Preview document (🔗 origineel)

---

Verslag 3053e zitting van de Raad van de Europese Unie Volksgezondheid

7 december 2010

A-punten

4. Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad
betreffende nieuwe voedingsmiddelen (doc. 15737/10 goedgekeurd door het
Coreper, 1e deel, op 1.12.2010)

Het VZP meldt dat er met betrekking tot de amendementen van het EP geen
akkoord is gevonden hierover. Dit betekent dat de termijn voor de tweede
lezing voorbij is en de conciliatieprocedure zal starten. 

Wetgevingswerkzaamheden

13. Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad
betreffende de verstrekking van voedselinformatie aan de consumenten
(openbare beraadslaging) - Politiek akkoord (doc. 16555/10) 

Het Belgisch voorzitterschap (VZP) introduceert het voorstel als
uitermate belangrijk maar moeilijk. Belangrijk omdat het alle burgers
raakt en het de consumenten de kans geeft om de noodzakelijke informatie
over levensmiddelen die zij gebruiken te weten te komen. Moeilijk
vanwege de verschillende behoeften van de consument die niet in alle
omstandigheden hetzelfde zijn en zeer uiteenlopen van regio tot regio.
Het bereiken van consensus hierover was dan ook geen sinecure. 

De Europese Commissie (CIE) vindt het bereiken van een politiek akkoord
een mijlpaal. De belangrijke punten in het voorstel voor de CIE zijn de
minimum lettergrootte, de voedingswaardedeclaratie,
allergeneninformatie, de verantwoordelijkheid van food operators, en de
oorsprongsinformatie op vrijwillige basis. De formulering over
voedingsinformatie vindt de CIE minder ambitieus en het vernieuwende van
het oorspronkelijke voorstel is daarmee volgens de CIE verdwenen. De CIE
vindt het echter een goede basis voor de tweede lezing. 

Nederland spreekt haar zorgen uit over de verplichte
herkomstetikettering voor vlees die vanuit de optiek van de consument
geen toegevoegde waarde kent en heeft samen met samen met een aantal
andere lidstaten een verklaring hierover ondertekend. Tevens ontbreekt
er een kosten-batenanalyse en is Nederland bevreesd voor zware
administratieve lasten. Nederland complimenteert het VZP tenslotte met
de geboekte vooruitgang maar behoudt zich het recht voor op de
Nederlandse pijnpunten terug te komen in de tweede lezing. 

Het VZP concludeert dat een politiek akkoord is bereikt en dat het
voorstel de tweede lezing in zal gaan. Ook aankomend voorzitter
Hongarije ziet het voorstel als een goede basis voor een tweede lezing
en ziet er naar uit dit onder haar voorzitterschap verder te behandelen.


Niet-wetgevingswerkzaamheden

14. Follow-up van de conclusies van de Raad over de lering die moet
worden getrokken uit de A/H1N1 pandemie - Gezondheidsbeveiliging in de
Europese Unie, met betrekking tot een mechanisme voor de gezamenlijke
aanbesteding voor vaccins en antivirale geneesmiddelen –
Gedachtewisseling

In een openbaar debat wisselden de ministers van gedachten over de
aanpak van verschillende aspecten van de Influenza A/H1N1 in het
afgelopen jaar. Daarbij waren de onderwerpen van discussie: de Europese
voorbereiding van een pandemie, gezamenlijke aanschaf van vaccins, en
het gezondheidsbescherminginitiatief. Gezien het politieke karakter van
het punt gezamenlijke aanschaf van vaccins ging daar de meeste aandacht
naar uit. 

