Ramadan 38
Bijlage
Nummer: 2009D27562, datum: 2009-06-04, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Bijlage bij: Antwoord op vragen van het lid De Krom over het in opspraak raken van de heer Ramadan (2009D27259)
Preview document (đ origineel)
Question Actuelles 38 Tariq Ramadan Actuele vragen De islamitische opvatting van seksualiteit, onschuld, verantwoordelijkheid, beheersing Tot 0.38 Arabisch De formulering is de vraag, is een essentiĂ«le vraag voor ons allemaal. Ik geloof dat ik aardig tevreden ben dat er in een universitair kader, in een academisch kader en in omstandigheden als deze aan een onderwerp dat de seksualiteit betreft, wat de islam zegt over seksualiteit als zodanig, aandacht wordt besteed. Want heel vaak denken we dat alles dat te maken heeft met de ruimte en de uiting van het transcendente, van de relatie met God, van de relatie met zijn geloof, van de relatie met zijn geweten alleen de zaken van de geest betreft en dat iedere keer dat we over vragen moeten discussiĂ«ren die te maken hebben met ons geloof en onze weg naar God wij alleen de vragen van een actieve spiritualiteit, van een spiritualiteit en van een intimiteit die voortdurend proberen nader tot God te komen, moeten bespreken en aansnijden. De islam vanuit dat gezichtspunt â excuseert u mij, bij een onderwerp zoals dit heb ik in het algemeen de gewoonte om verwijzingen naar de Koran, verwijzingen naar de profetische overleveringen in het Arabisch te maken en ze vervolgens te vertalen. Aangezien de tijd die we hebben beperkt is en de tijd die mij is toebedeeld loopt, zal ik het allemaal snel in het Frans doen om mijn gedachtegang zo goed mogelijk samen te vatten. De moslimtraditie zegt - zoals alle religieuze tradities die er aan vooraf zijn gegaan - iets over de mens en iets over het menselijk zijn. Wat vanuit dat gezichtspunt wordt gezegd ... (opmerkingen over de deur in de zaal die steeds opengaat). Wat de islam vanuit dat perspectief zegt is inderdaad wat de andere tradities zeggen. Wat aan ieder van ons, man en vrouw, gevraagd wordt is een inspanning van toenadering tot het goddelijke, van toenadering tot God. (gelach omdat deur weer opengaat). Wat betreft het aspect van deze toenadering tot God, wat betreft wat ieder van ons moet doen, zegt de Schepper ons, inderdaad dat er, dat we - als menselijk wezen, als man, als vrouw â bestaan uit verschillende, uit verschillende bestanddelen, uit verschillende aspecten van onze persoonlijkheid. De toenadering tot de Schepper is niet alleen, in de moslimtraditie, een toenadering tot de Schepper, is niet alleen, in de moslimtraditie, een toenadering van de geest, die gaat naar de Scheppende geest, of het Scheppende wezen. Wat essentieel is in de moslimtraditie, is te begrijpen welke opvatting de islam heeft omtrent de mens om te begrijpen welke plaats de seksualiteit heeft in deze opvatting. Als basis moet een eerste principe begrepen worden en werkelijk, vanaf daar begint alles. Alles is gebaseerd op dit principe. De Schepper van de hemelen en de aarde zegt van de mens, in de moslimtraditie, dat hij een wezen is aan wie God een bepaald aantal kwaliteiten en een bepaald aantal behoeften heeft gegeven. En de behoefte, dat is in feite, letterlijk, de uiting van een gemis. Er wordt gezegd in de moslimtraditie dat God de mens vanuit Ă©Ă©n enkel wezen heeft geschapen en dat hij er een paar [opmerking vertaler: paar in de betekenis van stel, koppel, twee personen] van heeft gemaakt en dat alle dingen op aarde per paar zijn, wat de absolute grootsheid van de Ene en de realiteit van het gemis van degenen die de behoefte hebben om met twee te zijn om daar naartoe te gaan, duidelijk maakt. De uiting zelf van de Ene is de uiting van de totale perfectie, van de totale openbaring van het Wezen boven alle wezens waarvan zelfs onze verbeelding die het wil vatten van Hem iets zou zeggen dat gebrekkig zou zijn. Niets lijkt op Hem van wat wij ons kunnen verbeelden. Onze verbeelding schept immers slechts vanuit wat wij kennen. Zij schept slechts vanuit het gebrek van het kennen. God staat boven alles. Zijn Uniciteit zegt van ons: u bent, als elk wezen op aarde, samengesteld in paren en alles wat ik u aan kwaliteiten heb gegeven, u zal achter de kwaliteit de uiting van een gemis vinden om het te completeren en het is uw streven om het te completeren. Vanuit spiritueel gezichtspunt is het waar. In u is er een streven naar het Zeer Hoge, maar het ontbreekt u aan het permanente geheugen om in contact met het Zeer Hoge te blijven. U moet er naar streven om het gemis van een actieve spiritualiteit te completeren door moeite te doen het te onderhouden. Die dimensie is fundamenteel op het niveau van de geest. En op dezelfde manier, zegt God ons over het geheel van de kwaliteiten die de onze zijn: intellectuele, je hebt het functioneren van de intelligentie, je hebt de verantwoordelijkheid van het onderhoud ervan; spirituele, je hebt de intelligentie, het licht van het geloof en je moet de spiritualiteit hebben om het te onderhouden; en lichamelijke, het lichaam leeft ten opzichte van God met dezelfde, met dezelfde bezieling naar hem en met dezelfde noodzaak te begrijpen waar zijn onderwerping ligt, waar zijn grootsheid ligt. En het eerste van de dingen die ons wordt gezegd als wezen voor God is te accepteren wat we zijn, te accepteren wat Hij ons gemaakt heeft. Seksualiteit