[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Ramadan 16

Bijlage

Nummer: 2009D27565, datum: 2009-06-04, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Bijlage bij: Antwoord op vragen van het lid De Krom over het in opspraak raken van de heer Ramadan (2009D27259)

Preview document (🔗 origineel)


Uit: Question Actuelles 16

Tariq Ramadan

34.29 – einde band

En verder moeten we bepalen wat de gebieden van samenwerking zijn.  Ik
kom hier dus bij mijn een na laatste punt. 

De gebieden van samenwerking zijn zeer belangrijk. Het eerste waarmee
men echt moet beginnen is het uitwisselen op academisch en intellectueel
niveau. Dat wil zeggen, werkelijk in communicatie treden met de
intelligentsia van de verzetsbeweging in het Noorden. Kijk, ik draai de
woorden van Huntington (opmerking vertaler: Samuel Huntington wordt
bedoeld, schrijver van Clash of civilizations) om. Wat heeft hij gezegd?
Huntington? Huntington heeft gezegd: de westerse mogendheden moeten in
de moslimlanden diegenen zoeken die hun ideologie verdedigen. Dat wil
zeggen dat men in de moslimlanden moslims zal zoeken  die liberaal
genoemd worden. Of moslims die neutraal - in de betekenis van geen
binding met het geloof - worden genoemd. Moslims zonder islam dus! Men
zal hen zoeken en zij zullen een brug met ons vormen. En wel, wij zeggen
vandaag de dag dat we referenties hebben en markers. En dat met wie wij
gaan samenwerken precies het tegenovergestelde zijn. Wij gaan in de
westerse wereld alle wezens die het recht, de rechtvaardigheid en de
waardigheid van de mensen verdedigen zoeken en met hen samenwerken. Wij
gaan die bruggen ontwikkelen. We gaan aanwezig zijn op het gebied van de
academische en maatschappelijke dialoog. Want er zijn heel veel mensen
die denken dat de islam iets negatiefs is, omdat ze het niet kennen,
maar die bereid zijn, wanneer ze de islam kennen, vanaf het moment dat
een discours vorm heeft gekregen, om ook de rechten van de moslims te
kunnen verdedigen. En steeds meer. Ik beloof u dat dit verschijnsel zich
steeds meer aan het verwezenlijken is. Wij zijn dus tegen de filosofie
van het conflict maar we zijn voor de filosofie van het verzet in de
samenwerking. Want sommigen denken dat het tegendeel van het conflict de
samenvoeging is. Nee, het tegendeel van het conflict is een intelligent
verzet en een samenwerking op het gebied van wat juist en eerlijk is.
Men onderwerpt zich dus niet geheel en al, men pleegt verzet en werkt
samen. Op intellectueel gebied. En dat vraagt twee dingen van de
moslims. En van u hier, in Ivoorkust in het bijzonder. Om natuurlijk een
discours te ontwikkelen. U moet kunnen zeggen, beste broeders en
zusters, aan alle… aan uzelf trouwens, want een discours ontwikkelen
wil zeggen dat je je gedachte verheldert. Luistert u goed naar mij; een
discours ontwikkelen wil zeggen dat je je gedachte verheldert.  Men moet
dus een hedendaags discours van de hedendaagse islam ontwikkelen om
(Arabisch) de islam van morgen te construeren met de moslims die zich
daaraan verbinden. En wel, dat discours moet vorm krijgen. En dat vraagt
een verheldering van ons begrip van de islam, Dus om de samenwerking
waarover ik spreek te kunnen ontwikkelen moet er een goed begrip van
onze moslimidentiteit worden ontwikkeld en een verhelderend discours
worden ontwikkeld om te kunnen communiceren met onze gespreksgenoten. Ik
denk dat het een van de voornaamste uitdagingen van de komende jaren is.
Het vermogen van de moslims om vanuit een goed begrip een hoorbaar
discours te ontwikkelen. Een discours dat niet tegen de westerse wereld
de verwerping uitspreekt die men ervan heeft. Maar het begrip dat men
ervoor heeft en de samenwerking die men ermee wil. En het verzet dat men
zal hebben ten opzichte van alles wat niet rechtvaardig is en dat ons
niet aanstaat. Dat discours is van het grootste belang. Juist om de
‘clash’ te vermijden. Want de ‘clash’ is het conflict. En wat de
conflicten betreft, dat is wanneer ik met je spreek, maar ik spreek niet
dezelfde taal. Ik heb dit vaak herhaald. Als ik je in een taal aanspreek
die je niet begrijpt, kan ik tien uur spreken, maar dan spreek ik langs
je heen, dan spreek ik niet met je. En als moslim spreken wij soms in
het Frans, of soms zelfs in het Arabisch, of soms zelfs in het Engels,
maar we spreken niet met dezelfde woorden. Het is alsof we een
buitenlandse taal spreken. We spreken alle twee Frans, jij spreekt daar,
ik hoor je daarvandaan. We communiceren niet ook al lijkt het van wel. 
Want we hebben niet al het werk gedaan. En welk werk is dat 
uiteindelijk? Ik moet een discours ontwikkelen al naar gelang het oor
van degene die naar me luistert. Ik moet een discours ontwikkelen al
naar gelang het oor van degene die ernaar luistert. Dat is zeer
belangrijk. Maar om een discours te ontwikkelen al naar gelang het oor
van degene die ernaar luistert, moet ik ook de aanleg van dat oor
kennen. Ik moet dus ook daar onderzoek naar verrichten. Ik moet
begrijpen. En alvorens te spreken moet ik luisteren. En om te luisteren,
voor wat ons hier aangaat, moeten we lezen. Weten hoe dat gaat in de
Westerse wereld. En u heeft, vanuit dat gezichtspunt, met de opleving
van de islam in uw gebied een zeer belangrijke verantwoordelijkheid. Om
beter te begrijpen wat de Westerse wereld is, al het werk dat we de
afgelopen drie dagen gedaan hebben. Wat u voorstelt, nadenken over de
scheiding tussen religie en staat. Nadenken over de beschavingen.
Nadenken over de kwestie van de vrouw.  De nieuwe boodschap van de
vrouwen die uit de moslimgemeenschap in de Westerse wereld moet komen.
Die de waardigheid en de handeling van het geloof duidelijk maakt tegen
de schijn en de verleiding van de vormen en van lichamelijkheid. Die
dingen moeten we ontwikkelen... Op alle niveaus. Niet als een reactie
tegen, maar als een bevestiging van. Men moet hun vragen niet
beantwoorden. We moeten anticiperen op hun vragen met een krachtig en
diep discours wat het geheel van die gebieden betreft.                  
   

