[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Gecombineerd verslag Eurogroep en Ecofin Raad (7 en 8 juni),van de Van Rompuy Task Force (7 juni) en van de G20 bijeenkomst in Busan (4 en 5 juni).

Bijlage

Nummer: 2010D25556, datum: 2010-06-15, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Bijlage bij: Gecombineerd verslag Eurogroep en Ecofin Raad (7 en 8 juni), van de Van Rompuy Task Force (7 juni) en van de G20 bijeenkomst in Busan (4 en 5 juni) (2010D25555)

Preview document (🔗 origineel)


Hierbij ontvangt u een gecombineerd verslag van de Eurogroep en Ecofin
Raad (7 en 8 juni), van de Van Rompuy Task Force (7 juni) en van de G20
bijeenkomst in Busan (4 en 5 juni). 

Verslag Eurogroep en Ecofin Raad

Algemeen

Op 7 en 8 juni vonden de Eurogroep en de Ecofin Raad plaats in
Luxemburg. Minister De Jager was namens Nederland aanwezig. Het was de
laatste Ecofin Raad van het Spaanse voorzitterschap. België neemt vanaf
1 juli gedurende 6 maanden het voorzitterschap over. 

Ecofin Raad heeft de aanbeveling van de Eurogroep over toetreding van
Estland tot de eurozone onderschreven. De EFSF is tijdens deze Eurogroep
bijeenkomst officieel opgericht (Kamerbrief BFB/2010/654M). In de Ecofin
Raad heeft over een aantal onderwerpen raadsconclusies aangenomen die
verder niet zijn besproken, de zogenaamde A-punten. Het gaat om de
verordening inzake statistische gegevens bij buitensporige tekorten; het
leenmandaat van de EIB; de verordening administratieve samenwerking en
fraudebestrijding; het rapport over de gedragscodegroep voor bedrijven
en over de pensioenrapporten van EPC en SPC. Voor een korte toelichting
per punt verwijs ik u naar de Geannoteerde Agenda die uw Kamer hierover
op 25 mei heeft ontvangen. 

Het officiële verslag van het Voorzitterschap vindt u via onderstaande
link:

  HYPERLINK
"http://www.consilium.europa.eu/uedocs/cms_data/docs/pressdata/en/ecofin
/115006.pdf" 
http://www.consilium.europa.eu/uedocs/cms_data/docs/pressdata/en/ecofin/
115006.pdf 

IMF Art IV consultatie aan het eurogebied

De directeur van het IMF, Dominique Strauss-Kahn, heeft tijdens de
Eurogroep de conclusies gepresenteerd van de Art. IV consultatie aan het
eurogebied. De eurolanden hebben van gedachten gewisseld naar aanleiding
van deze conclusies. De conclusies sluiten aan bij de analyses van de
Europese Commissie en benadrukken het belang van budgettaire
consolidatie, het verbeteren van de houdbaarheid van de
overheidsfinanciën, en de hervorming van het financiële toezicht.
Daarnaast heeft het IMF ook aangegeven dat het belangrijk is dat de
governance van met name het eurogebied wordt versterkt. 

Mid-term budgetary review

De mid-term budgetary review (MTBR) is een jaarlijks terugkerende
gebeurtenis. De Ministers van de Eurogroep bespreken hierbij de recente
budgettaire ontwikkelingen en de gevolgen hiervan voor de eurozone.
Lidstaten zijn het er over eens dat verdere gecoördineerde
consolidatienodig is. Hierbij moet rekening worden gehouden met de
verschillen tussen de lidstaten. Ministers hebben onderstreept dat
nationale budgettaire strategieën gericht moeten zijn op het bereiken
van een overschot op de begroting op de middenlange termijn. Voor het
bereiken van de budgettaire doelstellingen in 2010 en 2011 moeten er
waar nodig, aanvullende maatregelen genomen worden. Het terugdringen van
buitensporige tekorten zou ingebed moeten zijn in een brede middenlange
termijnstrategie (MTO). Ook is het belangrijk dat de nationale
budgettaire raamwerken versterkt worden en dat hervormingen worden
doorgevoerd in pensioenstelsels, arbeidsmarkten, productmarkten en de
dienstensector. Hierdoor kan het groeipotentieel van de Europese
economie worden verstevigd. 

