Eerste aspect in relatie tot de man. We leven in een tijd waarin zich iets duidelijk manifesteert. Wat is dat? Dat is het syndroom van de afwezige vader. Het syndroom van de afwezige vader, daar hebben we al over gesproken. Wat is dat? Hij is er. Dat betekent niet dat het een eenoudergezin is. Hij is er maar op het gebied van het beheren van de familiezaken is hij volledig afwezig. Zelfs in de relatie met zijn kinderen. Hij is alleen de autoriteit die verbiedt, nooit de autoriteit die opbouwend is. Dus het fenomeen van de autoriteit wordt al ter discussie gesteld. Want traditioneel in onze families in Egypte wanneer er een papa was, waren er dingen ā¦. āZo is het, hij heeft het gezegd, zo is het. Hij heeft gezegd daar, dan is het daar. Je moet nietā¦.ā Papa had een autoriteit, hij had een aanwezigheid. Hij was het symbool van de autoriteit. Dat is aan het afbrokkelen. Waarom? Omdat we in een samenleving van dialoog en begrip leven. Ik gehoorzaam alleen aan een bevel als ik het begrepen heb. En niet omdat je mijn vader bent en ik naar je luister. Maar hier moet ik het begrijpen om het te doen. En wij met onze relatie met traditie, met autoriteit zeggen tegen onszelf: HĆ©, wie denkt hij wel dat hij is. Hij gaat me zeggen, zo is het. Nee, ik begin te discussiĆ«ren. En ik persoonlijk zie dingen: [Arabisch]. Dat wil zeggen, op een gegeven moment zeg ik hem: Oh, Oh, Maar waar blijf ik? Zelfs in relatie tot mijn eigen kinderen zijn er dingen waarvan ik me niet kan voorstellen dat ik mijn vader daar vragen over zou stellen of hem daarover zou ondervragen. Iemand die uiterst open was, uiterstā¦. Die de discussie uitlokte. Ik had een vaderā¦. en een moeder. Ze lokten discussies uit. Daar hielden ze van in de familie. Maar zelfs dan zeg je tegen jezelf: Wacht. Ik weet het niet, hoor. Ik ga hem niet zomaar iets vragen. En nu heb je kinderen en op een gegeven moment stellen ze je vragen waarvan je je niet zou kunnen voorstellen dat je er een honderdste van zou vragen. Maar voor hem is het niet dat zo dat hij iets slechts aan het doen is. Hij is eraan gewend. Ik ga naar de docent, ik ga naar de onderwijzeres, ik ga naar de onderwijzer, ik stel vragen. Dat is het. Ik heb een vraag en jij antwoordt mij. Welnu, voor jouw zoon of voor jouw dochter is het een teken van respect dat hij/zij je vragen komt stellen. En jij met je oudeā¦.Jij zegt: maar wat vraagt hij me nu? Jij zit - het feit dat hij je een vraag stelt om begrepen te worden - met die oude traditie dat je die vragen niet mag stellen. Maar hij stelt je die vraag. Het is in feite het bewijs dat hij iets van jou verwacht. En zou je kunnen denken dat het een vraag te veel is? Welnu, het is een zo noodzakelijke vraag. En hij komt de vraag aan jou stellen. Het feit dat hij de vraag aan jou stelt is een teken van vertrouwen. Ik stel de vraag aan mijn vader. Ik stel de vraag aan mijn moeder. Hij had ook zijn mond kunnen houden. Het feit dat hij de vraag stelt is een teken van vertrouwen. Jij zou de indruk kunnen hebben dat het een teken van agressie is. Dat is je zoon niet meer, dat is je dochter niet meer. Maar hij bevindt zich in een samenleving waarin autoriteit bespreekbaar is. Autoriteit is bespreekbaar. Ik doe iets niet als ik het niet begrijp. En kinderen hebben hier, vanuit dit gezichtspunt, behoefte aan. Q37 1.03.18 Welnu voor de vaders zijn er enorm veel dingen ingrijpend gewijzigd. Aan de ene kant zijn ze in het gezin aanwezig zonder aanwezig te zijn. En wat merkt men? Dat er steeds meer vrouwen zijn die kunnen werken en de gezinssituatie managen. En mannen die aanwezig zijn, maar alleen aanwezig zijn als er sprake is van verbieden. En verder spelen vrouwen, soms, die rol. Als de zoon iets verboden moet worden: āga het aan je vader vragen!