[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Bijgewerkt t/m nr. 10 (3e NvW d.d. 11 januari 2013)

Wijziging van de Kieswet houdende maatregelen om het eenvoudiger te maken voor Nederlanders in het buitenland om hun stem uit te brengen, wijziging van de wijze van inlevering van de kandidatenlijsten, aanpassing van de datum van kandidaatstelling en stemming, alsmede regeling van andere onderwerpen

Bijgewerkte tekst

Nummer: 2012D33149, datum: 2013-02-11, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 4

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Onderdeel van zaak 2012Z10240:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Bijgewerkt t/m nr. 10 (3E NvW d.d. 11 februari 2013 )



	33 268	Wijziging van de Kieswet houdende maatregelen om het eenvoudiger
te maken voor Nederlanders in het buitenland om hun stem uit te brengen,
wijziging van de wijze van inlevering van de kandidatenlijsten,
aanpassing van de datum van kandidaatstelling en stemming, alsmede
regeling van andere onderwerpen







Nr. 2	VOORSTEL VAN WET



	Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is maatregelen
te treffen om het eenvoudiger te maken voor Nederlanders in het
buitenland om hun stem uit te brengen, de wijze van inlevering van de
kandidatenlijsten te wijzigen, de datum van kandidaatstelling en
stemming aan te passen, alsmede andere onderwerpen te regelen;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State
gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden
en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Kieswet wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel A 2 komt te luiden:

Artikel A 2

1. De Kiesraad treedt op als centraal stembureau in de gevallen waarin
de wet dat voorschrijft.

2. De Kiesraad heeft voorts tot taak de regering en de beide kamers der
Staten-Generaal van advies te dienen in uitvoeringstechnische
aangelegenheden die het kiesrecht of de verkiezingen betreffen.

B

Na artikel A 2 worden drie artikelen ingevoegd, luidende:

Artikel A 3

De Kaderwet zelfstandige bestuursorganen is van toepassing op de
Kiesraad, met uitzondering van de artikelen 12, 21 en 22.

Artikel A 4

1. De Kiesraad bestaat uit een voorzitter en zes andere leden. De
Kiesraad kan uit de leden ondervoorzitters aanwijzen.

2. Artikel 11 van de Kaderwet adviescolleges is van toepassing op de
Kiesraad.

3. De leden van de Kiesraad worden benoemd op grond van hun
deskundigheid op het gebied van het kiesrecht en de verkiezingen.
Artikel 12, derde lid, van de Kaderwet adviescolleges is van toepassing.

4. De leden van de Kiesraad worden op eigen aanvraag door Onze Minister
van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties ontslagen. Zij kunnen
voorts bij koninklijk besluit worden geschorst en ontslagen wegens
ongeschiktheid, onbekwaamheid dan wel wegens andere zwaarwegende in de
persoon van de betrokkene gelegen redenen. De voordracht voor schorsing
of ontslag wordt niet gedaan dan nadat de Kiesraad daarover is gehoord.

Artikel A 5

1. De artikelen 15, eerste, derde, vierde en vijfde lid, en 16 van de
Kaderwet adviescolleges zijn van toepassing op de Kiesraad.

2. De artikelen 21 en 29 van de Kaderwet adviescolleges zijn niet van
toepassing op de Kiesraad.

C

Artikel B 3, tweede lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel a wordt “op grond van artikel 8, onder a, b, d, e, of
l” vervangen door “op grond van artikel 8, onder a, b, c, d, e of
l” en wordt “een overeenkomst” vervangen door: een verdrag.

2. In onderdeel b vervalt “dan wel rechtmatig in Nederland verbleven
op grond van artikel 8, onder c, van de Vreemdelingenwet 2000”.

Ca

In artikel B 5, tweede lid, wordt na “de burgemeester van de gemeente
’s-Gravenhage” ingevoegd: en Onze Minister van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties.

D

Artikel C 1, tweede lid, komt te luiden:

2. Zij treden tegelijk af op de donderdag op een door de Voorzitter van
de Tweede Kamer te bepalen tijdstip in de periode van 23 tot en met 29
maart.

E

Artikel C 4, tweede lid, komt te luiden:

2. Zij treden tegelijk af met ingang van de donderdag in de periode van
23 tot en met 29 maart.

F

Artikel D 3 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt “personen” vervangen door: personen,
bedoeld in artikel B 1, eerste lid,.

2. Het tweede en vierde tot en met negende lid vervallen, onder
vernummering van het derde tot het tweede lid. 

3. Het tweede lid (nieuw), eerste zin, komt te luiden:

Het verzoek wordt ingediend bij burgemeester en wethouders van
‘s-Gravenhage of bij het hoofd van de consulaire post waaronder de
woonplaats van verzoeker ressorteert.

G

Onder vernummering van artikel D 3a tot artikel D 3c worden na artikel D
3 twee artikelen ingevoegd, luidende:

Artikel D 3a

1. Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
registreert voor elke verkiezing van de Tweede Kamer de
kiesgerechtigdheid van personen, bedoeld in artikel B 1, tweede lid,
indien zij daartoe een schriftelijk verzoek hebben ingediend. 

2. De persoon, bedoeld in artikel B 1, tweede lid, onder a, dient het
verzoekschrift in bij de vertegenwoordiger van Nederland in het land
waar hij op de dag van kandidaatstelling zijn werkelijke woonplaats
heeft.

3. De persoon, bedoeld in artikel B 1, tweede lid, onder b, die niet
gedurende ten minste tien jaren zijn werkelijke woonplaats in Nederland
heeft gehad, dient het verzoek in bij Onze Minister onder wiens
ministerie de werkzaamheden van de betrokken functionaris ressorteren.
Deze zendt het verzoekschrift zo spoedig mogelijk door naar de
vertegenwoordiger van Nederland in het land waar de functionaris op de
dag van kandidaatstelling zijn werkelijke woonplaats heeft.

Artikel D 3b

1. Het verzoek, bedoeld in de artikelen D 3 en D 3a, wordt niet eerder
ingediend dan zes maanden voor de dag van stemming.

2. Het verzoek dient uiterlijk zes weken voor de dag van stemming te
zijn ontvangen door het orgaan waarbij het moet worden ingediend. 

