[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Formulier van de VNG inzake huiselijk geweld en kindermishandeling

Wijziging van diverse wetten in verband met de invoering van de verplichting voor bepaalde instanties waar professionals werken en voor bepaalde zelfstandige professionals om te beschikken over een meldcode voor huiselijk geweld en kindermishandeling en de kennis en het gebruik daarvan te bevorderen, onderscheidenlijk die meldcode te hanteren (verplichte meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling)

Bijlage

Nummer: 2011D56092, datum: 2011-11-16, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Bijlage bij: Memorie van toelichting (2011D52397)

Preview document (🔗 origineel)


INVULFORMULIER 

Consultatie Wetsvoorstel meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling


December 2009

Naam Organisatie:  Vereniging Nederlandse Gemeenten

Contactpersoon:     

Emailadres:   

Telefoonnummer:  

Uiterlijk vòòr 19 februari retourneren naar                           
      of naar Postbus 





Wat is uw algemene reactie op het wetsvoorstel? 

De VNG is positief over het wetsvoorstel: als dit wetsvoorstel ertoe
bijdraagt dat meer zaken van huiselijk geweld en kindermishandeling aan
de oppervlakte komen dan is dat een goede zaak. Om die reden zullen
gemeenten dan ook graag meewerken aan de uitvoering van deze wet. Dit is
ons gebleken uit onze contacten met gemeenten. Wel hebben wij ook een
aantal zorgen rond de manier waarop het wetsvoorstel is opgesteld en wat
dat voor gevolgen voor de praktijk heeft. Die opmerkingen zullen we
hieronder weergeven.







	Welke onderwerpen in het wetsvoorstel zijn volgens u van uiterst
belang? 

Bijzonder belangrijk is dat het gebruik van een meldcode niet alleen op
papier wordt gerealiseerd, maar dat het een levend instrument wordt.
Implementatie, scholing etc. zijn daarvoor van groot belang. Hiermee
zijn grote inspanningen en kosten gemoeid, waarop we ons niet moeten
verkijken. Zie in dit licht ook onze opmerking onder 4 en 5.







	

Welke onderwerpen zouden volgens u extra aangescherpt of toegevoegd
moeten worden? 





Wat is het belangrijkste advies dat u zou willen geven ten aanzien van
de invoering van het wetsvoorstel? 

Voor zover dat nog niet is gedaan: een goede uitvoeringstoets laten
doen, ook bij de betrokken instellingen en gemeenten. Graag zouden wij
daarbij betrokken willen worden. 







	Ruimte voor overige opmerkingen 

Vanuit het gezichtspunt van gemeenten zijn vooral de volgende punten van
belang. 

Kring van professionals en handhaving

positie Steunpunt huiselijk geweld

financiering SHG

Bij deze drie onderwerpen maken wij de volgende opmerkingen.

Kring van professionals en handhaving

Zorgpunt ligt bij groepen professionals die weinig of geen opleiding
hebben om te functioneren in een patiĂŤnt-behandelaar relatie. Voorbeeld
hiervan is de Hulp bij het huishouden die onder de Wmo wordt geboden,
maar er zijn ook anderen die vallen onder de werking van de wet. Daarbij
spelen 3 zaken:

kan van deze beroepskrachten verwacht worden dat zij signaleren op een
zo gevoelig punt als huiselijk geweld? Er zal in ieder geval deskundige
ondersteuning moeten zijn, omdat het nogal wat van professionals vraagt
om de 3e stap uit het basismodel voor een meldcode te zetten: het in
gesprek gaan met degene over wie de vermoedens van HG bestaan. De keuze
of ondersteuning bij een collega wordt gevraagd wordt nu vrijblijvend
bij bij de beroepskracht gelegd.

wie is verantwoordelijk voor de handhaving bij de beroepsgroepen die
onder de strekking van de Wmo vallen? Uit overleg met VWS is gebleken
dat de handhaving van deze wet voor de HH voor verantwoordelijkheid van
de IGZ zal komen, omdat de HH onder het regime van de Kwaliteitswet
zorginstellingen valt. Wij juichen deze interpretatie toe, maar zien
graag dat de Wmo deze groep professionals op dit punt dan ook expliciet
uitsluit. Wij dringen dus aan op een volstrekt heldere tekst op dit
punt, waardoor geen dubbele handhaving plaatsvindt. Natuurlijk kan de
gemeente bij aanbesteding de bepaling opnemen dat instellingen die in de
procedure meedoen werken met een meldcode. Alle instellingen controleren
op het daadwerkelijk nakomen van die bepaling en het controleren van de
deskundigheidsbevordering zijn voor gemeenten niet haalbaar. 

