[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Nader rapport

Bijlage

Nummer: 2009D59960, datum: 2009-11-27, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Bijlage bij: Verdrag Antigua en Barbuda inzake de uitwisseling van informatie betreffende belastingen. (2009D59956)

Preview document (🔗 origineel)


Afdeling Verdragen

DJZ/VE-931/09

AAN DE KONINGIN

Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en Antigua en Barbuda
inzake de uitwisseling van informatie betreffende belastingen; Mexico
City, 2 september 2009 (Trb. 2009, 158)

’s-Gravenhage, 25 november 2009

					

Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw kabinet van 5 november
2009, nr. 09.003093, machtigde Uwe Majesteit de Raad van State zijn
advies inzake het bovenvermelde verdrag rechtstreeks aan mij te doen
toekomen. Dit advies, gedateerd 20 november 2009, nr. W06.09.0455/III,
bied ik U hierbij aan.

Het advies van de Raad om in de toelichtende nota een puntsgewijze
opsomming op te nemen van de afwijkingen van het OESO-modelverdrag is
niet overgenomen. Het verdrag met Antigua en Barbuda is grotendeels
gebaseerd op het modelverdrag. Substantiële afwijkingen van het
modelverdrag worden toegelicht in de toelichtende nota. Voor zover de
bepalingen niet substantieel van het modelverdrag afwijken, is het
OESO-commentaar op het modelverdrag van overeenkomstige toepassing.

Gevolg gevend aan het advies van de Raad over de staatkundige hervorming
is de toelichting bij artikel 4 op dit onderdeel aangevuld.

Gevolg gevend aan het advies van de Raad over de inwerkingtreding is de
toelichting bij artikel 4 op dit onderdeel aangevuld.

Aan de redactionele kanttekeningen is gevolg gegeven.

Ik moge U, mede namens de Staatssecretaris van Financiën, verzoeken mij
te machtigen gevolg te geven aan mijn voornemen het verdrag vergezeld
van de gewijzigde toelichtende nota ter stilzwijgende goedkeuring over
te leggen aan de Eerste en aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal.

De Minister van Buitenlandse Zaken,