[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

De doorstroom van leerlingen in het MBO van niveau 1 naar 2

Schriftelijke vragen

Nummer: 2009D28802, datum: 2009-06-10, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2009Z10869:

Preview document (🔗 origineel)


2009Z10869

Vragen van het leden Depla en Spekman (beiden PvdA) aan de
staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, mw. Van
Bijsterveldt-Vliegenthart, over de doorstroom van leerlingen in het mbo
van niveau-1 naar niveau-2. (Ingezonden 10 juni 2009)

1

Kunt u bevestigen dat veel leerlingen op het mbo niveau-1 willen
doorstromen naar niveau-2 Beroeps Opleidende Leerweg (BOL) omdat vanwege
de economische crisis het vinden van werk niet gemakkelijk is? Deelt u
de mening dat voor jongeren die nog op school zitten langer doorleren
voor een hogere startkwalificatie een verstandige oplossing is? 

2

Deelt u de mening dat de kans dat deze groep leerlingen ook
daadwerkelijk een niveau-2 diploma zullen halen, minder groot is dan bij
reguliere leerlingen niveau-2? Is het waar dat de kans bestaat dat
hierdoor de percentages met ongediplomeerde uitstroom, op scholen die
leerlingen deze kans willen bieden, stijgen? 

3

Is het waar dat scholen, uit vrees voor een stijgend percentage
ongediplomeerde uitstroom, risicomijdend gedrag gaan vertonen om te
voorkomen dat zij te maken krijgen met verscherpt inspectietoezicht? 

4

Is het waar dat in het actieplan Jeugdwerkloosheid een belangrijke
onderdeel is dat jongeren de kans moeten krijgen langer op school
blijven en zich op- of omscholen in plaats van werkloos thuis te gaan
zitten?

4

Deelt u de mening dat scholen, die kiezen voor de ontwikkeling van
talent van jongeren en vanwege het maatschappelijk belang om jongeren de
kans te geven zich verder te ontwikkelen in plaats van werkloos thuis te
zitten, niet gestraft mogen worden door de onderwijsinspectie door
verscherpt toezicht, maar juist gestimuleerd moeten worden het beste uit
de jongere te halen? 

5

Wat is uw mening over de uitspraak van de onderwijsinspectie op een
mbo-instelling in reactie op bovengenoemde problematiek: “met mijn
hart ben ik het met jullie eens, maar ik heb een toetsingskader waar ik
me aan moet houden, en dat zijn percentages met ongediplomeerde
uitstroom”? 

6

Deelt u de mening dat er maatwerk vereist is, waarbij de inspectie niet
alleen toetst op percentages ongediplomeerde uitstroom, maar hierbij ook
rekening houdt met eventuele oorzaken van een stijging van deze
uitstroom, zodat voorkomen wordt dat scholen risicomijdend gedrag gaan
vertonen, terwijl zij juist nu moeten investeren in talenten van
jongeren? 

7

Gaat u op korte termijn met de onderwijsinspectie hierover in overleg,
zodat dit soort uitspraken van de inspectie niet meer voorkomen en de
inspectie maatwerk levert bij toetsing en rekening houdt met de
oorzaken? 

8

Bent u bereid de antwoorden toe te zenden vóór 24 juni a.s. in verband
met het algemeen overleg over schooluitval?