in de islam begint met dit eerste principe. Op dezelfde manier waarop je accepteert wat je hart betreft, de vonk van je geloof, op dezelfde manier waarop je wat intelligentie betreft de uiting van een functioneren die naar de kennis gaat accepteert, op dezelfde manier moet je voor je lichaam de uiting van een openbaring van een behoefte aan het andere wezen accepteren. Of je een man bent of een vrouw, je lichaam zegt iets wat God erin heeft gelegd. En dat is niet niets. Om direct en op fundamentele wijze te zeggen dat de uiting van het leven van het lichaam in de islam nooit verbonden wordt met het idee van schuld. Nooit. Nooit zegt de daad van de seksualiteit of de seksualiteit van het leven van het lichaam van mij dat ik schuldig ben om het te voelen. En dat is misschien soms, wat in relatie tot de christelijke traditie of andere tradities moet ... - men vermijdt het - ook het object van een echte discussie moet zijn. Wat zegt u van het leven van mijn lichaam? Is het een gebrek? Is het een gemis dat schuldig is? Of is het simpelweg wat God gewild heeft? En de islam zegt ons: âik heb u in paren geschapen en ik heb de kwaliteit van uw lichaam gewild maar ik heb ook zijn afhankelijkheid gewild en u bent verantwoordelijk voor het onderhoud dat u eraan zal plegen. U bent verantwoordelijk voor iets dat ik u heb gegeven, zoals ik u de vonk van het geloof heb gegeven, zoals ik u de intelligentie van uw brein heb gegeven, heb ik u de instincten en de verlangens van uw lichaam gegeven. Wat doet u ermee? Relatie tot zijn lichaam van een totale verantwoordelijkheid en een totale afwezigheid van schuld, een verantwoordelijkheid in relatie tot wat Hij ons heeft gegeven in het leven van ons lichaam. Ik wil de aandacht vestigen op iets dat de uiting is geweest van wat de profeet van de islam, vrede en zegen zij met hem, eens gezegd heeft. Hij heeft bevestigd wat een andere volgeling had gezegd door een formulering te openbaren die ik haal uit een overlevering en die zegt: âjouw lichaam heeft rechten op jou.â Dat wil zeggen dat u intellectueel en spiritueel naar uw lichaam dat rechten op u heeft moet luisteren. Het heeft er [opmerking vertaler: rechten] - in ieder geval â wat drie dimensies betreft. Het eerste recht dat het lichaam op u heeft is het rust te geven die u in staat stelt om evenwichtig te blijven. Het tweede recht dat het op u heeft is de grens te respecteren van wat het kan bevatten om u niet te beletten te denken. Dat zijn ook al die dimensies van een consumptie, van de relatie tot voedsel die er soms voor zorgt..., te veel eten belet te denken. U kent dat. De derde dimensie is het luisteren naar het instinct en het luisteren naar het appel dat het lichaam heeft ten opzichte van het andere wezen. En wat de islam ons vanuit dat gezichtspunt zegt: Dit is volledig natuurlijk. Het is een gift van God. Het gaat er om te weten, wat doet u met de gift. En daar begint onze verantwoordelijkheid. Op dezelfde manier waarop ik mijn intelligentie kan gebruiken om te bouwen en om te verwoesten, op dezelfde manier kan ik het instinct, de seksualiteit gebruiken om te bouwen en om te verwoesten. Het is mijn verantwoordelijkheid wat ik doe met die gift, met die genade die God me gegeven heeft. En daar begint een formidabel leerproces. En het is een totale en absolute regel in de islam dat alles wat ons doet groeien gaat via de hervorming op alle niveaus: je intelligentie hervormen om beter te begrijpen, je spiritualiteit hervormen om beter dichterbij te komen, de relatie die je hebt ten opzichte van je lichaam hervormen om het beter te beheersen. En er is nog iets dat ook een regel in de islam is en dat een zeer duidelijk antwoord is op alles wat men tegenwoordig onder de jongeren hoort. Seksualiteit is natuurlijk, je moet het op een natuurlijke wijze beleven. Welnu, de islam zegt ons duidelijk - maar ik geloof dat alle geestelijke levenshoudingen zich daarin op een fundamentele manier herkennen - , seksualiteit is natuurlijk maar alles wat natuurlijk is is niet per se goed als je het niet weet te beheersen. Hoe natuurlijk je woede ook is, als je me zegt âomdat ik van nature opvliegerig ben heb ik het recht om woedend te worden wanneer ik wilâ zeg je al dat jij hebt verloren wat God je heeft gegeven aan beheersing. Dus de seksualiteit wordt nooit verbonden aan schuld. Ze wordt verbonden aan verantwoordelijkheid. En welke verantwoordelijkheid, dat is het derde element waar ik aandacht aan wil besteden: de beheersing van het natuurlijke om de waardigheid voor God terug te vinden, in ieder geval om haar te beschermen. Met andere woorden, we verkeren allen sinds onze..., vanaf het eerste moment dat we op de wereld komen, verkeren wij allen in een totale onschuld et de begeleiding van deze onschuld gebeurt in onze jeugd tot het moment waarop we de leeftijd van de puberteit bereiken. En wat trouwens nogal verbazingwekkend is..., want op hetzelfde moment dat ons lichaam in relatie tot de andere sekse en veel duidelijker de tekenen van een mogelijke aantrekkingskracht ontwikkelt, en een aantrekkingskracht die minder dubbelzinnig wordt dan de enige aantrekkingskracht die men kan hebben bij kinderen wat de psychoanalytische traditie daar ook van zegt. Maar zelfs Freud heeft vanuit dit gezichtspunt gezegd: pas op, vergis u niet [âŠ.] ik praat over de kinderlijke seksualiteit. En bij Freud is de