3. Het verzoek wordt beoordeeld naar de vermoedelijke toestand op de dag
van de kandidaatstelling.

4. Op het verzoek wordt uiterlijk op de zevende dag na ontvangst
beslist. 

5. Uitsluitend bij burgemeester en wethouders van ’s Gravenhage of bij
de vertegenwoordiger van Nederland in Aruba, Curaçao of Sint Maarten
kan het verzoek elektronisch worden ingediend.

6. Bij algemene maatregel van bestuur wordt geregeld waar en wanneer de
formulieren voor de verzoeken, kosteloos, voor de kiezers verkrijgbaar
zijn. Bij ministeriële regeling wordt voor de formulieren een model
vastgesteld. 

H

Artikel D 3c (nieuw) wordt als volgt gewijzigd: 

1. Aan het eerste lid wordt een zin toegevoegd, luidende:

Ingezetenen van Aruba, Curaçao en Sint Maarten worden niet in het
bestand opgenomen.

2. Onder vernummering van het tweede tot en met het vierde lid tot het
derde tot en met het vijfde lid, wordt een lid ingevoegd, luidende:

2. Onze Minister van Binnenlandse en Koninkrijksrelaties houdt een
bestand bij van ingezetenen van Aruba, Curaçao en Sint Maarten aan wie
voor elke verkiezing van de leden van de Tweede Kamer zonder een
afzonderlijk daartoe strekkend verzoek een formulier tot registratie van
kiesgerechtigdheid wordt toegezonden.

3. In het vierde lid (nieuw) wordt “Burgemeester en wethouders van
‘s Gravenhage verwijderen uit het bestand de geregistreerde
gegevens” vervangen door: De geregistreerde gegevens worden uit het
bestand verwijderd. 

I

In artikel D 5 vervalt “aan burgemeester en wethouders”.

J

De artikelen D 6 tot en met D 8 komen te luiden:

Artikel D 6

Op het verzoek om herziening wordt uiterlijk de zevende dag na ontvangst
beslist. Zo nodig wordt hiermee in overeenstemming gebracht:

a. de gemeentelijke administratie;

b. het register, bedoeld in artikel D 3, eerste lid;

c. het register, bedoeld in artikel D 3a. 

Artikel D 7

De beslissing wordt onverwijld aan de verzoeker bekendgemaakt. 

Artikel D 8

Burgemeester en wethouders van ‘s-Gravenhage, dan wel Onze Minister
van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, verwijderen een persoon
uit het register, bedoeld in artikel D 3, eerste lid, respectievelijk
artikel D 3a, indien aan hen omstandigheden bekend worden op grond
waarvan de desbetreffende persoon niet als kiezer behoort te zijn
geregistreerd. De verwijdering wordt onverwijld aan deze persoon bekend
gemaakt. 

K

In artikel D 9 wordt “de artikelen D 3, achtste lid, D 6 en D 8”
vervangen door: de artikelen D 3b, vierde lid, D 6 en D 8. 

L

Artikel E 4 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding “1.” geplaatst.

2. Er worden drie leden toegevoegd, luidende:

2. Als lid en plaatsvervangend lid van het stembureau kunnen worden
benoemd degenen die op de dag van de stemming de leeftijd van achttien
jaar hebben bereikt en na het volgen van een training naar het oordeel
van burgemeester en wethouders over voldoende kennis en vaardigheden
beschikken op het terrein van het verkiezingsproces, met uitzondering
van degenen:

a. die op de dag van de kandidaatstelling bij onherroepelijke
rechterlijke uitspraak van het kiesrecht zijn ontzet; 

b. die als lid van het hoofdstembureau dan wel het centraal stembureau
voor de desbetreffende verkiezing zijn benoemd;

c. die als stembureaulid bij een vorige verkiezing hebben gehandeld of
een handeling hebben nagelaten in strijd met het bij of krachtens deze
wet bepaalde.

3. Het lidmaatschap van het stembureau eindigt van rechtswege nadat over
de toelating van de gekozenen is beslist.

4. Bij algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden
gesteld over de training, waaronder regels over een toets. Hierbij kan
worden bepaald dat uitsluitend degenen die de toets met goed gevolg
hebben afgelegd als lid of plaatsvervangend lid van het stembureau
kunnen worden benoemd.

M

Artikel F 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt “de dinsdag in de periode van 18 tot en met
24 januari” vervangen door: de maandag in de periode van 30 januari
tot en met 5 februari of, in een schrikkeljaar, op de maandag in de
periode van 31 januari tot en met 6 februari.

2. In het tweede lid wordt “de dinsdag in de periode van 29 maart tot
en met 4 april” vervangen door: de maandag in de periode van 28 maart
tot en met 3 april.

3. In het derde lid wordt na “indien zwaarwichtige redenen verband
houdend” ingevoegd “met de dag van kandidaatstelling of” en wordt
“de dinsdag, woensdag, donderdag, of maandag” vervangen door: de
maandag, dinsdag, woensdag, donderdag of vrijdag.

N

Artikel F 2 komt te luiden:

Artikel F 2

In geval van ontbinding van de Tweede Kamer vindt de kandidaatstelling
plaats op een bij het koninklijk besluit tot ontbinding te bepalen dag.

O

Artikel G 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt “de drieĂ«nveertigste dag voor de
kandidaatstelling” vervangen door: de tweeĂ«nveertigste dag voor de
kandidaatstelling.

2. In het achtste lid vervalt “de veertiende dag voor de
kandidaatstelling voor de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer,
alsmede op”.

P

Artikel G 2 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt “de drieĂ«nveertigste dag voor de
kandidaatstelling” vervangen door: de tweeĂ«nveertigste dag voor de
kandidaatstelling.

2. In het achtste lid vervalt “de veertiende dag voor de
kandidaatstelling voor de verkiezing van de leden van provinciale
staten, alsmede op”.

Q

In artikel G 3, eerste lid, wordt “de drieĂ«nveertigste dag voor de
kandidaatstelling” vervangen door: de tweeĂ«nveertigste dag voor de
kandidaatstelling.

