Kort verslag van de Conferentie van Partijen bij het Raamverdrag
Bijlage
Nummer: 2009D66265, datum: 2009-12-23, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Bijlage bij: Uitkomst klimaatconferentie ter Kopenhagen (2009D66258)
Preview document (🔗 origineel)
Kort verslag van de Conferentie van Partijen bij het Raamverdrag inzake Klimaatverandering van de VN 7 t/m 18 december 2009 te Kopenhagen Hierbij informeer ik u in grote lijnen over de uitkomst van de Conferentie van Partijen (CoP) bij het VN-Klimaatverdrag in Kopenhagen. Een meer gedetailleerd verslag en een appreciatie ontvangt u in de loop van januari 2010. De bijeenkomst in Kopenhagen heeft geleid tot het Kopenhagen Akkoord tussen de regeringsleiders. Hierin zijn besluiten genomen over de onderwerpen van het Bali Actie Plan en deze zijn direct operationeel gemaakt. Hoewel alle partijen in het akkoord “water bij de wijn” hebben moeten doen, waren vrijwel alle partijen, op een handvol na, bereid dit akkoord onder de werking van de Conferentie van Partijen bij het Klimaatverdrag te brengen. Dit is uiteindelijk gebeurd door middel van een besluit kennis te nemen van het Kopenhagen Akkoord, waarmee dit onderdeel is geworden van de besluitvorming voor de werkzaamheden voor het volgend jaar. De Conferentie eindigde met het besluit de formele onderhandelingen volgend jaar voort te zetten en tijdens de 16de Conferentie van Partijen in Mexico Stad in december 2010 af te ronden. Het akkoord (in bijlage) is in verschillende opzichten teleurstellend, maar bevat ook een aantal waardevolle elementen. Zo vormt dit akkoord wel een stap op weg naar internationale afspraken om de mondiale temperatuurstijging onder 2 graden Celsius te houden. Er is afgesproken dat ontwikkelde landen emissiereductiedoelen voor 2020 zullen vastleggen en dat ontwikkelingslanden mitigatieacties zullen uitvoeren. Partijen geven uiterlijk 31 januari 2010 aan tot welke doelen en acties zij bereid zijn en deze worden opgenomen in bijlagen bij het akkoord. EU-regeringsleiders en staatshoofden hebben in Kopenhagen vastgehouden aan een emissiereductie van 30%, mits andere ontwikkelde landen zich tot vergelijkbare reducties verplichten en ontwikkelingslanden een passende bijdrage leveren, die in verhouding staat tot hun verantwoordelijkheden en respectievelijke capaciteiten. Het akkoord bevat afspraken over financiering van klimaatacties in ontwikkelingslanden voor zowel de korte als de lange termijn, namelijk USD 30 miljard aan nieuw en additioneel geld voor de periode 2010-2012. Voor adaptatieacties ligt de prioriteit bij de meest kwetsbare landen. Voorts committeren de ontwikkelde landen zich aan een doelstelling uiterlijk in 2020 gezamenlijk USD 100 miljard per jaar te mobiliseren vanuit verschillende bronnen. Het akkoord legt ook een aantal elementen vast van de internationale financiële architectuur. Belangrijkste hierbij zijn een nieuw Copenhagen Green Climate Fund, als een “operating entity” van het financiële mechanisme onder het Klimaatverdrag, en een “High Level Panel”, onder aansturing van de CoP. Dit besluit is gebaseerd op een voorstel dat Nederland heeft geformuleerd en ingediend bij de EU-Milieuraad en Europese Raad. Verder zijn er afspraken vastgelegd over het meten, rapporteren en verifiëren van zowel doelen en mitigatieacties als financiering, over adaptatie in ontwikkelingslanden en over oprichting van mechanismen zowel voor het tegengaan van ontbossing als voor technologiesamenwerking. Het Kopenhagen Akkoord vormt, samen met de resultaten van de onderhandelingen in de twee sporen tot nu toe, de basis voor verdere onderhandelingen in 2010. De uitkomst van Kopenhagen heeft niet de vorm van een bindend besluit gekregen zoals door de Europese Unie nagestreefd, maar over de belangrijke elementen van het Bali Actie Plan hebben regeringsleiders actief onderhandeld en besluiten genomen en deze zijn vervolgens in het vervolgproces verankerd. Er is een akkoord dat partijen in één politiek raamwerk brengt. Hoewel de expliciete verwijzing naar een juridisch bindend instrument ontbreekt, hebben een groot aantal landen, waaronder de VS, zich wel daar vóór uitgesproken.