European Financial Stability Facility 

De Eurogroep is op 7 juni overgegaan tot de officiële oprichting van de
European Financial Stability Facility (EFSF). Hierover heeft uw Kamer
separaat een brief ontvangen op 8 juni (BFB/2010/654M).

SGP-implementatie

Tijdens dit agendapunt heeft de Ecofin Raad een raadsopinie aangenomen
met betrekking tot het stabiliteitsprogramma dat Cyprus had ingediend.
Hierover vond vrijwel geen discussie plaats. Daarnaast hebben
verschillende lidstaten tijdens dit agendapunt een toelichting gegeven
op hun voorgenomen aanvullende consolidatiemaatregelen. Naast Spanje en
Portugal hebben ook verschillende andere lidstaten, waaronder Italië,
Denemarken en Duitsland, een toelichting op de recentelijk aangekondigde
consolidatiemaatregelen gegeven. 

Spanje en Portugal waren naar aanleiding van de onrust op de financiële
markten gevraagd om een pakket met aanvullende consolidatiemaatregelen
samen te stellen en te presenteren. Beide lidstaten hebben dit voor
medio mei gedaan. De Commissie meldde hierover dat zij de maatregelen
geschikt acht en benadrukte het belang voor beide partijen van het snel
terugdringen van het tekort. De beoordeling van de genomen maatregelen
in het kader van de buitensporigtekortprocedures zal plaatsvinden in de
Ecofin Raad van 13 juli a.s. 

De ministers, waaronder Minister De Jager, hebben net als op de
buitengewone bijeenkomst van de Ministers van Financiën op 9 mei, het
grote belang van budgettaire consolidatie en van het doorvoeren van
structurele hervormingen nogmaals benadrukt. 

Voorbereiding Europese Raad 17 en 18 juni

Geïntegreerde richtsnoeren

De Ecofin Raad heeft een rapport aangenomen met aanbevelingen aan de
Europese Raad over de geïntegreerde richtsnoeren. De Europese Raad zal
het rapport naar verwachting op 17 juni goedkeuren. De geïntegreerde
richtsnoeren vormen een meerjarig kader voor structurele hervormingen
die passen in de Europa 2020 strategie. De Europese Raad zal vervolgens
jaarlijks, zowel op nationaal als op Europees niveau, de voortgang van
de implementatie van de richtsnoeren toetsen. Hierbij zal gekeken worden
naar macro-economische en structurele ontwikkelingen, waaronder
concurrentievermogen. Ook zal er aandacht worden besteed aan nationale
knelpunten. 

Europa 2020

Daarnaast heeft de Ecofin Raad conclusies aangenomen over de invulling
van de Europa 2020 strategie. Hierover heeft vrijwel geen discussie meer
plaatsgevonden. De doelen van Europa 2020 richten zich op R&D en
innovatie, klimaat, arbeidsparticipatie, onderwijs en sociale inclusie.
De conclusies stellen de hoofddoelen van de Europa 2020 strategie vast.
Vervolgens dienen lidstaten deze nationaal kwantitatief in te vullen. In
Nederland zal dit gedaan worden door het nieuwe kabinet. De conclusies
zullen bekrachtigd worden in de Europese Raad. 