R

Artikel G 5, eerste lid, komt te luiden:

1. In afwijking van de artikelen 6:7 en 6:8, eerste lid, van de Algemene
wet bestuursrecht wordt een beroepschrift tegen:

a. een beschikking als bedoeld in de artikelen G 1 en G 2 ingediend
uiterlijk op de zesde dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin
die beschikking is medegedeeld;

b. een beschikking als bedoeld in artikel G 3 ingediend uiterlijk op de
zesde dag na de dagtekening van de openbare kennisgeving, bedoeld in het
vijfde lid van dat artikel;

c. een beschikking als bedoeld in artikel G 4 ingediend uiterlijk op de
zesde dag na de dagtekening waarop die beschikking is bekendgemaakt.

S

Artikel H 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

1. Op de dag van de kandidaatstelling kunnen bij het centraal stembureau
van negen tot zeventien uur kandidatenlijsten worden ingeleverd. 

2. Onder vernummering van het tweede lid tot derde lid wordt een lid
ingevoegd, luidende:

2. Ten minste drie weken voor de kandidaatstelling brengt het centraal
stembureau ter openbare kennis waar en wanneer kandidatenlijsten,
alsmede de daarbij horende stukken, kunnen worden ingeleverd.

T

Artikel H 2 komt te luiden:

Artikel H 2

Op de kandidatenlijst wordt vermeld voor welke kieskring of kieskringen
zij wordt ingeleverd.

U

Artikel H 3 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

1. De inlevering van de lijst geschiedt persoonlijk door een kiezer,
bevoegd tot deelneming aan de verkiezing. De inleveraar identificeert
zich met een document als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de
identificatieplicht. De kandidaten kunnen bij de inlevering aanwezig
zijn.

2. Het vierde lid komt te luiden:

4. Degene die de lijst heeft ingeleverd, ontvangt daarvan een bewijs.

V

	Artikel H 4 wordt als volgt gewijzigd:

	1. Het eerste en tweede lid komen te luiden:

	1. Bij de lijst worden, voor iedere kieskring waarvoor de lijst wordt
ingeleverd, schriftelijke verklaringen van ondersteuning overgelegd,
waarop de kandidaten op dezelfde wijze en in dezelfde volgorde worden
vermeld als op de lijst. Het minimum aantal te overleggen verklaringen
bedraagt:

voor kieskring 20 (Bonaire): tien.

voor de kieskring bij de verkiezing van de leden van een gemeenteraad
waarbij het aantal te verdelen zetels minder dan negentien is: tien. 

voor de kieskring bij de verkiezing van de leden van een gemeenteraad
waarin het aantal te verdelen zetels minder dan negenendertig, doch
minimaal negentien is: twintig. 

voor iedere andere kieskring: dertig.

	2. Verklaringen van ondersteuning voor een kieskring kunnen slechts
worden afgelegd door personen die binnen die kieskring als kiezer zijn
geregistreerd voor de desbetreffende verkiezing.

	2. De eerste volzin van het derde lid komt te luiden: De kiezer die een
verklaring van ondersteuning wenst af te leggen, ondertekent binnen een
termijn van veertien dagen voorafgaand aan of op de dag van de
kandidaatstelling deze verklaring in het gemeentehuis van de gemeente
waar hij als kiezer is geregistreerd, in aanwezigheid van de
burgemeester of een door deze daartoe aangewezen ambtenaar.

W

In artikel H 7, tweede lid, wordt “welke bij eenzelfde hoofdstembureau
zijn ingeleverd” vervangen door: welke voor eenzelfde kieskring zijn
ingeleverd.

X

Artikel H 9, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. Na “op deze lijst” wordt ingevoegd: voor de kieskring of de
kieskringen waarvoor zij is ingeleverd.

2. Er wordt een zin toegevoegd, luidende: 

Tenzij een gemachtigde, bedoeld in de artikelen H 10, eerste lid, of H
10a, eerste lid, wordt aangewezen, wordt op deze verklaring vermeld op
welk adres de kandidaat de kennisgeving van zijn benoeming, bedoeld in
artikel V 1, wil ontvangen.

3. Het vijfde lid vervalt.

Y

Aan artikel H 10, tweede lid, wordt een zin toegevoegd, luidende:

Indien geen nieuwe gemachtigde wordt aangewezen, vermeldt de kandidaat
op welk adres hij de kennisgeving van zijn benoeming, bedoeld in artikel
V 1, wil ontvangen.

Z

In artikel H 11, eerste en tweede lid, wordt “ingeleverd in
verschillende kieskringen” telkens vervangen door: ingeleverd voor
verschillende kieskringen.

AA

Artikel H 12 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid komt te luiden:

2. Artikel H 4, achtste lid, is van overeenkomstige toepassing.

2. Het derde lid, tweede zin, komt te luiden:

Bij de indiening van een lijst voor een of meer kieskringen moet een
bewijs worden ingeleverd.

AB

Artikel H 13 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid komt te luiden:

2. Artikel H 4, achtste lid, is van overeenkomstige toepassing.

2. Het derde lid, tweede zin, komt te luiden:

Bij de indiening van een lijst voor een of meer kieskringen moet een
bewijs worden ingeleverd.

ABa

Artikel H 14, tweede lid, komt te luiden: 

2. Artikel H 4, achtste lid, is van overeenkomstige toepassing.

AC

Artikel I 1 komt te luiden:

Artikel I 1

1. Op de dag na de kandidaatstelling, om zestien uur, houdt het centraal
stembureau een zitting tot het onderzoeken van de kandidatenlijsten voor
iedere kieskring waarvoor zij zijn ingeleverd.

2. Bij een verkiezing van de leden van de Tweede Kamer,
onderscheidenlijk provinciale staten van een provincie die uit meer dan
Ă©Ă©n kieskring bestaat, draagt het centraal stembureau er zorg voor dat
de hoofdstembureaus op de tweede dag na de kandidaatstelling een
afschrift van de kandidatenlijsten ontvangen die voor de desbetreffende
kieskring zijn ingeleverd.

