[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

33019, bijgewerkt t/m nr. 6 (NvW d.d. 23 december 2011)

Wijziging van onder meer de Mediawet 2008 in verband met aanpassing van de rijksmediabijdrage, beëindiging van de wettelijke taken van de Stichting Radio Nederland Wereldomroep en aanpassingen van meer technische aard

Bijgewerkte tekst

Nummer: 2011D64882, datum: 2011-12-29, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Onderdeel van zaak 2011Z18827:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Bijgewerkt t/m nr. 6 (NvW d.d. 23 december 2011)

33 019	Wijziging van onder meer de Mediawet 2008 in verband met
aanpassing van de rijksmediabijdrage, beëindiging van de wettelijke
taken van de Stichting Radio Nederland Wereldomroep en aanpassingen van
meer technische aard 







Nr. 2	VOORSTEL VAN WET



		Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen die deze zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben dat het wenselijk is met ingang
van het begrotingsjaar 2013 het bedrag van de rijksmediabijdrage te
verminderen, de financiering van de Stichting Radio Nederland
Wereldomroep uit de rijksmediabijdrage te beëindigen en in verband
daarmee de Mediawet 2008 te wijzigen en dat het voorts wenselijk is
enkele wijzigingen van technische aard in die wet en enkele andere
wetten aan te brengen;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State
gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden
en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

In de Mediawet 2008 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

A

Artikel 1.1, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. De omschrijving van “politieke partij” komt te luiden:

politieke partij: vereniging waarvan de aanduiding op grond van  
HYPERLINK
"http://wetten.overheid.nl/BWBR0004627/AfdelingII/HoofdstukG/ArtikelG1/g
eldigheidsdatum_11-04-2011"  artikel G 1 ,   HYPERLINK
"http://wetten.overheid.nl/BWBR0004627/AfdelingIII/HoofdstukQ/ArtikelQ6/
geldigheidsdatum_11-04-2011"  Q 6  of Y 10   HYPERLINK
"http://wetten.overheid.nl/BWBR0004627/AfdelingVa/Hoofdstuka/6/Artikela4
8/geldigheidsdatum_11-04-2011"  van de Kieswet  is geregistreerd in het
register van aanduidingen voor de verkiezing van leden van de Tweede
Kamer, de Eerste Kamer of het Europees Parlement;.

2. In de omschrijving van “telewinkelboodschap” wordt
“televisieprogramma” vervangen door: televisieprogramma-aanbod.

3. De omschrijving van “Wereldomroep” vervalt.

4. Aan het slot van de omschrijving van “uitgever van een
persorgaan” wordt de puntkomma vervangen door een punt. 

B

In artikel 2.1, eerste lid, onderdeel b, vervalt “voor landen en
gebieden buiten Nederland en”.

C

Artikel 2.2, tweede lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel g vervalt “in samenwerking met de Wereldomroep”.

2. Aan het slot van onderdeel i vervalt “en”. 

3. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel j door “;
en” wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

k. het verspreiden van media-aanbod voor Nederlandstaligen in het
buitenland.

D

In artikel 2.5, eerste lid, wordt “zes andere leden” vervangen door:
vier andere leden.

E

Artikel 2.7, eerste lid, komt te luiden:

1. De raad van toezicht houdt toezicht op het beleid van de raad van
bestuur, de algemene gang van zaken bij de NPO en de uitvoering van de
publieke mediaopdracht op landelijk niveau en staat de raad van bestuur
met advies terzijde.

F

In artikel 2.8, eerste lid, wordt “twee andere leden” vervangen
door: ten hoogste twee andere leden.

G

Artikel 2.20 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid, onderdeel e, vervalt “Wereldomroep,”. 

2. In het vierde lid vervalt “en de Wereldomroep”.

H

Artikel 2.24 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid, onderdeel e, wordt “ten minste € 5,72”
vervangen door: ten minste € 15 voor personen van 25 jaar en ouder en
ten minste € 7,50 voor personen jonger dan 25 jaar.

2. In het derde lid wordt “Het in het tweede lid, onderdeel e,
genoemde bedrag kan” vervangen door: De in het tweede lid, onderdeel
e, genoemde bedragen kunnen.

I

Artikel 2.25 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de eerste volzin wordt de aanduiding ”1.” en voor de tweede
volzin wordt de aanduiding ”2.” geplaatst.

