[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [šŸ” uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Verslag van de Europese Raad van 23 en 24 juni 2011 te Brussel

Bijlage

Nummer: 2011D34962, datum: 2011-06-27, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Bijlage bij: Verslag van de Europese Raad van 23 en 24 juni 2011 (2011D34961)

Preview document (šŸ”— origineel)


Verslag van de Europese Raad van 23 en 24 juni 2011 te Brussel

De Europese Raad (ER) stond in het teken van de voorstellen om het
economisch beleid in de Unie te verbeteren, van de recente
ontwikkelingen in de Eurozone, migratievraagstukken, de uitbreiding, het
zuidelijk Nabuurschapsbeleid en de situatie in de Arabische wereld,
evenals het Midden-Oosten Vredesproces. De vergadering begon met de
toespraak van de voorzitter van het Europees Parlement (EP), de heer
Jerzy Buzek (zie bijlage).

Economisch en financieel beleid

Europees Semester

De ER bekrachtigde de landenspecifieke aanbevelingen aan de lidstaten.
Nederland heeft vier aanbevelingen, namelijk op de terreinen van
consolidatie van de begroting; verhoging van de pensioenleeftijd met het
oog op de houdbaarheid van de overheidsfinanciƫn en hervorming van de
lange-termijnzorg; vergroting van de arbeidsparticipatie en; bevordering
van investeringen in innovatie. De lidstaten worden uitgenodigd de
aanbevelingen in hun nationaal begrotingsbeleid en hun structurele
hervormingsmaatregelen mee te nemen. Conform de motie-Schouw (Kamerstuk
21501-20, nr. 537) zal het kabinet dit najaar in de departementale
begrotingsstukken aangeven hoe het omgaat met de aanbevelingen.
Voorafgaand aan het volgende Europees Semester zal de ER in december
a.s. de themaā€™s van het Europlus Pact wederom bespreken om mede
richting te geven aan het volgende Europese Semester.

De ER stelde ook dat de regeldruk voor het midden- en kleinbedrijf
verder moet worden verminderd en micro-ondernemingen waar passend van
bepaalde voorschriften moeten worden vrijgesteld of aan een lichter
regime moeten worden onderworpen. De Commissie zal de bestaande
verplichtingen voor micro-ondernemingen beoordelen en bekijken waarvan
deze kunnen worden vrijgesteld. De ER zal in december de resultaten
bespreken. 

Commissievoorstellen voor versterkte economische beleidscoƶrdinatie 

De ER nam nota dat voortgang is geboekt met de behandeling door de Raad
en het EP van het zogenaamde ā€˜six-packā€™ -- de voorstellen van
Eurocommissaris Rehn ter versterking van de economische
beleidscoƶrdinatie in de EU. Voor zomer 2011 moet er tot een akkoord
over de teksten worden gekomen tussen de Raad en het EP, zo vindt de ER.

Europees Stabiliteitsmechanisme (ESM)

Overeenstemming was al bereikt in de Eurogroep van 19 juni jl. over het
ESM-verdrag en de amendering van het EFSF. De ER bekrachtigde dit en
riep lidstaten op alle nodige stappen te ondernemen om zeker te stellen
dat het ESM-verdrag voor het einde van 2012 is geratificeerd en dat het
aangepaste EFSF zo spoedig mogelijk in werking kan treden.

Griekenland

De ER boog zich over de situatie in Griekenland. De ER erkende dat er in
het afgelopen jaar al aanzienlijke voortgang is geboekt met het
aanpassingsprogramma en riep de nationale Griekse autoriteiten op om
door te gaan met de noodzakelijke inspanningen om tot duurzame
hervormingen te komen.

Een veelomvattend hervormingsprogramma zoals overeengekomen tussen de
Griekse regering en de Commissie, het IMF en de ECB, en de aanname van
de belangrijkste wetgeving inzake begrotingsstrategie en privatisering
moeten in de komende dagen met spoed worden gefinaliseerd. De bal ligt
wat dit laatste betreft op de Griekse speelhelft. Dit vormt de basis
waarop in juli a.s. de vijfde tranche onder het huidige programma kan
worden uitgekeerd en kan worden gesproken over de parameters voor een
nieuw, aanvullend steunprogramma van de Eurolanden en het IMF. Met
betrekking tot nieuwe, aanvullende steun onderschreven de staatshoofden
en regeringsleiders van de Eurozone de besluiten genomen door de
Eurogroep van 20 juni jl. dat hiertoe ook de vrijwillige betrokkenheid
van de private sector zal worden nagestreefd in de vorm van het
informeel en vrijwillig doorrollen van bestaande opeisbare Griekse
schuld om te komen tot een substantiƫle verlaging van de vereiste
jaarlijkse herfinanciering in het kader van het programma.