kinderlijke seksualiteit alles wat voortkomt uit genot. Dus, er is, zelfs alles wat met zich voeden te maken heeft, het genot zich te voeden is ruimschoots in de kinderlijke seksualiteit aanwezig. Kijk, het is een seksualiteit die ver gaat en soms kent men de grenzen er niet van. Maar wat onze realiteit betreft, vandaag. Vanaf het moment waarop inderdaad in onze ontwikkeling iets verschijnt dat het dubbelzinnige wegneemt uit onze relatie met de andere sekse, voor de man de vrouw en voor de vrouw de man, zegt God: op dat moment begint de verantwoordelijkheid. Het is zeer precies op dat moment dat de mens van onschuldig verantwoordelijk wordt. U ziet: geen sprong naar de schuld. Op het moment waarop het lichaam in zijn geest de leeftijd van de rede ontwikkelt, ontstaat in zijn lichaam een aantrekkingskracht naar de ander, God zegt het: begint de verantwoordelijkheid en moeten alle ouders leren de weg van de onschuld te begeleiden om het wezen in zijn verantwoordelijkheid te plaatsen. De verantwoordelijkheid van zijn lichaam en die is om inderdaad wat die dimensie betreft te zeggen, om nooit het natuurlijke te ontkennen maar het te beheersen. Het te beheersen is de waardigheid van de mens. En dat is wat de islam ons zegt: vanaf de puberteit is een onderricht wat dit betreft een vereiste zonder concessies. Het leven van je lichaam, de appels van je lichaam, de instincten in je lichaam, het verlangen naar de ander in je lichaam zijn volledig natuurlijk. Maar degene die nader tot God komt moet leren: vanaf de puberteit waarop men verantwoordelijk wordt, op de leeftijd waarop hem iets toegestaan zal worden in de handeling om dit genot te beleven en te consumeren, de handeling van een verantwoordelijkheid die overgaat in de beheersing, is het eerste dat wordt gevraagd wat de relatie betreft die men heeft met zijn seksualiteit, de scherpzinnigheid te hebben om toe te geven dat ze aanwezig is en de vereiste om het te beheersen omdat men weet dat ze aanwezig is. Dat brengt me er toe te zeggen dat moslims trouwens vaak in hun tradities de seksualiteit ontkennen met de gedachte dat men het beheerst door er niet over te praten. Dat is een vergissing. Het is omdat men praat over wat men praktiseert dat men beheerst wat men niet wil praktiseren. Dat is omdat die dingen worden..., dat is wat al onze geleerden hebben begrepen: âik praat erover om te weten wat het is maar ik praat er ook over om te weten wat ik er niet mee wil doen.â En in dat perspectief, de fundamentele boodschap van seksualiteit, van onze relatie tot seksualiteit is een relatie met veel verplichtingen. Van de erkenning van al onze instincten en van hun beheersing tot aan de leeftijd of tot het moment waarop voor God in een essentiĂ«le relatie die werkelijk aan een zeer belangrijke dimensie is verbonden in de islam, die is: âje hebt rechten op..., je lichaam heeft rechten op jou. Het gaat erom te erkennen wat het lichaam is maar je moet beheersen wat je lichaam voor jou vertegenwoordigt om er juist de absolute en essentiĂ«le gift van te maken, waarmee je het respect voor wat God vraagt toont. En zeer duidelijk is er hier de dimensie van een beheersing in het kader en tot het kader en exclusief binnen het kader van het huwelijk. Welnu, ik weet dat in de moderne tijd deze woorden u van elders lijken te komen en ze zijn echter van hier. En ze zijn er voor alle gelovigen van elke eeuwigheid. Het idee dat de beheersing van zijn seksualiteit een voorwaarde is voor zijn spiritualiteit, opdat de verwezenlijking van deze seksualiteit wordt bevestigd in de spiritualiteit, moet deze gerealiseerd worden voor God in de transparantie, in de gift van zijn lichaam aan een wezen die men bemint en die men, waarvan men, ten opzichte van, men zijn liefde openbaart in een toenadering voor God en die wordt bekrachtigd door een contract omdat er in de islam geen sacrament is. Het is het contract van het huwelijk. Deze realiteit is zeer belangrijk omdat de hele weg van de inspanning in relatie tot God, in een beheersing, op een gegeven moment is om nooit te ontkennen wat er in ons is, om het te beheersen en daarna om het aan te bieden aan hem of haar die we beminnen voor God. Dit is zozeer onder de bescherming van de onschuld dat op een dag de volgelingen rondom de profeet van de islam, vrede en zegen van God zij met hem, waren en hij iets verbazingwekkends heeft gezegd. Kijk tot welk punt de daad van de beheersing, wanneer het binnen de grenzen die de islam bepaalt, wordt beleefd een volkomen goede daad wordt en nooit verbonden aan schuld. Nooit. Ze staan om hem heen en hij zegt hen, hij legt hen uit: âwaar lijkt alles in het leven van iemand op, op een aalmoes.â Een aalmoes is een gift die men voor God doet. En hij zegt hen: âwanneer u seksuele omgang heeft met.., ik zal de termen van de Franse vertaling gebruiken, is de seksuele omgang met uw vrouw een aalmoes. En de volgelingen verbazen zich: âWat zegt u? Wanneer we uiting geven aan onze instincten, wanneer we die handelingen verrichten, is dat een aalmoes?â âJa, want als u het buiten het kader van het huwelijk zou doen zou het een zonde zijn. Maar binnen het huwelijk is het als een uiting van een gift, van een aalmoes, van een daad van erkenning.