Het VZP leidde de discussie in door te verwijzen naar de Raadsconclusies
over dit onderwerp waarin de ministers breed gedragen de intentie
uitspreken te zoeken naar een effectieve werkwijze op EU -niveau voor
een gezamenlijke aanschaf van vaccins. Vele afzonderlijke lidstaten
hebben immers slechte herinneringen aan de aanschaf van vaccins op
nationaal niveau die mede onder druk van de vaccinindustrie tot onnodig
hoge prijzen per dosis vaccin leidde. De Lidstaten  zijn door de
industrie ook tegen elkaar uitgespeeld door de geheimhoudingsplicht over
de vermelde prijs en leveringsvoorwaarden in de contracten met de
vaccinindustrie. De intentie om naar een effectieve gezamenlijke
aanschaf (zij het op basis van vrijwilligheid) te komen is in deze
vergadering herbevestigd, ook zijn er opmerkingen gemaakt dat nog een
aantal onduidelijkheden in de praktische uitwerking moeten worden
weggenomen. Drie vragen stonden in deze discussie centraal: is een
kadercontract een geschikt instrument voor gezamenlijk aankoop (algemene
voorwaarden van kwaliteit en veiligheid, hoeveelheid en prijs), wat is
de minimum dekkingsgraad van vaccinatie en welke zijn de risicogroepen,
en hoe verloopt de levering en distributie waarbij de vaccinatie van de
eigen bevolking niet in gevaar komt en tegelijkertijd vaccincapaciteit
beschikbaar is om daar waar nodig flexibel te kunnen inzetten? 

De algemene teneur van de discussie was dat de ministers het
kadercontract waar lidstaten op basis van vrijwilligheid kunnen
intekenen het meest geschikte instrument vinden.

Wat betreft de identificatie van risicogroepen moeten experts
onderbouwde voorstellen maken terwijl de vraag naar de minimum
dekkingsgraad voor elke lidstaat dat in het kadercontract wordt
opgenomen heel zorgvuldig door experts moet worden uitgewerkt alvorens
daarover te beslissen. Wat betreft de levering en distributie zijn de
ministers het redelijk eens dat levering pro rata van de grootte van de
bevolking zou moeten plaatsvinden en dat er een evenwicht is tussen
enerzijds het voldoen aan de eerste verantwoordelijkheid voor de eigen
bevolking en anderzijds ruimte wordt voor een effectieve flexibele
levering van vaccins aan lidstaten waar dat nodig is. Anders gezegd:
eigen verantwoordelijkheid en solidariteit daar waar nodig dienen hand
in hand te gaan bij een vrijwillig systeem van gezamenlijke aanpak.
Verschillende lidstaten benadrukten dat er sterke behoefte is aan meer
wetenschappelijke kennis en betere voorlichting over de
houdbaarheidsdatum van een vaccin. Daarover is rond de Influenza A/H1N1
volstrekt onvoldoende gecommuniceerd met als gevolg dat veel landen
grote hoeveelheden vaccins hebben moeten vernietigen dat onnodig veel
geld heeft gekost. Nederland gaf aan dat het voorstander is van het
verder uitwerken van de opties en consequenties van gemeenschappelijke
aanschaf en dat het daarbij goede voorbeelden uit andere sectoren wil
betrekken. 

Een aantal landen gaf aan de complexiteit van de gezamenlijke aanschaf
niet te onderschatten. De aansprakelijkheid bij een gemeenschappelijke
aankoop is alleen al een complexe zaak die goed dient te worden
uitgezocht.

Commissaris Dalli en het VZP waren verheugd over de constructieve
opstelling van de ministers en zien beiden het resultaat van deze
discussie als een aansporing om de experts aan het werk te zetten en de
plannen verder uit te werken. Op de vraag van het VZP wanneer de Raad
een concept kadercontract kan verwachten antwoordde Dalli: zes tot negen
maanden. 

15. Gezamenlijk verslag van de Commissie en het Comité voor de
economische politiek over de gezondheidszorgstelsels in Europa -
Gedachtewisseling

Dit onderwerp werd tijdens een informele besloten lunchzitting
besproken. 

16. Investeren in de gezondheidswerkers van morgen in Europa:
maatregelen voor innovatie en samenwerking - Aanneming van conclusies
van de Raad

De raadsconclusies worden zonder verdere opmerkingen of wijzigingen
aangenomen. 

17. Innovatie en solidariteit in de farmaceutische sector - Aanneming
van conclusies van de Raad

De raadsconclusies worden zonder verdere opmerkingen of wijzigingen
aangenomen. 

