Preview document (🔗 origineel)

---

Advies Raad van State over Belastingwet BES (Bonaire, Sint Eustatius en
Saba) 

De Raad van State heeft advies uitgebracht over het voorstel van wet
Belastingwet BES. De staatkundige hervorming, waarbij de eilandgebieden
Bonaire, Sint Eustatius en Saba (BES-eilanden) openbare lichamen van
Nederland worden, brengt mee dat het fiscale stelsel van de BES-eilanden
zal moeten worden opgenomen in Nederlandse regelgeving. Het voorstel
voorziet, tezamen met het voorstel Douane- en Accijnswet BES, in het
nieuwe belastingstelsel voor de BES-eilanden. De Belastingwet BES wijkt
daarbij af van het stelsel dat geldt in het in Europa gelegen deel van
Nederland. 

De Raad van State vindt het op zichzelf een goede zaak dat voor de
BES-eilanden een fiscaal stelsel wordt ontworpen dat is afgestemd op de
bijzondere kenmerken van deze eilanden en dat eenvoudig uitvoerbaar is.
Wel moeten eventuele afwijkingen ten opzichte van het fiscale stelsel
zoals dat geldt voor het Europese deel van Nederland steeds toereikend
zijn gemotiveerd. Dit geldt des te sterker naarmate wordt afgeweken van
de beginselen die aan het Nederlandse belastingstelsel ten grondslag
liggen. Afwijkingen zijn niet op voorhand gerechtvaardigd door de wens
een doelmatige uitvoering mogelijk te maken. In het advies noemt de Raad
tevens een aantal randvoorwaarden die hij van belang acht voor het
ontwerpen van een nieuw fiscaal stelsel voor de BES-eilanden.  

De Raad vindt het voorgelegde voorstel van wet Belastingwet BES nog niet
voldragen.

Er zijn aanmerkelijke aanpassingen noodzakelijk, ook op principiële
punten. Het gaat hier om een veelomvattende reparatieslag, gezien de
vele en aanzienlijke technische tekortkomingen die zijn gesignaleerd. De
Raad verwacht verder dat overleg met de Koninkrijkspartners nodig zal
zijn. Dit alles zal waarschijnlijk zoveel tijd en inspanning vergen dat
het redelijkerwijs uitgesloten moet worden geacht dat een wel geheel
voldragen wetsvoorstel tijdig voor de thans voorziene transitiedatum (in
het derde kwartaal van 2010) in werking zal kunnen treden. Onder deze
omstandigheden ligt het volgens de Raad in de rede om een
interimvoorziening te treffen, namelijk het vooralsnog teruggrijpen op
de bestaande Nederlands-Antilliaanse belastingwetgeving. 

Ook deze oplossing is echter niet zonder problemen. 

Uit de toelichting bij het voorstel blijkt dat het
Nederlands-Antilliaanse stelsel op een aanzienlijk aantal punten
inmiddels verouderd is en deels niet wordt uitgevoerd, terwijl het
bovendien voor de BES-eilanden - gezien hun bescheiden schaal - nog veel
te ingewikkeld is. De Raad leidt hieruit echter niet af dat het nog voor
een beperkte tijd voortgaan met dit Nederlands-Antilliaanse stelsel, als
interimvoorziening, op onoverkomelijke bezwaren zou stuiten. Deze
pragmatische koers is volgens de Raad dan ook het meest aangewezen en
ook aanvaardbaar omdat het om een periode van beperkte duur na de
transitie kan gaan. 

De volledige tekst van het advies van de Raad van State en de reactie
van de staatssecretaris van Financiën op het advies zijn op de website
van de Raad van State te lezen onder zaaknummer W06.09.0159.