[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [šŸ§‘mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [šŸ” uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Het niet (voorlopig) ontzetten van ouders uit de ouderlijke macht bij vermoedelijke mishandeling met dodelijke afloop van een eerder overleden kind

Schriftelijke vragen

Nummer: 2009D31662, datum: 2009-06-23, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2009Z12037:

Preview document (šŸ”— origineel)


2009Z12037

Vragen van de leden Teeven en DezentjƩ Hamming-Bluemink (beiden VVD)
aan de  ministers van Justitie en voor Jeugd en Gezin over het niet
(voorlopig) ontzetten van ouders uit de ouderlijke macht bij
vermoedelijke mishandeling met dodelijke afloop van een eerder overleden
kind. (Ingezonden 23 juni 2009)

1

Bent u bekend met de strafzaak van de moeder van de zestien maanden oude
C. die op 6 maart 2008 dood werd gevonden in haar ouderlijk huis in
Hellevoetsluis? Waarom stond dit meisje al eerder onder toezicht van
Bureau Jeugdzorg? 1)

2

Bent u bekend met het verloop van de strafzaak tegen haar moeder en haar
levenspartner die worden verdacht van directe betrokkenheid bij de dood
van C.? In welk stadium bevindt die rechtszaak zich thans? Wanneer zal
de inhoudelijke behandeling van die strafzaak plaatsvinden?

3

Was het Openbaar Ministerie (OM) te Rotterdam op de hoogte van het feit
dat de moeder van C. opnieuw in verwachting was geraakt van haar
vriend/medeverdachte in de strafzaak inzake de dood van C.? Was Bureau
Jeugdzorg in de Rijnmond op de hoogte van de zwangerschap van de moeder?
Was deze zwangerschap voor zowel het OM dan wel Bureau Jeugdzorg geen
aanleiding om bij geboorte van de jongste baby van de moeder van C. en
haar vriend beiden (voorlopig) uit de ouderlijke macht te ontzetten in
afwachting van de uitspraak in de strafzaak naar aanleiding van de dood
van C.?

4

Wat houdt de ā€˜enige vorm van toezichtā€™ in waaronder de moeder nu is
geplaatst? Waarom wordt geen duidelijkheid gegeven over dit toezicht? Is
er sprake van herhalingsgevaar bij zowel de moeder van C. dan wel haar
vriend? 

5

Bent u niet van mening dat een zeer jong kind niet aan zeer onnodige
risicoā€™s moet worden blootgesteld als niet duidelijk is of er bij de
moeder en haar vriend sprake is van (verminderde)
toerekeningsvatbaarheid , waardoor de kans op herhaling van geweld bij
het jong geboren kind groot is?

6

Bent u niet van mening dat de Raad voor de Kinderbescherming, gezien de
gerezen verdenkingen tegen de moeder van C. en haar vriend, het zekere
voor het onzekere moet nemen?

1) AD, 20 juni 2009