18. Vernieuwende benaderingswijzen voor chronisch zieken, op het niveau
van volksgezondheid en de gezondheidszorgstelsels - Aanneming van
conclusies van de Raad

De raadsconclusies worden zonder verdere opmerkingen of wijzigingen
aangenomen. 

Diversen

h) Inter-institutionele dossiers:

- Informatie van de Commissie

i) Informatie aan patiënten 

De Commissie deelt mee dat zij werkt aan een nieuw voorstel met
betrekking tot deze verordening en richtlijn. Dit nadat de Raad het
voorstel een aantal keren met grote meerderheid heeft afgewezen. 

i) Europees partnerschap voor innovatie ten behoeve van gezond en actief
ouder worden

- Informatie van de Commissie

Commissaris Dalli heeft samen met commissaris Kroes het voornemen om dit
onderwerp actief en hoog op de agenda te zetten. Binnen de Europese
Commissie is Dalli de trekker van dit partnerschap.

j) " Legal Highs "

- Informatie van de Poolse delegatie

Polen agendeerde dit punt vanwege de zorgen die zij heeft over de
explosieve groei van het aantal smartshops. In Polen vielen al 18 Poolse
dodelijke slachtoffers door gebruik van designer-drugs met nieuwe
psychoactieve stoffen en riep op tot manieren om op Europees niveau om
te gaan met dit probleem. 

k) Informatie over door het voorzitterschap georganiseerde conferenties

- Informatie van het voorzitterschap

Het Belgische voorzitterschap informeerde de Raad kort over de door hen
georganiseerde conferenties:

i) Gezondheidsbeveiliging: lering die is getrokken uit de
A(H1N1)-pandemie in 2009 - voor een betere beheersing van de toekomstige
gezondheidsbedreigingen (2 juli 2010)

ii) Investeren in de gezondheidswerkers van morgen in Europa:
maatregelen voor innovatie en samenwerking (9-10 september 2010)

iii) Innovatie en solidariteit in de farmaceutische sector (23-24
september 2010)

iv) Vernieuwende benaderingswijzen voor chronisch zieken, op het niveau
van volksgezondheid en de gezondheidszorgstelsels (20 oktober 2010)

v) Verminderen van gezondheidsongelijkheid vanuit een regionaal
perspectief. Wat werkt en wat werkt niet? (8-9 november 2010)

vi) De uitdaging van dementie in Europa (25-26 november 2010)

vii) Conferenties over een communautair kader voor milieu en gezondheid 

viii) Conferentie op hoog niveau over de evaluatie van het
voedingsbeleid in de EU 

(8-9 december 2010)

l) Informatie over door het Belgische voorzitterschap georganiseerde
internationale

evenementen

- Informatie van het voorzitterschap

Geen bijzonderheden 

m) Werkprogramma van het volgende voorzitterschap

- Informatie van de Hongaarse delegatie

Het Hongaarse VZP kiest als hoofdthema van haar VZP ‘De weg voor de
patiënten en de carriere voor de specialisten’. Daarbij houdt ze de
nationale bevoegdheden in ogenschouw maar is van mening dat er hierover
meer samengewerkt en informatie uitgewisseld kan worden.De drie
onderliggende thema’s zijn: 1) het investeren in de
gezondheidssystemen van de toekomst. Dit zal tijdens de Informele Raad
op 4-5 april 2011 aan de orde komen; 2) de arbeidsmarkt; 3) e-health. 

Daarnaast hoopt het Hongaarse VZP te gaan werken aan het voorstel van
‘Informatie aan patiënten’ dat commissaris Dalli opnieuw zal
uitbrengen en is ook het onderwerp van de voorbereiding op een pandemie
genoemd als prioriteit. Een specifieke focus wordt gelegd op de
vaccinatie van kinderen van migranten en moeilijk bereikbare groepen in
de samenleving. 

Het Hongaarse VZP is voornemens conferenties te houden over het ‘EU
Mental Health pact’,  preventie bij kinderen, en de toekomst van het
EU Gezondheidsprogramma.

		

 PAGE   3