Dus het eerste element is de samenwerking. En er zijn twee andere
gebieden die ik graag zou willen benadrukken. Onze voornaamste bijdrage
heden ten dage is wat de samenwerking betreft op het gebied van
onderwijs. Heel veel mensen in Europa willen het onderwijs hervormen. 
Niet alleen qua structuur. Het is geen strikt structurele hervorming.
Maar qua inhoud van het onderwijs. Want ze realiseren zich dat ze
gevaarlijke scholen aan het maken zijn. Scholen die mensen voortbrengen
die beheersen maar die hun beheersing niet beheersen. Ze worden niet
verantwoordelijk, ze worden efficiënt. Wee een samenleving die
efficiënte mensen voortbrengt die niet verantwoordelijk zijn! Dat wil
zeggen wat men iets te veel in de Westerse wereld ziet en wat sommigen
bekritiseren. Wij moeten daarin participeren. Het probleem is soms –
ik zal wat dat betreft ook niet ophouden het te herhalen voor onze
broeders en zusters in Europa – ze zetten een islamitische school op
bijvoorbeeld, en voor sommigen…. Sommigen doen het werkelijk op een
buitengewone manier. Ze profiteren van de hele moderne pedagogiek en
hebben een moderne islamitische school opgezet. Dat wil zeggen dat die
in overeenstemming is met de context waarin ze leven. Als u in een
samenleving verkeert waarin er veel dialoog is, kunt u geen islamitische
school opzetten waarin u alleen laat luisteren. U bent dan verplicht om
er de dialoog in te integreren als een van de pedagogische
werkelementen. Want anders wisselt het kind van gedachte in de
samenleving en zwijgt hij op school. Hij zal de samenleving in gaan, hij
zal de school vergeten. Men moet dus een school hebben die is aangepast
aan de context. Dat spreekt voor zich. Er zijn islamitische scholen in
Zweden bijvoorbeeld, en een paar in Engeland, onder de koepel van
(Arabisch) die iets buitengewoons doet.  En wel, er zijn interessante
dingen. Maar andere islamitische scholen doen ons achterlopen.  Ze
zetten islamitische scholen op en vergeten daarbij alles wat men weet op
het gebied van schoolritmes. Bijvoorbeeld: een islamitische school, u
bent tevreden om er een te hebben. En u gaat die islamitische school
bekijken. De kinderen komen om acht uur. Er is geen pauze tot elf uur
’s ochtends. Een pauze van een kwartier en vervolgens tot een uur
omdat de school om een uur moet eindigen. Maar hoe...? Beseft u dat? Als
men een lezing om acht uur ’s ochtends begint en men geeft les tot elf
uur. Drie uur zonder pauze. Terwijl men weet dat het ritme van het kind,
op het gebied van kennisverwerving, dat is 45 minuten hoogstens. Het is
over na twintig minuten van goede aandacht. Daarna gaat het achteruit.
En dat noemt men een islamitische school. Ja, men moet islamitische
scholen opzetten, maar van alles profiteren. Men moet samenwerken met
alle krachten die de pedagogiek hebben ontwikkeld. Want pedagogiek is
niet westers. Het is universeel. Het maakt deel uit van het menselijke
erfgoed. Ik zet de pedagogiek hier neer en ik pas het aan mijn kennis
aan.  

