[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [šŸ” uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Geannoteerde Agenda Werkgroep Van Rompuy en Ecofin Raad 6 en 7 september 2010 te Brussel

Bijlage

Nummer: 2010D32397, datum: 2010-08-30, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Bijlage bij: Geannoteerde agenda voor de Eurogroep en Ecofin van 6 en 7 september 2010 (2010D32396)

Preview document (šŸ”— origineel)


Geannoteerde Agenda Werkgroep Van Rompuy en Ecofin Raad 6 en 7 september
2010 te Brussel

Van Rompuy Task Force

Op 6 september a.s. zal de werkgroep Van Rompuy bijeenkomen. Er is nog
geen definitieve agenda bekend. Vermoedelijk zal gesproken worden over
de volgende onderwerpen: economic governance, macro-economische
onevenwichtigheden, het Europees semester, budgettaire raamwerken,
schuld, en sancties. Deze onderwerpen zijn ook besproken tijdens de
werkgroepbijeenkomst van 12 juli en samengevat in de Commissiemededeling
van 30 juni. U bent hierover eerder geĆÆnformeerd in mijn brief d.d. 2
juli 2010 (BFB 2010-789M). De meeste van deze onderwerpen behoeven nog
nadere uitwerking. Op de Europese Raad van 16 september a.s. zal de
voortgang van deze uitwerking worden besproken en het definitieve advies
van de werkgroep van Rompuy zal tijdens de Europese Raad van oktober
voorliggen. 

Economic governance

Mogelijk zal er gesproken worden over specifieke elementen van economic
governance in de EU en de EMU. Naast de andere themaā€™s, zoals
versterking budgettair toezicht en monitoren van divergenties die
integraal onderdeel uitmaken van economic governance, kan hierbij onder
meer gedacht worden aan onderwerpen als het stimuleren van
ā€˜ownershipā€™ op nationaal niveau, organisatie van het
besluitvormingsproces en de verdeling van taken en verantwoordelijkheden
in geval van een crisis. Verder kan hierbij ook gedacht worden aan het
betrekken van onafhankelijke expertise bij de beoordeling van economisch
beleid in de lidstaten en de EU.

Onevenwichtigheden

De werkgroep Van Rompuy heeft in juli geconcludeerd dat het toezicht op
onevenwichtigheden kan worden verbeterd door het opzetten van een
formele procedure. Naar verwachting zal er in deze procedure voor alle
lidstaten een jaarlijkse analyse plaatsvinden van enkele indicatoren met
bijbehorende grenswaarden die kunnen wijzen op het ontstaan van
onevenwichtigheden; een zogenoemd scorebord. Voorbeelden van indicatoren
zijn de lopende rekening, de reƫle effectieve wisselkoers,
huizenprijzen en de ontwikkeling van private schuld. Als op basis van
dit scorebord blijkt dat er mogelijk onevenwichtigheden ontstaan in een
lidstaat, voert de Commissie een nadere analyse uit. Als daaruit blijkt
dat onevenwichtigheden van het desbetreffende land schadelijk kunnen
zijn voor andere lidstaten, dan kan een land aanbevelingen krijgen. Eind
september zal de Commissie met concrete wetgevingsvoorstellen voor een
dergelijke procedure komen. 

Europees semester

De Europese Commissie heeft mei en juni jongstleden in een tweetal
mededelingen voorstellen gedaan om een Europees semester in te voeren.
Het Europees semester integreert bestaande procedures in het kader van
het SGP met de nieuwe procedures in het kader van Europa 2020 en de
monitoring van macro-economische onevenwichtigheden (waarbij de
verschillende procedures juridisch wel gescheiden blijven). Het
EU-semester beoogt onder andere dat lidstaten in vervolg de
Stabiliteits- en Convergentieprogrammaā€™s en Nationale
hervormingsprogrammaā€™s in het voorjaar indienen. Op dit moment dienen
lidstaten deze programmaā€™s in het najaar in en wordt met name de al
bij het parlement ingediende begroting en reeds vastgelegd beleid
beschreven. Het is de bedoeling van het EU-semester om op hoofdlijnen in
het voorjaar informatie te verstrekken over het komende begrotingsjaar,
zodat het voor de Commissie en de Raad mogelijk is om vroegtijdig
mogelijke problemen te identificeren en deze middels tijdige
beleidsaanbevelingen te adresseren. Voor Nederland is hierbij van belang
dat bestaande nationale begrotingsprocedures en ā€“processen
gerespecteerd zullen worden. 