Voortgang financiële regulering

De Ecofin Raad heeft een rapport aan de Europese Raad goedgekeurd over
de voortgang van de versterking van de financiële regulering. Er heeft
een gedachtewisseling tussen de lidstaten plaatsgevonden waarbij met
name de onderwerpen financieel toezicht (de oprichting van drie Europese
toezichthouders en de European Systemic Risk Board (ESRB)),
crisismanagement, de AIFM-richlijn en bankenbelasting aan de orde zijn
gekomen. De lidstaten, de Commissie en de ECB hebben opnieuw benadrukt
dat er snel vooruitgang geboekt moet worden op deze terreinen. Uw Kamer
informeerde tijdens het Algemeen Overleg van 2 juni naar de voortgang
van het proces van financiële regulering. Over die voortgang en het
Nederlandse standpunt heeft u op 18 mei separaat een kamerbrief
ontvangen (FM/2010/4250 M); deze gaat tevens in op de tijdlijn die is
voorzien. 

Het Spaans voorzitterschap hecht veel waarde aan het zetten van stappen
voor het verbeteren van het financieel toezicht en zal zich hiervoor
blijven inzetten in de nog lopende onderhandelingen met het Europees
Parlement. België, die het voorzitterschap na 1 juli zal overnemen,
onderkent eveneens het belang van het verbeteren van financieel
toezicht. Op dit moment worden onderhandelingen gevoerd tussen de
Commissie, de Raad en het Europees Parlement. Verschillende lidstaten,
waaronder Nederland, hebben benadrukt dat het belangrijk is dat
lidstaten zich in deze onderhandelingen constructief opstellen zodat de
hervorming van het toezicht in 2011 kan worden doorgevoerd. Minister de
Jager heeft het belang benadrukt van een snelle oprichting van de
European Systemic Risk Board (ESRB). 

Nederland heeft zijn steun uitgesproken voor het voorliggende
voortgangsrapport van de Commissie. Minister De Jager heeft ook
aangegeven dat hij hoopt dat er tijdens de G20-top vanuit Europa gepleit
zal blijven worden voor een bankenbelasting, ondanks dat hiervoor
tijdens de G20 Ministers van Financiën geen unanieme steun kon worden
behaald. Er lijkt een groeiende consensus te ontstaan Europese lidstaten
over de invoering van een bankenbelasting, maar een akkoord is nog niet
bereikt. Minister De Jager heeft eveneens aangegeven dat bankgeheim en
belastingontduiking thema’s zijn die Nederland graag op internationaal
niveau aangepakt ziet. 

Budgettaire exit strategieën. 

De Ecofin Raad heeft een rapport aan de Europese Raad goedgekeurd waarin
de stand van zaken wat betreft budgettaire exit strategieën.
Budgettaire consolidatie en het nemen van structurele
hervormingsmaatregelen zou, waar nodig, versneld moeten worden om het
vertrouwen in de houdbaarheid van de overheidsfinanciën te vergroten. 

Voorbereiding G20

Er heeft een korte terugkoppeling plaats gevonden van de G20 top in
Busan, Korea, die 4 en 5 juni heeft plaatsgevonden. De Ecofin Raad heeft
besloten om een Terms of Reference (ToRs) te versturen aan de Europese
Raad (17 en 18 juni) ter voorbereiding op de G20 in Toronto, Canada (26
en 27 juni). Deze ToRs zullen de inzet van de EU in Toronto bevatten.
Nederland zal, net als in Busan, aanwezig zijn bij de G20 bijeenkomst.
De focus van de G20 zal liggen op de verankering van het economische
herstel inclusief de verbetering van de financiële en budgettaire
situaties, beleidsadviezen voor sterke en duurzame groei en hervorming
van de regulering van de financiële sector. De Commissie heeft
benadrukt dat het van belang is voor het herstel van vertrouwen dat er
in Toronto concrete resultaten worden behaald. 

Convergentierapporten van de ECB en de Europese Commissie

In de Eurogroep en de Ecofin Raad is gesproken over de euro-invoering in
Estland. De Eurogroep heeft een aanbeveling aangenomen van de Commissie
waarin geconcludeerd wordt dat Estland voldoet aan de eisen voor
euro-invoering. De Ecofin Raad heeft deze aanbeveling onderschreven. De
Europese Raad van 17 juni zal de aanbeveling naar verwachting
bekrachtigen. Nederland is van mening dat landen die voldoen aan de
criteria toe kunnen treden tot de euro. Tijdens de Ecofin Raad van juli
zal een definitief besluit genomen worden met betrekking tot
euro-invoering in Estland. 