ā En de papa [Arabisch]: Wat? Ja of nee. Goed, ik ben de morele orde, ik ben totaal afwezig maar ik ga je ja of nee zeggen. Wat betreft het vormen van de identiteit in het gezin en de rol die de vader moet spelen op het gebied van aanwezigheid en ook op het gebied van een autoriteit die begeleidt en niet van een autoriteit die eenvoudigweg verbiedt, zegt men precies hetzelfde. En wat dat betreft moeten we heden ten dage duidelijk zijn. De moslimgezinnen vormen geen uitzondering op de regel. De vader is op dezelfde manier afwezig. En de echtgenoot vervult zijn rol niet, op dezelfde manier. Op dezelfde manier voor de televisie zitten, op dezelfde manier op zijn werk zijn. Op dezelfde manier afstand doen binnenshuis. Op dezelfde manier afstand doen op het niveau van de dialoog. En het ergste is dat veel vrouwen en veel kinderen het toegeven. En zo leven. En het bevestigen. Welnu, vanaf een bepaald moment moeten er twee dingen gezegd worden. Men moet tegen de mannen zeggen: Het is genoeg! Ik wil zeggen dat er in het gezin moet worden hergeĆÆnvesteerd. Het heeft geen zin om tienduizend lessen over het gezin in de islam te geven. Begin met er genoeg van te hebben om de dingen altijd theoretisch te benaderen. Het gezin in de islam is voor ons heel belangrijk. Men spreekt over het ideaal van het gezin in de islam en men kijkt niet naar onze werkelijkheid. Maar wat is dat, het moslimgezin midden in Roubaix in het jaar 2001? Wat moet er gebeuren om ervoor te zorgen dat men erin kan slagen om een gezin te hebben? Wat zou worden gezegd: Zo zou je moeten zijn, zo zou je moeten zijn. En van voorwaardelijke wijs naar voorwaardelijke wijs. Men vergeet de aantonende wijs tegenwoordige tijd. En de aantonende wijs tegenwoordige tijd is echt met de voeten in de werkelijkheid. En welnu, dat wil in feite zeggen dat de mannen en degenen die er zijn in het veld van hun gezin herinvesteren. Dat wil zeggen dat ze vanaf een bepaald moment een rol hebben van begeleider, een rol van aanwezigheid. Maar degenen die participeren in hun gezin moeten ook die rol spelen. En wat vraag ik wat dat betreft? Dat de vrouwen, de echtgenotes, weigeren... weigeren als een van de islamitische principes die vandaag de dag het meest noodzakelijk zijn voor het gezin dat de man niet alleen de waarborg van het verbodene wordt of de autoriteit van het leven. En in het gezin moet men praten. Dat zij weigert, dat wil zeggen met de energie die een vrouw moet hebben om een gezin en een echtpaar te redden, en zegt: wacht, we willen dat je praat, we willen dat je er bent, we willen dat je meedoet met iets van het leven van het gezin. Welnu, dat is moeilijk. Maar je moet volhouden. Je moet strijden tegen slechte gewoontes die zeggen (ā¦.) Nee, je moet er zijn! Welnu, dat zijn simpele dingen. Ik leg daar veel nadruk op. Ik heb er over gesproken toen het ging over ā¦. We eten samen, en je bent er met ons. Je bent er met ons om te eten. We eten samen. Het is niet zo dat wanneer je komt, je eet en wij ervoor hebben gegeten of wij erna hebben gegeten. Er zijn dingen die we samen doen. Je hebt een plaats hier. Zie je die stoel, dat is jouw plaats. Het is niet jouw plaats om te verbieden, het is jouw plaats om met ons te leven. Er is hier geen afwezige man. Je bent met ons aanwezig, je bent aanwezig om constructief te zijn. En het is een islamitische orde. Dat wil zeggen dat de vrouwen moetenā¦, hun echtgenoot moeten aansporen. En de echtgenoot moet het begrijpen. Je bent er niet om te verbieden. Je bent er niet om eenvoudigweg ās avonds te komen eten en ās ochtends te gaan werken. Je bent er om met ons samen te leven. Op bepaalde momenten geef je onsā¦ āoh, men kan niet de hele tijd iets van mij vragen! Ik leef een overbelast leven!ā. Maar er zijn momenten waarop niemand zich bemoeit met het gezin. Men bouwt samen, want je moet er zijn. Je moet aanwezig zijn. En wat dat betreft vraagt dat aan vrouwen om die positieve en uiterst veeleisende houding te hebben. En verder ook, dat gaat niet eenvoudigweg door middel van orders. Het zijn manieren om met haar echtgenoot te praten. Het is ook een manier om zijn mening te vragen. Het is ook een manier om discussie uit te lokken. Het is ook een manier om hem te zeggen. āluister, een van onze kinderen of iemand die ik ken zegt dat. Wat denk je daarvan? Ik stel je een vraag, je moet me antwoorden.