vallen ZZP’ers en alfahulpen die HH bieden onder deze regeling? Wie
als zelfstandige HH levert valt niet onder de Kwaliteitswet
zorginstellingen en dient naar onze mening dan ook van deze bepalingen
uitgesloten te worden. De formulering van het nieuwe art. 10b. van de
Wmo kan hierover helderheid verschaffen, door voor handhaving van de HH
expliciet en volledig naar de Kwaliteitswet te verwijzen.

Wij zijn van mening dat de wet op deze punten onvoldoende duidelijk is.
Er wordt op grond van de meldcode nogal wat van de beroepskrachten
verwacht. Gezien de aard van hun werk is dit (ook met de nodige
bijscholing) een grote verantwoordelijkheid. 

Kortom: het artikel zal duidelijk ZZP’ers en alfahulpen moeten
uitsluiten. Verder moet helder zijn dat de handhaving voor de groepen
die er voor de Wmo onder vallen worden een zaak van de IGZ is. 

Tekstsuggestie voor een lid 2 in art. 10b.:

Het voorgaande lid is niet van toepassing op al diegenen die vallen
onder de werking van de Kwaliteitswet zorginstellingen, of die niet
onder de werking van die wet. 

Positie Steunpunt huiselijk geweld (SHG)

De meldingen op grond van de meldcode zullen moeten worden gedaan bij
het SHG. Dat steunpunt krijgt hierdoor een wettelijke verankering. Het
risico bestaat dat hierdoor eisen aan het SHG gesteld zullen worden die
ingaan tegen de beleidskeuze van de gemeente. Art. 21b lid 3 geeft aan
dat ‘Bij algemene maatregel van bestuur’ nadere regels worden
gesteld omtrent de werkwijze en deskundigheid van het SHG. 

Wij nemen het standpunt in dat deze wet weliswaar zal leiden tot een
wettelijke verankering van de rol van het Steunpunt Huiselijk Geweld,
maar dat de manier waarop het SHG is ingericht slechts door de gemeente
wordt bepaald. Art. 21b lid 3 (waarin sprak is van een AMvB, waarin
nadere regels over de werkwijze en de deskundigheid van het SG komen te
staan moeten worden geschrapt. Een verwijzing naar de afspraken die
gemeenten en andere partijen over de functies en deskundigheid van de
SHG maken is acceptabel. 

Kosten voor gemeenten

De invoering van deze wet kan op verschillende manieren leiden tot
hogere kosten voor gemeenten. 

Het gebruik van de meldcode zou kunnen leiden tot meer en mogelijk ook
andere werkzaamheden voor het SHG. In hoeverre dit het geval zal zijn
laat zich niet goed voorspellen. Wij behouden ons dan ook het recht voor
om na invoering van de wet de discussie over de financiering van de
SHG’s te heropenen. 

Het werken met de meldcode zal ook leiden tot hogere kosten bij de
professionals in de door gemeenten bekostigde instellingen (scholing,
die met enige regelmaat zal moeten worden opgefrist). Deze kosten zullen
naar gemeenten worden doorvertaald. Deze kosten laten zich moeilijk
becijferen en wij zijn van mening dat dit punt meegenomen moet worden in
een uitvoeringstoets, die door een onafhankelijke partij kan worden
gedaan. 

Redactionele punten

Artikel 1 onder B: het onderdeel dat wordt toegevoegd aan de Wet op de
jeugdzorg zou onderdeel f. moeten zijn. 

In §8a. Steunpunt huiselijk geweld wordt in artikel 21b lid 4 verwezen
naar het eerste en tweede lid. Lid 2 is echter niet opgenomen. Na 21b
lid 1 a t/m e volg niet lid  2 maar 3

§8a art. 21c lijkt een dubbeling met art. 21b lid 1





Hartelijk dank voor het invullen!

 PAGE   1 

 PAGE   1