[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Verslag van de vergadering van de Eurogroep van 29 november 2011 te Brussel

Bijlage

Nummer: 2011D59751, datum: 2011-12-02, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Bijlage bij: Verslag van de vergadering van de Eurogroep van 29 november 2011 te Brussel (2011D59750)

Preview document (🔗 origineel)


Verslag van de Eurogroep van 29 november 2011 te Brussel 

Tijdens de Eurogroep is besloten tot uitkering van de zesde tranche aan
Griekenland en gesproken over de stand van zaken rond PSI. Ook is
besloten tot uitkering van de vierde tranche aan Ierland, is
overeenstemming bereikt over de hefboommodellen voor het EFSF en heeft
de Eurogroep zich gebogen over de mogelijkheden om de capaciteit voor
noodsteun te versterken door aanvullende steun via het IMF. Daarnaast is
gesproken over de situatie in Italië en economic governance. Tot slot
heeft de Eurogroep van gedachte gewisseld over de opvolging van Bini
Smaghi als bestuurslid van de Europese Centrale Bank (ECB).  

 

1.     Griekenland – stand van zaken uitkering zesde tranche en
PSI

Op basis van het vijfde nalevingsrapport van de Trojka heeft de
Eurogroep ingestemd met de vrijgave van de zesde tranche aan Griekenland
uit het bestaande leningenprogramma. Hiermee werd bekrachtigd wat eerder
werd besloten in de Eurogroep van 21 juli. Formeel moet de vrijgave van
de tranche nog bekrachtigd worden door de Eurogroup Working Group. De
zesde tranche bestaat uit bilaterale leningen van de eurolanden van 5,8
miljard euro en leningen van het IMF van 2,2 miljard euro (in totaal 8
miljard euro). Zoals bekend was een belangrijke voorwaarde van de
Eurogroep en de Trojka dat er brede politieke steun zou bestaan voor
zowel het bestaande als het aanvullende leningenprogramma. Hiertoe
hebben de regeringspartijen als mede de Griekse regering een
schriftelijke reactie gestuurd aan de Trojka. In een reactie hierop zal
Eurogroep voorzitter Juncker een brief aan premier Papademos sturen
waarin hij kennis neemt van de brede politieke steun die wordt
uitgesproken in de schriftelijke steunbetuigingen en het belang hiervan
verder onderstreept. 

Overigens volgt uit de afspraken die zijn gemaakt tijdens de Eurogroep
van 21 oktober (zie BFB2011-2410M) dat pas daadwerkelijk kan worden
over gegaan tot vrijgave van de zesde tranche als ook het IMF hiertoe
besloten heeft. De verwachting is dat het IMF hier tijdens de Board
vergadering op 5 december aanstaande over zal besluiten.  

Verder heeft de Eurogroep nogmaals  aangedrongen dat het nu zaak is
voor Griekenland  de PSI en afspraken voor een nieuw programma
gezamenlijk en op  een zo kort mogelijke termijn af te
ronden, waarbij de inspanningen gericht moeten zijn op het einde van
het jaar. Dit betekent met name dat Griekenland met zijn private
crediteuren snel overeenstemming moet bereiken over een obligatie omruil
door middel van een afschrijving op obligaties in handen van private
crediteuren met 50%. Dit moet leiden tot een daling van de Griekse
schuld naar 120% BBP in 2020. Conform internationale praktijk ligt de
bal hier bij Griekenland. Voor Nederland blijft gelden dat het zich
alleen kan committeren aan een nieuw programma als Griekenland het
eindresultaat van de onderhandelingen met obligatiehouders heeft
voorgelegd en het IMF heeft geoordeeld dat de gestelde doelen met dit
resultaat gehaald zullen worden. 

2.     Italië – politieke prioriteiten

Tijdens de Eurozonetop van 26 oktober heeft Italië toegezegd
maatregelen door te voeren om de overheidsfinanciën te saneren en het
groeipotentieel van de economie te verhogen. De implementatie van deze
maatregelen wordt door de Commissie en de eurolanden gemonitord (zie ook
brief BFB2011-2537M die op 14 november jl. naar de Tweede Kamer is
verzonden). Het eerste moment voor monitoring was deze Eurogroep.
Hierbij heeft de Commissie een terugkoppeling gegeven van de recente
door oud premier Berlusconi en oud-minister van Financiën Tremonti
voorgestelde maatregelen. Hierin stelt de Commissie dat de recente
ontwikkelingen een goede basis vormen voor een nog ambitieuzer
hervormingsprogramma dat nodig is om groei te bevorderen en de
schuldpositie terug te dringen. In een presentatie over de prioriteiten
van de Italiaanse regering bekrachtigde Monti dat hij de afgesproken
bezuinigingen van de vorige regering ten uitvoer zal brengen en
daarbovenop vergaande aanvullende maatregelen zal nemen. Dit zal met
name structurele hervormingen betreffen, aangevuld met forse extra
bezuinigingen en belastingverhogingen. 

