33287 Adv RvSt (overdrachtsbelasting) inzake Wijziging van enkele belastingwetten (Wet uitwerking fiscale maatregelen begrotingsakkoord 2013)
Wijziging van enkele belastingwetten (Wet uitwerking fiscale maatregelen begrotingsakkoord 2013)
Advies Afdeling advisering Raad van State
Nummer: 2012D23387, datum: 2012-06-04, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Onderdeel van zaak 2012Z11031:
- Indiener: F.H.H. Weekers, staatssecretaris van Financiën
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Financiën
- 2012-06-05 15:00: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2012-06-12 14:00: Wet uitwerking fiscale maatregelen begrotingsakkoord 2013 (Inbreng verslag (wetsvoorstel)), vaste commissie voor Financiën
- 2012-06-12 15:00: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2012-06-12 15:15: Stemmingen (Stemmingen), TK
- 2012-06-13 15:30: Procedurevergadering Financiën (Procedurevergadering), vaste commissie voor Financiën
- 2012-06-14 14:10: Aanvang middagvergadering: regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2012-06-18 12:30: Fiscaal wetgevingspakket en wetsvoorstel Wijziging van enkele belastingwetten (Wet uitwerking fiscale maatregelen begrotingsakkoord 2013) (Wetgevingsoverleg), vaste commissie voor Financiën
- 2012-06-20 09:00: Wet uitwerking fiscale maatregelen begrotingsakkoord 2013 (33287) + Fiscale verzamelwet 2012 (33245)+ Wijziging van de Wet op de internationale bijstandsverlening bij de heffing van belastingen (33246) + Wet op de verlening van bijstand aan de Europese Commissie bij controles en verificaties ter plaatse (33247) (plenaire afronding in één termijn) (Plenair debat (wetgeving)), TK
- 2012-06-21 21:50: Einde vergadering: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
No.W06.12.0148/III 's-Gravenhage, 10 mei 2012
Bij Kabinetsmissive van 2 mei 2012, no.12.001059, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Staatssecretaris van Financiën, bij de Afdeling advisering van de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het voorstel van wet tot wijziging van enkele belastingwetten in verband met het structureel verlagen van de overdrachtsbelasting en de herziening van het fiscale regime voor kosten van vervoer, met memorie van toelichting.
Het voorstel strekt ertoe de tijdelijke verlaging van het tarief van de overdrachtsbelasting voor woningen (van 6% naar 2%) structureel te maken en de regeling voor kosten van vervoer (onbelaste reiskostenvergoedingen) niet langer van toepassing te doen zijn op woon-werkverkeer. De Afdeling advisering van de Raad van State onderschrijft de strekking van het wetsvoorstel, maar maakt daarbij de volgende kanttekeningen.
1. Samenhang pakket maatregelen
Het onderhavige voorstel en het eveneens bij de Afdeling aanhangig gemaakte voorstel van wet tot wijziging van enkele belastingwetten in verband met de wijziging van de tarieven van de omzetbelasting, de inkomstenbelasting en de loonbelasting1, maken deel uit van een pakket van maatregelen dat erop is gericht de overheidsfinanciën structureel te verbeteren, het vertrouwen van de financiële markten te verstevigen en de Nederlandse economie verder toekomstbestendig te maken. De Afdeling is zich bewust van de bijzondere politieke situatie waarin het pakket maatregelen tot stand is gekomen en onderschrijft de noodzaak om op korte termijn ingrijpende maatregelen te treffen.
De Afdeling merkt op dat het permanent maken van de verlaging van de overdrachtsbelasting voor woningen deel uitmaakt van een groter samenhangend geheel van maatregelen betreffende de woningmarkt. Het geïsoleerd bezien van het onderhavige voorstel heeft als belangrijk nadeel dat geen inzicht bestaat in het totaaleffect van de maatregelen betreffende de woningmarkt.
De Afdeling adviseert zo spoedig mogelijk inzicht te verschaffen in het totaaleffect van de te nemen maatregelen voor de totale woningmarkt.
2. Onbelaste reiskostenvergoeding
De financiering van de structurele verlaging van de overdrachtsbelasting op woningen vindt plaats door de onbelaste reiskostenvergoeding in het kader van het woon-werkverkeer met ingang van 1 januari 2013 af te schaffen. De achterliggende gedachte hierbij is dat de verlaging van de overdrachtsbelasting en de afschaffing van de onbelaste reiskostenvergoeding prikkels met zich kunnen brengen om dichter bij het werk te gaan wonen of een baan te zoeken die dichter bij de woning ligt.
De Afdeling verstaat deze argumenten aldus dat het primaire argument voor het afschaffen van de onbelaste reiskostenvergoeding voor woon-werkverkeer de budgettaire dekking is. De Afdeling adviseert hier in de memorie van toelichting op in te gaan.
De Afdeling advisering van de Raad van State geeft U in overweging het voorstel van wet te zenden aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal, nadat aan het vorenstaande aandacht zal zijn geschonken.
De vice-president van de Raad van State,
Zaak nr. W06.12.0146/III.↩︎