Geannoteerde agenda voor de Eurogroep en de Informele Ecofin Raad van 7, 8 en 9 april 2011 te Boedapest
Bijlage
Nummer: 2011D15419, datum: 2011-03-25, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Bijlage bij: Geannoteerde agenda voor de Eurogroep en de Informele Ecofin Raad van 7, 8 en 9 april 2011 (2011D15418)
Preview document (š origineel)
Geannoteerde Agenda van de Eurogroep en de Informele Ecofin Raad van 7 t/m 9 april 2011 te Boedapest Economische en financiĆ«le situatie In de informele Ecofin Raad zal een gedachtewisseling plaatsvinden over de economische en financiĆ«le situatie. De op 1 maart door de Commissie gepubliceerde āinterim forecastā biedt hieromtrent de meest recente informatie. In de interim forecast constateert de Commissie dat groeivoorspellingen voor 5 van de 7 grootste EU landen (waaronder Nederland) lichtelijk positief zijn bijgesteld. Het herstel blijft verder onevenwichtig verdeeld over landen en omgeven door grote neerwaartse risicoās. De inflatieverwachtingen zijn door de gestegen grondstof- en voedselprijzen tevens naar boven toe bijgesteld naar 2,5% in de EU en naar 2,2% in het eurogebied. Toch verwacht de Commissie dat door de voorzichtige economische groei en relatief zwakke arbeidsmarkt de inflatie in 2011 alsnog uit zal komen rond 2%. Brede aanpak eurocrisis Tijdens de informele Ecofin Raad zal men terugblikken op de besluiten betreffende de brede aanpak van de Eurocrisis. Wat Nederland betreft is een akkoord over het permanente noodmechanisme altijd afhankelijk geweest van ambitieuze en betekenisvolle stappen in het voorkomen van dergelijke crises in de toekomst. Hierover werd bij de Ecofin Raad van 15 maart verregaande overeenstemming bereikt met het akkoord over de governance voorstellen ter versterking van het SGP en het opzetten van een procedure voor macro economische onevenwichtigheden. Op 21 maart jl. heeft de Eurogroep, aangevuld met de andere lidstaten van de EU, overeenstemming bereikt over de vormgeving van het ESM. Voor EFSF is eerder al besloten dat de effectieve leencapaciteit hersteld zal worden naar de oorspronkelijk beloofde 440 miljard euro. De veelomvattende aanpak voor de eurocrisis zal vervolgens voorliggen in de Europese Raad van 24 en 25 maart. Tijdens de Raad zullen verschillende key note speakers van het IMF en de OESO een pleidooi houden voor invulling van deze versterkte economische beleidscoƶrdinatie binnen een monetaire unie. Er zal een uitwisseling van gedachten plaats vinden. Voor Nederland is het belangrijk dat de governance afspraken strikt worden nagevolgd. Zo hebben landen zich ertoe verplicht concreet aan te geven welke maatregelen zij voorzien om het binnen de gestelde deadline onder de 3%-grens te krijgen. In de stabiliteitsprogrammaās, die de landen in het kader van het Europese semester in april zullen indienen, zullen deze maatregelen moeten worden opgenomen. Een zelfde afspraak geldt voor de hervormingen, die ook in april zullen moeten worden gemeld in de nationale hervormingsprogrammaās. In dit licht is het positief dat landen waar de druk van de financiĆ«le markten sterk gevoeld wordt, additionele maatregelen hebben aangekondigd. Nederland zal hier streng op toe blijven zien. Economic governance ā stand van zaken & scoreboard macro-economische onevenwichtigheden Bij dit agendapunt zal gesproken worden over de onderhandelingen die met het Europees Parlement (EP) zullen plaatsvinden over het governancepakket, en wellicht ook over het scoreboard van de nieuwe macro-economische onevenwichtighedenprocedure. Tijdens de Ecofin van 15 maart jl. heeft de Raad een gezamenlijke inzet (general approach) bereikt m.b.t. de zes governancevoorstellen. Over vier van de zes governancevoorstellen zal met het EP als medewetgever onderhandeld moeten worden. Het betreft hier de aanpassing van de verordening over de preventieve arm van het SGP, de nieuwe sanctieverordening van het SGP, de verordening die de onevenwichtighedenprocedure zal bevatten en de verordening die de sanctiemogelijkheden in de onevenwichtighedenprocedure regelt. Bij de aangepaste verordening van de correctieve arm van het SGP en de richtlijn met minimumeisen aan nationale begrotingsraamwerken, zal het EP slechts geconsulteerd worden. Naar verwachting zal het Voorzitterschap duidelijkheid geven over hoe het traject van de onderhandelingen er de komende maanden uit zal gaan zien, en zal gediscussieerd worden over de manier waarop de lidstaten bij de onderhandelingen betrokken zullen worden. Namens de Raad zal het Voorzitterschap bij de onderhandelingen het voortouw nemen. Wellicht geeft het Voorzitterschap tijdens de discussie op de informele Ecofin ook al meer informatie over de onderhandelingsinzet van het EP. Het EP is op dit moment nog bezig zijn onderhandelingsinzet te bepalen. Bij dit agendapunt wordt wellicht ook gesproken over de vorderingen bij het vaststellen van de scorebordindicatoren van de macro-economische onevenwichtighedenprocedure. Dit scoreboard moet een indicatie af gaan geven over mogelijke macro-economische onevenwichtigheden in een lidstaat, wat aanleiding kan zijn voor een diepteonderzoek van de Commissie. De afgelopen weken is (op