Men moet dus gebruiken... Samenwerken op pedagogisch gebied om te
ontwikkelen... (U bent, wat dit perspectief betreft hier (Arabisch),
voor de toekomst)  scholen die hoge prestaties leveren, op één lijn
met de omgeving, die mensen ontwikkelen die deze omgeving kunnen
veranderen. Dat willen we. Geen mensen die ver verwijderd zijn van hun
context, maar gevoed door hun context in een pedagogiek die ze
terugstuurt om die context te transformeren in iets beters. 

Het gebied van de school en van het onderwijs. En een van de elementen
waarin we veel moeten samenwerken, is die van informatie. We hebben een
groot gebrek… U heeft dus gemerkt wat ik aan het zeggen ben… Ik heb
er gisterochtend al iets over gezegd. Maar hier benadruk ik twee dingen
zeer. De ontwikkeling van een goed begrip van de islam, de ontwikkeling
van een discours over de islam – in samenwerking -, de ontwikkeling
van een reflectie op de pedagogiek – die de zenuw van de oorlog is.
Voor ons is de echte investering niet bancair of financieel maar
educatief. Je betaalt veel vandaag maar je investeert veel in de mensen
van morgen – (Arabisch) – En dat is een van de dimensies voor ons...
die we benadrukken. 

Het andere element is informatie. Want, zoals ik net gezegd heb, de
grote agentschappen zijn in de westerse wereld. En dat is een van de
elementen van de verwestersing van de wereld. Vanuit dat gezichtspunt
verwijs ik u naar de tekst van Latouche, getiteld L’Occidentalisation
du monde (Verwestersing van de wereld). Als u die kunt lezen, het is
zeer... kort maar zeer verfrissend, want het geeft u… maakt duidelijk
waar de gegevens zijn. En, vanuit dat gezichtspunt, moet er werk op het
gebied van communicatie gedaan worden. Werk waar we echt bij stil moeten
staan. Namelijk: op het lokale niveau of op nationaal niveau wijzen van
informatie ontwikkelen en aan te zetten tot… het - het is moeilijk
vandaag de dag, de staten - maar in ieder geval voorlopig op een meer
intern niveau, ontwikken van alternatieve communicatienetwerken. En daar
kunt u de instrumenten van vandaag de dag gebruiken. In de westerse
wereld zijn er  kranten en journalisten die fantastisch werk doen op het
gebied van alternatieve informatie. Ik geef maar een voorbeeld. Mensen
met wie ik verbonden ben. Het is de hoofdredacteur van deze krant die
het voorwoord van het boek getiteld ‘Pour un renouveau’ heeft
geschreven. Het is Le Monde Diplomatique, bijvoorbeeld. Hetgeen niet
voldoende is maar het is onderdeel van zoveel andere kranten die een
alternatieve houding hebben. En die moet men hebben. En wat dat betreft
geeft dat ons netwerken van informatie zoals die gemaakt moet worden. In
Engeland is er de krant Impact die uit Engeland komt, met de moslims.
Het is fantastisch wat heeft gekund …. wat ze daar sinds 20 jaar
hebben kunnen doen. Ze hebben een maandblad met de interessantste
alternatieve informatie. En dat zou kunnen zeggen dat die
informatienetwerken moeten worden ontwikkeld. We hebben nog geen grote
informatiefirma’s of grote agentschappen. Maar men kan al in die
richting gaan. In termen van informatie hoef je maar te kijken naar het
grote succes dat de zender Al Jazeera - in de Arabische wereld - heeft.
Die heeft iets compleet nieuws ontwikkeld op het gebied van informatie.
Men moet die richting opgaan. 

