CIJFERS GEZINSMIGRATIE
Bijlage
Nummer: 2009D47487, datum: 2009-10-02, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: E.E. van der Laan, minister voor Wonen, Wijken en Integratie
- Mede ondertekenaar: N. Albayrak, staatssecretaris van Justitie (Ooit PvdA kamerlid)
- Mede ondertekenaar: E.M.H. Hirsch Ballin, minister van Justitie ()
Bijlage bij: Kabinetsaanpak huwelijks- en gezinsmigratie (2009D47484)
Preview document (🔗 origineel)
BIJLAGE II CIJFERS GEZINSMIGRATIE Analyse migratiecijfers Het aantal ingewilligde aanvragen om verlening van een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv) van gezinsmigranten is tussen 2003 en 2007 gedaald van 23.130 gezinsvormers/-herenigers naar 11.620 in 2007, maar laat vervolgens een stijging zien naar 15.030 ingewilligde mvv-aanvragen in 2008 (zie bijlage II voor een volledig overzicht van de gezinsmigratiecijfers). Uit de gegevens over de eerste zeven maanden van 2009 blijkt dat het aantal ingewilligde mvv-aanvragen voor gezinsmigratie stabiliseert en zelfs lijkt te dalen. Voorzichtigheid bij verdere verwachtingen over geheel 2009 blijft evenwel geboden, omdat de instroom van gezinsmigranten mede bepaald kan worden door een specifieke situatie in het land van herkomst, zoals bij nareis het geval is. Bezien over de periode 2003 tot heden is overigens nog steeds sprake van een lager aantal ingewilligde mvv-aanvragen voor gezinsmigratie. Om beleidsmatig die maatregelen te kunnen nemen die noodzakelijk zijn voor een goede balans tussen immigratie en integratie, is gekeken hoe de recente stijging moet worden geduid en welke maatregelen hierbij mogelijk en gewenst zijn. Hierbij is het allereerst van belang om de verschillende typen gezinsmigranten goed te onderscheiden. Gezinshereniging is mogelijk op grond van het asielbeleid, waarbij het moet gaan om de gezinsleden van een toegelaten asielvergunninghouder, die binnen drie maanden na verlening van de asielvergunning aan de hoofdpersoon een aanvraag om gezinshereniging hebben ingediend. Voor deze specifieke categorie gezinsmigranten geldt dat, indien aan de voorwaarden voor nareis (artikel 29, onder e en f, Vreemdelingenwet 2000) wordt voldaan, betrokkene in Nederland in aanmerking komt voor een asielvergunning. Daarnaast wordt de groep gezinsmigranten gevormd door reguliere gezinsvormers en gezinsherenigers. Het verschil tussen deze laatste twee groepen is dat bij gezinsherenigers de relatie of het huwelijk al bestond vóórdat de hoofdpersoon (referent) zich in Nederland vestigde, bijvoorbeeld als kennismigrant. Bij gezinsvormers is het huwelijk of de relatie aangegaan nadat de referent al zijn hoofdverblijf in Nederland had. Cruciaal voor de beoordeling van de verblijfsaanvraag en de toe te passen criteria is dus de vraag wanneer de referent zijn hoofdverblijf in Nederland kreeg, en daaraan gekoppeld de vraag of een huwelijk of relatie aantoonbaar vóór of na de verkrijging van zijn hoofdverblijf in Nederland is ontstaan. Het onderscheid tussen de categorieën gezinsherenigers op grond van het asielbeleid of het reguliere beleid is niet onbelangrijk. Immers, de instroom van die eerste groep is sterk afhankelijk van een situatie in het land van herkomst. Uit de cijfers kan worden opgemaakt dat de stijging in 2008 van het aantal mvv-aanvragen voor gezinshereniging voor een belangrijk deel (ruim 60%) kan worden toegeschreven aan een verhoogd aantal inwilligingen van mvv-aanvragen voor nareis. Dit betreft gezinsleden van asielvergunninghouders die zelf bij binnenkomst ook in het bezit worden gesteld van een asielvergunning. Ook het aantal ingewilligde mvv-aanvragen voor gezinshereniging in de eerste zeven maanden van 2009 is voor een belangrijk deel toe te schrijven aan nareizende gezinsleden van asielvergunninghouders, van met name Somalische en Irakese nationaliteit. Voor vreemdelingen afkomstig uit Irak en Somalië is gedurende een langere periode een categoriaal beschermingsbeleid van toepassing geweest. Het categoriale beschermingsbeleid voor Irak en Somalië is inmiddels beëindigd. Dit betekent niet dat geen asielgerechtigden uit die landen meer naar Nederland komen, maar wel dat beoordeling op individuele basis plaatsvindt, er minder vergunningen worden verleend en dus enige tijd na beëindiging in de regel ook het aantal nareizende