â Met andere woorden, net zoals wat het hart betreft, de moeite die de mens doet om zijn vonk te kunnen onderhouden en te bidden en nader tot God te komen een aalmoes wordt in het dagelijks leven; net zoals in de moeite die we doen om de vonk te onderhouden en nader tot God te komen, we de aalmoes beleven; net zoals wat onze intelligentie betreft wanneer we het oefenen om dichterbij de kennis te komen het een aalmoes is, evenzeer wordt wat het lichaam betreft wanneer we het beheersen om niet te doen wat ons verboden is, de gift een aalmoes. Met andere woorden, de seksuele handeling binnen de grenzen van wat is toegestaan is een handeling van eerbied, een handeling van aanbidding. Het is volledig het omgekeerde van elke handeling van schuld. Zo zeker als het is dat je de grootsheid van God openbaart wanneer je bidt met je hart, zo zeker is het dat je de grootsheid van God openbaart wanneer je seksuele omgang hebt met je vrouw onder Zijn blik en bescherming. Een handeling van grootsheid die openbaart dat je zijn orde begrepen hebt en dat je wil leven in de beheersing van zijn orde en nooit in de nalatigheid van je driften. En de handeling van alle vrijheden, de handeling van alle uitingen zegt: dit lichaam is het mijne en ik bied het aan de man, exclusief aan de man of aan de vrouw, die ik bemin in God en in het perspectief van de toenadering tot Hem. Ik wil ook graag iets zeggen dat me zeer belangrijk lijkt met betrekking tot de seksualiteit. Wil dat zeggen dat het in relatie tot seksualiteit alleen maar is: âik moet me beheersenâ? U zou zeggen, er is een academicus geweest, hij is uit Zwitserland gekomen en heeft ons gezegd: âU moet zich beheersen.â Ja. Beheers u maar dat is niet alles. Met het beheersen en het leven van het lichaam in het huwelijk is er een hele dimensie die open is en die niet overeenkomt met het idee dat men ervan zou kunnen maken: ik heb alleen seksuele omgang om kinderen op de wereld te zetten. Voor de man, voor de vrouw is in de islam het begrip van het leven van het lichaam verbonden aan het idee van het geaccepteerde, erkende en verdedigde genot. Verdedigd in de betekenis van âbeschermdâ. Het begrip genot wordt geaccepteerd in de islam. Men weet dat de profeet van de islam in zijn tijd van zijn volgelingen accepteerde wat ze openlijk beoefenden. Openlijk, natuurlijk in discretie, maar men wist..., de profeet van de islam wist inderdaad wat zijn volgelingen praktiseerden, zij praktiseerden wat coĂŻtus interruptus genoemd wordt. De daad, dat wil zeggen de natuurlijke anticonceptie. En hij heeft zich er niet tegen gekeerd. Hij heeft zich er niet tegen gekeerd waarmee hij wilde duidelijk maken dat niet alleen de seksuele daad een ontmoeting van twee lichamen is die elkaar beminnen maar de acceptatie, tussen..., van die twee lichamen van de openbaring van een genot dat men accepteert omdat God in dit genot wanneer het wordt gedaan in het kader van het heldere, ons zegt: U bent uw liefde aan het openbaren en uw onderwerping aan mijn orde. Het genot in de seksuele omgang is de uiting â wanneer het binnen de grenzen van het huwelijk is â dat u de glorie van God aan het bezingen bent die het genot in de ontmoeting van twee wezens heeft gelegd. Genot is nooit verbonden met schuld. Het is verbonden met de uiting van een erkenning door de mensen van een gift die God ons geeft en die hij ons geeft op onze lichamen, via onze lichamen en in het leven van onze lichamen. Het is niet niets dit in herinnering te brengen en de dimensie van dit genot voor zowel de man als de vrouw in herinnering te brengen. Het is ook in die dimensie dat inderdaad in de moslimtraditie alles wat het genot van de man en het genot van de vrouw moet beschermen, moet worden begrepen. Er zijn inderdaad praktijken geweest en ik zou daar ook over willen zeggen, er zijn ook praktijken geweest die traditionele praktijken zijn, zoals de praktijken van de excisie bijvoorbeeld. Excisie is geen islamitisch praktijk. De enige keer dat men een Hadith had waarvan de authenticiteit niet geverifieerd is, waar men de vraag heeft gesteld aan de profeet âkan men dit praktiseren?â heeft hij geantwoord met een nuance, om de cultuur van sommigen niet aan te vallen heeft hij gezegd: als u het doet, moet u licht over, nee, in het genitale orgaan van de vrouw gaan. Waarom? Want wat in de hele moslimtraditie duidelijk wordt gemaakt is de mogelijke erkenning van de culturen maar vooral iets dat wordt verdedigd door alle geleerden en dat aan sommige geleerden toegestaan heeft om duidelijk te zeggen dat in relatie tot excisie de islam zich tegen dit gebruik keert en in ieder geval op een zeer duidelijke manier tegen alles wat te maken heeft met infibulatie die zeer ver gaat, veel verder eenvoudigweg, die veel verder gaat dan eenvoudigweg het feit van deze lichte praktijk van de excisie. Excisie is geen moslimpraktijk. Het is een traditionele praktijk geweest en duidelijk alles wat in de relatie, in de behandeling van het lichaam van de man en de vrouw het genot zou kunnen ontnemen is niet islamitisch omdat het begrip genot wordt erkend zowel voor de man als voor de vrouw. (opmerkingen over binnenkomen mensen) Nog een ander element dat ons in staat stelt om ons te realiseren in hoeverre de uiting van de seksualiteit werkelijk iets is waarvoor de moslimgeleerden en de islam niet bang waren. Vandaag de dag zijn we een beetje huiverig, denkend âwe praten er niet over want het zijn [....] onderwerpen. Er zijn geen onderwerpen die taboe zijn wanneer het onderwerp je in