AD

Artikel I 2 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid wordt als volgt gewijzigd:

a. In de aanhef wordt “Indien bij het onderzoek blijkt van een of meer
van de volgende verzuimen, geeft het hoofdstembureau” vervangen door:
Indien bij het onderzoek van een kandidatenlijst voor een kieskring
blijkt van een of meer van de volgende verzuimen, geeft het centraal
stembureau.

b. In onderdeel a wordt na “het aantal verklaringen” ingevoegd: voor
deze kieskring.

c. Onderdeel d komt te luiden:

d. dat voor een kandidaat ontbreekt de verklaring dat hij instemt met
zijn kandidaatstelling op de lijst voor deze kieskring;

d. Onderdeel h, komt te luiden:

h. dat de inleveraar zich niet heeft geĂŻdentificeerd met een document
als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht;

2. Het tweede lid komt te luiden:

2. Binnen de termijn van drie dagen na de zitting, bedoeld in artikel I
1, eerste lid, kan degene die de lijst heeft ingeleverd, het verzuim of
de verzuimen, in de kennisgeving aangeduid, herstellen bij het centraal
stembureau, op de eerste en tweede dag van negen tot zeventien uur en op
de derde dag van negen tot vijftien uur.

3. Het vijfde lid komt te luiden:

5. In het geval, bedoeld in het eerste lid onder g, kan gedurende de
verzuimperiode een kiezer die tot het inleveren van de lijst bevoegd zou
zijn geweest, door persoonlijke verschijning bij het centraal stembureau
zich in de plaats van de onbevoegde inleveraar stellen; hij
identificeert zich met een document als bedoeld in artikel 1 van de Wet
op de identificatieplicht. Het in de vorige zin bepaalde vindt
overeenkomstige toepassing, indien in geval van onderdeel h de
inleveraar zich niet alsnog tijdens de verzuimperiode identificeert.

AE

Artikel I 3 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

1. Onmiddellijk nadat de lijsten door het centraal stembureau zijn
onderzocht, worden deze en, indien vereist, de verklaringen van
ondersteuning, voor een ieder ter inzage gelegd bij het centraal
stembureau.

2. In het tweede lid wordt “artikel I 1, derde lid” vervangen door
“artikel I 1, tweede lid” en wordt “ter secretarie van de
gemeente” vervangen door: bij de gemeente.

AF

In artikel I 4 wordt “Op de derde dag na de kandidaatstelling beslist
het hoofdstembureau” vervangen door “Op de laatste dag van de
termijn, genoemd in artikel I 2, tweede lid, beslist het centraal
stembureau” en wordt na “over de geldigheid van de lijsten”
ingevoegd: voor iedere kieskring waarvoor zij zijn ingeleverd.

AG

Artikel I 5 wordt als volgt gewijzigd:

1. De aanhef komt te luiden:

Voor een kieskring is ongeldig de lijst:

2. Onderdeel a komt te luiden:

a. die niet op de dag van kandidaatstelling tussen negen en zeventien
uur bij het centraal stembureau is ingeleverd;

3. In onderdeel c wordt na “het aantal geldige verklaringen”
ingevoegd: voor deze kieskring.

4. Onderdeel f komt te luiden:

f. waarbij de inleveraar zich niet heeft geĂŻdentificeerd met een
document als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht;

AH

Artikel I 6 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid wordt als volgt gewijzigd:

a. In de aanhef wordt “Het hoofdstembureau” vervangen door “Het
centraal stembureau” en wordt na “van de lijst” ingevoegd: voor
een kieskring.

b. In onderdeel b wordt na “op de lijst” ingevoegd: voor deze
kieskring.

c. Onderdeel g komt te luiden:

g. die voorkomt op meer dan Ă©Ă©n van de lijsten die voor deze kieskring
zijn ingeleverd;

2. Het tweede lid wordt als volgt gewijzigd:

a. In de aanhef wordt “Het hoofdstembureau” vervangen door “Het
centraal stembureau” en wordt na “de aanduiding van een politieke
groepering” ingevoegd: van de lijst voor een kieskring.

b. In onderdeel b wordt “de bij het hoofdstembureau ingeleverde
lijsten” vervangen door: de voor dezelfde kieskring ingeleverde
lijsten.

3. In het derde lid wordt “het hoofdstembureau” vervangen door: het
centraal stembureau.

AI

In artikel I 7, vijfde lid, wordt “het hoofdstembureau” vervangen
door: het centraal stembureau.

AJ

In artikel I 8, eerste lid, wordt “waarbij het hoofdstembureau een
lijst ongeldig heeft verklaard” vervangen door “waarbij het centraal
stembureau een lijst voor een kieskring ongeldig heeft verklaard”,
wordt “zonder dat het hoofdstembureau” vervangen door “zonder dat
het centraal stembureau” en wordt “ter secretarie van de Raad van
State” vervangen door: bij de Raad van State.

AK

Artikel I 9 vervalt.

AL

Artikel I 10 wordt als volgt gewijzigd:

1. Onder vernummering van het derde tot en met vijfde lid tot het vierde
tot en met zesde lid, wordt een lid ingevoegd, luidende:

3. Een lijst kan niet deel uitmaken van meer dan Ă©Ă©n
lijstencombinatie. Heeft een gemachtigde meer dan Ă©Ă©n verklaring
betreffende dezelfde lijst ondertekend, dan is zijn ondertekening onder
alle verklaringen ongeldig.

2. Het vierde lid (nieuw) wordt als volgt gewijzigd:

a. In onderdeel a wordt “in alle kieskringen” vervangen door: voor
alle kieskringen.

b. In onderdeel b wordt “alle in de onderscheidene kieskringen”
vervangen door: alle voor de onderscheidene kieskringen.

AM

In artikel I 11 wordt “bedoeld in artikel I 12” vervangen door:
bedoeld in artikel I 4.

AN

Artikel I 12 komt te luiden:

Artikel I 12

Het centraal stembureau nummert in de zitting, bedoeld in artikel I 4,
de kandidatenlijsten die hij geldig heeft verklaard en maakt deze
beslissing op de zitting bekend.

AO

Artikel I 14 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid, eerste zin, komt te luiden:

Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing voor de gevallen,
bedoeld in artikel H 4, achtste lid, onderdelen a en b.

