Geannoteerde agenda Milieuraad 20 december 2010
Bijlage
Nummer: 2010D49339, datum: 2010-12-03, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Bijlage bij: Geannoteerde agenda Milieuraad 20 december a.s. en overzicht Europese wetgevingsinitiatieven (2010D49336)
Preview document (🔗 origineel)
Geannoteerde Agenda Milieuraad 20 december
CO2 en bestelauto’s
De Raad en het Europees Parlement onderhandelen momenteel over het Commissievoorstel voor een Verordening tot vaststelling van emissienormen voor nieuwe lichte bedrijfsvoertuigen. Het voorzitterschap streeft ernaar om een akkoord in eerste lezing te bereiken. Met dit voorstel worden fabrikanten van bestelauto’s verplicht om bestelauto’s op de Europese markt te brengen die minder CO2 uitstoten. Een vergelijkbare verordening is al in werking voor personenauto’s.
Nederland pleit voor ambitieuze normen op korte termijn (2016), maar vooral op lange termijn (2020). Een ambitieuze verordening helpt om het bindende Europese klimaatdoel te behalen dat geldt voor het geheel aan sectoren die niet worden gedekt door emissiehandel. Het voorstel van de Commissie is voor de auto-industrie technisch haalbaar, stimuleert innovatie en economie en leidt tot brandstofbesparingen voor het Europese midden en klein bedrijf (MKB).
Al staat Nederland een ambitieuze normstelling voor, het moet zich rekenschap geven van het, qua ambitieniveau, zeer verdeelde krachtenveld in Brussel. In dit licht bezien zal Nederland tijdens de onderhandelingen streven naar een zo goed mogelijk eindresultaat.
Biociden
Op de Raad staat indicatief een politiek akkoord, geagendeerd inzake het in juni 2009 door de Commissie uitgebrachte voorstel voor een verordening betreffende het op de markt brengen en het gebruik van biociden. Deze verordening vervangt de huidige richtlijn biociden. Het EU biocidenbeleid is erop gericht het proces van de toelating van biociden op EU niveau te regelen t.b.v. de interne markt, én milieu en gezondheidsaspecten beter te borgen. Om te komen tot een optimale bescherming van milieu en volksgezondheid in de lidstaten geeft het beleid wel ruimte aan maatwerk op nationaal niveau.
In algemene zin is het voorstel voor de verordening een verbetering ten opzichte van de huidige richtlijn. Een belangrijk punt voor Nederland in de onderhandelingen is de mogelijkheid zelf te kunnen beslissen over toelating en om eventuele aanvullende eisen te kunnen stellen. Dit is belangrijk omdat nationale omstandigheden een belangrijke rol spelen bij de keuze of een biocide in Nederland op de markt mag komen of niet. In de verordening is nu opgenomen dat een lidstaat een biocide kan weigeren op grond van nationale omstandigheden, ook als deze centraal toegelaten is. Een dergelijke uitzondering geldt ook bij de wederzijdse erkenningsprocedure. Hiermee heeft Nederland een belangrijk punt binnengehaald in de onderhandeling, en daardoor kunnen we positief staan tegenover het eindresultaat.
WEEE- en RoHS-richtlijnen
Over de RoHS richtlijn (richtlijn betreffende beperking van het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen in elektrische en elektronische apparatuur) is inmiddels een akkoord in eerste lezing bereikt. Met de goedkeuring van het akkoord door het Europees Parlement is de onderhandeling over de RoHS tot een goed einde gebracht. Er vindt dan in de Milieuraad ook geen bespreking meer over plaats. Als te doen gebruikelijk zal er bij het verslag van de Milieuraad aan het einde van het voorzitterschap, u nadere informatie verschaft worden over alle gedurende de betreffende periode bereikte akkoorden.
Het Belgisch voorzitterschap heeft zijn inspanningen gericht op het bereiken van een akkoord over de RoHS richtlijn. Er is daardoor in de onderhandeling over de WEEE richtlijn (richtlijn betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur) minder voortgang geboekt. Het Belgisch voorzitterschap heeft daarom een voortgangsrapportage van de WEEE richtlijn op de agenda van de Milieuraad geplaatst. Ik verwacht dat het inkomend Hongaarse voorzitterschap in het nieuwe jaar verder zal gaan met behandeling van de herschikking van de WEEE richtlijn. De Nederlandse inzet op dit dossier is ongewijzigd en op hoofdlijnen:
Verduidelijking van de reikwijdte van de WEEE.