3.     Ierland – uitkering vierde tranche

De Eurogroep heeft gesproken over het proces en timing rond vrijgave van
de volgende leningentranche van in totaal 8,5 miljard euro aan Ierland 
(waarvan 4,2 miljard euro van EFSF/EFSM, 3,8 miljard euro van het IMF en
0,5 miljard euro van het VK). Dat het Ierse programma goed ‘on
track’ is werd tijdens de Eurogroep nogmaals bevestigd door een
presentatie van de Trojka en de Ierse minister van Financiën Noonan. De
belangrijkste conclusie van de Trojka is dat Ierland goede vorderingen
heeft gemaakt bij de implementatie van de beleidscondities die zijn
verbonden aan het leningenprogramma van Ierland. 

Daarnaast is er tijdens de Ecofin Raad gesproken over een technische
aanpassing van enkele onderdelen van de beleidscondities als gevolg van
recente ontwikkelingen in Ierland. Deze hebben geen enkele invloed op de
beleidsconditionaliteit en deze zijn dan ook zonder discussie
aangenomen.

 4.     EFSF leveraging

Ook heeft de Eurogroep gesproken over de verdere uitwerking van de twee
modaliteiten om de slagkracht van het EFSF te versterken: het
verzekeringsmodel en het Co Invesment Fund. In het verzekeringsmodel
wordt een verzekering aangeboden  voor (een deel van) het verlies dat
investeerders  zouden lijden bij niet volledige terugbetaling van een
obligatie uitgegeven door een euroland. De tweede modaliteit betreft het
bijeenbrengen van private en publieke middelen  in een fonds dat op
de primaire en secundaire markt obligaties kan opkopen. Door de
afspraken over het versterken van de slagkracht van het EFSF was het
nodig de richtlijnen en terms and conditions van het EFSF technisch
verder uit te werken en aan te passen. De Eurogroep heeft
overeenstemming bereikt over deze uitwerking. Met dit verslag zend ik u
deze aangepaste richtlijnen voor achtereenvolgens de preventieve
programma’s, aankopen op de primaire markt en interventies op de
secundaire markt. Ook zend ik u de terms and conditions voor de
versterking van de slagkracht van het EFSF zoals deze verder zijn
uitgewerkt op basis van de eerdere terms of reference van het EFSF van 7
november jl. Bij de uitwerking van de richtlijnen en van de terms and
conditions is zekergesteld dat de voor Nederland essentiële voorwaarden
van adequate conditionaliteit voor elk van de instrumenten van het EFSF,
dus ook in relatie tot de hefboomvarianten voor het EFSF, bewaard is
gebleven. Uiteraard blijft gelden dat het nieuwe EFSF onderdeel moet
zijn van een integrale aanpak en dus van een totaalpakket voor de
schuldencrisis. Nederland heeft daarom een parlementair voorbehoud
gemaakt bij de goedkeuring van de aangepaste richtlijnen. De Tweede
Kamer kan zich hierover uit spreken, alvorens Nederland definitief
hiermee instemt. 

De CEO van het EFSF, Klaus Regling, heeft aangegeven dat  het eerste
model in december en het tweede model in januari operationeel zal zijn.
De omvang van leveraging die door beide modaliteiten bereikt kan
worden  hangt af van het marktsentiment op de momenten dat middelen
moeten worden aangetrokken. De Eurogroep heeft zich daarnaast gebogen
over mogelijkheden om de capaciteit voor noodsteun te versterken door
aanvullende steun via het IMF. De hiervoor benodigde additionele
middelen zou het IMF kunnen aantrekken via een verhoging van de Special
Drawing Rights of  door het verstrekken  van bilaterale leningen.
Deze mogelijkheden zullen nu in samenwerking met het IMF verder worden
onderzocht. 

 

5.     Governance

Zowel de Eurogroep als de Ecofin Raad hebben gesproken over economic
governance. De bereidheid om verdere stappen op het gebied van
governance te zetten lijkt verder toe te nemen onder een steeds bredere
groep van lidstaten. Duitsland heeft vergaande mondelinge voorstellen
gedaan waarin herkenbaar de Nederlandse voorstellen zoals beschreven in
de brief visie toekomst Economische en Monetaire Unie die het kabinet op
7 september jl aan de Kamer heeft gestuurd.

Zoals mij door de Tweede Kamer is gevraagd tijdens het Algemeen Overleg
Ecofin Raad van 24 november jl. bied ik met dit verslag ook een
opsomming aan van hetgeen tot op heden is bereikt op het gebied van de
versterking van de economic governance. 

 

Zoals bekend vormen  de  afspraken over het Europese semester en de
governance 'sixpack'  het fundament van de versterkte economische
beleidscoördinatie in de EU. De introductie van het Europese semester
moet bijdragen aan het tijdig signaleren van economische ontwikkelingen
en problemen met de overheidsfinanciën van lidstaten. Elk voorjaar
leggen nationale regeringen (op hoofdlijnen) de begrotingsplannen en hun
hervormingsplannen voor het volgend jaar aan de Europese Commissie voor.
Deze formuleert aanbevelingen, die vervolgens leiden tot definitieve
aanbevelingen door de Raad. Lidstaten worden geacht rekenschap te geven
van deze aanbevelingen bij het definitief vormgeven van de nationale
begroting. 

