[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

AFSPRAKENLIJST BESTUURLIJK OVERLEG Ring Utrecht en Tram Utrecht Centraal - De Uithof

Bijlage

Nummer: 2010D49303, datum: 2010-12-03, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.DOC), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Bijlage bij: Informatie inzake de Ring Utrecht en tram Utrecht CS-de Uithof t.b.v. het overleg inzake MIRT (2010D49301)

Preview document (🔗 origineel)


AFSPRAKENLIJST BESTUURLIJK OVERLEG 

Ring Utrecht en Tram Utrecht Centraal - De Uithof

3 december 2010

1.	

Ring Utrecht / tram Utrecht CS-De Uithof

Besluit 1: Rijk en regio stellen vast dat het voorkeursalternatief voor
de Ring Utrecht bestaat uit:

De uitbreiding van de capaciteit van de A27 aan de oostzijde van Utrecht
en de knooppunten Lunetten en Rijnsweerd, waarbij verkeersstromen worden
gescheiden (ontweven). 

De uitbreiding van de A12 met een extra rijstrook in beide rijrichtingen
op de parallelbaan.

De opwaardering van de Noordelijke Randweg Utrecht (NRU) tot een
volwaardig onderdeel van de Ring Utrecht (minimaal 2x2 stroken,
ongelijkvloers, maximumsnelheid tenminste 80 km/u).

Hierbij gaat voor de uitbreiding van de A27 de voorkeur uit naar het
verbreden van de bestaande bak met ongeveer 15 meter aan weerszijden
(met in iedere rijrichting 7 rijstroken), inclusief een overkluizing met
een lengte van ongeveer 250 meter.

Besluit 2: Rijk en regio hebben bij het voorkeursalternatief de volgende
afspraken gemaakt:

Rijk en regio trekken gezamenlijk op in de uitwerking van het
voorkeursalternatief. De rol van Bevoegd Gezag wordt daarbij bepaald
door de wettelijke procedures. Dit houdt in dat de Minister van
Infrastructuur en Milieu het Bevoegd Gezag is voor de A12 en A27. Het
college van Gedeputeerde Staten van de provincie Utrecht en het college
van Burgemeesters en Wethouders van de gemeente Utrecht vormen
gezamenlijk het Bevoegd Gezag voor de opwaardering van de NRU.

De regio voert de planstudie, de procedures en de realisatie voor de NRU
voor eigen rekening en risico uit. Het rijk doet dit voor de A27 en A12;

Rijk en regio geven gezamenlijk invulling aan het proces van de
planstudies: de aansturing, de besluitvorming, de planning en de
communicatie. Er is een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor de 2e
Fase MER tot er een voorkeursvariant is voor zowel de NRU als de A27.

Rijk en regio stellen na overleg met elkaar de Aanvullende Richtlijnen
op voor de 2e Fase MER. In de Richtlijnen en het MER wordt recht gedaan
aan de verschillen in procedure en karakter van beide deelstudies.
Hierbij wordt uitgegaan van twee MER-ren, waarbij toegewerkt wordt naar
een juridisch verdedigbaar besluit.

De realisatie van de verbreding van de A12 wordt gefaseerd tot na 2020.
De consequenties hiervan worden in de 2e fase MER onderzocht.

Als onderdeel van de MER 2e fase NRU zullen o.a. de effecten van 80 km/u
en 100 km/u op de NRU op de leefbaarheid (lucht en geluid) en op de
inpassingsopgave in beeld gebracht worden.

Als onderdeel van de MER 2e fase NRU en de MER 2e fase A27/A12 zullen
o.a. de kansen voor het versterken van de ruimtelijke kwaliteit, de
vermindering van de barrièrewerking van de betreffende wegen en de
mogelijkheden voor het beperken van mogelijke effecten op de kwaliteit
leefomgeving in beeld gebracht worden.

Het rijk investeert € 1.200 miljoen (prijspeil 2010, inclusief btw en
BLD) in het project Ring Utrecht, waarvan een maximale bijdrage van €
140 miljoen (prijspeil 2010, inclusief btw via bijdrage aan btw
compensatiefonds) aan de opwaardering van de NRU.

De regiopartijen investeren € 50 miljoen (prijspeil 2010, exclusief
btw) in de opwaardering van de NRU. Deze investering komt, op basis van
de Bestuursovereenkomst Bereikbaarheid regio Utrecht uit 2006, bovenop
de regio-investering van €500 mln in het VERDER-pakket.

Voorwaarde voor de rijksbijdrage is dat de regio de realisatie van de
opwaardering van de NRU uiterlijk 2016 start, anders vervalt de
rijksbijdrage. De regio doet voorstellen de start van de realisatie te
versnellen. Deze voorwaarde hangt samen met de punten 12 en 14 van deze
afsprakenlijst.

De rijksbijdrage aan de NRU wordt geïndexeerd op basis van de IBOI,
conform uitkering door het ministerie van Financiën.

Het rijk start de realisatie van de verbreding van de A27 in 2016,
conform het MIRT-projectenboek.

Rijk en regio verkennen samen de mogelijkheden van uitruil van bijdragen
aan elkaars projecten, teneinde onnodige geldstromen te voorkomen. Het
Rijk stelt zich garant voor een maximale compensatie van €15,5
miljoen, mocht de uitruil niet of niet voldoende tot resultaat leiden.

Rijk en regio overleggen hoe de realisatie van de A27 en de NRU op
elkaar afgestemd kunnen worden, zodat de bereikbaarheid van de regio
Utrecht zo optimaal mogelijk blijft. 

De potentiële doortrekking van NRU door Leidsche Rijn vervalt in het
kader van de planstudie Ring Utrecht. Dit geldt ook voor de daarbij
behorende ruimtereservering.

Besluit 3: Rijk en regio zijn voorts overeengekomen dat:

op basis van de probleemanalyse van het OV tussen Utrecht CS en de
Uithof het wenselijk is om deze OV-verbinding te verbeteren teneinde de
autonome groei van het aantal OV-reizigers en de uitbreidingsplannen
voor de Uithof mogelijk te maken.

een second opinion op de MKBA en de businesscase moet uitwijzen dat deze
twee studies van voldoende kwaliteit zijn en een oplossing met een
tramverbinding een positieve MKBA score oplevert (MKBA > groter dan 1).

een second opinion moet uitwijzen dat een HOV-busbaan tussen Utrecht CS
en de Uithof onvoldoende oplossend vermogen biedt (niet robuust genoeg
om de toekomstige groei van het OV op te vangen) en bovendien dermate
grote investeringen vraagt voor de aanlanding bij het Nationale
Sleutelproject Utrecht CS (de OV-terminal) waardoor deze kosten niet
opwegen tegen de baten.

er adequate afspraken worden gemaakt over de inpassing van de
tramverbinding in het Nationale Sleutelproject Utrecht CS en de
aansluiting op de SUNIJ-lijn.

het Rijk onder de voorwaarde van een positieve second opinion en
MKBA-score een bijdrage levert van maximaal €110 miljoen (prijspeil
2010) aan de totstandkoming van een tramverbinding tussen Utrecht CS en
de Uithof.





  PAGE   \* MERGEFORMAT  1 /  NUMPAGES  2