[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Onderzoeksvoorstel voor het parlementair onderzoek "ICT-projecten bij de overheid"

Parlementair onderzoek ICT-projecten bij de overheid

Bijlage

Nummer: 2012D29131, datum: 2012-07-04, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Bijlage bij: Brief t.g.v. het onderzoeksvoorstel voor het parlementair onderzoek "ICT-projecten bij de overheid" (2012D29130)

Preview document (🔗 origineel)


BIJLAGE

AAN HET PRESIDIUM

Den Haag, 3 JULI 2012 

In de bijlage treft u aan het onderzoeksvoorstel “ICT-projecten bij de
overheid” van de vaste commissies voor Veiligheid en Justitie in het
kader van de Toekomst- en Onderzoeksagenda 2012. Namens de commissie
verzoek ik u het voorstel ter besluitvorming door te geleiden naar de
Kamer. 

De commissie vraagt de Kamer in te stemmen met het verrichten van een
parlementair onderzoek naar ICT-projecten bij de overheid. Het doel van
dit onderzoek is tweeledig.

Het in kaart brengen van de misgelopen maatschappelijke effecten
(inclusief maatschappelijke en financiële kosten) door het niet op orde
hebben van informatieprocessen en –stromen van de overheid door middel
van ICT (-projecten).

Duidelijk maken wat de prioritaire stappen zijn die een optimale
inrichting van de informatieprocessen en –stromen van de overheid door
middel van ICT (-projecten) teweeg kunnen brengen. 

De commissie stelt voor om nog voor het zomerreces een tijdelijke
commissie in te stellen die wordt belast met de uitvoering van het
parlementaire onderzoek.

De tijdelijke commissie zal worden ondersteund door een ambtelijke staf.
Daarnaast zal de eerste fase van het onderzoek Europees worden
uitbesteed aan een extern onderzoeksbureau in verband met de specifieke
inhoudelijke expertise die voor beantwoording van de betreffende
onderzoeksvragen vereist is.

Na oplevering van het rapport door het externe onderzoeksbureau zal de
tijdelijke commissie een eindrapport opstellen.



Het Bureau Onderzoek en Rijksuitgaven is betrokken bij de totstandkoming
van het onderzoeksvoorstel. De begroting voor het onderzoek is ter
advisering aan de stafdienst Financieel Economische Zaken (FEZ) van de
Kamer voorgelegd en goedgekeurd. 

De voorzitter van de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie,

R. de Roon

De griffier van de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie,

D.S. Nava



Bijlage I 

Plan van aanpak parlementair onderzoek ICT-projecten bij de overheid

Inleiding

De Tweede Kamer heeft op 6 december 2011 ingestemd met het in uitvoering
nemen van drie parlementaire onderzoeken in het kader van de Toekomst-
en Onderzoeksagenda 2012. EĂ©n van deze onderzoeken is het voorstel van
de commissie Veiligheid en Justitie (V&J) “ICT-projecten bij de
overheid”. 

De parlementaire onderzoeken in het kader van de Toekomst- en
Onderzoeksagenda hebben tot doel de informatiepositie van de Kamer te
versterken. De onderzoeken kunnen een bijdrage leveren aan de
consensusvorming en gedegen besluitvorming over complexe
maatschappelijke onderwerpen. 

In opdracht van de commissie V&J heeft een parlementaire werkgroep dit
voorliggende plan van aanpak opgesteld. Hierin worden in eerste
instantie de probleemschets en het doel van het onderzoek beschreven.
Vervolgens komen aan de orde de onderzoeksvragen en -methoden, de
planning en de kosten. 

Dit plan zal worden geagendeerd voor de procedurevergadering van 4 juli
2012 van de commissie V&J. Het plan wordt ter kennisname voorgelegd met
het verzoek om het mee te nemen in het overdrachtsdossier voor de nieuwe
commissie V&J na de verkiezingen. Vanwege de verkiezingen is besloten om
de besluitvorming in de Kamer over dit plan van anpak te laten
plaatsvinden door de na de verkiezingen nieuw in te stellen Kamer. 

In de oorspronkelijke onderzoeksopzet was voorzien in een aanscherping
van de onderzoeksvragen in de fase van uitwerking: “Na instemming van
de Kamer met de vorming van een tijdelijke onderzoekscommissie
ICT-projecten, zal deze commissie de uitvoering ter hand nemen. De
tijdelijke onderzoekscommissie heeft de ruimte om in de eerste fase van
het onderzoek de onderzoeksvragen nader aan te scherpen.”