staat stelt dichter bij God te zijn. En wanneer aan de seksualiteit uiting gegeven wordt met waardigheid en in de intimiteit en in de realiteit van wat vanuit dat gezichtspunt wordt toegestaan is het een daad van aanbidding. Zo moet het begrepen worden. De geleerden, en ik herhaal het vaak omdat veel moslims het niet weten. In de praktijk bijvoorbeeld van wat natuurlijke anticonceptie wordt genoemd waarbij de man zich terugtrekt juist voordat de daad tot het eind wordt geconsumeerd. Wel, wat gebeurt er? De geleerden hebben benadrukt: let op, opdat de man deze natuurlijke anticonceptie kan beoefenen moet hij de toestemming van zijn echtgenote vragen. Waarom? Omdat hij gevaar loopt haar twee rechten te ontnemen. Het eerste recht is het recht op haar moederschap maar het tweede is het recht op haar genot. Ik weet niet of u zich realiseert wat dat wil zeggen over het begrip van een seksualiteit die tot het eind wordt aanvaard, waarbij een vrouw in de relatie die ze heeft met haar echtgenoot duidelijk het recht op genot in het kader van een aanvaarde seksualiteit bepaalt, natuurlijk binnen de grenzen van wat ons wordt toegestaan, dat wil zeggen het huwelijk. Accepteren van zijn lichaam voor wat er aan leven is. Er is nooit het idee in de islam, nooit is er in de islam het idee om het leven van zijn lichaam te ontkennen. Er is geen monnikenwezen in de islam, om te zeggen, ik ga niet trouwen. De aanbeveling naar het huwelijk is zeer groot, want volgens de profetische overleveringen is het de helft van het geloof, waarom? Wat wil dat zeggen âde helft van het geloofâ? Dat wil zeggen dat via de seksualiteit je een gemis opvult. Zoals je een gemis opvult in je spiritualiteit, zoals je een gemis in je intelligentie opvult, vul je een gemis op in je lichaam en het lichaam van de ander geeft het evenwicht aan je eigen lichaam wat zijn behoeften betreft, aan je eigen hart wat zijn verwachtingen betreft, aan je eigen emoties wat hun opwellingen betreft. Dat is het leven dat ieder van ons leeft en men zoekt evenwicht via dat. Dus dat, dat moet je toegeven. En zijn grens accepteren, is de macht van God erkennen. Zijn behoeften accepteren is Zijn macht erkennen, accepteren uiting te geven aan zijn behoeften is openbaren dat men zijn orde heeft begrepen, zijn gezag en zijn richting. Dat wil inderdaad zeggen dat wij naar een werkelijk allesomvattende opvatting gaan die alle aspecten van onze menselijke dimensie bevat en vooral niet het idee van een seksualiteit die men uit de mens haalt alsof het een bijzonder gebied is. Heb ik wel of niet het recht om daar met mijn lichaam uiting aan te geven? Nee, maar wacht. Breng de spiritualiteit, de seksualiteit, de intelligentie terug in de allesomvattende opvatting die men van de mens heeft. Want alles hangt met elkaar samen. Maar als je begint met het splitsen in delen, hier heb ik mijn seksualiteit, hier heb ik mijn intelligentie, hier heb ik mijn spiritualiteit, hoe loop je dan het gevaar te worden? Zondag voor mijn hart, maandag voor mijn lichaam en verder vier dagen per week op de universiteit voor mijn hoofd. Het is een explosie van onze intimiteit, alles wat ik zeg over seksualiteit, het is een werkelijk allesomvattende perceptie van de gehele menselijke identiteit met de onschuld als eerste etappe, de verantwoordelijkheid als tweede, de beheersing als derde en de aanbidding als vierde binnen de grenzen van de dimensie van dat huwelijk. Met, u realiseert het zich goed, deze dimensie: het genot dat je moet beleven met je lichaam in het respect van wat God heeft gewild is een aanbidding. Een genot dat zegt dat het een aanbidding is, dat is niet niets voor al degenen die het beleven binnen de grenzen van wat God hun toestaat. Dit alles heeft een aantal dingen als consequentie op het gebied van ons dagelijks leven en op het gebied van wat ik lichamelijk ethiek zal noemen. Ik zou daar graag mee willen eindigen en u de mogelijkheid geven om vragen te stellen. Want alles wat ik zeg heeft consequenties. En de moslimjuristen zeggen: voilĂ het moslimperspectief, maar dat heeft consequenties voor ons dagelijks leven. Welke? Eerste element, en dit moet als volgt worden begrepen: om te kunnen leven van het streven, dat van de onschuld overgaat naar de verantwoordelijkheid, en van de verantwoordelijkheid naar de beheersing moeten de mensen zichzelf kennen en iets toegeven: hun zwakheid in de beheersing van hun instincten en van hun driften. Hier komen op de eerste plaats: de mensen [opmerking vertaler: mens en man in het Frans hetzelfde woord] in de betekenis van, vergeeft u mij de uitdrukking, de mannetjes. De moslimuiting over de opvatting van de seksualiteit van iets, in alles wat wordt gevraagd aan mannen en aan vrouwen is dat de man zwakker is in zijn beheersing van zijn instincten dan de vrouw. Het is geen algemeenheid. Het is zo u wilt geen bijzonderheid, men kan niet zeggen dat het voor iedereen geldt. Want sommige wezens zijn zwakker dan andere. Maar wat de dimensie betreft dat er een grote zwakheid in de man als zodanig is met betrekking tot zijn beheersing en dat je om je te kunnen beheersen moet begrijpen wat de consequenties zijn. Er zijn in ieder geval drie consequenties. De eerste is de manier waarop men zijn lichaam presenteert aan degene voor wie men de beheersing wil geven. Want men kan zich niet in de seksualiteit als mooi voor de aanblik maar