2. In het tweede lid wordt “de eerste volzin” vervangen door: het
eerste lid.

J

Artikel 2.26 wordt als volgt gewijzgd:

1. Voor de eerste volzin wordt de aanduiding ”1.” en voor de tweede
volzin wordt de aanduiding ”2.” geplaatst.

2. In onderdeel c van het eerste lid vervalt “en”.

3. In onderdeel d van het eerste lid wordt de punt vervangen door: ; en.

4. Na onderdeel d van het eerste lid wordt een nieuw onderdeel e
toegevoegd, luidende:

e. de voorschriften met betrekking tot ledenwerving, bedoeld in artikel
2.137, in acht hebben genomen.				

5. In het tweede lid wordt “tweede volzin” vervangen door: tweede
lid.

K

Artikel 2.32 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, onderdeel a, wordt “2.25, eerste volzin”
vervangen door: “2.25, eerste lid” en wordt “2.26, eerste volzin,
onderdelen a, b en d” vervangen door: 2.26, eerste lid, onderdelen a,
b, d en e,.

2. In het tweede lid, onderdeel a, wordt “blijkens de evaluatie”
vervangen door: de aanvrager blijkens de nieuwe evaluatie.

Ka

In artikel 2.33, eerste lid, onderdeel a, wordt “volzin” telkens
vervangen door: lid.

L

In de eerste volzin van artikel 2.34d, vierde lid, wordt “evaluatie”
vervangen door “nieuwe evaluatie” en wordt “artikel 2.184, derde
lid” vervangen door: artikel 2.184, vijfde lid.

M

In artikel 2.41, tweede lid, wordt ”De raad van toezicht kan”
vervangen door: De raad van toezicht en de algemeen directeur kunnen”.

N

In artikel 2.49, derde lid, wordt “NOS” vervangen door: NPS.

O

In artikel 2.54, tweede lid, wordt “2.115, eerste lid” vervangen
door: 2.115.

P

Titel 2.4 vervalt.

Q

Onder vernummering van artikel 2.88a tot artikel 2.88b wordt na artikel
2.88 een nieuw artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 2.88a

Publieke media-instellingen stellen ten minste de volgende gegevens van
de media-instelling gemakkelijk, rechtstreeks en permanent beschikbaar
voor het publiek:

a. naam;

b. plaats van vestiging; 

c. contactgegevens waaronder e-mailadres of internetadres; en 

d. de naam van het Commissariaat als het orgaan dat is belast met het
toezicht op de naleving op grond van titel 7.2. 

R

In artikel 2.91, tweede lid, vervalt “en de Wereldomroep”.

S

Artikel 2.105 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid vervalt “en de Wereldomroep”.

2. In het tweede lid wordt “het Commissariaat, de NPO en de
Wereldomroep” vervangen door: het Commissariaat en de NPO. 

T

In artikel 2.115 vervallen het tweede lid alsmede de aanduiding ”1.”
voor het eerste lid.

U

In artikel 2.116, eerste lid, wordt “artikel 6” vervangen door:
artikel 1.

V

Artikel 2.118 vervalt.

W

In artikel 2.119 wordt “2.116 tot en met 2.118” vervangen door:
2.116 en 2.117.

X

Artikel 2.123 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding “1.” geplaatst. 

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

2. Het Commissariaat kan in bijzondere gevallen geheel of gedeeltelijk
ontheffing verlenen van een verplichting betreffende het percentage,
bedoeld in het eerste lid. Het Commissariaat kan aan een ontheffing
voorschriften verbinden.

Y

In de artikelen 2.125, onderdelen a en b, en 2.128, onderdeel a, vervalt
telkens “en de Wereldomroep”.

Ya

In de artikelen 2.129, eerste lid, 2.142a, tweede lid,  2.172, eerste
lid, en 2.185, eerste lid, wordt “zoveel” telkens vervangen door: zo
veel.

Z

In artikel 2.132, derde lid, wordt “publieke omroep” vervangen door:
publieke mediadienst.

AA

Artikel 2.137 komt te luiden:

Artikel 2.137

1. Het is omroepverenigingen niet toegestaan in het kader van
ledenwerving op geld waardeerbare voordelen aan leden te verstrekken.

2. Onverminderd het eerste lid kan het Commissariaat regels stellen over
het verstrekken van op geld waardeerbare voordelen aan leden en over
activiteiten in het kader van ledenwerving. De regels behoeven de
goedkeuring van Onze Minister.

BB

In artikel 2.138, eerste lid, wordt na “voorlopige erkenning”
ingevoegd: als bedoeld in artikel 2.24.

CC

Artikel 2.138a wordt als volgt gewijzigd:

1. In de eerste volzin van het eerste lid wordt “zo spoedig
mogelijk” vervangen door “binnen vier maanden” en vervalt de komma
na “artikel 2.24”.