De staatshoofden en regeringsleiders van de Eurozone riepen de ministers
van Financiƫn op om werkzaamheden op uitstaande onderdelen te
voltooien, zodat op basis daarvan begin juli a.s. de noodzakelijke
besluiten kunnen worden genomen. 

Toetredingsonderhandelingen met Kroatiƫ

Om uitvoering te geven aan de motie-Van Bommel (Kamerstuk 21501-20, nr.
541) heeft minister Rosenthal uw Kamer vrijdag 24 juni jl. een separate
brief over dit onderwerp gestuurd met het verslag van de besluitvorming
in de ER. Wij verwijzen naar deze brief.

Serviƫ

In de ER-conclusies wordt stilgestaan bij de ontwikkelingen in Serviƫ.
De ER verwelkomde de overdracht aan het ICTY van Ratko Mladic als een
positieve stap voor het internationale recht en voor de Europese
perspectieven van Serviƫ. Hiermee wordt echter geen automatisme
gecreƫerd in het toetredingsproces. Serviƫ zal, net als de andere
potentiƫle kandidaat-lidstaten, aan alle voorwaarden moeten voldoen die
de EU heeft gesteld in de verscherpte Uitbreidingsstrategie van 2006. 

Asiel en migratie

Minister-president Rutte heeft gewezen op de noodzaak om het wederzijds
vertrouwen binnen het Schengensysteem te vergroten. Vertrouwen is
namelijk de basisvoorwaarde voor de open grenzen binnen de
Schengenruimte. Daarom moet bij de toepassing van de Schengencriteria
niet alleen worden gekeken naar de technische criteria maar ook naar de
rechtstatelijke aspecten zoals de onafhankelijkheid en effectiviteit van
de rechtspraak en de strijd tegen corruptie en georganiseerde misdaad.
Dit geldt voor alle Schengenlanden. Het gaat hier om een voor Nederland
belangrijk punt.

Mede op Nederlands aandringen concludeerde de ER dat de politieke
sturing en samenwerking in het Schengengebied verder moeten worden
versterkt om het wederzijdse vertrouwen onder de lidstaten te vergroten;
de Schengenregels moeten effectief worden toegepast overeenkomstig zowel
de gemeenschappelijke technische standaarden als fundamentele beginselen
en normen. Het Schengenevaluatiesysteem wordt voor alle lidstaten
versterkt en verdiept met aangepaste en uitgebreide criteria die zijn
gebaseerd op het EU-acquis waaronder de bovengenoemde rechtstatelijke
aspecten. 

De ER besloot voorts dat een nieuw, aanvullend mechanisme in de
Schengensamenwerking zal worden opgenomen dat kan worden ingezet bij
buitengewone omstandigheden die de hele Schengensamenwerking op het spel
zetten. Dit mechanisme zal het beginsel van vrij personenverkeer
onverlet laten. Het mechanisme omvat als laatste redmiddel de
mogelijkheid om een vrijwaringsclausule in te roepen en bij hoge
uitzondering in zeer kritische omstandigheden de controles aan de
binnengrens tijdelijk weer in te stellen wanneer een lidstaat zijn
verplichtingen onder het Schengenregime niet meer kan nakomen. De
Commissie wordt gevraagd om in september aan de Raad een voorstel voor
een dergelijk mechanisme voor noodgevallen voor te leggen. 

Ook moet de bewaking aan de buitengrenzen worden versterkt om de
illegale immigratie te bestrijden. Daarom besloot de ER dat optimaal
gebruik moet worden gemaakt van alle instrumenten om de bewaking van de
buitengrenzen te verzekeren. Het gaat daarbij om Frontex, Eurosur en het
agentschap voor ICT op het terrein van de ruimte voor vrijheid,
veiligheid en recht. De grenslanden moeten bij de grensbewaking worden
bijgestaan met beschikbare fondsen en met zoveel mogelijk technische
bijstand en menskracht die de lidstaten ter beschikking kunnen stellen. 

De ER vond het van cruciaal belang dat het Gemeenschappelijk Europees
Asielstelsel in 2012 is voltooid en dat het op hoge beschermingsnormen
berust, maar ook op billijke en efficiƫnte procedures die misbruik
kunnen voorkomen en waarmee asielverzoeken snel kunnen worden behandeld,
zodat het systeem houdbaar blijft.