beheerst voor wat betreft het lichaam willen presenteren. Er moet goed op de grens gelet worden. De schoonheid, de uiting mag niet veranderen in een verleiding die alle dagen aan de seksualiteit appelleert en die in het hoofd zijn aandacht richt naar het verbodene. Daarin ligt een tegenstrijdigheid. En dat vraagt om een werkelijk evenwicht te vinden: wat toont men van zijn lichaam om te kennen te geven dat men de noodzakelijke wil van beheersing toont. Want wanneer men al zijn vormen toont - maar begrijp me goed â dit geldt niet alleen voor de vrouw maar hetzelfde geldt voor de man. Wanneer ik spreek over vormen denkt men direct, voor de mannen hetzelfde. Wanneer men zijn vormen toont is de boodschap die naar voren komt niet: ik stel je voor om je te beheersen. Dat is waar. Maar dat weet u. (gelach). U kunt er om glimlachen maar de realiteit is deze: men kan niet een boodschap zenden en er vervolgens vanuit gaan dat men iets anders decodeert behalve als u werkelijk te maken heeft met een hoge spiritualiteit tegenover u maar u weet waar we het over hebben. Dus dat heeft als consequentie dat er iets gedaan moet worden aan de manier waarop men zich presenteert aan de anderen. In de drie moslimaanbevelingen: de decentie, het feit zijn vormen te bedekken en het feit niet de aandacht te trekken via de transparantie. Dat is een dimensie die uiteindelijk alle geestelijke levenshoudingen kennen. Maar als wij in de aanbidding van een seksueel leven voor God willen leven moet je je beschermen in de weg die ons ernaar leidt. Men kan niet Ă©Ă©n ding zeggen en het tegenovergestelde doen. Er is ook een duidelijke natuur die ons vanuit dat gezichtspunt zegt in het respect voor de bescherming zijn weg te gaan. En nog twee punten. Het is waar dat de islam in relatie tot de seksualiteit grenzen stelt. Ze stelt zeer duidelijke grenzen door te zeggen dat God een orde heeft gewild en dat deze orde is: de man voor de vrouw en de vrouw voor de man en dat wat men ons nu in de wereld voorstelt door te zeggen dat, aangezien het natuurlijk is en aangezien men het soms niet kiest, men moet accepteren als een element van de natuur, de man voor de man en de vrouw voor de vrouw, de dimensie van de homoseksualiteit. Maar de boodschap van de islam op dit punt is duidelijk: het is niet toegestaan en het is niet iets dat in de algemene opvatting van de mens treedt. Wat wil dat zeggen? Het verbod is duidelijk. Homoseksualiteit is niet iets dat men beschouwt als toegestaan in de islam. Maar wil dat zeggen dat men op een stoel moet blijven zitten terwijl men alle homoseksuelen behandelt als zieken, als gedegenereerden die.., want er zijn bepaalde mensen die zeer ver gaan. Nee. Tegenwoordig is er in alles wat men praktiseert, zelfs in zeer islamitische samenlevingen een verhouding tot de vraag van de seksualiteit die zo hypocriet is dat de omstandigheden mensen aanzet dingen te praktiseren die buiten de natuur vallen en in plaats van in de hypocrisie van de stilte te leven moet men misschien eerder de werkelijkheid onder ogen zien en zich voornemen degenen die deze homoseksualiteit praktiseren te begeleiden, niet als zieken maar in de zeer duidelijke betekenis van wat onze religie is, maar niet in de verwerping en ook niet in de totale veroordeling van het wezen. Men kan niet houden van de daad omdat God het ons verbiedt. Dat wil niet zeggen dat men de mensen verwerpt omdat ze het praktiseren maar eerder dat men hen begeleidt. Mijn discours is er niet een van het geven van een schuldgevoel en van verwerping. Ik heb te veel mensen gezien en soms ontvang ik brieven, heel vaak, van jonge moslims die me zeggen: kijk, ik praktiseer dat, wat moet ik nu doen? Ik zou graag nader tot God komen maar het is zo. Ik ben zo. Wat moet ik doen? Welnu, ze hebben om zich heen mensen gezien die omdat ze het principe van de islam hadden begrepen, de houding hadden van de definitieve verwerping. En dat is niet wat ons door onze religie wordt onderwezen. Begeleiden tot het eind van het mogelijke, alles doen wat binnen onze mogelijkheden ligt om een luisterend oor te zijn en aan de mensen voor te leggen wat ons de dimensie van een seksualiteit lijkt te zijn, van een juiste seksualiteit en een seksualiteit die in overeenstemming is met de Schepping. Dus, het idee is ons verre om, om open te zijn, alles te generaliseren en alles te accepteren, maar ook is ons verre het idee, omdat we een stem hebben om te beginnen alle wezens te veroordelen zelfs als we weten dat daden van dit type of houdingen van dit type of relaties van dit type niet binnen het kader van de islam vallen. Nog een laatste element. Ik ga spreken over iets dat zeer belangrijk is in alles wat het seksuele leven als zodanig is. Want men zou de indruk kunnen hebben in wat ik zeg dat ik alleen spreek van de omgang, dat seksualiteit alleen de seksuele omgang zou zijn. Ik eindig met u iets te zeggen, dat in de islam de gehele kwestie van de seksualiteit op een uiterst diepgaande manier behandeld is en dat heel snel vrouwen, net zoals mannen, vragen stelden aan Aisha, die de vrouw van de profeet was, (iets in Arabisch) vrede en zegen van God zij met haar - ik spreek Arabisch. Zij zei iets zeer interessants. Zij zei: gezegend zijn de vrouwen van de Ansaar, die de vrouwen zijn die in Medina leefden, dat de schroom hen niet belet om zich, hun kennis op het gebied van religie te