Budgettaire raamwerken

De Commissie wil kwaliteitseisen stellen die onder andere betrekking
hebben op statistiekvoorziening, begrotingsregels en het gebruik van
meerjarenramingen bij nationale begrotingen. Eind september zal de
Commissie formele voorstellen doen voor minimumeisen waaraan lidstaten
op deze gebieden moeten voldoen. De voorstellen betreffen naar
verwachting boekhoudmethodes, statistieken, rapportageverplichtingen,
meerjarencijfers, begrotingsregels en beheersing van de totale
overheidsfinanciƫn kunnen naar verwachting voor een groot deel door
Nederland worden ondersteund. Veel van de verwachte voorstellen zijn dan
ook door Nederland zelf ingebracht, bijvoorbeeld op het gebied van het
bijhouden van cijfers via ESA95-methode en kasboekhouding, het bijhouden
van maandelijkse overzichten op kasbasis en vertaling hiervan naar ESA95
op kwartaalbasis en de noodzaak tot het respecteren van Europese
begrotingsregels binnen nationale begrotingsprocessen- en afspraken.

Overheidsschuld

Het Stabiliteits- en Groeipact kent naast de bekende 3% BBP-grens voor
overheidstekorten ook de grens voor overheidsschuld van 60% BBP. In het
verleden is er echter nooit een procedure opgestart voor landen die niet
voldeden aan deze schulddoelstelling. De werkgroep Van Rompuy heeft in
juli geconcludeerd dat het opstarten van een procedure in vervolg ook
mogelijk dient te zijn bij een ongewenste schuldontwikkeling. Daarnaast
geeft het SGP aan dat landen geacht worden om een
middellangetermijndoelstelling (MTO) na te streven, wat betekent dat
lidstaten grofweg een structureel evenwicht of overschot dienen na te
streven. De Commissie stelt voor om ook de MTO meer gewicht te geven
door voor landen die deze doelstelling niet halen een sanctiemechanisme
te ontwikkelen. Wel is het hierbij van belang om de MTO beter
operationeel te maken, aangezien de MTO lastig is om ā€˜real timeā€™
goed te meten en daardoor een moeilijke basis vormt voor een
sanctiemechanisme. De Commissie zal eind september komen met
amendementen aan de verordeningen van het SGP, die erop gericht zijn het
SGP meer focus te geven op schuld en houdbaarheid. 

Sancties

De werkgroep van Rompuy heeft in juli geconcludeerd dat sancties waar
mogelijk automatischer moeten worden toegepast en in een eerder stadium
ingezet dienen te worden. Daarnaast dienen volgens de werkgroep de
sanctiemogelijkheden binnen de EU-begroting uitgebreid te worden. Eind
september zal de Commissie op basis van artikel 136 VWEU met een
ā€˜toolboxā€™ van mogelijke sancties komen. Nederland vindt het
belangrijk dat sancties zo automatisch mogelijk worden ingezet, voor
alle landen toepasbaar zijn, en op een vroeg(er) moment worden ingezet
zodat escalatie van de budgettaire en economische problemen wordt
voorkomen. 

Crisisresolutie

De verwachting is dat de werkgroep Van Rompuy een aantal principes
aandragen waaraan een eventueel crisisresolutieraamwerk dient te
voldoen. Voor Nederland is een absolute voorwaarde dat er eerst
voldoende maatregelen worden getroffen ter versterking van de raamwerken
van het SGP en Europa 2020 (inclusief de macro-economische
onevenwichtigheden) alvorens een crisisresolutieraamwerk op te richten.
Daarnaast is IMF-betrokkenheid in een eventueel raamwerk essentieel en
dienen prikkels voor landen om verantwoord budgettair beleid te voeren
overeind te blijven.

Ecofin Raad

1. Economische situatie 

Document: n.v.t.

Aard bespreking: gedachtewisseling

Besluitvormingsprocedure: n.v.t.

Toelichting: Tijdens de Eurogroep en de Ecofin zal gesproken worden over
de economische en financiƫle situatie. 

De economische groei in Europa in het tweede kwartaal was hoger dan
verwacht. In de eurozone steeg het bbp in het tweede kwartaal van 2010
gemiddeld met 1,0% (k-o-k) tegen 0,2% in het eerste kwartaal. Er was dus
sprake van een aanmerkelijke versnelling van de groei. Deze groei werd
in belangrijke mate gedreven door de groei in Duitsland.

De inflatie in de eurozone is opgelopen van 1,4% in juni tot 1,7% in
juli. De kerninflatie (excl. energie en voedsel) steeg licht, van 0,9%
naar 1,0%. De inflatie in Nederland steeg naar 1,3% in juli van 0,2% in
juni. Dit kwam vooral door de prijsontwikkeling van aardgas. In
Nederland worden aanpassingen van gas- en elektriciteitsprijzen
grotendeels doorgevoerd in januari en juli. In juli dit jaar steeg de
gasprijs als gevolg van hogere olieprijzen in het afgelopen halfjaar.

Voor de vierde maand op rij kwam de seizoensgecorrigeerde werkloosheid
in de eurozone in juni uit op 10,0%. Een jaar geleden lag de
werkloosheid nog op 9,5%. Nederland heeft, volgens de definitie van
Eurostat, na Oostenrijk de laagste werkloosheid; 4,4%. Werkloosheid is
vooral hoog onder jongeren: 19,6% in de Eurozone voor jongeren onder de
25 jaar. 

