Inbreng verslag schriftelijk overleg inzake de geannoteerde agenda van de Raad Algemene Zaken van 24 juli 2012
Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken
Inbreng verslag schriftelijk overleg
Nummer: 2012D30937, datum: 2012-07-17, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: R.W. Knops, voorzitter van de vaste commissie voor Europese Zaken (Ooit CDA kamerlid)
- Mede ondertekenaar: J.T.A. van Haaster, adjunct-griffier
Onderdeel van zaak 2012Z14519:
- Indiener: U. Rosenthal, minister van Buitenlandse Zaken
- Medeindiener: H.P.M. Knapen, staatssecretaris van Buitenlandse Zaken
- Volgcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Europese Zaken
- 2012-07-17 10:00: Raad Algemene Zaken d.d. 24 juli 2012 (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Europese Zaken
- 2012-09-19 10:29: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2012-09-27 11:30: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Europese Zaken
Preview document (🔗 origineel)
VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld 17 juli 2012 Binnen de vaste commissie voor Europese Zaken bestond bij zes fracties de behoefte om aan de minister en de staatssecretaris van Buitenlandse Zaken enkele vragen en opmerkingen voor te leggen met betrekking tot het verslag van de Raad Algemene Zaken d.d. 26 juni 2012 (Kamerstuk 21501-02, nr. 1163) en de geannoteerde agenda van de Raad Algemene Zaken d.d. 24 juli 2012 (Kamerstuk 21501-02, nr. 1165). De minister en de staatssecretaris van Buitenlandse Zaken hebben op de vragen en opmerkingen geantwoord bij brief van … juli 2012. De vragen en opmerkingen van de fracties en de antwoorden van de minister en de staatssecretaris zijn hieronder afgedrukt. De voorzitter van de vaste commissie voor Europese Zaken, Knops Adjunct-griffier van de vaste commissie voor Europese Zaken, Van Haaster Algemeen De leden van de fractie van de PvdA hebben kennisgenomen van de geannoteerde agenda en hebben hierover nog enkele opmerkingen en vragen. De leden van de fractie van het CDA hebben met belangstelling kennisgenomen van de voorliggende geannoteerde agenda voor de aankomende Raad Algemene Zaken. Genoemde leden hebben een aantal vragen. De leden van de fractie van de SP hebben kennisgenomen van de geannoteerde agenda. Naar aanleiding daarvan hebben zij enkele vragen. De leden van de fractie van de ChristenUnie hebben kennisgenomen van de geannoteerde agenda van de Raad Algemene Zaken d.d. 24 juli 2012. Verslag Raad Algemene Zaken d.d. 26 juni 2012 Vervolg Europese Raad d.d. 28 en 29 juni 2012 De leden van de fractie van de VVD zouden graag een update krijgen over de onderhandelingen over de cohesieverordening voor de nieuwe meerjarenbegroting. Met name op het gebied van de conditionaliteiten is hier naar verluidt een stevige discussie gaande. Zijn er inmiddels resultaten bereikt op dit gebied? Volgens de VVD-fractie zijn deze conditionaliteiten, mits goed uitgewerkt, één van de belangrijkste pijlers onder de hervorming van het cohesiebeleid. Naast het groeifonds van € 120 miljard, is het kabinet van mening dat het hervormen van de economie en het op orde brengen van de overheidsfinanciën de enige manier is om voor Griekenland op langere termijn een beter toekomstperspectief te creëren, zo stellen de leden van de PvdA-fractie vast. Genoemde leden willen daaraan toevoegen dat naast bezuinigen ook investeren in groei mogelijk moet zijn en er ruimte is de economie weer draaiende te krijgen. In reactie op het EMU-rapport van Van Rompuy laat het kabinet weten bereid te zijn een discussie aan te gaan over de EMU op de lange termijn en hanteert het als uitgangspunt een stap-voor-stapbenadering, waarbij de nadruk ligt op het oplossen van de urgente problemen door het uitvoeren