Arabische regio en Midden-Oosten Vredesproces

Arabische regio

De ER besprak de ontwikkelingen in de Arabische regio, in het bijzonder
in Libiƫ, Syriƫ, Jemen en Bahrein. De ER herhaalde de oproep aan
Qadaffi om zijn macht onmiddellijk op te geven en bevestigde zijn steun
aan de uitvoering van de VNVR-resoluties 1970 en 1973. De voortdurende
onderdrukking en het onacceptabele en schokkende geweld van het Syrische
regime tegen de eigen bevolking werden door de ER in de sterkst
mogelijke termen veroordeeld. De ER steunt pogingen om overeenstemming
te vinden over een VNVR-resolutie over Syriƫ en herhaalde, onder
verwijzing naar zijn grote zorg over de militaire activiteiten nabij de
Turkse grens, de oproep tot terughoudendheid. In aanvulling op de
sancties tegen 23 personen, onder wie president Assad, die al van kracht
waren, heeft de EU sancties getroffen tegen zeven extra personen en vier
Syrische bedrijven. De ER drong er bij alle partijen in Jemen op aan het
geweld te stoppen en de mensenrechten en het staakt-het-vuren te
respecteren. In lijn met het initiatief van de Gulf Cooperation Council
moet in Jemen een ordelijke en inclusieve transitie tot stand worden
gebracht. De ER verwelkomde de inzet van de Jemenitische vicepresident
om deze doelen te bereiken. In het licht van de zorg over de berechting
en veroordeling van oppositieleden in Bahrein, werd dit land aangespoord
mensenrechten en fundamentele vrijheden volledig te respecteren.

Nabuurschapsbeleid

De ER omarmde de conclusies van de Raad Buitenlandse Zaken van 20 juni
jl. over de herziening van het Europese Nabuurschapsbeleid. Daarin kwam
de EU overeen de landen in de Nabuurregio versterkt te steunen bij
democratische transitie, bij versterking van de rechtsstaat en het
respect voor mensenrechten en bij inclusieve economische ontwikkeling.
Deze steun, nauwere politieke samenwerking en economische integratie
zijn echter wel afhankelijk van de voortgang ten aanzien van
hervormingen. De ER onderstreepte nog eens dat hervormingsprocessen
inclusief en in dialoog moeten worden vormgegeven. 

MOVP

De ER was het ermee eens dat de onderhandelingen in het kader van het
Midden-Oosten Vredesproces spoedig moeten worden hervat en dat alleen
directe onderhandelingen een reƫle kans kunnen bieden op verbetering
van de feitelijke situatie en zo zouden kunnen bijdragen aan het vinden
van een duurzame en omvattende oplossing. Minister-president Rutte
onderstreepte dat het Kwartet een belangrijke rol toekomt. De ER
bevestigde dit en verwelkomde de inspanningen en voorstellen van
president Obama, Hoge Vertegenwoordiger Ashton en lidstaten in dit
verband. Alle partijen werden opgeroepen af te zien van unilaterale
acties die niet bijdragen aan het vinden van een oplossing. De ER eiste
de onmiddellijke vrijlating van Gilad Shalit, die inmiddels vijf jaar
gevangen gehouden wordt. Ook wees de ER erop dat humanitaire hulp aan de
Gazaanse bevolking in overeenstemming met relevante VN-regels moet
worden verleend en geen levens in gevaar mag brengen.

Diversen

De ER benoemde de heer Mario Draghi tot president van de ECB voor de
periode van 1 november 2011 tot 31 oktober 2019.

De ER nam de strategie voor de Donauregio aan die de samenwerking tussen
de Donaulanden op het gebied van onder andere waterbeheer moet
verbeteren.

De ER onderschreef tevens het rapport van het voorzitterschap over
Roma-inclusie. Nederland zal conform de Raadsconclusies (WSBVC) van 19
mei jl. in de loop van dit jaar aan de Commissie rapporteren over
nationale beleidsmaatregelen die (mede) gericht zijn op het verbeteren
van de situatie van de Roma in Nederland. Deze informatie zal het
kabinet, mede ter uitvoering van de motie Schouw (Kamerstuk 21501-20,
nr. 537), tevens aan uw Kamer sturen.

De nationale ODA-doelstellingen werden mede op Nederlands aandringen
behandeld. De ER constateerde dat hoewel de EU verreweg de grootste
donor ter wereld blijft, de tussentijdse doelstelling voor 2010 voor
alle lidstaten tezamen niet behaald is. De achterblijvende lidstaten
moeten hun ODA-inspanning verder intensiveren om de doelstelling voor
2015 te kunnen gaan behalen.