gezinsmigranten afneemt, hetgeen nu ook zichtbaar wordt in een kleine afname van het aantal nareizende gezinsmigranten uit Irak. De recente toename van het aantal ingewilligde mvv-aanvragen, bijvoorbeeld uit Marokko en Turkije, volgt op een scherpe daling kort na de invoering van de maatregelen. Dit effect is eerder te zien geweest na invoering van nieuwe maatregelen in het gezinsmigratiebeleid. De inschatting nu is dat de recente stijging deels kan worden toegeschreven aan het gegeven dat men inmiddels gewend is aan de nieuwe eisen en daaraan kan voldoen. Het WODC-onderzoek wijst er in dit verband ook op dat er sterke aanwijzingen zijn voor dit uitstelgedrag. De stijging in het aantal ingewilligde mvv-aanvragen voor gezinsmigratie van vreemdelingen met de Indiase nationaliteit van 785 in 2007 naar 1245 in 2008 (ruim 80 % van de ingewilligde mvv-aanvragen in 2009 betrof een aanvraag voor verblijf bij een kennismigrant), is toe te schrijven aan het succes van het kennismigratiebeleid dat gericht is op het naar Nederland halen van kansrijke en talentvolle migranten die Nederland nodig heeft (selectieve migratie). Inwilligingen MVV met verblijfsdoel B2 gezinshereniging en gezinsvorming naar nationaliteit met opsplitsing naar de top 25 nationaliteiten (afgeronde aantallen) 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 aanse 95 110 270 180 135 170 110 Zuid-Afrikaanse 175 180 125 130 170 220 105 Colombiaanse 245 235 170 115 90 120 75 Amerikaanse 10 10 70 135 120 155 45 Burundische 40 60 160 165 95 40 50 Joegoslavische (Federale rep.) 330 255 140 125 125 95 25 Vietnamese 210 185 105 85 85 130 80 De aantallen zijn excl. de zogenaamde opengebroken procedures. Aantallen kunnen dus iets afwijken (lager zijn) van eerder verstrekte cijfers. De top 25 is gesorteerd naar aflopend totaal aanbod over de genoemde periode. Inwilligingen MVV met verblijfsdoel B2 gezinshereniging en gezinsvorming Gezinshereniging Gezinsvorming ntb* Totaal 2006 65% 35% 0% 100% 2007 45% 55% 0% 100% 2008 47% 52% 1% 100% 2009 50% 50% 1% 100% ntb=niet te bepalen, deze categorie valt onder B2, maar is niet in te delen in of gezinsvorming of gezinshereniging. De opsplitsing naar gezinsvorming of -hereniging kan vanaf 2006 uit de systemen worden gehaald. Inwilligingen MVV met verblijfsdoel B2 gezinshereniging en gezinsvorming Gezinshereniging Gezinsvorming ntb* Totaal 2006 8.180 4.420 60 12.660 2007 5.110 6.190 40 11.350 2008 7.090 7.855 85 15.030 2009 4.545 4.530 50 9.125 ntb=niet te bepalen, deze categorie valt onder B2, maar is niet in te delen in of gezinsvorming of gezinshereniging. De opsplitsing naar gezinsvorming of -hereniging kan vanaf 2006 uit de systemen worden gehaald. (Afgerond) Opsplitsing van het aantal inwilligingen MVV in 2009 met verblijfsdoel B2 gezinshereniging en gezinsvorming naar sekse en leeftijd. 2009 Man Vrouw Turkse 50% 50% Somalische 47% 53% Indiase 24% 76% Marokkaanse 45% 55% Iraakse 38% 62% Totaal 34% 66% 2009 Man Vrouw Turkse 605 615 Somalische 430 485 Indiase 180 580 Marokkaanse 315 385 Iraakse 195 310 Totaal 3.140 5.980 2009 <18 18 tot 21 >=21 Turkse 21% 0% 79% Somalische 74% 3% 23% Indiase 34% 1% 65% Marokkaanse 13% 0% 87% Iraakse 52% 3% 44% Totaal 33% 1% 65% 2009 <18 18 tot 21 >=21 Turkse 250 <10 960 Somalische 680 25 210 Indiase 255 <10 495 Marokkaanse 90 <10 610 Iraakse 265 15 225 Totaal 3.050 105 5.970 Productie inwilligingen VVR verblijfsdoel B2 (gezinsvorming/hereniging) bij SR (= verblijf bij houders pardonregeling) niet indeelbaar gezinshereniging gezinsvorming Eindtotaal 2007 vanaf juli 0 50 <10 50 2008 <10 410 30 440 2009 t/m juli <10 240 40 280 Eindtotaal <10 700 70 770 Deze cijfers zijn gebaseerd op het aantal ingewilligde aanvragen om een machtiging tot voorlopig verblijf, afkomstig uit de IND-registratie. Het categoriale beschermingsbeleid voor asielzoekers uit Centraal-Irak is met ingang van 12 september 2008 beëindigd(Kamerstukken II, 2008/2009, 19637, nr1220. Het categoriale beschermingsbeleid voor asielzoekers uit Somalië is met ingang van 3 april 2009 beëindigd (Kamerstukken II, 2008/2009, 19637, nr. 1261. Augustus 2009 afname 3%. Internationale gezinsvorming begrensd? Een evaluatie van de verhoging van de inkomens- en leeftijdseis bij migratie van buitenlandse partners naar Nederland. WODC/INDIAC, Cahier 2009-4, p. 147.