Inzameldoelstelling in de vorm van een percentage van de op de markt gebrachte apparatuur, en gedifferentieerd naar productcategorieën (om meer recht te doen aan het milieubeschermingsdoel).
Opname van een afgifteverplichting van afgedankte apparatuur door gemeenten en detaillisten aan producenten/importeurs met daaraan gekoppeld financieringsverplichting van producenten. Op deze manier kunnen ook veel registratieverplichtingen voor niet-producenten voorkomen worden.
Geen verplichting om een zichtbare verwijderingsbijdrage na 2011 mogelijk te maken.
Een registratiesysteem voor producenten per lidstaat.
GGOs
De Raad krijgt een voortgangsrapport over de stand van zaken bij de bespreking van het Commissievoorstel voor een verordening over de mogelijkheid voor de lidstaten om de teelt van ggo's op hun grondgebied te beperken of te verbieden.
Inmiddels is er een advies van de Juridische dienst van de Raad (JDR) verschenen dat de juridische houdbaarheid van het Commissievoorstel in twijfel trekt. De Commissie is het niet eens met de conclusies van de JDR en heeft aangekondigd met een eigen juridische waardering te komen. De Commissie zal deze schriftelijke reactie op het advies van de JDR aan de lidstaten beschikbaar stellen. Het document zal naar verwachting kort voor de Milieuraad verschijnen.
Nederland heeft het afgelopen jaar zowel in de Milieu- als in de Landbouwraad herhaaldelijk een stemverklaring afgelegd waarin de Commissie werd verzocht om met een voorstel te komen voor aanpassing van de regelgeving, zodat lidstaten een eigen beslissingsbevoegdheid krijgen voor het wel of niet telen op eigen grondgebied van goedgekeurde, tot de EU markt toegelaten ggo’s. Nederland oordeelt in algemene zin dan ook positief over het voorstel van de Commissie.
Duurzaam Materiaalbeheer
Het Voorzitterschap is voornemens om de Milieuraad Raadsconclusies voor te leggen over Duurzaam Materiaalbeheer.
Het Belgisch voorzitterschap heeft Duurzaam Materiaalbeheer tot prioriteit benoemd. De Raadsconclusies die voorliggen, vormen belangrijke input voor de Commissie voor de invulling van het ‘Flagship initiative Resource Efficient Europe’. Het Flagship initiatief is een van de zeven pijlers van de EU2020 strategie en beoogt een overgang naar een duurzame economie te realiseren. Hierbij moet aandacht zijn voor een efficiënter gebruik van alle hulpbronnen (energie, biotisch en abiotische bronnen) en het terugbrengen van het negatieve effect op het milieu door het gebruik hiervan. Deze overgang moet de concurrentiekracht van bedrijven versterken, innovatie stimuleren en nieuwe groene banen creëren. Nederland is blij met de brede insteek die de Commissie voorstaat.
In de Raadsconclusies wordt gepleit voor het verduurzamen van de hele keten van materiaalgebruik, zowel in de extractie-, productie-, distributie-, consumptie- en afvalfase. Om dit te realiseren zal moeten worden overgeschakeld naar duurzame productie- en consumptiepatronen, waar systeemveranderingen voor nodig zijn. Dit vraagt een integrale aanpak vanuit verschillende beleidsvelden (o.a. industrie, handel, innovatie, landbouw). Een mix van verschillende typen instrumenten, waaronder marktconforme instrumenten, is nodig. Verder wordt in de Raadsconclusies de belangrijke rol van innovatie onderstreept.
De Raadsconclusies hebben brede steun van de Lidstaten. Nederland kan eveneens instemmen met de Raadsconclusies.
Verbetering milieubeleidsinstrumenten
Op de Milieuraad liggen Raadsconclusies voor over het verbeteren van milieubeleidsinstumenten.
Belangrijke deelonderwerpen zijn oa: het verbeteren en ‘fine tunen’ van milieubeleid; vervolg op 6e Milieu Actie Programma (MAP); afschaffen milieubelastende subsidies; Implementatie EU-milieuwetgeving; harmonisatie regels milieu-inspectie, financiering milieubeleid door vergroening Europese begroting en eco-innovatie.
Nederland kan instemmen met de voorgestelde conclusies.