Het vertrouwen van consumenten en producenten in de economie van de
Eurozone is in juli sterk gestegen. Het ligt nu boven het lange-termijn
gemiddelde, al ligt de index die het vertrouwen meet nog onder het
niveau van voor de crisis. De stijging van de index is in sterke mate
het gevolg van toenemend vertrouwen in de Duitse economie. 

Bankenheffing

Document: n.v.t.

Aard bespreking: discussie

Besluitvormingsprocedure: n.v.t.

Toelichting: Tijdens de Ecofin Raad van 7 september zal er een discussie
plaatsvinden over de bankenbelasting. Het doel van een bankenbelasting
is het beprijzen van impliciete garanties voor de financiƫle sector.
Hierdoor wordt het systeemrisico van de financiƫle instellingen
verkleind en grijpt de belasting aan bij de oorzaak van de huidige
financiƫle crisis. Binnen de EU is er verdeeldheid over de opzet van
een bankenbelasting. Deze vergadering is bedoeld om meer duidelijkheid
te creƫren over de standpunten van de Lidstaten.

Nederland is een voorstander van de introductie van een dergelijke
bankenbelasting mits er rekening gehouden wordt met de volgende
voorwaarden:

1. Het is belangrijk dat er sprake is van Europese coƶrdinatie om zo
een internationaal level playing field te handhaven.

2. Er is oog voor de opstapeling van maatregelen, zoals de samenloop van
de gevolgen van de bankenbelasting en de gevolgen die de aanscherping
van kapitaalseisen voor de banken zullen hebben. In dit licht verdienen
de Bazelse maatregelen aandacht.

3. Het is belangrijk dat de gevolgen van de bankenbelasting voor de
kredietverlening overwogen worden.

Transactiebelasting

Document: n.v.t.

Aard bespreking: discussie

Besluitvormingsprocedure: n.v.t.

Toelichting: Tijdens de Ecofin Raad van 7 september zal er een discussie
plaatsvinden over de financiƫle transactie belasting. Het doel van een
dergelijke belasting is om het aantal speculatieve transacties op de
financiƫle markten terug te dringen. Het is de eerste keer dat deze
belasting besproken wordt op Ecofin Raad niveau en deze discussie moet
gezien worden als een opstart. Nederland heeft twijfels of een
dergelijke belasting een goed instrument is om het systeemrisico van de
financiƫle instellingen te bestrijden en of de belasting aangrijpt bij
de oorzaak van de huidige financiƫle crisis. Bovendien is deze
belasting relatief gemakkelijk te ontlopen door de transacties te
verplaatsen naar landen waar geen financiƫle transactie belasting wordt
geheven. Een wereldwijde invoering is een voorwaarde om deze
tekortkoming te neutraliseren. Echter, op G20 niveau al duidelijk is
geworden dat een mondiale toepassing van deze belasting er niet in zit.

Voorstel van de Commissie tot wijziging van de Richtlijn inzake
depositogarantie 

Document: COM nr. (2010) 368

  HYPERLINK
"http://eur-lex.europa.eu/LexUriServ/LexUriServ.do?uri=COM:2010:0368:FIN
:NL:PDF" 
http://eur-lex.europa.eu/LexUriServ/LexUriServ.do?uri=COM:2010:0368:FIN:
NL:PDF 

Aard bespreking: Niet op de agenda van de Ecofin

Besluitvormingsprocedure: n.v.t.

Toelichting: De crisis heeft laten zien dat het huidige systeem van
beperkt geharmoniseerde garantiestelsels niet voldoende functioneert en
het level playing field verstoort. Met het voorstel worden de
verschillende Europese stelsels vereenvoudigd en meer geharmoniseerd. Zo
geldt straks overal dezelfde dekking van ā‚¬ 100.000 per depositohouder
per bank. Informatievoorziening aan spaarders wordt verbeterd. Ook wordt
voorgesteld de financiƫle weerbaarheid van de stelsels te verbeteren,
door ex ante financiering met risicopremies verplicht te stellen. Mocht
een depositogarantiestelsel alsnog in de problemen komen, dan kan het
onder voorwaarden lenen van alle andere stelsels.

Nederland heeft al sinds het begin van de crisis gepleit voor meer
coƶrdinatie en harmonisatie op depositogarantie en ondersteunt daarom
de richting van meer harmonisatie en vereenvoudiging van de regeling,
bijvoorbeeld op het gebied van de dekking. Verder steunt Nederland het
uitgangspunt van ex ante financiering met risicopremies.

 

De Kamer zal uitgebreider over het voorstel worden geĆÆnformeerd met het
BNC fiche, dat binnenkort aan de Kamer wordt verzonden.

 PAGE    

 PAGE   5