ambtelijk niveau) gesproken over welke indicatoren zouden moeten terugkomen in het scoreboard. De inzet van de Raad zal tevens zijn om de vastlegging van de indicatoren, en de grenswaarden daarvan die bij overschrijding aanleiding kunnen zijn voor een diepteonderzoek, te laten plaatsvinden in een Code of Conduct. Deze route geeft de lidstaten de flexibiliteit die nodig is om, indien nodig, de indicatoren en de grenswaarden daarvan spoedig aan nieuwe economische omstandigheden aan te passen, zonder dat daar een (mogelijk) lang traject aan vooraf hoeft te gaan. Dit komt de effectiviteit van de onevenwichtighedenprocedure ten goede. FinanciĆ«le stabiliteit en het nieuwe Europese toezichtraamwerk Tijdens de informele Ecofin Raad worden door de betreffende voorzitters presentaties gegeven over de oprichting van de nieuwe Europese Systeemtoezichthouder (Europees ComitĆ© voor systeemrisicoās; ESRB) en de drie nieuwe Europese Toezichthouders, te weten EBA (Europese Bankautoriteit), ESMA (Europese Autoriteit voor effecten en markten) en EIOPA (Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen). Stress testen Naar aanleiding van een verzoek van de Ecofin Raad zal de European Banking Authority (EBA) net zoals vorig jaar een stresstest uitvoeren op de Europese bankensector. Dit jaar is de test ook onderdeel van de brede aanpak van de eurocrisis. Het kabinet verwelkomt deze nieuwe ronde stresstesten in Europa om het vertrouwen te versterken. De manier waarop EBA, de nationale toezichthouders en de ECB opereren straalt vertrouwen uit voor een succesvolle uitvoering van de stresstesten. Net zoals vorig jaar ligt de verantwoordelijkheid voor invulling van de stressscenarioās en intensieve onderlinge peer reviews volledig bij de toezichthouders zelf. Eerder is in de Ecofin Raad gesproken over de opzet van de test (openbaarmaking individuele resultaten) en de betrokkenheid in het traject van nationale overheden aangaande nationale backstops. Wat betreft de betrokkenheid van overheden worden pas tegen afronding van de test spijkers met koppen worden geslagen. In de ābrede aanpakā wordt al wel de noodzaak van de backstops aangegeven, maar de concrete invulling kan pas na de stresstest volledig duidelijk worden. Het kabinet is van mening dat er daadkrachtig moet worden opgetreden bij āgezakteā banken. Een belangrijk ingrediĆ«nt hierbij is transparantie over de uitkomsten op individueel niveau, en duidelijkheid over consequenties in de vorm van herkapitalisatie- of herstructureringsmaatregelen; alleen zo versterken we het vertrouwen in de Europese bankensector. Grondstof en voedselmarkten Tijdens de informele Ecofin Raad zal een gedachtewisseling plaatsvinden over de inzet voor de agenda van de G-20 over prijsvolatiliteit van (agrarische) grondstoffen en voedsel. Marktkarakteristieken spelen een belangrijke rol bij prijsvolatiliteit in deze markten. Hierbij valt bijvoorbeeld de denken aan de lage prijselasticiteit van vraag en aanbod, en aanbodschokken als gevolg van extreme weersomstandigheden. Onduidelijk is of ook de in de afgelopen jaren sterk toegenomen investeringen op derivatenmarkten voor grondstoffen bijdragen aan prijsvolatiliteit. FinanciĆ«le investeringen lijken vooral een transmissiemechanisme te vormen, waarbij verwachtingen op basis van marktfactoren, zoals vraag en aanbod, onmiddellijk gereflecteerd worden in prijzen van derivatencontracten. Nederland is voorstander van grotere transparantie op de markten voor grondstofderivaten en vindt dat de toegenomen activiteit in derivatenmarkten om meer onderzoek vraagt naar de rol van nieuwe marktpartijen, de relatie tussen de financiĆ«le en fysieke markten, en de efficiĆ«ntie van prijsformatie. Dit betekent ook dat de kwaliteit van de beschikbare data verhoogd moet worden. Voorbereiding van de IMF en WB voorjaarsvergadering en het G20 ministers & Governors meeting in april 2011 Bij de informele Ecofin Raad zal men van spreken over de voorbereiding van de voorjaarsvergadering van het Internationaal Monetair Fonds en Wereld Bank, die plaats zullen vinden op 15 april 2011. Tijdens deze vergadering zal onder andere gesproken worden over de internationaal economische situatie waarbij de nadruk zal liggen op de groei- en inflatieverschillen tussen regioās, de schuldenproblematiek van ontwikkelde landen en de stijging van grondstof- en voedselprijzen. Voor het IMF zullen de belangrijkste thema's de hervorming van het internationaal monetair systeem zijn en de lessen uit de crisis op het gebied van surveillance en het leeninstrumentarium. Voor de Wereldbank is de verwachting dat de discussie onder meer zal gaan over voedselzekerheid en volatiliteit van voedselprijzen en over fragiele staten. De G20 zal voorafgaand aan de voorjaarsvergadering bij elkaar komen en spreken over het Framework for Sustainable Growth, hervorming van het internationaal monetair systeem en financiĆ«le regulering, ook zal er een gezamenlijk G20-IMFC diner plaatsvinden. De inzet van Nederland wordt in de geannoteerde agenda ten behoeve van de voorjaarsvergadering uitgebreid toegelicht en zal in het algemeen overleg van 12 april over het IMF en de Wereldbank uitgebreid aan de orde komen.