Klimaatverandering
Van 29 november tot 10 december zal de 16e klimaatconferentie onder het Klimaatverdrag (COP 16) in Cancun, Mexico, plaatsvinden. In de Milieuraad van oktober 2010 heeft de EU haar inzet hiervoor bepaald en in december worden de uitkomsten van Cancun in de Milieuraad besproken. De Nederlandse inzet voor de klimaatconferentie in Cancun is apart met uw Kamer gedeeld in mijn brief van 22 november jl.
Biodiversiteit
In de Milieuraad liggen Raadsconclusies voor over de resultaten en de vervolgacties van de 10e Conferentie van Partijen bij de Conventie inzake Biologische Diversiteit (CoP10 CBD) die werd gehouden van 18 t/m 29 oktober in Nagoya, Japan. In de Raadsconclusies worden de resultaten van de CBD-conferentie, die na een moeizaam onderhandelingsproces succesvol is afgesloten, verwelkomd. Met het aanvaarden van het hele ‘Nagoya Package’ (protocol genetische bronnen, strategisch plan 2020 en financieringdoelen) heeft mondiaal biodiversiteitsbeleid en internationale samenwerking op het gebied van biodiversiteit een belangrijke impuls gekregen. De partijen van het biodiversiteitsverdrag zijn het eens over de aanpak van de uitdagingen, maar er is wel verschil van mening tussen de ontwikkelde en ontwikkelingslanden over de financiering van de noodzakelijke inspanningen.
Om de Nagoya-afspraken na te komen is leiderschap nodig. Begin 2011 zal de Europese Commissie in de EU post-2010 Biodiversiteitsstrategie, de visie en strategie uiteenzetten over hoe de EU kan bijdragen aan het nakomen van Nagoya-afspraken. Het integreren van biodiversiteitsbeleid in andere EU beleidsvelden is een van de aandachtspunten van de nieuwe Biodiversiteitsstrategie waaraan ook Nederland hecht.
Ook de Raadsconclusies benadrukken dit punt door te wijzen op het belang van ‘mainstreamen’ van biodiversiteit in met name die beleidsvelden die gerelateerd zijn aan duurzaam gebruik van natuurlijke hulpbronnen, zoals landbouw, voedselzekerheid, bossen, visserij en energie.
Verder wordt in de Raadsconclusies het belang benadrukt van het mobiliseren van voldoende middelen (geld, mensen en kennis) uit zowel private als publieke bronnen voor de implementatie van het Strategische Plan 2011-2020. Nederland hecht veel waarde aan een duurzame ontwikkeling waarbij economie en ecologie in evenwicht zijn. Verbinden van natuur en biodiversiteit met zowel de belangen als de bijdragen van het bedrijfsleven is een belangrijk punt uit het Regeerakkoord. Nederland is een krachtige pleitbezorger van ontwikkeling van nieuwe innovatieve financieringsinstrumenten in het kader van de CBD, met name gericht op het creëren van concrete mogelijkheden voor medefinanciering en compensatie voor biodiversiteitsgebruik door de private sector. Nederland is tevreden met de voorliggende Raadsconclusies.
Diversenpunten
Het Europese milieu- staat en vooruitzichten voor 2010
De Commissie zal een presentatie geven van het rapport: “Het Europese milieu – staat en vooruitzichten voor 2010” van het Europees Milieuagentschap.
Biobrandstoffen en vloeibare biomassa
De Commissie zal de Mededeling presenteren over (1) de praktische tenuitvoerlegging van de EU duurzaamheidregeling voor biobrandstoffen en vloeibare biomassa, als ook (2) de Mededeling presenteren over vrijwillige regelingen en standaardvoorwaarden in de EU-regeling betreffende de duurzaamheid van biobrandstoffen en vloeibare biomassa.
De Nederlandse inzet ten aanzien van deze voorstellen is met u gedeeld bij brief van 27 juli 20101. Op hoofdlijnen richt de inzet zich op transparantie, verbeteringen van het toetsingsprotocol en verbetering van de registratie.
Milieuevenementen onder het Belgisch Voorzitterschap
Het Belgisch Voorzitterschap zal een terugkoppeling geven van de belangrijkste milieuevenementen die zij heeft georganiseerd tijdens haar Voorzitterschap.
Hongaarse Voorzitterschap
Het inkomend Hongaarse Voorzitterschap zal een presentatie geven van het werkprogramma voor de eerste helft van 2011.
Kamerstukken 22 112, nr. 1042↩︎