van de gemaakte afspraken over het op orde brengen van de overheidsfinanciën, het doorvoeren van hervormingen en het aanjagen van het groeivermogen. De leden van de PvdA-fractie constateren dat met het oplossen van alleen urgente problemen men altijd achter de feiten aanloopt en dat de afgelopen tijd juist heeft laten zien dat er tegelijkertijd gewerkt moet worden aan een langetermijnoplossing ter voorkoming van toekomstige problemen. Kan het kabinet aangeven welke langetermijnoplossingen het met de bestaande instrumenten mogelijk acht en welke inzet het heeft op dit vlak? In het EMU-rapport van Van Rompuy wordt een paar keer gesproken over openheid en democratie omtrent de eurozone en beslissingen aangaande de eurozone. Deze blijft tot dusver ver achter de werkelijkheid en wenselijkheid. De leden van de PvdA-fractie willen het kabinet vragen zich actief op te stellen als het gaat om het vergroten van de democratie en openheid omtrent deze beslissingen en zouden graag weten wat de inzet van het kabinet op dit punt is. Nederland is geen voorstander van het overhevelen van nationale bevoegdheden naar Europees niveau op terreinen als arbeidsmarkt, pensioenen of belastingen. Lidstaten zijn in de eerste plaats zelf verantwoordelijk en in de beste positie om nationaal de noodzakelijke structurele hervormingen door te voeren. De leden van de PvdA-fractie menen dat het wel nuttig kan zijn over deze onderwerpen Europese afspraken te maken. Dit betekent niet dat er bevoegdheden worden overgedragen, wel dat er meer uniforme regelgeving in de EU komt over bijvoorbeeld een (relatief) minimumloon. De leden van de CDA-fractie hechten grote waarde aan een transparante uitwerking van het rapport-Van Rompuy. Ten aanzien van het Pact voor Groei en Banen vragen de leden van de CDA-fractie zich af welke actie van de Raad kan worden verwacht, en hoe de genoemde constructieve opstelling van het Nederlandse kabinet in de praktijk vorm zal krijgen. Graag een reactie. De leden van de SP-fractie merken op dat na afloop van de Europese Raad er veel onduidelijkheid is ontstaan over de uitkomst van de Europese Raad. Met name de status van de routekaart van Van Rompuy cum suis en zijn bouwstenen is deze leden niet duidelijk. Ook is uit de agenda niet duidelijk wat de inzet is van het kabinet met betrekking tot het verloop van het vervolgproces. Gaat het kabinet proberen enkele bouwstenen van tafel te krijgen of betreft het vooral een uitwerking van de oplossingsrichtingen van Van Rompuy? Gaan voorstellen worden besproken die een verdragswijziging noodzakelijk maken? Tijdens de Europese Raad van 28 en 29 juni jl. is besloten tot een Pact voor Groei en Banen. De leden van de ChristenUnie-fractie vragen zich af welke specifieke acties Nederland zal of moet ondernemen in het kader van dit pact. Meerjarig Financieel Kader 2014-2020 De leden van de fractie van de VVD hebben vernomen dat de Europese Commissie het oorspronkelijke voorstel voor de meerjarenbegroting heeft aangepast vanwege de voorziene toetreding van Kroatië en de nieuwe groeiverwachtingen. Het nieuwe voorstel laat een verhoging van € 8 miljard in verplichtingen zien in vergelijking met het vorige en een verhoging van € 16 miljard aan betalingen. De VVD-fractie wil graag weten waar het grote verschil tussen de verhoging in betalingen en verplichtingen vandaan komt en wat de onderbouwing van de Commissie is bij deze verhogingen. Het bevreemdt de VVD-fractie dat de Commissie deze verhoging voorstelt. In tijden van recessie en tegenvallende groeiverwachtingen is in lidstaten juist zichtbaar dat er gesneden wordt in begrotingen. De Commissie ziet dit blijkbaar als reden om meer geld uit te geven. Daarnaast zou de begroting volgens de VVD-fractie niet met méér moeten toenemen