In het oorspronkelijke onderzoeksvoorstel van 6 december 2011 werd
voorgesteld dat deze aanscherping zou moeten plaatsvinden door middel
van literatuuronderzoek en gesprekken met experts. Het Bureau Onderzoek
en Rijksuitgaven (BOR) heeft in april 2012 een quick scan uitgevoerd van
bestaande literatuur in relatie tot de oorspronkelijke onderzoeksvragen.
Op 1 juni 2012 heeft een expertmeeting plaatsgevonden met verschillende
deskundigen op het terrein van ICT. Dit heeft geresulteerd in het nu
voorliggende plan van aanpak. 

Probleemschets

ICT-projecten staan nooit op zichzelf; ze zijn ‘enabler’
(katalysator) voor het structureren van de informatieprocessen en
–stromen van de (rijks)overheid. Dit alles met de ambitie om
maatschappelijk belangrijke doelen zoals veiligheid, innovatie, werk of
zorg voor kwetsbaren te realiseren. Dit parlementaire onderzoek beoogt
om op basis van de ervaringen met ICT-projecten tot nu toe een richting
voor de toekomst te schetsen, zodat op den duur opdrachtgevers (de
overheid), opdrachtnemers (ICT-bedrijven) en de controlerende macht
(Tweede Kamer) mét elkaar kunnen zorgen voor betere resultaten bij
ICT-projecten. Veel over met name het mislukken van ICT-projecten bij de
overheid lijkt overigens bekend te zijn. De rapporten van de Algemene
Rekenkamer uit 2007 en 2008, de verschillende stappen die de minister
van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties op basis van deze
rapporten al heeft gezet (CIO’s aanstellen, gateway reviews etc.) en
allerlei andere rapporten en mediaberichten tonen aan dat verbetering
mogelijk en noodzakelijk is. Toch blijkt dat anno 2012, zo’n vier jaar
later, verschillende ICT-projecten nog steeds niet goed lopen. Ondanks
dat elke betrokken (top)ambtenaar, bestuurder en politicus het belang
van een goede ICT zal beamen blijft toch de indruk bestaan dat een Ă©cht
gevoel van urgentie ontbreekt. Een cultuuromslag lijkt noodzakelijk en
onvermijdelijk. De huidige en toekomstige financiële situatie van
Nederland maakt het nog dringender om de ICT-problemen aan te pakken.
Door vanuit het bredere perspectief van informatieprocessen en
–stromen te kijken, kunnen mogelijk nieuwe inzichten en
oplossingsrichtingen ontstaan.

Doel

Het doel van het parlementaire onderzoek naar ICT-projecten bij de
overheid is tweeledig.

I.	Het in kaart brengen van de misgelopen maatschappelijke effecten
(inclusief maatschappelijke en financiële kosten) door het niet op orde
hebben van informatieprocessen en –stromen van de overheid door middel
van ICT (-projecten).

II.	Duidelijk maken wat de prioritaire stappen zijn die een optimale
inrichting van de informatieprocessen en –stromen van de overheid door
middel van ICT (-projecten) teweeg kunnen brengen. 

Onderzoeksvragen en afbakening

De doelstelling is vertaald in drie centrale onderzoeksvragen die ieder
afzonderlijk leiden naar een afgebakend deelonderzoek. De
onderzoeksvragen I en II vormen de basis voor de beantwoording van
onderzoeksvraag III. Bij de beantwoording van deze vragen zullen om en
nabij vijf ICT-projecten worden betrokken. De gekozen ICT-projecten zijn
ofwel rijksprojecten (inclusief ZBO’s) ofwel projecten van het Rijk in
samenwerking met medeoverheden.

Centrale onderzoeksvragen, methode en resultaat van onderzoek

Nr.	Centrale onderzoeksvraag	Methode van onderzoek	Resultaat van
onderzoek

I.	Wat zijn behaalde en misgelopen maatschappelijke effecten, in
kwantitatieve en kwalitatieve zin, die ontstaan zijn door de vormgeving
en uitvoering van informatieprocessen en –stromen van de overheid door
middel van ICT, met name met betrekking tot de sturing, het ontwerp, de
aanbesteding, de uitvoering en het beheer (inclusief kosten, beveiliging
en privacy)? Wat zijn relevante voorbeelden van ICT-projecten in landen
die vergelijkbaar zijn met Nederland op dit gebied?	Extern uit te
besteden onderzoek: combinatie van literatuur onderzoek, casestudies,
interviews met betrokkenen en Terugblikonderzoek Algemene Rekenkamer
naar haar rapporten uit 2007 en 2008 Lessen uit ICT-projecten bij de
overheid deel A en B.	Overzicht van wat goed en fout gaat, wat beter kan
en waar de knoppen zitten om aan te draaien.