Het laatste punt is het gemeenschappelijk engagement. Dat betreft u
minder, hier. Maar het gemeenschappelijke engagement om te verdedigen...
om te verdedigen… al die gebieden van het sociale, het politieke en
van de economie. Voor u hier in Ivoorkust, moet dit alles leiden naar
drie conclusies. Wat we net gedaan hebben is een weg via de globale
gedachte. Om wat af te leiden? Want we zijn hier niet om elkaar aan te
kijken en te zeggen: ‘Het was een goede theoretische lezing. We hebben
het een beetje beter begrepen op het globale niveau.’ Het moet
vanzelfsprekend leiden naar een reactie op lokaal niveau. Dat is wat
(Arabisch) wordt genoemd in de islam. En wat men voortdurend vraagt aan
Allah om ons te geven (Arabisch). En dus moet dat hier vertaald worden
in iets concreets. En wat zijn die drie gebieden? U moet altijd het
gezichtspunt van de globale gedachte behouden. De hele tijd. Dit alles
in de wetenschap dat het echt een internationale uitdaging is. En
vervolgens engageert u zich op het lokale niveau. Op de drie dimensies
die me fundamenteel lijken. Het herzien, verdiepen en heroriënteren van
de islamitische vorming die multipolair moet zijn. Alles wat islam is
maar ook alles wat het sociale en de context waarin men leeft betreft.
De islamitische vorming moet worden herzien om geheroriënteerd te
worden om mensen die een islamitische vorming volgen actoren in hun
samenleving te laten zijn en geen toeschouwers. Elke islamitische
vorming die een man of een vrouw voortbrengt die de Koran kent en die de
hadith van de profeet (Arabisch) kent maar in wie men niet een dynamiek
van actie heeft aangewakkerd om zijn samenleving te veranderen is een
ontoereikende vorming. Het beantwoordt niet aan de eisen van het moment.
Een islamitische vorming heeft drie pijlers. Het refereert naar de
islamitische bronnen en dus naar de Koran, naar de overlevering van de
profeet (Arabisch) en naar de geschiedenis van de islam. Het is een
overtuiging. En het voegt er op een fundamentele manier het tot stand
komen van een moslimidentiteit aan toe die vertrouwen heeft in zijn
referenties en in zijn waarde. Dat is de tweede pijler. En de derde
richt zich direct op het handelen om zijn samenleving te transformeren.
Een islamitische vorming kan dus niet besparen, te doen... naar de
overlevering van de profeet (Arabisch), maar ook door middel van het
onderricht van de context waarin men leeft, ten opzichte waarvan men
actief moet zijn. Een islamitische vorming die dit niet geeft is een
islamitische vorming die niet voldoet... met leemten... gevaarlijk. 
Want het gaat mensen in staat stellen te denken: ‘ik ben geleerd’
terwijl hij een toeschouwer is. Welnu, de geleerde in de islam, is een
actor van zijn samenleving, maar nooit een toeschouwer (rumoer in de
zaal). Het is de eerste dimensie. En daar moet u zich mee engageren op
het moment van (Arabisch). 

Het tweede waarmee u zich moet engageren vanaf het moment van dat goede
begrip, is de formulering van een discours over de islam van vandaag de
dag. Het is een noodzaak. Een echt discours dat zich op verschillende
niveaus situeert. Een academisch discours. Een sociaal discours. Een
discours van het werk. Een discours over de vrouwen. Een discours over
alle gebieden van de samenleving waarmee we verbonden zijn. Een discours
dat gemaakt wordt en gedacht wordt in het licht van onze referenties,
maar op het niveau van de oren die naar ons luisteren. Zoals het ons
geleerd wordt door de traditie. Spreken met mensen al naar gelang hun
intelligentie. 

Derde en laatste element. Dat is het engagement. Het lokaal
georiënteerde engagement – hoewel men niet de globale dimensie is
vergeten – maar lokaal, op alle niveaus. Om hier te strijden tegen die
verwestersing. Het lokale engagement met de educatie van de jongsten,
binnen schoolstructuren natuurlijk, maar ook binnen buitenschoolse
structuren. Het engagement op het gebied van de 
ontwikkelingscoöperaties op lokaal niveau. Het engagement wat landbouw
betreft die een landbouw voor de bevolking moet zijn en niet een
landbouw alleen voor de export terwijl die de bevolking doodt. Een echt
engagement op alle niveaus van het sociale gebied is de sleutel tot het
succes – (Arabisch) – voor de toekomst. Daar moet u zich  aan
verbinden door eenvoudigweg te zeggen: u bent broeders voor elkaar, 
zusters voor elkaar, maar u bent tegelijkertijd vrienden van alle mensen
van goede wil die deelnemen aan dat verzetswerk. Hier in Ivoorkust,
zelfs als ze geen moslim zijn, en met de westerse wereld, zelfs als ze
geen moslim zijn. Het zijn uw vrienden in het verzet voor de
rechtvaardigheid. Het zijn niet uw vijanden door het verschil van de
religie. Bekijk het als een echte boodschap. Als je de rechtvaardigheid
verdedigt, zelfs als je niet mijn geloof hebt, loop ik naast je om de
rechtvaardigheid te verdedigen.     

Nr. 16 van de Questions Actuelles, gesproken tekst van Tariq Ramadan. De
Nederlandse vertaling is gemaakt door Translingua t.t.i. B.V., in
opdracht van de gemeente Rotterdam, april 2009

 PAGE    

 PAGE   1