Afschrift van brief aan de Eerste Kamer n.a.v. een werkbezoek van de commissie BDO (Buitenlandse Zaken, Defensie en Ontwikkelingssamenwerking) van de Eerste Kamer aan Afghanistan
Brief regering
Nummer: 2009D49100, datum: 2009-10-09, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: M.J.M. Verhagen, minister van Buitenlandse Zaken (Ooit CDA kamerlid)
- Mede ondertekenaar: E. van Middelkoop, minister van Defensie ()
- Mede ondertekenaar: A.G. Koenders, minister voor Ontwikkelingssamenwerking (Ooit PvdA kamerlid)
Onderdeel van zaak 2009Z18593:
- Indiener: M.J.M. Verhagen, minister van Buitenlandse Zaken
- Medeindiener: A.G. Koenders, minister voor Ontwikkelingssamenwerking
- Medeindiener: E. van Middelkoop, minister van Defensie
- Volgcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Defensie
- 2009-10-15 09:30: Procedurevergadering (Tijdstip gewijzigd!!) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Defensie
- 2010-03-17 14:30: Aanvang middagvergadering: regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (š origineel)
Ministerie van Ministerie van
Buitenlandse Zaken Defensie
Postbus 20061 Postbus 20701
2500 EB 's-Gravenhage 2500 ES 's-Gravenhage
Telefoon 070-3486486 Telefoon 070-3188188
Aan:
de Voorzitter van de
Eerste Kamer der
Staten-Generaal
Binnenhof 22
's-Gravenhage
i.a.a.:
de Voorzitter van de
Tweede Kamer der
Staten-Generaal
Binnenhof 4
ās-Gravenhage
Uw brief Uw kenmerk Ons nummer Datum
144142u DVB/CV-345/09 9 oktober 2009
Op 26 mei 2009 bood de voorzitter van de vaste commissie voor
Buitenlandse Zaken, Defensie en Ontwikkelingssamenwerking een notitie
aan met de belangrijkste bevindingen van het werkbezoek dat de commissie
van 10 ā 14 mei 2009 bracht aan Afghanistan. Daarbij vroeg de
commissie antwoord van de regering op een tweetal vragen:
Ten eerste, hoe de regering de coƶrdinatie op strategisch niveau en
specifiek ten aanzien van de balans tussen de militaire en civiele
aspecten in Afghanistan denkt te kunnen bevorderen.
Ten tweede werd de regering verzocht aan te geven hoe zij de resultaten
van de Nederlandse inzet in Afghanistan op het civiele vlak denkt te
waarborgen na augustus 2010.
In antwoord op deze vragen diene het volgende.
De coƶrdinatie van de internationale inspanningen in Afghanistan, en in
het bijzonder de afstemming tussen de militaire en civiele aspecten,
zijn vastgelegd in een aantal centrale documenten. Het Afghanistan
Compact, dat in februari 2006 in Londen werd gesloten tussen de
Afghaanse regering en de internationale gemeenschap, en de Afghanistan
National Development Strategy (ANDS) die in juni 2008 in Parijs werd
gepresenteerd. Daarnaast heeft de NAVO in april 2008 in Boekarest het
Comprehensive Strategic Political-Military Plan (CSPMP) aangenomen dat
beschrijft op welke wijze de inspanningen van ISAF het werk van de
Afghaanse regering, UNAMA en de overige spelers complementeert.
De implementatie van deze afspraken is een continu proces dat regelmatig
overleg vergt op meerdere niveaus. De internationale conferenties die
sinds 2001 zijn gehouden in Bonn, Londen, Parijs en Den Haag spelen
daarbij een belangrijke rol. Deze politieke bijeenkomsten dienen om het
beleid waar nodig bij te stellen; het engagement van de internationale
gemeenschap te verstevigen en onze inspanningen effectiever te maken.