II.	Op welke wijze heeft de overheid (bewindspersonen, topambtenaren)
haar sturende en opdrachtgevende rol ingevuld bij de vormgeving van
informatieprocessen en –stromen met het oog op de te bereiken
maatschappelijke effecten uitgevoerd? 

Op welke wijze heeft de Tweede Kamer bij de controle op de beoogde
maatschappelijke

effecten en de vormgeving van de informatieprocessen en –stromen van
de overheid door middel van ICT haar controlerende rol uitgevoerd?
Extern uit te besteden onderzoek: 

Literatuuronderzoek,

Analyse van Kamerstukken (o.a. verslagen AO’s) en interviews met
betrokkenen ((oud)-bewindspersonen, topambtenaren, Kamerleden).	Inzicht
in de wijze waarop de overheid haar sturende en opdrachtgevende rol
heeft ingevuld en welke gevolgen dit heeft gehad. Inzicht in de wijze
waarop de Tweede Kamer haar rol invult als controleur van de regering
bij ICT-projecten, op welke punten (o.a. maatschappelijke effecten) de
discussie heeft plaatsgevonden, wat de Tweede Kamer heeft toegevoegd aan
de eisen en welke gevolgen dit heeft gehad.

III.	Hoe kunnen informatieprocessen en –stromen van de overheid door
middel van ICT in de toekomst worden vormgegeven om maatschappelijke
effecten van overheidsingrijpen en –beleid te maximaliseren, met name
met betrekking tot de sturing (inclusief de rol van de Tweede Kamer),
het ontwerp, de aanbesteding, de uitvoering en het beheer (inclusief de
kosten, beveiliging en privacy)?	Extern uit te besteden: analyse
resultaten I en II. 	Twee hoofd-aanbevelingen en een toetsingskader.



Deze centrale onderzoeksvragen zijn hieronder vertaald naar meerdere
subvragen. 

Centrale onderzoeksvraag I

Wat zijn behaalde en misgelopen maatschappelijke effecten, in
kwantitatieve en kwalitatieve zin, die ontstaan zijn door de vormgeving
en uitvoering van informatieprocessen en –stromen van de overheid door
middel van ICT, met name met betrekking tot de sturing, het ontwerp, de
aanbesteding, de uitvoering en het beheer (inclusief kosten, beveiliging
en privacy)? Wat zijn relevante voorbeelden van ICT-projecten in landen
die vergelijkbaar zijn met Nederland op dit gebied?

Hoe ziet de inrichting van informatieprocessen en –stromen bij de
overheid er uit met name met betrekking tot de sturing, het ontwerp, de
aanbesteding, de uitvoering en beheer (inclusief de kosten, de
beveiliging en privacy)?

Welke oorzaken, gevolgen en perverse prikkels van zowel succesvolle als
mislukte ICT-projecten zijn al bekend? Worden deze oorzaken en gevolgen
ook in de praktijk erkend? 

Wat zijn de (maatschappelijke) kosten en baten van ICT-projecten? 

Wat zijn problemen en knelpunten die optreden bij de aanbestedingen? 

Op welke wijze wordt bij ICT-projecten bij de overheid aandacht besteed
aan respectievelijk de beveiliging en privacy? Welke problemen en
knelpunten treden hierbij op?

Centrale onderzoeksvraag II

Op welke wijze heeft de overheid (bewindspersonen, topambtenaren) haar
sturende en opdrachtgevende rol ingevuld bij de vormgeving van
informatieprocessen en –stromen met het oog op de te bereiken
maatschappelijke effecten uitgevoerd? Op welke wijze heeft de Tweede
Kamer bij de controle op de beoogde maatschappelijke effecten en de
vormgeving van de informatieprocessen en –stromen van de overheid door
middel van ICT haar controlerende rol uitgevoerd?

Op welke wijze vervullen bewindspersonen en topambtenaren van
ministeries hun sturende en opdrachtgevende rol ten aanzien van
vormgeving van informatieprocessen en –stromen en ICT-projecten? 