 

In oktober 2011 bereikten de Raad en het EP daarnaast een akkoord over
het governancepakket (’six-pack’). Zoals is beschreven in het
verslag van de Ecofin Raad van 4 oktober te Luxemburg (BFB 2011-2305)
betreft dit een drietal elementen: de versterking van het Stabiliteits-
en Groeipact, de introductie van een richtlijn voor minimumeisen aan
nationale begrotingsraamwerken en een nieuwe procedure voor
macro-economische onevenwichtigheden. Met betrekking tot laatstgenoemde
procedure is tijdens de Ecofin Raad van 8 november jl. overeenstemming
bereikt over de indicatoren en de grenswaarden van de indicatoren van
scoreboard van deze procedure. Hierbij zijn in het bijzonder afspraken
gemaakt over de asymmetrische benadering van de lopende rekening
indicator, waarbij is afgesproken dat een overschot op de lopende
rekening niet kan leiden tot een sanctie.  

 

Hierop  aanvullend is bij de Eurotop van 26 oktober afgesproken dat
de positie van de Commissaris voor Economische en Monetaire Zaken
binnen de Commissie wordt versterkt. De Commissaris krijgt de positie
van vice-voorzitter binnen het collega van Commissarissen met specifieke
verantwoordelijkheid voor de euro. Beslissingen die door Rehn zijn
voorbereid worden becommentarieerd door een Chief Economic Analyst die
ook toeziet op een uniforme toepassing van de regels. Dit oordeel is
niet bindend, maar wordt wel gepubliceerd. Commissaris Rehn kan
daarnaast bepaalde stappen in het SGP/de macro-economische
onevenwichtighedenprocedure zelfstandig initiëren binnen de Commissie
en voorleggen aan de Raad (deze bevoegdheden zijn aan hem gedelegeerd).
Daarnaast worden ook procedurele barrières binnen de Commissie
opgeworpen die de mogelijkheden voor de andere Commissarissen om het
oordeel van Commissaris Rehn aan te vechten, verminderen. 

 

In aanvullening hierop sprak de Eurotop van 26 oktober  ook af dat de
lidstaten zich er aan committeren om de aanbevelingen van de Commissie
in het kader van het Stabiliteits- en Groeipact te implementeren.
Bovendien is tijdens de afgelopen Eurotop voor het eerst afgesproken
dat  Lidstaten hun begrotingen dienen te baseren op onafhankelijke
groeiramingen.  

 

Zoals bekend heeft de Commissie op 23 november jl nieuwe voorstellen
voor het versterken van de governance-afspraken gepubliceerd. Dit
betreft een verordening over scherpere monitoring van lidstaten met een
buitensporig tekort en mogelijkheden voor de Commissie om wijzigingen op
concept nationale begrotingen voor te stellen wanneer lidstaten niet
handelen conform de eisen van het Stabiliteits- en Groeipact. Verder
heeft de Europese Commissie een verordening voorgesteld voor versterkt
toezicht op lidstaten die kampen met grote problemen met betrekking tot
de financiële stabiliteit. Ik zal de Kamer op korte termijn nader
schriftelijk informeren over de inhoud van deze voorstellen.

 

Tot slot is tijdens de Eurogroep en Ecofin ook vooruitgekeken naar het
interim-rapport dat Van Rompuy op 9 december aan de Europese Raad zal
presenteren over hoe de budgettaire discipline verder moet worden
aangescherpt en economische integratie en convergentie kan worden
bevorderd. In het kader van deze initiatieven van de Commissie en de
Voorzitter van de Europese Raad zal Nederland zich blijven inzetten voor
de omzetting van zijn visie over de toekomst van de Economische en
Monetaire Unie. Het gaat hierbij primair om het verder versterken van de
positie van de Commissie ten opzichte van de Raad, bijvoorbeeld het
introduceren van de mogelijkheid voor de Commissie om los van de Raad te
kunnen besluiten tot het stopzetten van uitbetalingen van Europese
fondsen wanneer lidstaten zich niet aan de budgettaire afspraken houden.
In de voorgenoemde reactie die ik op korte termijn zal geven over de
inhoud van de Commissievoorstellen die op 23 november jl. zijn
uitgekomen, zal ik hier ook nader op ingaan.  

7.     ECB bestuurslid

De Eurogroep heeft gesproken over de opvolging van Bini Smaghi als
bestuurslid van de Europese Centrale Bank (ECB). De enige voorgedragen
kandidaat, de Fransman Benoît Coeuré, wordt door de Ecofin Raad
voorgedragen aan de Europese Raad van 9 december a.s. Hiervoor vindt nog
de formele raadpleging plaats van zowel het Europese Parlement als het
bestuur van de ECB.

  PAGE   \* MERGEFORMAT  5