Verslag Van Rompuy Task Force

Op 7 juni vond aansluitend aan de Eurogroep de tweede vergadering van de
“Van Rompuy Werkgroep” plaats. In de eerste vergadering was
overeenstemming bereikt over de onderwerpen die door de werkgroep zullen
worden uitgediept: versterken van budgettaire discipline binnen het
Stabiliteits- en Groeipact (SGP), het monitoren van divergenties,
ontwikkelen van een effectief crisis mechanisme en het verbeteren van de
macro-economische governance. 

De Werkgroep heeft concrete voorstellen besproken met betrekking tot de
eerste twee onderwerpen waarop naar verwachting snel voortgang zal
kunnen worden gemaakt. Lidstaten hebben hun voorstellen gepresenteerd en
er was brede consensus over een aantal onderwerpen die moeten worden
uitgewerkt. 

Versterken van budgettaire discipline

Alle lidstaten waren het er over eens dat er moet worden gewerkt aan
versterking van de instrumenten van het SGP. Zowel de preventieve als de
correctieve arm van het SGP moet worden versterkt zodat er, indien
nodig, al in een vroeg stadium kan worden ingegrepen als de situatie in
een lidstaat verslechtert. Vier verbeterpunten werden aangedragen: 1)
het invoeren van een Europees semester 2) slimmere sancties 3) meer
aandacht voor schuld 4) belang van betrouwbare statistische gegevens. 

Op het gebied van de preventieve arm zal in de eerste plaats worden
gekeken naar de mogelijkheden voor het opzetten van een Europees
semester waarbij lidstaten in het voorjaar een overzicht presenteren van
ondermeer de onderliggende aannames met betrekking tot de budgettaire
plannen voor het komende jaar. Duidelijk is gesteld dat het hier niet
gaat om een gedetailleerde controle van de Commissie op nationale
begrotingsplannen. 

 

Het tweede element waar lidstaten het over eens waren is dat er slimmere
sancties moeten komen, die eerder in het proces kunnen worden ingezet
dan nu mogelijk is; er moet meer hiërarchie komen in de zwaarte van de
sancties. Als lidstaten eenmalig de regels van het Pact overtreden, dan
moeten snel, lichte sancties kunnen worden ingezet. Deze moeten kunnen
worden verzwaard als lidstaten herhaaldelijk de aanbevelingen van de
Commissie negeren en zodoende het tekort of de schuld verder oploopt. De
Werkgroep heeft aan de Commissie gevraagd om op basis van de ideeën uit
de discussie van deze bijeenkomst en de eerder ingezonden input van
lidstaten, te komen met voorstellen voor nieuwe “slimmere” sancties.


Lidstaten waren het er ook over eens dat er meer aandacht moet komen
voor schulden van lidstaten. Tot nu toe is er alleen een
buitensporigtekortprocedure voor landen gestart met een begrotingstekort
hoger dan3% BBP. In de toekomst zal er moeten worden nagedacht om ook
een procedure ook te starten bij een schuld van meer dan 60% BBP, ook
als het tekort kleiner dan 3% BBP is.

Als laatste element hebben de lidstaten aangegeven dat het belangrijk is
dat alle lidstaten betrouwbare statistische gegevens aanleveren. .
Onafhankelijkheid van statistische bureaus werd daarbij genoemd als
belangrijke randvoorwaarde.

