[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Toelichtende nota

Bijlage

Nummer: 2010D35205, datum: 2010-09-16, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Bijlage bij: Notawisseling verdrag tot wijziging van de Overeenkomst Suriname inzake luchtdiensten tussen en via de Nederlandse Antillen en Suriname (2010D35203)

Preview document (🔗 origineel)


Notawisseling houdende een verdrag tot wijziging van de Overeenkomst
tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Suriname inzake
luchtdiensten tussen en via de Nederlandse Antillen en Suriname;
Paramaribo, 4 juni 2010 (Trb. 2010, 201)

TOELICHTENDE NOTA

Voor wat de Nederlandse Antillen betreft, is de luchtvaartrelatie met
Suriname geregeld in de op 11 april 1995 te Asindonhopo totstandgekomen
Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek
Suriname inzake luchtdiensten tussen en via de Nederlandse Antillen en
Suriname (hierna de ‘Overeenkomst van 1995’; Trb. 1995, 117). De
luchtvaartbetrekkingen tussen Nederland en Suriname zijn vastgelegd in
de op 16 oktober 1990 te Paramaribo totstandgekomen Overeenkomst tussen
het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Suriname inzake
luchtdiensten tussen en via hun onderscheiden grondgebieden (Trb. 1990,
163). 

Tijdens besprekingen op 16 en 17 april 2007 hebben de
luchtvaartautoriteiten van de Nederlandse Antillen en Suriname
overeenstemming bereikt over wijzigingen in de Overeenkomst van 1995.
Het onderhavige wijzigingsverdrag, dat bij notawisseling tot stand is
gebracht, voorziet in het volgende.

Artikel 3, eerste lid, van de Overeenkomst van 1995 over de aanwijzing
en verlening van vergunningen wordt gewijzigd. Het verdrag voorzag in de
aanwijzing van Ă©Ă©n luchtvaartmaatschappij per land voor het uitvoeren
van de luchtdiensten. Met de wijziging zullen thans per land maximaal
twee luchtvaartmaatschappijen kunnen worden aangewezen voor het
uitvoeren van luchtdiensten. Daarnaast kunnen, op grond van het nieuwe
tweede lid van artikel 3, per land ook maximaal twee
luchtvaartmaatschappijen worden aangewezen voor het uitvoeren van
uitsluitend vrachtdiensten.

Als gevolg van de mogelijkheid tot meervoudige aanwijzing van
luchtvaart-maatschappijen dient in de artikelen 2, 5, 8, 9, 10 en 15 van
de Overeenkomst van 1995 het woord “luchtvaartmaatschappij” te
worden gewijzigd in “luchtvaartmaat-schappijen”.

 

Artikel 7 (Tarieven) wordt vervangen. Het nieuwe artikel, dat op een
liberale leest is geschoeid, is gebaseerd op het principe van "double
disapproval". Dit houdt in dat een tarief van kracht wordt of blijft
zolang niet beide Overeenkomstsluitende Partijen zich tegen dit tarief
verzetten. 

Op grond van het gewijzigde eerste lid van artikel 9 wordt de termijn
waarmee de luchtvaartmaatschappijen rekening moeten houden bij het
indienen van de dienstregeling verkort van 30 dagen naar 7 dagen.



Doordat een meervoudige aanwijzing van luchtvaartmaatschappijen is
overeengekomen, waarbij per land ook maximaal twee
luchtvaartmaatschappijen aangewezen kunnen worden voor de exploitatie
van vrachtdiensten, is de bijlage bij de Overeenkomst van 1995
gewijzigd. 

Het wijzigingsverdrag wordt vanaf 4 juni 2010 voorlopig toegepast. Deze
voorlopige toepassing is in het belang van de Nederlandse Antillen in
verband met de verruiming van de luchtvaartbetrekkingen met Suriname. De
overeengekomen meervoudige aanwijzing heeft als doel om te komen tot
verbetering van de dienstverlening tegen concurrerende tarieven, daar de
markt op grond van de bepalingen in het huidige verdrag thans begrensd
is tot Ă©Ă©n luchtvaartmaatschappij per land. 

Het wijzigingsverdrag geldt, evenals de Overeenkomst van 1995, alleen
voor de Nederlandse Antillen.

De Minister van Buitenlandse Zaken, 

 PAGE   1 

 PAGE   1 

__________________________________________________________________

Het advies van de Raad van State van het Koninkrijk wordt niet openbaar
gemaakt, omdat het zonder meer instemmend luidt (artikel 25a, vijfde lid
jo vierde lid, onder b, van de Wet op de Raad van State). 

 PAGE   2