[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 zoekmachine] [wat is dit?]

Geannoteerde agenda voor de formele Gezondheidsraad van 2 december

Bijlage

Nummer: 2011D56716, datum: 2011-11-18, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2

Directe link naar document, link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Bijlage bij: Geannoteerde agenda voor de formele Gezondheidsraad van 2 december 2011 (2011D56714)

Preview document (🔗 origineel)


Geannoteerde agenda formele EU bijeenkomst van ministers van
volksgezondheid van 2 december 2011 te Brussel

Op 2 december 2011 vindt in Brussel de Raad voor Werkgelegenheid en
Sociaal beleid, Volksgezondheid en Consumentenzaken plaats. Op de agenda
staan de volgende voorstellen:

Raadsconclusies ‘Prevention, early diagnosis and treatment of chronic
respiratory diseases in children’ (aanname zonder gedachtewisseling);

Raadsconclusies ‘Early detection and treatment of communication
disorders in children, including the use of e-Health tools and
innovative solutions’ (aanname zonder gedachtewisseling);

Raadsconclusies ‘Closing health gaps within the EU through concerted
action to promote healthy lifestyle behaviours’ (aanname zonder
gedachtewisseling);

Gedachtewisseling over het ‘Health for Growth Programme 2014-2020’;

AOB-informatiepunten.

1. Raadsconclusies ‘Prevention, early diagnosis and treatment of
chronic respiratory diseases in children’ 

Het voorzitterschap is voornemens Raadsconclusies aan te nemen inzake
preventie en vroege diagnose en behandeling van chronische
ademhalingsziekten bij kinderen. In de Raadconclusies wordt aandacht
gevraagd voor risicofactoren voor het ontwikkelen van chronische
ademhalingsziekten, zoals genetische aanleg en omgevingsfactoren als
tabaksrook en slechte luchtkwaliteit binnens- en buitenshuis. De
lidstaten en de Commissie worden uitgenodigd om samenwerking te
verstevigen en kennis te delen met de relevante stakeholders, in het
bijzonder de patiënten- en beroepsverenigingen. In dit kader roepen de
conclusies ook op tot een meer multi-sectorale (sociaal, milieu,
onderzoek, onderwijs en werkgelegenheid) benadering om de
ademhalingsgezondheid van kinderen te verbeteren. 

Nederland kan instemmen met de Raadsconclusies. De Europese Unie heeft
wat Nederland betreft echter een beperkte rol op het terrein van
chronische ademhalingsziekten. Als uitgangspunt hanteert Nederland dat
volksgezondheidsbeleid een nationale bevoegdheid is. Er is wel een
Europese rol voor kennisuitwisseling en gezamenlijke
onderzoeksprogrammering. Nederland vindt het belangrijk dat veldpartijen
onderling afspraken maken over samenwerking en actieprogramma’s
ontwikkelen die vervolgens vastgelegd kunnen worden in convenanten. Het
Nederlandse beleid stimuleert zo veldpartijen hun verantwoordelijkheid
te nemen. 

2. Raadsconclusies ‘Early detection and treatment of communication
disorders in children, including the use of e-Health tools and
innovative solutions’ 

Het voorzitterschap is voornemens Raadsconclusies aan te nemen inzake
vroege opsporing en behandeling van communicatiestoornissen bij
kinderen, inclusief het gebruik van e-Health instrumenten en innovatieve
oplossingen. De uitkomsten van de gedachtewisseling die tijdens de
informele Raad van 5-6 juli in Sopot werd gehouden, zijn meegenomen in
deze Raadsconclusies. In de conclusies wordt opgeroepen om prioriteit te
geven aan vroege opsporing en screening bij kinderen. Ook worden de
lidstaten uitgenodigd om de samenwerking op het gebied van
communicatiestoornissen te versterken door een betere uitwisseling van
informatie, kennis, ervaringen en goede praktijken met e-Health
instrumenten en innovatieve technologieën. Dit alles om zo
kosteneffectief mogelijke oplossingen te bereiken.

Nederland kan deze Raadsconclusies onderschrijven. Nederland kent een
programma Preventieve Jeugdgezondheidszorg dat aan alle jeugdigen wordt
aangeboden. Het programma wordt nationaal vastgesteld. Lokale overheden
zijn verantwoordelijk voor de uitvoering. Onderdeel van dit programma is
screening op gehoorstoornissen, visusafwijkingen en taal-
spraakstoornissen. De inzet is zo vroeg mogelijk signaleren, zodat
tijdig de best mogelijke zorg en ondersteuning kan worden ingezet.
Nederland ziet de rol van de Europese Unie op dit terrein ook vooral op
het terrein van kennisuitwisseling.

3. Raadsconclusies ‘Closing health gaps within the EU through
concerted action to promote healthy lifestyle behaviours’ 

Het voorzitterschap is voornemens Raadsconclusies aan te nemen inzake
het verminderen van gezondheidsverschillen binnen de EU door middel van
gerichte acties ter bevordering van gezond leefstijlgedrag. De rode
draad van de Raadsconclusies is dat de lidstaten worden opgeroepen om
een gezonde levensstijl te promoten en daarbinnen vooral aandacht te
besteden aan gezondheidsdeterminanten zoals onvoldoende bewegen,
ongezond eten, schadelijk alcohol gebruik en roken. Daarnaast worden de
lidstaten aangespoord om bewezen effectieve methoden, praktijken en
beleid te delen en om ook nieuw beleid te ontwikkelen dat gezonde keuzes
vergemakkelijkt. Tenslotte wordt de Commissie opgeroepen om de bestaande
vergelijkende data over ongezonde levensstijlen, sociale
gezondheidsdeterminanten en niet-overdraagbare chronische ziekten beter
te ontsluiten en te delen met de lidstaten. 