Nederland kan zich vinden in bovenstaande elementen. Minister de Jager
heeft in de Werkgroep aanvullend op deze vier elementen ook aangegeven
dat het wat Nederland betreft erg belangrijk is dat we meer aandacht
besteden aan de Middellange Termijn Doelstellingen (MTO’s). Er zou
nagedacht kunnen worden over sancties die kunnen worden ingezet als
landen hun MTO niet halen of niet in voldoende mate richting de
doelstelling bewegen. Daarnaast heeft de minister ook benadrukt dat
Nederland graag zou zien dat er een meer rules-based systeem komt voor
de toepassing van sancties. 

Monitoring van divergenties

Tijdens deze bijeenkomst waren lidstaten het er over eens dat
uitsluitend solide budgettair beleid niet voldoende is. Er is gebleken
dat er grote macro-economische onevenwichtigheden bestaan binnen het
eurogebied en dat deze vanwege marktreacties schadelijk kunnen zijn voor
de economische ontwikkeling van lidstaten. Het probleem is niet geheel
symmetrisch; de Commissie wees er reeds eerder op dat het probleem voor
tekortlanden nijpender is dan voor overschotlanden. 

De Commissie heeft reeds het nodige werk verricht om de oorzaken van
onevenwichtigheden in kaart te brengen. Daarbij besteedt zij vooral
aandacht aan het uiteenlopen van loonontwikkelingen en ontwikkelingen in
de productiviteit. Ook de private kredietverstrekking kan een
belangrijke drijfveer zijn achter het ontstaan van onevenwichtigheden.
Verder geldt inhaalgroei in landen die bezig zijn te convergeren
eveneens als mogelijke oorzaak. 

Lidstaten hebben zich uitgesproken voor een betere monitoring van
divergenties. Nederland kan zich daarbij aansluiten. Wel acht Nederland
het van belang dat de oorzaken van de oplossingsrichtingen uiteindelijk
aansluiten bij de oorzaken van de divergenties. Aangezien er niet één
oorzaak is, kan waarschijnlijk ook niet met een type oplossing worden
volstaan. 

Op dit moment bestaat er nog geen formele procedure voor het monitoren
danwel adresseren (in Europa) van onevenwichtigheden. De Werkgroep heeft
aan de Commissie gevraagd om indicatoren op het gebied van macro
economische onevenwichtigheden, zoals op gebied van concurrentiekracht,
te ontwikkelen en instrumenten aan te dragen voor het monitoren van deze
indicatoren. Deze moeten een vroegtijdig waarschuwingssignaal afgeven en
een belangrijke aanvulling zijn op de regels van het Pact. 

Nederland kan zich goed vinden in deze aanpak als basis om in Europees
verband de divergenties tussen lidstaten te adresseren. Het wacht de
voorstellen van de Commissie op het gebied van de relevante indicatoren
en instrumenten af. Deze voorstellen zullen waarschijnlijk voor
september komen.

Proces

Van Rompuy zal in de Europese Raad van 17 en 18 juni tussenrapportage
doen van het werk van de Task Force. De verwachting is dat de Europese
Commissie na de ER zal komen met de voorstellen waar de Werkgroep om
heeft gevraagd. De volgende Van Rompuy Werkgroep zal plaatsvinden op 12
juli. In oktober zal de werkgroep met een eindrapportage komen, in de
aanloop daarnaar zijn nog een aantal bijeenkomsten voorzien.

Verslag G20 Ministers van Financiën

Minister Van der Hoeven nam namens Nederland deel aan de vergadering van
de G20 Ministers van Financiën en Centrale Bank Presidenten in Busan,
Zuid-Korea (4-5 juni). Deze bijeenkomst diende ter voorbereiding van de
G20 top in Toronto (26-27 juni). De slotverklaring is bijgevoegd. 

Deze verklaring is mijns inziens gebalanceerd, en bevat een groot deel
van de Nederlandse inzet. Nederland had op punten wel wat verder willen
gaan. Dit was echter lastig omdat het een voorbereidende bijeenkomst
was: een aantal afspraken wordt de komende weken nog aangescherpt en
vervolgens voorgelegd aan de G20 regeringsleiders. Daarnaast liggen de
deadlines voor de hervormingen van de financiële sector regulering en
het IMF veelal in november 2010. 