Welke afwegingen hebben bewindspersonen en topambtenaren gemaakt bij de
vormgeving van de informatieprocessen en –stromen en ICT-projecten?
Wat is de rol van de CIO hierbij geweest? Hebben zij zich hierbij
gebaseerd op informatie over haalbaarheid, kosteneffectiviteit en
meerdere voortgangsscenario’s (en bijvoorbeeld een exitstrategie)? 

Welke acties hebben bewindspersonen en topambtenaren ondernomen bij de
vormgeving van informatieprocessen en –stromen en het verloop van
ICT-projecten? 

Op welke wijze vult de Tweede Kamer haar rol als controleur van de
regering in als het gaat om ICT-projecten? 

Hoe wordt de Tweede Kamer tijdens lopende ICT-projecten geĂŻnformeerd en
van welke informatiebronnen maakt de Tweede Kamer gebruik? 

Heeft de Tweede Kamer afwegingen gemaakt over de ICT-projecten waarbij
ze zich kon baseren op informatie over de haalbaarheid,
kosteneffectiviteit en meerdere voortgangsscenario’s (en bijvoorbeeld
een exitstrategie)? 

Welke acties heeft de Tweede Kamer tijdens het verloop van het
ICT-project ondernomen en op basis van welke bronnen werd dit gedaan?

Hoe worden de aanbevelingen en moties op het gebied van ICT van de
Tweede Kamer uitgevoerd door het kabinet, en in hoeverre en op welke
momenten stuurt de Kamer hier zelf op? 

Centrale onderzoeksvraag III

Hoe kunnen informatieprocessen en –stromen van de overheid door middel
van ICT in de toekomst worden vormgegeven om maatschappelijke effecten
van overheidsingrijpen en –beleid te maximaliseren, met name met
betrekking tot de sturing (inclusief de rol van de Tweede Kamer), het
ontwerp, de aanbesteding, de uitvoering en het beheer (inclusief de
kosten, beveiliging en privacy)?

Geven de antwoorden op de voorgaande deelonderzoeken aanleiding om de
informatieprocessen en –stromen bij de overheid anders in te richten?
Zo ja, op welke wijze moet dit gebeuren? Hoe dienen de
verantwoordelijkheden van de beslissers en belanghebbenden van
ICT-projecten te worden belegd? Op welke wijze kan de Tweede Kamer een
effectievere bijdrage leveren aan het slagen van ICT-projecten?

Zijn er voorbeelden te geven van gemiste kansen waarbij inzet van ICT
aantoonbaar tot beter functioneren van de maatschappij en overheid zou
leiden en/of kostenbesparingen voor de maatschappij en overheid teweeg
zou brengen? 

Wat zijn de (maatschappelijke) kosten en baten van een gewijzigde
inrichting van de informatieprocessen en -stromen en welke betrokken
partijen dienen hiervoor de nodige veranderingen en investeringen te
plegen? 

Wat zijn mogelijke verbeteringen bij de aanbesteding van ICT-projecten? 

Wat zijn mogelijke maatregelen ter verbetering van respectievelijk de
beveiliging en privacy van ICT-projecten?

Casussen

Voor het onderzoek zullen ongeveer vijf ICT-projecten als casus worden
geselecteerd. De keuze voor deze cases zal in samenspraak met de
tijdelijke commissie worden gedaan door het externe onderzoeksbureau dat
wordt geselecteerd in overleg met de beoogde tijdelijke commissie
“ICT-projecten bij de overheid”. De casestudies dienen zodanig te
worden geselecteerd dat deze de beantwoording van de onderzoeksvragen
zullen ondersteunen en illustreren. Hierbij kan gedacht worden aan
selectiecriteria zoals de bestuurlijke complexiteit van het project,
inzicht in de maatschappelijke kosten en baten, mate waarin
respectievelijk de beveiliging en privacy van ICT-projecten is
meegenomen bij aanvang en budgetoverschrijdingen. 

Tijdelijke commissie

De werkgroep adviseert de Kamer (via vaste commissie voor V&J en het
Presidium) om te kiezen voor een tijdelijke commissie. Hierin dienen bij
voorkeur plaats te nemen die leden die geen woordvoerder zijn op het
gebied van ICT en/of privacy en security. Het is gebruikelijk dat leden
van een onderzoekscommissie zich gedurende het onderzoek niet
inhoudelijk uitlaten over het onderwerp, en dus worden geacht niet te
reageren op actuele ontwikkelingen. 