dan de contributie van Kroatië, nadat dit land toetreedt. Wanneer Kroatië netto-ontvanger zal worden, wat zeer waarschijnlijk zo zal zijn, dan moet de inhoud van de potjes cohesie en landbouw op een andere manier onder de overige lidstaten verdeeld worden en niet simpelweg worden verhoogd. Dat zou volgens de VVD-fractie wijzen op verantwoordelijk begrotingsbeleid. Wat vindt het kabinet van deze verhoging van de conceptmeerjarenbegroting en wat voor gevolgen heeft dit voor de Nederlandse inzet om het voorstel te verlagen met €100 miljard? Bij de onderhandelingen over het nieuwe Meerjarig Financieel Kader heeft een tweetal cohesielanden aangegeven de onderhandelingsbox niet te kunnen accepteren als basis voor verdere onderhandelingen omdat deze elementen bevat die door deze landen niet geaccepteerd kunnen worden, zo stellen de leden van de PvdA-fractie vast. Genoemde leden vragen of het bij het kabinet bekend is om welke landen het gaat en om welke elementen. Welke invloed heeft dit op het verdere verloop van de onderhandelingen? De leden van de CDA-fractie kunnen zich in grote lijnen vinden in de inzet van het kabinet ten aanzien van dit onderwerp. Wel heeft de CDA-fractie vragen bij de strategie die wordt gevolgd ten aanzien van het gemeenschappelijk landbouwbudget. Wat bedoelt het kabinet als wordt opgemerkt, dat als de hoofddoelstelling niet wordt gerealiseerd, een besparing op het landbouwbudget aan de orde is? Waar is deze stellingname op gebaseerd en wat betekent dit voor het vervolg van de onderhandelingen? Kan het kabinet concreet aangeven welke besparing het denkt te kunnen halen bij de cohesiefondsen? De leden van de CDA-fractie hechten aan een zorgvuldige afronding van de onderhandelingen. Kan het kabinet ingaan op de verschillende posities die de lidstaten innemen? Is er sprake van dat de verschillende posities elkaar naderen en is het te verwachten dat er nog dit jaar een akkoord zal zijn? Graag een reactie. De leden van de fractie van de PVV stellen vast dat aan het einde van dit jaar een akkoord wordt verwacht betreffende de meerjarenbegroting 2014-2020. De Partij voor de Vrijheid heeft echter een vraag over de huidige meerjarenbegroting; deze blijkt namelijk te gaan stijgen met 2,79% ten opzichte van 2012. De uitgaven stijgen hierdoor in 2013 met € 3,6 miljard ten opzichte van dit jaar! Wat is het standpunt van het kabinet hieromtrent? Indien de Nederlandse bijdrage aan de EU gelijke tred zou houden met die van Duitsland en Italië, dan levert dit Nederland een jaarlijkse afdrachtenkorting van € 2 miljard op. Is het kabinet bereid, zo vraagt de PVV-fractie, dit als (hernieuwd) uitgangspunt te nemen in de onderhandelingen, mede gezien de recente bezuinigingsmaatregelen waarmee de Nederlandse inwoners worden geconfronteerd? De leden van de SP-fractie vragen of het kabinet kan aangeven op welke wijze de groeiverwachtingen en de toetreding van Kroatië van invloed zijn op het voorstel voor een nieuw Meerjarig Financieel Kader. De leden van de ChristenUnie-fractie kunnen zich vinden in de Nederlandse positie die gericht is op een sobere en moderne begroting. Genoemde leden zijn van mening dat de EU zich dient te richten op haar kerntaken en dat het aantal Europese fondsen in aantal en omvang dient af te nemen. Met name de structuurfondsen dienen volgens de leden van de ChristenUnie-fractie primair ingezet te worden om de armere regio’s in de EU te helpen. Tegelijkertijd willen genoemde leden ook dat de betalingspositie van Nederland verbetert, door in elk geval de afdrachtkorting te handhaven. De leden van de ChristenUnie-fractie vragen zich af hoe de Nederlandse positie (sobere en moderne EU-begroting) zich momenteel verhoudt tot de posities van andere lidstaten? Met welke lidstaten