Tekst Nederlandse notificatie aan Europese Commissie werknemersverkeer met Bulgarije en Roemenië
Bijlage
Nummer: 2011D64266, datum: 2011-12-22, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Bijlage bij: Antwoord vragen Koser Kaya en Schouw over de bijdrage van Poolse arbeidsmigranten aan de Nederlandse economie (2011D64265)
Preview document (🔗 origineel)
Bijlage Tekst Nederlandse notificatie aan Europese Commissie werknemersverkeer met Bulgarije en Roemenië Conform de bepalingen van het Toetredingsverdrag met Bulgarije en Roemenië hebben de lidstaten van de Europese Unie de mogelijkheid om tot uiterlijk 1 januari 2014 overgangsmaatregelen toe te passen voor het werknemersverkeer met deze landen. Dit is mogelijk in geval van ernstige verstoringen van de arbeidsmarkt of het dreigen daarvan. Door middel van dit schrijven deel ik u mede dat Nederland van deze mogelijkheid gebruik zal maken. Dit betekent dat tot 1 januari 2014 een tewerkstellingsvergunning is vereist voor Bulgaarse en Roemeense werknemers. Deze vergunning wordt alleen verleend wanneer er geen aanbod beschikbaar is op de Nederlandse arbeidsmarkt en vanuit EU-lidstaten waarvoor al vrij verkeer van werknemers geldt. De verlenging van het overgangsregime laat onverlet dat voor hooggeschoolde Roemenen en Bulgaren de mogelijkheid blijft bestaan van versoepelde toelating tot de Nederlandse arbeidsmarkt op basis van de Nederlandse kennismigrantenregeling. Ook kunnen Bulgaren en Roemenen uiteraard gebruik maken van het vrij verkeer van diensten. Het besluit van de regering om van de derde fase van de transitieperiode gebruik te maken is tot stand gekomen in overleg met het Nederlandse parlement. Aan dit besluit liggen de volgende overwegingen ten grondslag. De Nederlandse arbeidsmarkt is verslechterd als gevolg van de economische crisis, en zal op korte termijn verder verslechteren. Vooral in de laatste maanden is de werkloosheid in Nederland snel aan het stijgen. Uit de meest recente ramingen van het Centraal Planbureau (CPB) blijkt dat de Nederlandse economie in een recessie verkeert en dat deze in 2012 met 0,5% punt krimpt, terwijl de werkloosheid in 2012 flink oploopt: van 5,5% in 2011 naar 6,5% in 2012. Uit onderzoek dat in opdracht van de regering is verricht met het oog op het te nemen besluit over vrij werknemersverkeer met Bulgarije en Roemenië, blijkt dat werknemers uit Bulgarije en Roemenië doorgaans laaggekwalificeerd werk verrichten. Zij concurreren met andere werknemers aan de onderkant van de arbeidsmarkt. De onderkant van de arbeidsmarkt staat er in het algemeen slechter voor dan de arbeidsmarkt als geheel. Volgens de laatste metingen van de werkloosheid naar opleidingsniveau bedroeg het werkloosheidspercentage voor mensen met alleen basisonderwijs 10%, bijna het dubbele van het gemiddelde werkloosheidspercentage. Een herleving van de crisis zal opnieuw druk zetten op de onderkant van de arbeidsmarkt. Bovendien zijn er in Nederland ongeveer 500.000 mensen met een uitkering, die wel kunnen werken maar dit niet doen. Nederland wil zoveel mogelijk éérst dit arbeidspotentieel benutten, en het arbeidspotentieel uit EU-lidstaten voor wie al vrij verkeer van werknemers geldt, voordat werknemers uit Bulgarije en Roemenië worden toegelaten tot onze arbeidsmarkt. Behalve aanbod in Nederland is ook in toenemende mate aanbod beschikbaar vanuit EU-lidstaten waarvoor al vrij verkeer van werknemers geldt. De laatste jaren is in Nederland de omvang van het werknemersverkeer uit deze – vooral Midden- en Oost-Europese- landen, sterk gestegen. Het aantal personen uit Midden- en Oost-Europa dat in 2009 in Nederland verbleef wordt al geschat op tussen de 286.000 en 326.000. Hiervan wordt het aantal Bulgaren geschat op 58.000 - 71.000 en het aantal Roemenen op 35.000 - 46.000. Nederland heeft tot nu toe moeite gehad om deze stroom van werknemers goed te verwerken. Uit een raming van het CPB blijkt dat het aantal werknemers uit Bulgarije en Roemenië dat zich permanent zal vestigen in Nederland toeneemt met 1.000 - 20.000 per jaar, als er per 1 januari 2012 sprake zou zijn van vrij werknemersverkeer. De hoogte van de bovengrens wordt voornamelijk bepaald door het toelatingsbeleid van andere EU-landen. Wanneer behalve de groei van het aantal werknemers dat zich permanent in Nederland vestigt ook de groei van het aantal tijdelijke migranten wordt meegeteld, zal het aantal zeker hoger uitvallen. De ervaring heeft overigens geleerd dat in Nederland de werkelijke aantallen werknemers uit nieuwe lidstaten telkens vele malen hoger uitvallen dan de ramingen hadden aangegeven. De stijging van het aantal werknemers uit Midden- en Oost-Europa in Nederland is niet in overeenstemming met de bevindingen van de Europese Commissie, zoals beschreven in het rapport dat de Commissie 11 november 2011 heeft gepubliceerd over het functioneren van de overgangsbepalingen inzake het vrij verkeer van werknemers vanuit Bulgarije en Roemenië. Voor Nederland wordt uitgegaan van niet meer dan ongeveer 100.000 burgers uit de nieuwe lidstaten in 2010, terwijl het werkelijke aantal fors hoger is uitgevallen, zoals hierboven aangegeven. De conclusie van het rapport luidt dat er tot nu toe geen bewijs is voor een disproportioneel gebruik van uitkeringen door recent gemigreerde werknemers uit Bulgarije en Roemenië. Deze conclusie biedt weinig houvast voor mogelijk toekomstige ontwikkelingen, bijvoorbeeld als gevolg van een verdere verslechtering van de economie. Bovenvermelde redenen hebben het kabinet ertoe doen besluiten het werknemersverkeer vanuit Bulgarije en Roemenië in lijn met het toetredingsverdrag tot 2014 te beperken. Nederland geeft de Europese Commissie algemene toestemming om aan derden toegang tot deze kennisgeving te verlenen. ‘Nederland in recessie, Decemberraming 2011’, CPB, 13 december 2011. Prof. G. Engbersen e.a., ‘Arbeidsmigratie in vieren: Bulgaren en Roemenen vergeleken met Polen’, augustus 2011. Heijden, P. van der, M. Cruyff en G. van Gils, ‘Aantallen geregistreerde en niet-geregistreerde burgers uit MOE-landen die in Nederland verblijven’, Utrecht, 2011. ‘Arbeidsmigranten uit Oost-Europa’, CPB, 26 augustus 2011, HYPERLINK "http://www.cpb.nl" www.cpb.nl .