2. Na de derde volzin van het eerste lid wordt een volzin ingevoegd,
luidende:

Het Commissariaat kan de termijn, bedoeld in de eerste volzin, verlengen
met een door hem te stellen termijn.

3. In het vierde lid wordt “omroepverenging” vervangen door:
omroepvereniging.

4. In het vijfde lid, onderdeel a, vervalt “of artikel 2.28”.

DD

Na artikel 2.138a wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 2.138b

1. Als een kerkgenootschap of een genootschap op geestelijke grondslag
na afloop van de periode waarvoor hij overeenkomstig artikel 2.42 is
aangewezen, niet opnieuw wordt aangewezen, draagt hij binnen vier
maanden na afloop van de periode waarvoor hij is aangewezen, zorg voor
de vaststelling van een eindafrekening wat betreft de financiën die
betrekking hebben op de verzorging van media-aanbod voor de landelijke
publieke mediadienst. Het Commissariaat kan de termijn, bedoeld in de
eerste volzin, verlengen met een door hem te stellen termijn.

2. Artikel 2.138a, eerste lid, tweede en derde volzin, en tweede lid, is
van toepassing. Artikel 2.138a, derde en vierde lid, is van
overeenkomstige toepassing.

3. Het eerste en tweede lid zijn eveneens van toepassing, als een
aanwijzing overeenkomstig artikel 2.47 wordt ingetrokken.

EE

In artikel 2.144, eerste lid, komt de tweede volzin te luiden: Dit
bedrag wordt verminderd met € 201,258 miljoen.

FF

Artikel 2.146 wordt als volgt gewijzigd:

1. Onderdeel b vervalt.

2. In onderdeel l vervalt aan het slot “en”.

3. In onderdeel m wordt aan het slot toegevoegd: en.

GG

In artikel 2.147, tweede lid, onderdeel e, vervalt “de
Wereldomroep,”. 

GGa

Paragraaf 2.6.2.3 vervalt.

HH

Afdeling 2.6.3 vervalt. 

II

Artikel 2.167 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt in onderdeel a na “media-instellingen”
ingevoegd: en.

2. In het eerste lid vervalt onderdeel b en wordt onderdeel c tot
onderdeel b verletterd.

3. In het derde lid vervalt “de Wereldomroep en” en wordt
“onderdeel c” vervangen door: onderdeel b. 

JJ

Artikel 2.168 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid wordt “aan de NPO, aan de landelijke publieke
media-instellingen en aan de Wereldomroep” vervangen door: aan de NPO
en aan de landelijke publieke media-instellingen.

2. In het derde lid wordt “tweede en derde lid” vervangen door:
tweede lid.

JJa

Artikel 2.169 komt te luiden:

Artikel 2.169

1. Onze Minister kan aan een besluit tot het ter beschikking stellen van
gelden op grond van de artikelen 2.167 en 2.168 voorschriften verbinden.

2. De voorschriften hebben geen betrekking op de specifieke inhoud van
media-aanbod.

3. Onze Minister kan een besluit tot het ter beschikking stellen van
gelden intrekken of wijzigen, als de voorschriften niet worden
nageleefd.

KK

In artikel 2.170a, tweede lid, wordt “omroepdienst” vervangen door:
mediadienst.

LL

In het opschrift van afdeling 2.6.6 vervalt “en Wereldomroep”.

MM

Artikel 2.171 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt “de NPO, de landelijke publieke
media-instellingen en de Wereldomroep” vervangen door: de NPO en de
landelijke publieke media-instellingen.

2. In het tweede lid vervalt “en de Wereldomroep”.

3. Aan het tweede lid wordt een volzin toegevoegd, luidende: De NPO en
de landelijke publieke media-instellingen nemen in het jaarverslag,
bedoeld in de artikelen 2.17, 2.34i, 2.40 en 2.103, in samenhang met de
artikelen 48 en 300 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek een
samengevatte jaarrekening op.

NN

Artikel 2.174 wordt als volgt gewijzigd:

1. Aan het eerste lid wordt een volzin toegevoegd, luidende: De NPO kan
tevens gelden die bestemd zijn voor de uitvoering van zijn taken en
werkzaamheden, reserveren.

2. Het tweede lid komt te luiden:

2. Het totaal van de gereserveerde gelden in een kalenderjaar bedraagt
niet meer dan tien procent van de uitgaven van de NPO en de landelijke
publieke media-instellingen met uitzondering van de uitgaven aan
verenigingsactiviteiten, zoals opgenomen in de jaarrekening, bedoeld in
artikel 2.171, tweede en derde lid.