zit Nederland op één lijn met betrekking tot het nieuwe Meerjarig Financieel Kader? De leden van de ChristenUnie-fractie kunnen zich niet vinden in de verschuiving van budget vanuit het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) naar onderwijs, onderzoek en innovatie. Genoemde leden vinden het belangrijk dat er geïnvesteerd wordt in onderzoek en innovatie om de Nederlandse en Europese concurrentiekracht te versterken, maar dit mag niet ten koste gaan van het budget voor landbouw en plattelandsontwikkeling, dat al nominaal bevroren is ten opzichte van 2007-2013. Nederlandse boeren worden door de geplande herverdeling al geconfronteerd met een behoorlijke daling van de bedrijfstoeslagen. Daarom zouden genoemde leden eerst willen kijken naar de mogelijkheden om te bezuinigen op de structuurfondsen. Het kabinet streeft naar een groter accent op concurrentievermogen en innovatie binnen het cohesiebeleid en het GLB. De leden van de ChristenUnie-fractie vragen zich af hoe het kabinet dit concreet voor zich ziet binnen het GLB? Kan dit ook leiden tot een verschuiving in budgetten (minder hectaresteun, meer geld voor verbetering van de concurrentiekracht en innovatie)? De leden van de ChristenUnie-fractie hebben ten slotte zorgen over de voortgang van de onderhandelingen over het Meerjarig Financieel Kader. Eind augustus wil men beginnen met de inhoudelijke onderhandelingen over het Meerjarig Financieel Kader, terwijl de onderhandelingen in de Raad reeds vier maanden later afgerond moeten zijn. In dit verband vragen genoemde leden zich af of tijdens de Raad van 24 juli a.s. ook al een knoop wordt doorgehakt over de onderhandelingsbox. Verder vragen deze leden welke specifieke elementen in de onderhandelingsbox niet kunnen worden gesteund door Nederland (zie het verslag van de vorige Raad Algemene Zaken)? Cypriotisch voorzitterschapsprogramma De VVD-fractie zou graag willen weten wat de stand van zaken is ten aanzien van de Turkse houding ten opzichte van het Cypriotische EU-voorzitterschap. Zal Turkije eerdere dreigementen over het opschorten van de EU-betrekkingen waarmaken of is er op een andere manier een veranderde Turkse houding tegenover de EU te zien? De VVD-fractie is tevreden over het ambitieuze Cypriotische programma en hoopt met name dat de komende maanden vooruitgang wordt geboekt met de hervorming van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, de hervorming van het cohesiebeleid en het vergroten van het belang van onderzoek en innovatie binnen de EU-begroting en het EU-beleid. De leden van de CDA-fractie nemen met belangstelling kennis van de gepresenteerde agenda van het Cypriotisch voorzitterschap. Deze leden hebben waardering voor de constructieve opstelling die het kabinet zegt te zullen betrachten. Kan het kabinet concreet maken hoe deze constructieve opstelling uitgewerkt zal worden bij de verschillende genoemde agendapunten? Op welke manier zal bijvoorbeeld worden ingezet op het aanzwengelen van groei en banen en wat zal de Nederlandse positie hierin zijn? Graag een reactie. De leden van de fractie van de Partij voor de Vrijheid zijn van mening dat Nederland uit de Europese Unie en uit de eurozone moet treden. Aan het werkprogramma van Cyprus heeft de PVV dan ook geen boodschap, wel hebben deze leden enkele opmerkingen over de meest opvallende, hiernavolgende punten. Het kabinet stelt dat Cyprus allerwegen heeft benadrukt zuiverheid te willen betrachten ten aanzien van het onderscheid tussen het nationale probleem van de kwestie-Cyprus met Turkije en het EU-toetredingstraject van Turkije. Hoe duidt het kabinet dit? Steunt het kabinet ook de recente handreiking van Eurocommissaris Füle richting de Turkse minister van Europese Zaken en hoofdonderhandelaar Bagis