De belangrijkste agendaonderwerpen waren: i) het economische herstel en
budgettaire consolidatie; ii) het raamwerk voor sterke, duurzame en
gebalanceerde groei; en iii) de hervorming van de financiële regulering
inclusief de bankenbelasting. De geagendeerde hervorming van de
internationale financiële instellingen kwam nauwelijks aan bod. 

Wat betreft het eerste onderwerp heeft Nederland gepleit voor een
driesporen beleid voor het verankeren van het economische herstel: i)
budgettaire consolidatie in ontwikkelde landen; ii) versterking van de
economische groei, o.a. door structurele hervormingen, versterking van
de concurrentieposities en het inzetten van informatietechnologie als
motor van economische groei; en iii) de blijvende noodzaak om de
financiële stabiliteit te garanderen. Alle drie de sporen moeten
gevolgd worden, en niet slechts één. De deelnemers deelden deze
positie, en dit wordt ook gereflecteerd in de slotverklaring.

De eerste fase van het proces om het beleid van elkaar de maat te nemen,
onder de noemer van het raamwerk voor sterke, duurzame en gebalanceerde
groei, wordt naar verwachting in Toronto afgerond met de aanname van een
mandje van beleidaanbevelingen. Uit de analyse van het IMF bleek dat een
gecoördineerde uitvoering van de beleidsaanpassingen door alle G20
landen tot een hogere welvaart en werkgelegenheid zou leiden. Nederland
heeft zich ingezet voor een zo ambitieus en transparant mogelijk proces,
met een voorkeur voor een ambitieus groeiscenario en beleidaanbevelingen
op landenniveau. De consensus lijkt zich naar een dergelijke aanpak te
bewegen, waarbij de vertaalslag van een mandje van aanbevelingen naar
landspecifieke aanbevelingen tussen de G20 toppen in Toronto en Seoul
ingevuld zal worden. 

Verder heeft Nederland gepleit voor een krachtige G20 boodschap op het
gebied van de hervorming van financiële regulering. De
hervormingsagenda van de vorige G20 bijeenkomsten dient op tijd afgerond
en consistent geïmplementeerd te worden. Eén van de belangrijkste
beslissingen betreft de versterking van de kapitaal- en
liquiditeitseisen voor financiële instellingen. De deadline voor een
beslissing hierover is vervroegd naar november 2010, en ik ben tevreden
over het belang dat in het communiqué gehecht wordt aan dit onderwerp. 

Nederland heeft zich ingezet voor een bankenbelasting, waarbij er gelet
wordt op de effecten op de kredietverlening, het cumulatieve effect van
de hervormingen van de regulering van de financiële sector en het level
playing field. Door de verschillende ervaringen van de G20 landen
tijdens de crisis en de verschillen in regelgeving en bestaande
resolutiemechanismen en depositogarantiestelsels, was er geen unanieme
steun voor het instrument van de bankenbelasting. Wel zijn alle G20
landen van mening dat de financiële sector moet betalen voor het redden
van financiële instellingen. Afgesproken is om samen principes op te
stellen hoe deze ‘rekening’ betaald gaat worden door de financiële
sector. 

Verder heeft Nederland zich hard gemaakt voor het Koreaanse initiatief
om ontwikkeling een agendaonderwerp voor de Seoul top te maken en het op
de agenda zetten en houden van inclusive finance in 2010 en daarna.

Tot slot heeft Nederland zich sterk gemaakt voor het tegengaan van het
opwerpen van nieuwe handels- en investeringsbarrières. Dit is opgenomen
in het communiqué, waarbij de minister voor Economische Zaken er
persoonlijk voor gezorgd heeft dat het communiqué niet alleen rept van
handelsbarrières, maar ook van het tegengaan van protectionisme op het
gebied van investeringen.

 PAGE    

 PAGE   1