verdiepen. Ze zijn zedig maar ze stelden vragen. En ze stelden vragen over duizend en een dingen. Alle vragen die te maken hebben met het lichaam. Ze waren niet bang zoals sommigen tegenwoordig huiverig zijn. Ze stelden vragen. Ze wilden vooral weten, ze wilden weten: hebben we het recht om dit of dat te doen. En wat uiteindelijk naar voren is gekomen, wat naar voren komt uit wat de geleerden hebben gezegd en waar ze veel nadruk op hebben gelegd, dat is een dimensie dat in het begrip, in de seksuele omgang er Ă©Ă©n ding is dat inderdaad verboden is, dat we niet mogen doen tussen man en vrouw. En niet tussen wie dan ook en niet met wie dan ook, zelfs wat precies de homoseksuele relaties betreft: dat is sodomie. Dit is verboden door alle scholen, men mag het niet. Daarentegen wat men gaat vinden in alle rechtsteksten en in alle teksten vanaf de tiende, de twaalfde en in het bijzonder in de 14e eeuw, teksten die spreken over alles wat te maken heeft met de relatie van een lichaam met een lichaam, mogelijke voorspel, waar het mogelijk is zeer ruim van het voorspel te leven, om zich dat genot te geven als een gift dat men aan de ander geeft. Als een cadeau dat men aan de ander voor God doet, een dimensie van een geaccepteerde seksualiteit van voorspel, van streling, van alles wat is toegestaan. U ziet, geleerden die geen enkele vrees hebben om te zeggen: dat is mogelijk, dat is mogelijk. Dat mag je zeggen en die een buitengewoon brede visie van het leven van het lichaam voor de moslim en moslima bieden door te zeggen: dat mag je niet - dat weet men â buiten het kader van het huwelijk mag je het niet. Leer vanuit je onschuld verantwoordelijk te zijn, leer je vanuit je verantwoordelijkheid te beheersen en in het kader van je huwelijk te leven en je te ontplooien. Niet simpelweg jij in je egoĂŻstische genot maar luisteren naar het genot van de ander, van zijn weg, van haar weg en door genot te hebben aan God binnen de grenzen van het huwelijk. U aanbidt God en u respecteert Hem. Beter dan dat nog: u komt nader tot Hem. Dank u wel. Vragen: Ik herhaal de vraag voor de zaal hiernaast: wat denk ik van pornografie? Ik hoop hetzelfde als u. Dat wil zeggen. U weet, veel vrouwen hebben gestreden voor de bevrijding van de vrouw. Ze hebben gestreden voor rechten en op een gegeven moment, toen men heeft gezien wat dat vanaf 1968 met zich mee kon brengen in de westerse samenlevingen waren ze - zijzelf - geschrokken. Wat we tegenwoordig aan het doen zijn en aan het voorstellen zijn met betrekking tot het lichaam van de vrouw, alles wat voor de moslim het publiekelijk maken van een gebeurtenis is waarvan het de waardigheid is dat het privĂ© gebeurt, is een deficiĂ«ntie en een vergissing en een ernstige vergissing. Zelfs in wat we kunnen, want sommigen zeggen ervan: ja, ok voor wat de pornografie betreft maar dan verschijnt de erotiek. Alles wat in de waardigheid en wat privĂ© gebeurt tussen een man en een vrouw in de liefde die zij hebben in God voor de aanbidding, wanneer dat publiekelijk wordt gedaan op de een of andere manier, dat kan niet iets zijn dat aan de waardigheid voldoet. De pornografie en misschien moeten alle vrouwen vanuit dat gezichtspunt en zelfs ook de moslimaâs zich laten horen vanuit dat gezichtspunt, want men zegt dat men hun ontzegt maar er is meer dan dat. Er is heden ten dage een strijd om de waardigheid van de vrouwen, en van de mannen trouwens, maar voornamelijk wat men aan het maken is van het lichaam van de vrouw in de westerse samenlevingen in zijn excessen, want niet elke westerse samenleving is zo. Maar in zijn excessen, moet je zeer duidelijk zijn: je moet je er tegen keren. Het is een vernedering, een totale vernedering van het lichaam van de vrouw, van het lichaam van de man en van alles wat wij waard zijn. Het is de beestachtigheid die in beeld wordt gezet om appel te doen aan onze laagste instincten. Maar in plaats van dit publiekelijk uit te spreken, moet je je er persoonlijk tegen keren, dat ieder van ons hun.., zijn beheersing met betrekking hiertoe regelt. En dat begint bijna ook met alles wat ons kan leiden de dingen in de normaliteit te accepteren. Het is een persoonlijke beheersing die men voor zich en voor de ander moet voeden. Ik geloof dat men elkaar zo respecteert en dat men vrouwen en mannen respecteert. Vraag over natuurlijke anticonceptie Antwoord Tariq Ramadan Vanaf het moment waarop inderdaad de anticonceptie is toegestaan in de islam, op het punt van de natuurlijke anticonceptie, het principe is altijd: een man en een vrouw hebben een seksuele relatie in het kader van het huwelijk met het idee een gezin te stichten. Dus, er is eerder de neiging om er tot het einde uitvoering aan te geven en om het tot het einde te realiseren om kinderen te krijgen. Maar geleerden en het merendeel van de moslimgeleerden hebben een ding over deze vraag duidelijk gemaakt: aangezien de natuurlijke anticonceptie is geaccepteerd en ze goed was ter bevordering van het genot, kunnen de anticonceptie en alle anticonceptiemiddelen worden toegestaan in de..., wanneer er sprake is van voorwaarden die ook zijn verbonden aan islamitische waarden. Bijvoorbeeld. Ik geef een voorbeeld. Als men zegt: âwe zijn met zijn tweeĂ«n en we willen alleen met zijn tweeĂ«n leven, we willen ons geld, ons huisje, onze auto, geen kinderen, vooral niet omdat ze ons evenwicht zouden verstoren: nee. Dat is een anticonceptie die gebaseerd is op egoĂŻsme. Dat wil men niet. Daarentegen, wanneer men kinderen heeft en op een gegeven moment zegt: âik kan niet aan hun behoeften voldoen, ik kan niet voorzien in hun opvoeding, ik kan niet meer.