Externe klankbordgroep

Delen van het onderzoek zullen worden uitbesteed aan Ă©Ă©n of meerdere
externe onderzoeksbureau(s). Om zowel de samenhang, de onafhankelijkheid
en de kwaliteit van de inhoud van deze deelonderzoeken te waarborgen zal
een onafhankelijke externe klankbordgroep worden ingesteld. Deze externe
klankbordgroep zal bestaan uit zo’n drie à vier inhoudelijke experts
uit verschillende disciplines in het ICT-speelveld. Daarbij valt met
name te denken aan personen uit het bedrijfsleven (de praktijk) en de
wetenschap. De experts dienen een onafhankelijke positie ten aanzien van
de onderwerpen van het parlementaire onderzoek en te onderzoeken
ICT-projecten te hebben. Van de kant van de Kamer moet in ieder geval de
voorzitter van de tijdelijke commissie als toehoorder deelnemen aan de
overleggen van de externe klankbordgroep. Geadviseerd wordt ook een lid
van de tijdelijke commissie als toehoorder aan de externe klankbordgroep
deel te laten nemen. Tenslotte verdient het aanbeveling dat de
onderzoekscoördinator van de staf van de tijdelijke commissie de
vergaderingen van de externe klankbordgroep bijwoont. De externe
klankbordgroep zal gedurende het onderzoek enkele keren bijeenkomen met
het externe onderzoeksbureau om over de inhoud van het onderzoek te
kunnen adviseren aan de tijdelijke commissie.

Planning

Het onderzoek start begin november 2012 en wordt in februari 2014
afgerond. De duur van het onderzoek is in totaal om en nabij 15 maanden.
De planning is uiteraard afhankelijk van de daadwerkelijke start van de
tijdelijke commissie. De schatting is dat die zal starten volgens
onderstaand schema. Indien dat later (of eerder) is, dan verschuiven de
data even zoveel maanden op.

Planning onderzoek ICT-projecten bij de overheid

begin november 2012			Onderzoeksvoorstel naar Presidium, besluitvorming

Presidium en plenaire Kamer en instelling tijdelijke commissie

november – december 2012	Uitbesteden extern onderzoek

eind april 2013	Oplevering deelonderzoek I en II

eind augustus 2013	Oplevering deelonderzoek III

begin oktober 2013	Hoorzittingen/rondetafelgesprekken

vanaf oktober 2013	Start schrijven eindrapport tijdelijke commissie

februari 2014	Afronding onderzoek, drukken eindrapport en aanbieding aan
de Tweede Kamer

vanaf maart 2014	Na publicatie van het eindrapport volgt doorgaans een
schriftelijke vragenronde waarin de Kamer (i.c. de vaste commissies voor
Veiligheid en Justitie en Binnenlandse Zaken) feitelijke vragen kan
stellen aan de Tijdelijke Commissie ‘ICT-projecten bij de overheid’.
Na beantwoording vindt een plenair debat plaats tussen de Tijdelijke
Commissie en de Kamer. Vervolgens wordt het eindrapport geagendeerd voor
een debat met de regering (meestal na ontvangst van een
kabinetsreactie).

Begroting 

De met dit onderzoek gemoeide kosten en uitgaven zijn afgestemd met de
stafdienst Financieel Economische Zaken van de Tweede Kamer. Deze kosten
en uitgaven passen binnen het reeds geraamde budget in de Kamerbegroting
voor parlementair onderzoek. 

 Verder wordt in dit stuk gesproken over overheid.

 Kamerstuk 26 643, nr. 100 en nr.130

   HYPERLINK
"http://www.rekenkamer.nl/Nieuws/Werkprogramma/Zie_ook/Flyer_Werkprogram
ma_2012" 
http://www.rekenkamer.nl/Nieuws/Werkprogramma/Zie_ook/Flyer_Werkprogramm
a_2012  

  



Uitsluitend bedoeld voor intern gebruik door de leden

 PAGE    

Onderzoeksvoorstel ICT-projecten bij de overheid –PV V&J - d.d. 4 juli
2012

	  PAGE  7 



  



Uitsluitend bedoeld voor intern gebruik door de leden

Onderzoeksvoorstel ICT-projecten bij de overheid –PV V&J - d.d. 4 juli
2012

	  PAGE  1