2. Het derde lid komt te luiden:

3. Vervolgens worden, met de nummers volgende op het laatste krachtens
het eerste lid toegekende nummer, genummerd de overige lijsten in de
volgorde van het aantal kieskringen waarvoor de lijst geldt, met dien
verstande dat het eerstvolgende nummer wordt toegekend aan de lijst die
geldt voor de meeste kieskringen. Bij een gelijk aantal kieskringen
beslist het lot.

3. Het vierde en vijfde lid vervallen.

AP

Artikel I 16 komt te luiden:

Artikel I 16

1. Indien de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad
van State strekt tot ongeldigverklaring van een kandidatenlijst, heeft
dat geen gevolgen voor de nummers, toegekend aan de overige
kandidatenlijsten.

2. Indien de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad
van State strekt tot geldigverklaring van een kandidatenlijst, wordt
deze kandidatenlijst door haar genummerd met het nummer volgende op het
laatste krachtens artikel I 14 en, indien van toepassing, bij eerdere
uitspraak van de Afdeling toegekende nummer.

AQ

Artikel I 17 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

1. Nadat onherroepelijk is beslist over de geldigheid van de ingeleverde
lijsten maakt het centraal stembureau de lijsten zo spoedig mogelijk
openbaar. Daarbij vermeldt het tevens welke lijsten tot een
lijstencombinatie zijn verbonden.

2. In het tweede lid wordt “ter secretarie van de gemeente” telkens
vervangen door: bij de gemeente. 

AR

Het opschrift van paragraaf 5 komt te luiden:

	

§ 5. Slotbepalingen

AS

Artikel I 18 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt “in de artikelen I 1, I 4 en I 12”
vervangen door: in de artikelen I 1 en I 4.

2. In het tweede lid wordt “in de artikelen I 4 en I 12 bedoelde
zittingen” vervangen door: in artikel I 4 bedoelde zitting.

3. In het derde lid, onderdeel b, vervalt “onderscheidenlijk I 12”.

4. Het vijfde lid vervalt.

AT

Na artikel I 18 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel I 19

Het centraal stembureau vernietigt de ingeleverde kandidatenlijsten en,
indien vereist, de verklaringen van ondersteuning, nadat onherroepelijk
is beslist over de geldigheid van de ingeleverde lijsten. Van de
vernietiging wordt proces-verbaal opgemaakt.

AU

Artikel J 1, eerste lid, komt te luiden:

1. De stemming vindt plaats op de vierenveertigste dag na de
kandidaatstelling. Indien toepassing is gegeven aan artikel F 1, derde
lid, kan bij het koninklijk besluit, bedoeld in dat artikel, de dag van
stemming worden vastgesteld op een dag na de vierenveertigste dag na de
kandidaatstelling, met dien verstande dat de dag van stemming met niet
meer dagen wordt verplaatst dan het aantal dagen waarmee de dag van
kandidaatstelling is vervroegd.

AV

Artikel J 8 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt “uitgereikt” vervangen door: uitgereikt
of verzonden.

2. Het derde lid komt te luiden:

3. Het schriftelijk verzoek dient uiterlijk vijf dagen voor de stemming
te zijn ontvangen. Het mondeling verzoek wordt uiterlijk op de dag voor
de stemming om twaalf uur gedaan. Deze termijnen worden op de stempas
vermeld.

AVa

Artikel J 21 komt te luiden:

Artikel J 21

	De burgemeester draagt zorg dat voldoende stembiljetten en formulieren
voor de processen-verbaal voor aanvang van de stemming bij elk
stembureau in zijn gemeente aanwezig zijn. 

AVb

	De artikelen J 22 en J 23 vervallen.

AVc

	Artikel J 25, tiende lid, komt te luiden:

	10. De voorzitter houdt aantekening van het aantal ingenomen geldige
stempassen.

AVd

	Artikel J 29 komt te luiden:

Artikel J 29

	1. Indien het stembureau blijkt dat een kiezer het stembiljet niet in
de stembus steekt, houdt de voorzitter daarvan aantekening. 

	2. Indien een kiezer zijn stembiljet teruggeeft, wordt dit door de
voorzitter onmiddellijk onbruikbaar gemaakt op een bij algemene
maatregel van bestuur te regelen wijze.

AW

Artikel J 39 komt te luiden:

Artikel J 39

1. Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties kan
personen aanwijzen die als waarnemer getuige mogen zijn van het
verkiezingsproces, indien zij kiesgerechtigd zijn voor Ă©Ă©n van de
verkiezingen, bedoeld in deze wet. 

2. Onze Minister van Buitenlandse Zaken kan ter uitvoering van een
verdrag of een internationale afspraak personen toelaten die als
waarnemer getuige mogen zijn van het verkiezingsproces.

3. Waarnemers zijn bevoegd in het stemlokaal te vertoeven gedurende de
tijd dat het stembureau zitting houdt.

4. De waarnemers, bedoeld in het eerste lid, zenden hun rapport aan Onze
Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en maken het op
een algemeen toegankelijke wijze elektronisch openbaar.

5. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden
gesteld over de toelatingsprocedure, het maximum aantal waarnemers, de
wijze en de duur van de waarneming en de rechten en plichten van
waarnemers.

AX

In het opschrift van hoofdstuk K vervalt “in een andere gemeente”.

AY

In artikel K 1 vervalt “in een andere gemeente dan waar hij als kiezer
is geregistreerd”.

AZ

Artikel K 3 komt te luiden:

Artikel K 3

1. De kiezer richt zijn verzoek, schriftelijk of mondeling, aan de
burgemeester van de gemeente waar hij op de dag van de kandidaatstelling
als kiezer is geregistreerd.

2. Het schriftelijk verzoek dient uiterlijk vijf dagen voor de stemming
te zijn ontvangen. Het mondeling verzoek wordt uiterlijk op de dag voor
de stemming om twaalf uur gedaan. De burgemeester brengt deze termijnen
op de dag van de kandidaatstelling ter openbare kennis.

BA

Aan artikel K 4 wordt een lid toegevoegd, luidende:

4. Bij ministeriële regeling wordt voor de kiezerspas een model
vastgesteld.

BB

De artikelen K 6 tot en met K 8 komen te luiden:

Artikel K 6

1. Voor een schriftelijk verzoek wordt gebruik gemaakt van een formulier
dat bij de gemeente kosteloos verkrijgbaar is. Bij ministeriële
regeling wordt voor het formulier een model vastgesteld.