Nederland kan instemmen met deze Raadsconclusies. Weliswaar liggen deze
niet geheel in lijn met het Nederlandse standpunt, maar laten ze wel
ruimte voor de Nederlandse opvatting over bijvoorbeeld
publieksvoorlichting. De nadruk in de conclusies ligt wat Nederland
betreft wat veel op de rol van nationale overheden in
publieksvoorlichting over ongezond leefstijlgedrag. Nederland legt de
focus op de keuzevrijheid van de consument en zet zich in om met de vele
betrokken partijen de gezonde keuze makkelijker te maken. Dit gebeurt
bijvoorbeeld door toegankelijke speelveldjes in de buurt, logo’s op
gezondere producten en het goed handhaven van leeftijdsgrenzen voor
alcohol. Het beleid in Nederland is er niet op gericht om
gezondheidsverschillen te verkleinen, maar om de levensverwachting van
iedere burger te verhogen. Voor mensen die extra risico lopen, kan
specifieke beleidsinzet noodzakelijk zijn. Tenslotte heeft ‘Europa’
wat Nederland betreft een beperkte rol op het terrein van
gezondheidsbevordering en is overheidscommunicatie een nationale
aangelegenheid. Nederland is wel van mening dat er een relevante
Europese rol kan zijn op het gebied van kennisuitwisseling en
gezamenlijke onderzoeksprogrammering. 

4. Gedachtewisseling over het ‘Health for Growth Programme
2014-2020’

Het voorzitterschap is voornemens een gedachtewisseling te houden over
het ‘Health for Growth Programme 2014-2020’ aan de hand van enkele
richtinggevende vragen. Dit is het derde actieprogramma van de EU op het
gebied van gezondheid. Op moment van schrijven is helaas nog niet bekend
aan de hand van welke vragen het Voorzitterschap de gedachtewisseling
wil houden. In deze brief wordt alleen ingegaan op de gedachtewisseling.
Het definitieve Nederlandse standpunt op het programma zal na de Raad
geformuleerd worden.  

Het nieuwe programma werd op 9 november 2011 door het college van
Eurocommissarissen aangenomen en is opgesplitst in twee programmadelen:
Gezondheid en Consumenten. Het programma beoogt de bevordering van een
Europa van gezonde, actieve, goed geĂŻnformeerde en mondige burgers die
kunnen bijdragen aan economische groei. Het programma zal van 2014 to
2020 gaan lopen met een budget van 446 miljoen euro en zal besproken
worden door de Raad en het Europees Parlement vanaf december 2011. 

Het Gezondheidsprogramma heeft als doel het steunen en complementeren
van het werk van de lidstaten om de volgende vier doelstellingen te
bewerkstelligen: 

Ontwikkelen van innovatieve en duurzame gezondheidszorgsystemen;

Vergroten van toegang tot betere en veiliger gezondheidszorg voor
burgers; 

Gezondheidsbevordering en ziektepreventie; 

Beschermen van burgers tegen grensoverschrijdende
gezondheidsbedreigingen. 

Het is de bedoeling dat er minder acties in totaal komen, maar dat deze
acties wel een duidelijke toegevoegde waarde hebben op EU-niveau.
Gedacht wordt aan activiteiten op het gebied van samenwerking van de
beoordeling van gezondheidstechnologieën, samenwerking op het gebied
van zeldzame ziekten op Europees niveau ter verbetering van de
preventie, de diagnose en de behandeling van patiënten met zeldzame
ziekten in de gehele EU, en kankerpreventie en -bestrijding via de
uitwisseling van kennis en beste praktijken.

Nederland zal met een positieve grondhouding deelnemen aan de
gedachtewisseling. In de voorloper van dit programma (2008-2013) heeft
Nederland de afgelopen jaren ruimschoots geparticipeerd. Een overzicht
van Nederlandse deelname aan projecten binnen dit actieprogramma heb ik
u 15 juni 2011 doen toekomen. Nederland vindt dat bij de invulling van
de vier genoemde doelstellingen in het nieuwe programma, prioriteit
gegeven moet worden aan de grensoverschrijdende aspecten van
gezondheidsbescherming. Nederland vindt tevens dat in dit rijtje ook een
goede uitwisseling van toezichtgegevens van beroepsbeoefenaars
thuishoort. Tenslotte is Nederland een voorstander van het uitwisselen
van kennis en beste praktijken over gezondheidssystemen, Europa heeft op
dergelijke terreinen een duidelijk toegevoegde waarde. 

5. AOB-informatiepunten

Het voorzitterschap zal de Raad naar verwachting informeren over het
voorstel voor een verordening en het gewijzigde voorstel voor een
Richtlijn inzake publieksvoorlichting over receptplichtige
geneesmiddelen en met betrekking tot geneesmiddelenbewaking. Daarnaast
zal het voorzitterschap de Raad informeren over het voorstel voor een
verordening inzake babyvoeding en voeding voor bijzondere medische
doeleinden. Tenslotte zal het voorzitterschap de Raad informeren over de
door het voorzitterschap georganiseerde conferenties. De Commissie is
voornemens de Raad te informeren over het Europees partnerschap voor
innovatie in het kader van actief ouder worden en een goede Gezondheid. 

Nederland kan het Voorzitterschap en de Commissie aanhoren.

 PAGE   1 

 PAGE   3