OO

Artikel 2.175 vervalt.

PP

Artikel 2.176, tweede lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. De eerste volzin komt te luiden: Onze Minister kan op verzoek van de
raad van bestuur ontheffing verlenen van het eerste lid.

2. In de tweede volzin wordt “Onze Minister en het Commissariaat
kunnen” vervangen door: Onze Minister kan.

QQ

In artikel 2.177, eerste lid, wordt “2.174, tweede lid, 2.174a, eerste
lid, en 2.175” vervangen door: 2.174, tweede lid, en 2.174a, eerste
lid,.

RR

Artikel 2.184 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt “De NPO en de Wereldomroep evalueren”
vervangen door: De NPO evalueert.

2. In het derde en vierde lid wordt “2.186, eerste lid” telkens
vervangen door: 2.186.

SS

Artikel 2.185 wordt als volgt gewijzgd:

1. Het eerste lid komt te luiden: 

1. De NPO stelt een commissie in die tot taak heeft de evaluatie te
verrichten voor de duur van de evaluatie. De commissie bestaat uit ten
minste vijf onafhankelijke deskundigen en is zoveel mogelijk
representatief voor het kijk- en luisterpubliek.

2. In het tweede lid vervalt “van de NPO”.

3. Het derde lid vervalt.

TT

Artikel 2.186 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid alsmede de aanduiding ”1” voor het eerste lid
vervallen.

2. In de aanhef van dit artikel vervalt “van de NPO” .

UU

Artikel 2.187 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt “De evaluatiecommissies kunnen” vervangen
door: De evaluatiecommissie kan. 

2. Het tweede lid komt te luiden:

2. De evaluatiecommissie brengt op een bij ministeriële regeling te
bepalen tijdstip rapport uit aan de raad van toezicht van de NPO, die
het aan Onze Minister zendt en openbaar maakt.

VV

In artikel 2.188, eerste lid, wordt “2.186, eerste lid” vervangen
door: 2.186.

WW

Onder vernummering van artikel 3.5a tot artikel 3.5b wordt na artikel
3.5 een nieuw artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 3.5a

Een commerciële media-instelling stelt ten minste de volgende gegevens
van de media-instelling gemakkelijk, rechtstreeks en permanent
beschikbaar voor het publiek:

a. naam;

b. plaats van vestiging; 

c. contactgegevens waaronder e-mailadres of internetadres; en 

d. de naam van het Commissariaat als het orgaan dat is belast met het
toezicht op de naleving op grond van titel 7.2.

WWa

In artikel 3.17, eerste lid, onderdeel a, wordt “3.2.3A” vervangen
door: 3.2.3a.

XX

In artikel 3.29b, tweede lid, vervalt “via haar media-aanbod”.

YY

In artikel 3.29d wordt “3.5a” vervangen door “3.5b”, wordt
“onder a” vervangen door ”onderdeel a” en wordt “3.16, vierde
lid” vervangen door: 3.16, tweede lid, aanhef en onderdeel a.

ZZ

In de aanhef van artikel 3.30, tweede lid, wordt na “waarbij”
ingevoegd: in elk geval.

AAA

In artikel 7.11, eerste lid, vervallen ”2.73 tot en met 2.87,” en
”2.163, 2.164, eerste en tweede lid,”.

BBB

In artikel 7.12, eerste lid, wordt “en 2.170,” vervangen door: 2.170
en 2.170a.

CCC

In artikel 7.14, tweede lid, onderdeel a, wordt “instelling die
media-aanbod voor de landelijke publieke omroepdienst verzorgt”
vervangen door: landelijke publieke media-instelling.

DDD

Na titel 7.2 wordt een nieuwe titel ingevoegd, luidende:

Titel 7.3. Overige taken

Artikel 7.21

1. Het Commissariaat is belast met het onderzoek naar ontwikkelingen ten
aanzien van concentraties en financieel-economische omstandigheden op de
nationale en internationale mediamarkten en de gevolgen daarvan voor de
pluriformiteit en onafhankelijkheid van de informatievoorziening.

2. Het Commissariaat rapporteert jaarlijks over zijn bevindingen aan
Onze Minister.

3. Het Commissariaat maakt zijn bevindingen openbaar, met uitzondering
van gegevens die naar hun aard vertrouwelijk zijn.

EEE

In artikel 8.2, eerste lid, wordt “word” vervangen door: wordt.