ā Het is een manier om tegen iemand te zeggen: je hebt een plaats in dit huis. Eigenlijk zijn er veel te veel vrouwen die uiteindelijk van ontmoediging naar ontmoediging... U weet het ergste is die ontmoediging of die manier van zijn die maakt dat men zegt: āok, goedā en vervolgens laat men het. Q37 1.08.05 Dan ga je op je gezicht. Dat kan een jaar duren, twee jaar. Zoals een vrouw die aan haar echtgenoot niet die affectieve aanwezigheid en die seksuele aanwezigheid geeftā¦ want daar zijn. Daarna is het een ramp. Want men blijft menselijke wezens, en in het bijzonder, in Europaā¦.. En wel, op dezelfde manier moet hier de aanwezigheid gestimuleerd worden. Maar men moet goed begrijpen. Ik kan met mannen praten en zeggen: āje moet je plaats in het huis innemenā. Maar wat dat betreft is de rol van de echtgenotes vanuit dat gezichtspunt noodzakelijk. Die rol is fundamenteel. Je neemt jeā¦ U weet, men neemt een plaats in op een plek op de manier waarop men die aan ons geeft. De manier waarop men het aan ons geeft, komt van de echtgenotes, van de vrouwen. Zij moet aan een man zijn plaats geven. Door de vragen die ze hem stelt, niet eenvoudigweg door orders te geven. En er is nog iets anders. En wat dat betreft richt ik me op de kinderen. Dat is ook heel belangrijk. Hoeveel van u zijn in een gezin waar u nu bent gegaanā¦. Men spreekt van het syndroom van de afwezige vader. Wie is er naar zijn vader gegaan om te zeggen: Maar wat zeg je, papa. Je kunt me vertellen wat je wil. Je kunt me vertellen wat je vandaag hebt meegemaakt. Je kunt me over je kindertijd vertellen. Je kunt me zeggen hoe je in elkaar zit, wat je gedaan hebt. Hoeveel kinderen, jongens of meisjes, gaan naar hun vader en stellen hem een vraag en zeggen hem: āMaar je hebt je plaats. Ik ben geĆÆnteresseerd in je, papa. Welnu, sommigen hebben net de tijd om thuis te komen en vervolgens zeggen ze: āNee, ik mag niet uit, nee ik mag dit niet doen.ā Maar hoeveel zijn er die dit wel begrepen hebben? Ik wil graag dat papa bij ons thuis is. Ik heb vragen die ik hem wil stellen. Papa, ik ben geĆÆnteresseerd in je. Ik hou van je, ik ben geĆÆnteresseerd in je. Wat doe je, hoe leef je, wat is je werk, wat raakt je? Aan zijn vader vragen, een vraag aan zijn vader stellen zodat hij zijn plaats binnenhuis krijgt. Dat is de hoofdzaak. Dat is de hoofdzaak! En dat vraagt om werkelijk vragen te stellen om tegen dit syndroom van de afwezige vader te strijden. Maar serieus. Hoeveel zijn er die, vanuit dit gezichtspunt, deze vragen stellen? Dus dat wil zeggen dat men in het gezin zijn plaats moet vinden. En men weet ook, dat het begrip van verantwoordelijk zijn voor thuis, die uit de islam komt, wordt beschadigd in relatie tot de situatie waarover ik net gesproken heb. En wat dat betreft denk ik dat er een echt engagement is dat we moeten begrijpen wat dat structuurverlies in de gezinnen betreft. In relatie tot het sociale engagement om werk te kunnen vinden. Maar ook in relatie tot de inzet van de echtgenotes in dat kader. Maar u heeft het goed begrepen, ik spreek niet alleen over mannen en hun echtgenotes. Ik spreek ook over de kinderen. Ik wil zeggen, maak een plaats voor uw vader in het gezin. Zelfs als hij het niet neemt. Maar een vraag, op een goed moment. Een bezorgdheid. Als het zijn zoon, als het zijn dochter is die zegt: ik ben geĆÆnteresseerd in je, is dat ook een manier om een nieuwe gezinssetting te maken. De conclusie, om te eindigen, is als volgt. We hebben aandacht besteed aan de affectieve dimensie, de dimensie van de innerlijke onevenwichtigheid. We hebben ook aandacht besteed aan de dimensie van de relatie tot de samenleving, met de extreem negatieve zelfbeelden. Mannen beleven dit op een uiterst moeilijke manier. Het feit dat we ook over dat alles moeten praten. Het feit dat men over dat alles moet