2. Een mondeling verzoek geschiedt door de kiezer in persoon bij de
gemeente waar hij op de dag van de kandidaatstelling als kiezer is
geregistreerd.

3. Indien de kiezer reeds een stempas heeft ontvangen, voegt hij deze
bij het schriftelijk verzoek, dan wel legt hij deze over bij het
mondeling verzoek.

Artikel K 7

1. De kiezer die zijn werkelijke woonplaats buiten Nederland heeft en
met een kiezerspas wenst te stemmen, voegt een verzoek daartoe bij het
registratieverzoek, bedoeld in artikel D 3 of artikel D 3a.

2. Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties beslist
op de verzoeken, ingediend bij de vertegenwoordiger van Nederland in
Aruba, Curaçao of Sint Maarten.

3. Voor het verzoekschrift wordt gebruik gemaakt van een formulier dat
is opgenomen in de in artikel D 3b, zesde lid, bedoelde formulieren.

Artikel K 8

1. Op het schriftelijk verzoek wordt zo spoedig mogelijk beslist. Op het
mondeling verzoek wordt terstond beslist.

2. Het verzoek wordt slechts afgewezen, indien de verzoeker op de dag
van de kandidaatstelling niet als kiezer is geregistreerd, hem
overeenkomstig paragraaf 2 van hoofdstuk L is toegestaan bij volmacht te
stemmen, of hem is toegestaan per brief te stemmen.

3. Indien het verzoek niet in verdere behandeling wordt genomen of wordt
afgewezen, wordt de beslissing met opgave van redenen schriftelijk aan
de verzoeker medegedeeld.

4. Artikel D 9 is van overeenkomstige toepassing op een beschikking als
bedoeld in dit artikel.

BC

De artikelen K 9 en K 10 vervallen.

BD

Artikel K 11 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt na “de kiezer” ingevoegd: het in artikel
J 24, eerste lid, onder a, genoemde identiteitsdocument, en.

2. Het tweede lid vervalt, onder vernummering van het derde lid tot het
tweede lid.

BE

In artikel L 2, eerste lid, wordt na “de stempas” ingevoegd: of
kiezerspas.

BF

In artikel L 5, tweede lid, wordt na “de stempas” ingevoegd: of
kiezerspas.

BG

Artikel L 7 komt te luiden:

Artikel L 7

1. Het verzoekschrift, bedoeld in artikel L 8, dient uiterlijk vijf
dagen voor de stemming te zijn ontvangen. 

2. De burgemeester brengt deze termijn op de dag van de
kandidaatstelling ter openbare kennis.

BH

Artikel L 8 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid vervalt “uiterlijk op de veertiende dag voor de
stemming” en wordt “ter secretarie van elke gemeente” vervangen
door: bij elke gemeente.

2. Het derde lid komt te luiden:

3. Bij het verzoekschrift wordt ingediend een verklaring van de
gemachtigde dat deze bereid is als zodanig op te treden.

3. Het vijfde lid vervalt.

BI

Artikel L 9 komt te luiden:

Artikel L 9

1. De kiezer die zijn werkelijke woonplaats buiten Nederland heeft en
bij volmacht wenst te stemmen, voegt een verzoek daartoe bij het
registratieverzoek, bedoeld in artikel D 3 of artikel D 3a.

2. Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties beslist
op de verzoeken, ingediend bij de vertegenwoordiger van Nederland in
Aruba, Curaçao of Sint Maarten.

3. Voor het verzoekschrift wordt gebruik gemaakt van een formulier dat
is opgenomen in de in artikel D 3b, zesde lid, bedoelde formulieren.

BJ

Artikel L 10, onderdeel c, komt te luiden:

c. de verklaring van de gemachtigde dat deze bereid is als zodanig op te
treden, ontbreekt;

BK

Artikel L 11 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

1. Op het verzoek wordt zo spoedig mogelijk beslist, doch niet eerder
dan op de dag van de kandidaatstelling.

2. Het derde lid komt te luiden:

3. Indien het verzoek niet in verdere behandeling wordt genomen of wordt
afgewezen, wordt de beslissing met opgave van redenen schriftelijk aan
de verzoeker medegedeeld. Degene die zich bereid heeft verklaard als
gemachtigde op te treden wordt van de beslissing in kennis gesteld. 

BL

Artikel L 12 vervalt.

BM

Artikel L 13 komt te luiden:

Artikel L 13

De burgemeester, respectievelijk Onze Minister van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties, doet het volmachtbewijs aan de gemachtigde
toekomen.

BN

In het opschrift van Hoofdstuk L, paragraaf 3, wordt na “de stempas”
ingevoegd: of kiezerspas.

BO

Artikel L 14 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

1. De kiezer met een stempas kan een andere kiezer machtigen om voor hem
te stemmen, indien de gemachtigde stemt in de gemeente van de
volmachtgever.

2. Onder vernummering van het tweede en derde lid tot het derde en
vierde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:

2. De kiezer met een kiezerspas kan een andere kiezer machtigen om voor
hem te stemmen.

3. In het derde en vierde lid (nieuw) wordt na “stempas” telkens
ingevoegd: of kiezerspas.

BP

Na artikel L 14 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel L 15

1. De kiezer verleent geen volmacht in een stemlokaal.

2. Indien een volmacht is verleend in het stemlokaal, kan de gemachtigde
de volmachtstem niet uitbrengen. Indien de gemachtigde het
volmachtbewijs aan de voorzitter van het stembureau heeft overhandigd,
geeft de voorzitter het volmachtbewijs aan de volmachtgever, of, indien
deze het stemlokaal heeft verlaten, aan de gemachtigde.

BQ

In hoofdstuk M komt het opschrift van paragraaf 1 te luiden:

§ 1. Algemene bepalingen

BQa

	In artikel M 1 vervalt “wegens zijn beroep of werkzaamheden of wegens
het beroep of de werkzaamheden van zijn echtgenoot, geregistreerde
partner, levensgezel of ouder,”.