FFF

In artikel 8.4, eerste lid, wordt “zes andere leden” vervangen door:
ten hoogste zes andere leden.

GGG

In artikel 8.8, eerste lid, onderdeel a, vervalt “voor de pers”.

HHH

In artikel 8.10, tweede lid, vervalt onderdeel f.

III

In artikel 8.12, tweede lid, komt onderdeel a te luiden:

a. het persorgaan regelmatig en ten minste maandelijks verschijnt;.

JJJ

Na artikel 8.15 wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 8.15a

1. Het Stimuleringsfonds kan op basis van daartoe door hem vast te
stellen regelingen subsidie verstrekken voor andere activiteiten dan
die, bedoeld in de artikelen 8.11 tot en met 8.15, voor zover die
activiteiten passen in de doelstellingen van het Stimuleringsfonds. 

2. Deze regelingen behoeven de goedkeuring van Onze Minister.

KKK

Artikel 9.18 wordt als volgt gewijzigd:

1. Onderdeel a vervalt.

2. In de onderdelen b, c en d vervalt telkens “, van deze wet”.

3. Aan het slot van onderdeel d wordt de puntkomma vervangen door een
punt.

ARTIKEL II

Artikel IV van de wet van 2 juli 2009 tot wijziging van de Mediawet 2008
in verband met onder meer de erkenning en de financiering van de
publieke omroep (Stb. 300) wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede en derde lid worden vernummerd tot derde en vierde lid.

2. Na het eerste lid wordt een nieuw lid ingevoegd, luidende:

2. In afwijking van artikel 2.19, derde lid, van de Mediawet 2008
bestaat de concessieperiode die aanvangt na de concessieperiode
2000-2010, uit een periode van vijf jaar en vier maanden en een periode
van vijf jaar.

ARTIKEL III

In artikel 1 van de Mediawet BES komt de omschrijving van “politieke
partij” te luiden:

politieke partij: vereniging waarvan de aanduiding op grond van  
HYPERLINK
"http://wetten.overheid.nl/BWBR0004627/AfdelingII/HoofdstukG/ArtikelG1/g
eldigheidsdatum_11-04-2011"  artikel G 1 , G 3,   HYPERLINK
"http://wetten.overheid.nl/BWBR0004627/AfdelingIII/HoofdstukQ/ArtikelQ6/
geldigheidsdatum_11-04-2011"  Q 6 , Y 10 of Ya 48   HYPERLINK
"http://wetten.overheid.nl/BWBR0004627/AfdelingVa/Hoofdstuka/6/Artikela4
8/geldigheidsdatum_11-04-2011"  van de Kieswet  is geregistreerd in het
register van aanduidingen voor de verkiezing van leden van de Tweede
Kamer, de Eerste Kamer, het Europees Parlement of de eilandsraad;.

ARTIKEL IV

Ten behoeve van de financiële verantwoording over het kalenderjaar 2012
met betrekking tot de Stichting Radio Wereldomroep Nederland blijven de
artikelen 2.81, 2.82, 2.171 tot en met 2.173 en 2.175 tot en met 2.177
van de Mediawet 2008, zoals die luidden op 31 december 2012, van
toepassing. Artikel 2.138a van die wet is van overeenkomstige
toepassing.

ARTIKEL V

In afwijking van artikel 2.5 van de Mediawet 2008 kan de raad van
toezicht van de Stichting Nederlandse Publieke Omroep tot 1 januari 2016
bestaan uit een voorzitter en ten hoogste zes andere leden. Als de
periode van vijf jaar waarvoor een of meer leden zijn benoemd of
herbenoemd, is verlopen dan wel een of meer leden al dan niet op hun
verzoek zijn ontslagen, blijft de benoeming van een of meer leden
achterwege, voor zover als gevolg van die benoeming of benoemingen het
aantal van een voorzitter en vier andere leden zou worden overschreden.

ARTIKEL VI 

In afwijking van artikel 2.144, eerste lid, tweede volzin, van de
Mediawet 2008 bedraagt de vermindering van de rijksmediabijdrage:

a. € 50,474 miljoen voor het jaar 2013; 

b. € 100,814 miljoen voor het jaar 2014;

c. € 201,090 miljoen voor het jaar 2015;

d. € 201,143 miljoen voor het jaar 2016; en

e. € 201,201 miljoen voor het jaar 2017.

ARTIKEL VII

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen
tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan
verschillend kan worden vastgesteld.

Lasten en bevelen dat deze wet in het Staatsblad zal worden geplaatst en
dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks
aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

 

 

 PAGE    

 PAGE   1