praten. Zoals de profeet [Arabisch] er over sprak. En verder dat men een setting maakt, die een setting van het gezin is, dat men in dialoog gaat. Er moet gesproken worden. Men is op de plaats. En dat men ook eisen stelt. Heden ten dage, een gezin stichten, een man beschermen ā begrijp goed wat ik zeg ā is een jihad. Het is een inspanning van een hele gemeenschap. Maar ook van de vrouwen, vanuit dat gezichtspunt. En ik vind het jammer vrouwen te zien die deelnemen aan hun moslimgebruiken en die vergeten dat alvorens eenvoudigweg gelovigen te zijn ze vrouwen zijn. Je moet een vrouw zijn die het geloof draagt. Je moet niet een wezen zijn die het geloof draagt en die vergeet dat ze een vrouw is. En een vrouw in onzeā¦ De islam heeft ons nooit gevraagd om van het natuurlijke af te zien. Men heeft ons gevraagd het niet belangrijk te vinden. Dus een vrouw moet een gelovige vrouw blijven wetend wat de behoeften zijn van een man, wetend wat de zwaktes van een man zijn, wetend wat het is om een echtgenoot te zijn, wetend wat het is om adolescent te zijn, en dat die verantwoordelijkheid ook de hare is. Dat maakt ā we komen terug op deze orde - deel uit van haar verantwoordelijkheden. Van haar verantwoordelijkheden als vrouw. En ook als vrouw die het geloof draagt. En het is niet zo dat omdat we twee moslims zijn ā je bent moslim, ik ben moslima ā het gaat werken. Evenals u zich alles moet herinneren wat ik gezegd heb over de kwestie van de vrouw, moet u alles herinneren van wat ik gezegd heb over de kwestie van de man. En vervolgens werken aan het beeld dat de mannen van zichzelf hebben. Er is werk te doen. Het innerlijk evenwicht door middel van discussie. Het sociale werk door middel van het feit dat werkelijk plaats gegeven moet worden ā¦ En een laatste element: strijden tegen elk cultureel kenmerk of het nu Algerijns, Marokkaans, Tunesisch, Turks, Egyptisch is dat ons de islamitische principes zou kunnen doen vergeten en dat contraproductief is in de Franse samenleving. Ook al zouden we in onze samenlevingen van oorsprong of culturen van oorsprong niet praten, midden in Europa moeten we praten. Ook al staat autoriteit in de samenlevingen van oorsprong niet ter discussie, in het hart van Europa is het bespreekbaar. En men praat. En men discussieert. En men discussieert met zijn kinderen. Ook al vinden midden in onze culturen van oorsprong de verhoudingen tussen een man en een vrouw plaats via de stilte van de aanwezigheid van de ander, midden in Europa moet je praten. Want we moeten elkaar deze dingen zeggen. En het zou kunnen dat culturele trekken die elders werken hier contraproductief zijn. Ze werkten daar, hier zijn ze contraproductief. Ik denk dat we de realiteit onder ogen moeten zien. Ik weet dat sommigen onder u er niet van houden dat er zo gesproken wordt. Maar ik ben niet ten dienste van de enscenering, ik ben niet ten dienste van de morele principes zoals die die ons doen zweven. Ik probeer de werkelijkheid onder ogen te zien. Ik verzeker u dat als u de post ontvangt die ik ontvang, als u met uw broeders zou discussiĆ«ren op de manier waarop ikā¦ waarop ik soms dingen hoor, dan zou u tegen die gemeenschappen willen zeggen ā een van deze twee dingen ā ofwel men wordt wakker en ziet de werkelijkheid onder ogen. Hetgeen grote verscheurdheid en grote onevenwichtigheid is. Ofwel men doet alsof, en dan zal men in een klein cirkeltje van overtuigden zijn. En alle anderen, wel, die zullen ver weg van u zijn. En men zal dan zeggen: āluister, de islam heeft niets te maken met het leven. Wij willen als moslims leven. We willen niet doen alsof we moslims zijn. En u gaat dan naast het leven staan, want dat is niet wat Allah u gevraagd heeft. Bij deze een klein beetje de dimensies waarover we volgens mij moeten nadenken. Nr. 37 van de Questions Actuelles, gesproken tekst van Tariq Ramadan. De Nederlandse vertaling is gemaakt door Translingua t.t.i. B.V., in opdracht van de gemeente Rotterdam, april 2009 PAGE PAGE 4