Nederland is in dit proces steeds een actieve participant geweest,
waarbij in woord en daad het belang is uitgedragen van een goede balans
en samenwerking tussen civiele en militaire inzet. Het belang van een
dergelijke geĆÆntegreerde aanpak wordt inmiddels breed erkend en in
Nederland aangeduid met de term ā3D-beleidā (Defense, Diplomacy en
Development).
Hoewel de internationale conferenties noodzakelijk zijn om de
internationale gemeenschap te committeren aan een gezamenlijke lijn,
dient de coƶrdinatie van de internationale inspanningen uiteindelijk in
Afghanistan zelf gestalte te krijgen. Gezien het grote aantal actoren is
dat geen eenvoudige opgave. De United Nations Assistance Mission in
Afghanistan (UNAMA) speelt daarbij een centrale rol. Tijdens de
Afghanistan Conferentie in Den Haag van 31 maart jl. is deze
coƶrdinerende rol van UNAMA extra benadrukt en door alle deelnemers
onderschreven. Nederland ondersteunt UNAMA daarbij, zowel door er toe
bij te dragen dat de missie over de benodigde mensen en middelen
beschikt, als door UNAMA te steunen bij het uitvoeren van het mandaat.
UNAMA kan de eigen coƶrdinerende taak immers slechts uitvoeren als de
overige actoren zich laten coƶrdineren.
Uiteindelijk is het de Afghaanse overheid zelf, die de
verantwoordelijkheid draagt voor bestuur en wederopbouw in Afghanistan.
De Afghaanse regering werkt in dit verband in nauwe samenwerking met
UNAMA aan een prioriteitstelling binnen de ANDS. Ook worden plannen
ontwikkeld om relevante ministeries in clusters bijeen te brengen,
waardoor prioritaire programmaās beter dan voorheen kunnen worden
geïmplementeerd en gecoördineerd.
UNAMA en ISAF dienen elkaar aan te vullen in de ondersteuning van de
Afghaanse regering. Synchronisatie van de militaire en civiele
activiteiten is daarbij een belangrijk aandachtspunt. Binnen ISAF is de
afgelopen jaren in toenemende mate begrip ontstaan van de noodzaak om
civiele aspecten mee te wegen. De huidige commandant van ISAF, de
Amerikaanse generaal Stanley McChrystal, stelt de bescherming van de
Afghaanse bevolking centraal. Dat is evenzeer een kwestie van
ontwikkeling en goed bestuur als van militaire inzet. Met de aanvullende
Amerikaanse troepen die sinds dit voorjaar in het zuiden zijn ingezet,
heeft ISAF meer capaciteit om de opstandelingen weg te drijven van de
bevolkingscentra en het Afghaanse bestuur de kans te geven te groeien en
ontwikkeling mogelijk te maken.
Nederland zoekt in Uruzgan naar een juiste balans tussen militaire en
civiele aspecten binnen het Nederlandse 3D-beleid. Op 11 september jl.
ging uw Kamer de tussentijdse evaluatie toe van de Nederlandse bijdrage
aan ISAF in Afghanistan over het jaar 2008. In deze evaluatie wordt
onder meer aandacht besteed aan de wijze waarop in de praktijk dit
beleid gestalte krijgt.
Tenslotte heeft Nederland zich gecommitteerd aan de stabiliteit en
ontwikkeling van Afghanistan. De Nederlandse inspanningen op het gebied
van ontwikkelingssamenwerking zijn niet aan specifieke data verbonden.
In Uruzgan heeft de Nederlandse missie in de afgelopen drie jaar er toe
bijgedragen dat UNAMA een lokaal kantoor heeft gevestigd; nationale
overheidsprogrammaās worden uitgerold en het aantal NGOās
aanzienlijk is toegenomen. Daarmee is een basis gelegd voor een meer
duurzame ontwikkeling. Alle inspanningen zijn nu gericht op het
bestendigen van deze resultaten.
De Minister van Buitenlandse Zaken, De Minister van Defensie,
Drs. M.J.M. Verhagen
E. van Middelkoop
De Minister voor Ontwikkelingssamenwerking
Drs. A.G. Koenders
PAGE 3
PAGE 3