â Als bijvoorbeeld de moeder zo moe is dat er grotere tussenpozen moeten komen tussen de geboorten. Dit is allemaal toegestaan wanneer de intentie niet het egoĂŻsme is om zijn bezit te beschermen maar het evenwicht van het gezin. Dit alles is dan mogelijk. Alle anticonceptiemiddelen zijn mogelijk op Ă©Ă©n uitzondering na. Alle anticonceptiemiddelen die een onomkeerbaar effect kunnen hebben of een aanslag doen op de gezondheid van de moeder, bijvoorbeeld, moeten worden vermeden. Ik denk bijvoorbeeld aan sterilisatie. Dat is niet goed. Ik denk ook.., definitieve sterilisatie, ik denk ook aan alles wat vanaf een bepaalde leeftijd zou kunnen gelden, het slikken van de pil, als de dokter - zoals ik wel eens heb gehoord - de dokter u zegt: âmaar nee, dat heeft een negatief effect op uw gezondheid. U moet ermee stoppen en een ander middel vinden.â Alles wat een negatieve invloed heeft op de gezondheid moet worden vermeden. Maar het anticonceptiemiddel als evenwicht, een intelligentie en een harmonie, dat is iets goeds. De bescherming van egoĂŻsme, dat is niet verboden, niet toegestaan. Laatste vraag (vraag wordt gesteld) Dat is een interessante vraag. Duidelijk. Op basis van de referenties, voor wat de homoseksualiteit betreft, het feit is duidelijk op basis van Loth. Loth is de âŠ. De koran is duidelijk in relatie tot het volk van Loth dat inderdaad een volk was dat de homoseksualiteit praktiseerde. En de tekst, daar, is ondubbelzinnig en dat geldt trouwens voor alle overleveringen. Men komt daar samen. Er zijn geen discussies over dat element. Alle geleerden zijn het er over eens. (onderbroken door vragensteller). Vanaf. Dus, de koran meldt het hier. Voor wat betreft de vraag naar sodomie. Wat impliciet genoteerd wordt in de praktijken die zijn genoteerd in de... â zonder dat het in de koran gezegd wordt â maar op een impliciete manier is dat waarnaar we refereren, maar we gaat naar de overleveringen van de profeet, uitzonderlijke, om te weten, in die overleveringen vinden wij in feite zeer duidelijke dingen over sodomie. En wat duidelijk is en daarover vindt men teksten zonder dubbelzinnigheid volgens welke men zal zeggen dat deze deze praktijken in absolute en strikte zin verbieden. Dus, en in relatie tot... (onderbroken door vragensteller) We hebben weinig tijd. Maar de redenen die worden genoemd, in relatie tot seksualiteit, in relatie tot sodomie, is het inderdaad wat dat vertegenwoordigt dat , âŠ. een daad op het niveau van de seksualiteit zelf, het is helemaal niet, alles wat verbonden is met genot wordt ons toegestaan, alles wat verbonden is met de seksuele daad wordt ons toegestaan, maar die daad maakt de mens en zet hem aan tot iets dat lijkt op een daad van bestialiteit en dat moet vermeden worden. Nu, verdere uitleg kan ik u nu niet geven, maar om u simpelweg te zeggen, wat ons betreft, wat men moet beschouwen, het verbod is strikt en alle moslims moeten dat begrijpen. Het is ook strikt volgens alle andere tradities. Nu, welke attitude hebben we in relatie tot een attitude in relatie tot iets dat strikt verboden is en dat men mensen toch ziet doen. Tegen een persoon zeggen: âik kan niet accepteren wat je doetâ wil niet zeggen dat u afwijst wie hij is of dat u verwerpt wie hij is. En vanaf een bepaald moment zal u enorm veel mensen zien. Ik ken er veel van, die zelf lijden aan wat ze praktiseren en die zich vragen stellen en die zelfs vragen dat men hen begeleidt. Maar men moet hen begeleiden. Zeggen aan degenen die dit doen zonder bewustzijn dan bewustzijn voor God, dat is iets dat men niet moet doen. En zeggen aan degenen die het bewust doen en die eraan kunnen lijden en die graag iets dat evenwichtig is zouden willen kunnen terugvinden en praktiseren, dat ze kunnen doen wat ze willen en er droevig over zijn maar dat ze weten, waar ze ook zijn en welke ontwikkeling ze ook doormaken dat ze broers hebben, dat ze zussen hebben die gaan proberen hen te begeleiden om terug te komen bij iets dat hier voor ons is en dit opgeven. Wat je ook doet ik accepteer het zeker niet maar ik zal je begeleiden om iets te doen dat niet alleen ik accepteer maar dat God bemint en dat Hij ons vraagt te praktiseren in ons dagelijks leven. Dat is, denk ik, de boodschap, het is strikt verboden maar men moet voortdurend de wezens die het praktiseren, begeleiden, om hun lijden te begeleiden en om geen beoordelaars te worden van de wezens zelfs als we soms beoordelaars zijn van de daden. Ik bedank u zeer, goede voortzetting aan allen, en dank voor de warme ontvangst hier op het eiland Mauritius. We vertrekken over twee dagen met het hele gezin en degenen die ons ontvangen hebben en de mensen die ik niet terug zal zien, ik weet dat er vrij veel studenten zijn, ik wil u toch graag, echt uit de grond van mijn hart, oneindige dank zeggen voor deze ontvangst, voor deze aanwezigheid, voor het luisteren en voor de glimlachen, dat God over u waakt, u beschermt en u helpt. Nr. 38 van de Questions Actuelles, gesproken tekst van Tariq Ramadan. De Nederlandse vertaling is gemaakt door Translingua t.t.i. B.V., in opdracht van de gemeente Rotterdam, april 2009 PAGE PAGE 14