[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

33012 Adv RvSt inzake Wijziging van de Opiumwet en de Wet wapens en munitie

Wijziging van de Opiumwet en de Wet wapens en munitie in verband met de verruiming van de kring van ambtenaren, belast met de opsporing van de in deze wetten strafbaar gestelde feiten, alsmede van enkele andere wettelijke voorschriften van strafvorderlijke aard

Advies Afdeling advisering Raad van State

Nummer: 2011D46407, datum: 2011-09-26, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Onderdeel van zaak 2011Z18523:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


No.W03.11.0292/II	's-Gravenhage, 19 augustus 2011

Bij Kabinetsmissive van 19 juli 2011, no.11.001785, heeft Uwe Majesteit,
op voordracht van de Minister van Veiligheid en Justitie, bij de
Afdeling advisering van de Raad van State ter overweging aanhangig
gemaakt het voorstel van wet tot wijziging van de Opiumwet en de Wet
wapens en munitie in verband met de verruiming van de kring van
ambtenaren, belast met de opsporing van de in deze wetten strafbaar
gestelde feiten, alsmede van enkele andere wettelijke voorschriften van
strafvorderlijke aard, met memorie van toelichting.

Het wetsvoorstel beoogt de Opiumwet en de Wet wapens en munitie (hierna:
Wwm) aan te passen teneinde het opsporingsapparaat beter toe te rusten
voor de bestrijding van drugs- en vuurwapencriminaliteit. Voorgesteld
wordt om, waar het gaat om delicten die strafbaar zijn gesteld in de
Opiumwet en de Wet wapens en munitie, ook buitengewoon
opsporingsambtenaren van politie (hierna: politieboa's) en buitengewoon
opsporingsambtenaren in dienst van de Koninklijke marechaussee (hierna:
Kmar boa's), tot de opsporing bevoegd te verklaren. Eveneens bevat het
wetsvoorstel enkele technische en redactionele verbeteringen in het
Wetboek van Strafvordering (hierna: Sv). 

De Afdeling advisering van de Raad van State onderschrijft de strekking
van het wetsvoorstel, maar maakt een opmerking over de voorgestelde
wijziging van artikel 552l Sv. Zij is van oordeel dat in verband daarmee
aanpassing van het voorstel wenselijk is.

1.	Overleg voorafgaand aan de weigering van een rechtshulpverzoek

Artikel 552l, eerste lid, Sv bepaalt dat aan een rechtshulpverzoek geen
gevolg wordt gegeven indien dit zou kunnen leiden tot a) een
discriminatoire vervolging, b) inbreuk op het beginsel van "ne bis in
idem" of c) gelijktijdige vervolging terzake van het feit in Nederland.

In het wetsvoorstel wordt voorgesteld om aan artikel 552l Sv een nieuw
tweede lid toe te voegen, teneinde te voorkomen dat een
rechtshulpverzoek (rauwelijks) wordt afgewezen voordat overleg met de
verzoekende autoriteit heeft plaatsgevonden over de wijze waarop een
dubbele vervolging kan worden voorkomen dan wel kan worden samengewerkt.
Volgens de memorie van toelichting is in de loop van de tijd gebleken
dat het volstaan met de weigering van rechtshulp in deze gevallen een
ongewenste uitwerking heeft. In de huidige tijd is het gewenst dat juist
overleg wordt gezocht met de verzoekende autoriteit, aldus de
toelichting. 

 

De Afdeling heeft begrip voor de wens dat overleg wordt gepleegd met de
verzoekende autoriteit alvorens een rechtshulpverzoek op grond van
artikel 552l, eerste lid, Sv wordt afgewezen. Moeilijk voor te stellen
is dat dergelijk overleg in de praktijk niet reeds plaatsvindt wanneer
de omstandigheden van het geval dat wenselijk maken. Daarvoor hoeft geen
wettelijke bepaling in het Wetboek van Strafvordering te worden
opgenomen. Mocht het in de praktijk desondanks wenselijk worden geacht
om te benadrukken dat het voeren van overleg uitgangspunt dient te zijn
alvorens een verzoek tot rechtshulp wordt afgewezen, dan ligt het in de
rede om dit in een ambtsinstructie op te nemen. De Afdeling geeft in
overweging artikel III, onderdeel F, van het wetsvoorstel aan te passen.

2.	Voor een redactionele kanttekening verwijst de Afdeling naar de bij
het advies behorende bijlage.

De Afdeling advisering van de Raad van State geeft U in overweging het
voorstel van wet te zenden aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal,
nadat met het vorenstaande rekening zal zijn gehouden.

De vice-president van de Raad van State,

Bijlage bij het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State
betreffende no.W03.11.0292/II met een redactionele kanttekening die de
Afdeling in overweging geeft.

-	In artikel 2 van de Wet tarieven in strafzaken "artikel 150 Sv"
vervangen 	door: artikel 151 Sv. 

	Naast algemene opsporingsambtenaren als bedoeld in artikel 141 Sv,
werken bij de politie ook ambtenaren die zijn gespecialiseerd in het
uitvoeren van technische taken op het terrein van de financiële en
forensische opsporing. Deze ambtenaren zijn door de Minister van
Justitie categoraal aangewezen als buitengewoon opsporingsambtenaar
zoals bedoeld in artikel 142, eerste lid, onder b, Sv. 

	Artikel III, onderdeel F, van het wetsvoorstel.

	Toelichting op artikel III, onderdeel F.

 PAGE    

 PAGE   - 2 - 

AAN DE KONINGIN

........................................................................
...........