om de Europese onderhandelingen met Turkije nieuw leven in te blazen? Cyprus stelt dat het verstevigen van de onderhandelingen met Turkije van kritiek belang is, plus dat het een focus van het voorzitterschap heeft (zie pagina 15 van het voorzitterschapsprogramma). Hoe is dit te rijmen met het recente Turkse dreigement van de Turkse president Abdullah Gül dat Turkije Cyprus zal boycotten als voorzitter van de EU? Is het kabinet ervan op de hoogte of Turkije nog steeds voornemens is dit te doen? Het kabinet stelt dat het constructief meewerkt aan de verwezenlijking van de door Cyprus beoogde doelstellingen, waaronder de uitbreidingsdossiers IJsland, Kroatië, Montenegro, Servië en Turkije. De PVV vraagt zich af of er momenteel geen urgentere zaken zijn die absolute prioriteit verdienen gezien de staat van Europese Unie momenteel. Hoe is het mogelijk dat het kabinet deze doelstelling omarmt terwijl 73% van de Nederlanders vindt dat de Europese Unie genoeg of te veel lidstaten heeft? In het werkprogramma van Cyprus staat het belang van het benadrukken van cultuur (zie pagina 43 van dit programma). Er worden op dit punt voorstellen aangekondigd om de “strategische doelen” betreffende cultuur te promoten. Wat is ten aanzien hiervan het standpunt van het kabinet? Ziet het kabinet dit als een onderwerp waar de Europese Unie zich mee dient te bemoeien? Met betrekking tot het Cypriotisch voorzitterschapsprogramma zijn de leden van de SP-fractie verheugd dat een sociaal en solidair Europa daar deel van uitmaakt. Het is deze leden echter onduidelijk in hoeverre het kabinet aan deze prioriteit actief invulling gaat geven. Een van de drie kerndoelstellingen van het Cypriotisch voorzitterschap betreft het aanzwengelen van groei en werkgelegenheid, stellen de leden van de fractie van de ChristenUnie vast. Hierbij wordt nadrukkelijk het belang van de verdieping van de interne markt genoemd. Een verdieping van de interne markt is bij uitstek van belang voor Nederland. De leden van de ChristenUnie-fractie zijn dan ook benieuwd welke specifieke acties of maatregelen het komend halfjaar worden genomen om deze verdieping te realiseren. Overigen Tot slot, mogen de leden van de fractie van de SP ervan uitgaan dat de politieke situatie in Roemenië ook wordt besproken? Zo ja, wat is de positie van het kabinet in deze kwestie? Begin juli werd bekend dat er in Roemenië een machtsstrijd woedt tussen de premier en de president en dat door het afzetten van de Nationale Ombudsman de regering inmiddels per decreet kan regeren, zo stelt de fractie van de ChristenUnie vast. Vervolgens zijn per decreet de voorzitters van de Senaat en het Huis van Afgevaardigden vervangen, alsmede de directeurs van de nationale radio en televisie. Daarnaast zijn de bevoegden van het Constitutionele Hof sterk ingeperkt. De leden van de ChristenUnie-fractie zijn bezorgd over de deze politieke ontwikkelingen in Roemenië, waar de regering meer macht naar zich toetrekt en de onafhankelijkheid van de rechtspraak inperkt. Genoemde leden vragen zich af waarom de situatie in Roemenië niet op de agenda staat van de Raad Algemene Zaken van 24 juli a.s. Deze leden willen graag weten welke acties vanuit de Raad worden ondernomen richting Roemenië. Daarnaast vragen genoemde leden zich af welke positie het Nederlandse kabinet in dezen inneemt en welke actie het Nederlandse kabinet onderneemt richting Roemenië. Op 18 juli 2012 komt de Europese Commissie met een rapport over de ontwikkelingen in Roemenië (en Bulgarije) in de afgelopen vijf jaar. Deze rapporten zijn van belang voor de mogelijke toetreding van de twee landen tot het Schengengebied. De leden van de ChristenUnie-fractie vragen zich af wanneer de beslissing over de toetreding tot Schengen wordt genomen.