BR

Artikel M 3 komt te luiden:

Artikel M 3

1. De kiezer die zijn werkelijke woonplaats buiten Nederland heeft en
per brief wenst te stemmen, voegt een verzoek daartoe bij het
registratieverzoek, bedoeld in artikel D 3 of artikel D 3a. De overige
kiezers dienen een zodanig verzoekschrift uiterlijk op de
achtentwintigste dag voor de stemming in bij de burgemeester van de
gemeente waar zij als kiezer zijn geregistreerd. 

2. In het verzoekschrift geeft de kiezer een adres op buiten Nederland
waar hij de stukken, bedoeld in artikel M 6, eerste lid, wenst te
ontvangen. 

3. Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties beslist
op de verzoeken, ingediend bij de vertegenwoordiger van Nederland in
Aruba, Curaçao of Sint Maarten.

4. Voor het verzoekschrift, bedoeld in het eerste lid, eerste zin, wordt
gebruik gemaakt van een formulier dat is opgenomen in de in artikel D
3b, zesde lid, bedoelde formulieren.

5. Voor het verzoekschrift, bedoeld in het eerste lid, tweede zin, wordt
gebruik gemaakt van een formulier dat bij elke gemeente kosteloos
verkrijgbaar is. Bij ministeriële regeling wordt voor het formulier een
model vastgesteld.

BS

Artikel M 4 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

1. Op het verzoek wordt zo spoedig mogelijk beslist.

2. Het derde lid komt te luiden:

3. Indien het verzoek niet in verdere behandeling wordt genomen of wordt
afgewezen, wordt de beslissing met opgave van redenen schriftelijk aan
de verzoeker medegedeeld.

3. In het vierde lid vervalt de eerste zin en vervalt “of de door hem
daartoe aangewezen ambtenaar”.

BT

Artikel M 6 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid, aanhef, komt te luiden:

De burgemeester van ‘s-Gravenhage zendt de kiezers, bedoeld in de
artikelen D 3 en M 3, eerste lid, tweede zin, en de vertegenwoordiger
van Nederland in Aruba, Curaçao en Sint Maarten zendt de kiezers,
bedoeld in artikel D 3a, zo spoedig mogelijk op bij algemene maatregel
van bestuur te bepalen wijze:

2. Het eerste lid, onderdeel b, komt te luiden:

b. een geadresseerde retourenveloppe;

3. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

3. De vertegenwoordiger van Nederland in Aruba, Curaçao en Sint Maarten
draagt er zorg voor dat de stembiljetten alsmede de formulieren voor de
processen-verbaal voor de briefstembureaus in Aruba, Curaçao,
respectievelijk Sint Maarten tijdig in gereedheid worden gebracht. 

BU

Na artikel M 6 worden een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel M 6a

1. De burgemeester van ‘s-Gravenhage zet op de retourenveloppe het
adres van:

a. het briefstembureau, indien dat voor de kiesgerechtigde is ingesteld
op grond van artikel M 13, eerste, tweede en vierde lid;

b. de vertegenwoordiger van Aruba, Curaçao of Sint Maarten, indien voor
de kiesgerechtigde een briefstembureau is ingesteld op Aruba, Curaçao
respectievelijk Sint Maarten;

c. de burgemeester van ‘s-Gravenhage, in alle overige gevallen. 

2. De vertegenwoordiger van Nederland in Aruba, Curaçao en Sint Maarten
zet op de retourenveloppe het adres van de vertegenwoordiger van
Nederland in Aruba, Curaçao respectievelijk Sint Maarten.

BV

Artikel M 7 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt na “rood” ingevoegd: , blauw, zwart of
groen.

2. Het vierde lid komt te luiden:

4. Vervolgens doet hij het briefstembewijs en de enveloppe met het
stembiljet in de bijbehorende retourenveloppe en retourneert hij deze
gesloten naar het adres dat op de retourenveloppe staat. De kiezer
draagt er zorg voor dat de retourenveloppe voldoende is gefrankeerd.

3. Het vijfde lid komt te luiden:

5. Indien de retourenveloppe is geadresseerd aan de burgemeester van
‘s-Gravenhage, kan de kiezer de retourenveloppe doen toekomen aan het
hoofd van de consulaire post waaronder de woon- en verblijfplaats van de
kiezer ressorteert. Het hoofd van de consulaire post draagt zorg voor
spoedige doorzending naar de burgemeester van ‘s-Gravenhage.

4. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

6. Indien de retourenveloppe is geadresseerd aan de vertegenwoordiger
van Nederland in Aruba, Curaçao of Sint Maarten, kan de kiezer de
retourenveloppe inleveren bij een of meer locaties die zijn aangewezen
door deze vertegenwoordiger. De vertegenwoordiger maakt deze locaties
bekend in de handleiding voor de kiezer, bedoeld in artikel M 6, eerste
lid, onderdeel e.

BW

Na artikel M 7 worden een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel M 7a

Bij algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld
met betrekking tot het stemmen per brief.

BX

Na artikel M 7a (nieuw) wordt het opschrift van een paragraaf ingevoegd,
luidende:

§ 2. Briefstembureaus in de gemeente ‘s-Gravenhage

BY

	Artikel M 8 wordt als volgt gewijzigd:

	1. In het derde lid vervalt de vierde zin.

	2. Het vierde lid komt te luiden:

	4. De burgemeester bewaart de pakken, bedoeld in het derde lid, drie
maanden nadat over de toelating van de gekozenen is beslist. Daarna
vernietigt hij deze pakken onmiddellijk. Van de vernietiging wordt
proces-verbaal opgemaakt. 

BZ

Artikel M 9 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid wordt “op dagen gelegen in de periode vanaf de
zesendertigste dag tot en met de tweeënveertigste dag na de
kandidaatstelling” vervangen door: vanaf zeven dagen voor de dag van
stemming.

2. In het zesde lid wordt “de verzoekschriften, bedoeld in artikel M
4, vierde lid” vervangen door: de ingewilligde verzoekschriften.

3. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

7. Artikel E 4 is van overeenkomstige toepassing.

BZa

In artikel M 10, eerste lid, wordt “het verzoekschrift, bedoeld in
artikel M 4, vierde lid” vervangen door: het ingewilligde
verzoekschrift.

CA

Artikel M 12 vervalt.

CB

In hoofdstuk M wordt paragraaf 2 vernummerd tot paragraaf 3.

CC

Artikel M 14 komt te luiden:

Artikel M 14

Indien op grond van artikel M 13 voor de kiesgerechtigde een
briefstembureau is ingesteld, zendt de burgemeester van ‘s-Gravenhage
het ingewilligde verzoekschrift naar dat briefstembureau.

CD

Artikel M 15 vervalt.

CE

Artikel M 16 komt te luiden:

Artikel M 16

1. De artikelen M 8, eerste tot en met het derde lid, en M 9 zijn van
overeenkomstige toepassing op briefstembureaus in het buitenland, met
dien verstande dat:

a. aan de burgemeester opgedragen taken worden verricht door het
briefstembureau dan wel door de vertegenwoordiger van Nederland in
Aruba, Curaçao of Sint Maarten;

b. de bevoegdheden van burgemeester en wethouders bevoegdheden zijn van
Onze Minister van Buitenlandse Zaken, Onze Minister van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties, respectievelijk Onze Minister van
Defensie;

c. indien een tijdsverschil met Nederland bestaat, de genoemde
tijdstippen naar plaatselijke tijd gelden.

2. De artikelen M 10 en M 11 zijn van toepassing op briefstembureaus in
het buitenland. 

CF

	De artikelen N 1 en N 2 komen te luiden:

Artikel N 1

	1. Onmiddellijk nadat de stemming is geëindigd, stelt het stembureau
vast de aantallen geldige stempassen, kiezerspassen en volmachtbewijzen.
De som van deze aantallen is het aantal kiezers dat tot de stemming is
toegelaten.

	2. De aantallen worden door de voorzitter aan de aanwezige kiezers
medegedeeld.

Artikel N 2

	1. Het stembureau doet in afzonderlijke pakken:

	a. de geldige stempassen, kiezerspassen en volmachtbewijzen;

	b. de onbruikbaar gemaakte stempassen, kiezerspassen en
volmachtbewijzen;

	c. de onbruikbaar gemaakte stembiljetten;

	d. de niet gebruikte stembiljetten.

	2. Elk pak wordt verzegeld en voorzien van de naam van de gemeente en
het nummer van het stembureau.

CFa

	Artikel N 4 vervalt.

CFb

Aan artikel N 6 wordt een lid toegevoegd, luidende:

3. De som van de aantallen op kandidaten uitgebrachte stemmen, blanco
stemmen en ongeldige stemmen is het aantal stemmen dat is geteld.

CFc

Na artikel N 8 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel N 8a

Het stembureau stelt vast het verschil tussen het aantal kiezers dat tot
de stemming is toegelaten en het aantal stemmen dat is geteld. Voor
zover mogelijk geeft het stembureau hiervoor een verklaring.

CFd

	Artikel N 9, eerste lid, eerste lid, komt te luiden:

	1. Terstond nadat de stemmen zijn opgenomen, deelt de voorzitter de
aantallen, bedoeld in de artikelen N 6 en N 8a, mede. Door de aanwezige
kiezers kunnen mondeling bezwaren worden ingebracht.

CG

	Artikel N 11 wordt als volgt gewijzigd:

	1. In het eerste lid vervalt “of een door deze aan te wijzen
ambtenaar”.

	2. Het derde lid komt te luiden:

3. De burgemeester stelt tevens vast:

a. het aantal blanco stemmen;

b. het aantal ongeldige stemmen;

c. het aantal stemmen dat bij volmacht is uitgebracht; en

d. het verschil tussen het aantal kiezers dat tot de stemming is
toegelaten en het aantal stemmen dat is geteld. Voor zover mogelijk
geeft de burgemeester hiervoor een verklaring.

CH

De artikelen N 12 en N 13 komen te luiden:

Artikel N 12

1. De burgemeester brengt de processen-verbaal en de opgave van de door
hem vastgestelde aantallen stemmen onverwijld over naar het
hoofdstembureau. Tevens legt hij een afschrift van deze stukken
onverwijld voor een ieder ter inzage op het gemeentehuis totdat over de
toelating van de gekozenen is beslist.

2. De burgemeester brengt de pakken, bedoeld in artikel N 9, op verzoek
van het centraal stembureau over naar het centraal stembureau.

3. De burgemeester bewaart de pakken, bedoeld in de artikelen N 2 en N
9, die niet naar het centraal stembureau zijn overgebracht, en de
afschriften, bedoeld in het eerste lid, drie maanden nadat over de
toelating van de gekozenen is beslist. Daarna vernietigt hij deze
stukken onmiddellijk, tenzij:

a. de officier van justitie of de rechter-commissaris in het kader van
een strafrechtelijk onderzoek een verzoek heeft gedaan tot overdracht
van deze stukken, in welk geval de vernietiging plaatsvindt nadat dit
onderzoek is afgerond;

b. strafvervolging is ingesteld wegens een strafbaar gestelde gedraging
in de Kieswet, de artikelen 125 tot en met 129 van het Wetboek van
Strafrecht of de artikelen 131 tot en met 135 van het Wetboek van
Strafrecht BES, in welk geval de vernietiging plaatsvindt nadat er een
onherroepelijke rechterlijke uitspraak is.

4. Van de vernietiging wordt proces-verbaal opgemaakt. 

Artikel N 13

Nadat is beslist over de toelating van de gekozenen, is de burgemeester
bevoegd, de pakken, bedoeld in de artikelen N 2 en N 9, die niet naar
het centraal stembureau zijn overgebracht, te openen en deze pakken,
alsmede de afschriften, bedoeld in artikel N 12, eerste lid, over te
dragen aan de officier van justitie ten dienste van een onderzoek naar
enig strafbaar feit.

CHa

Artikel N 14 vervalt.

CHb

Artikel N 15 komt te luiden:

Artikel N 15

	In afwijking van artikel N 1, eerste lid, stelt het stembureau vast het
aantal door het stembureau ontvangen retourenveloppen en het aantal
ingevolge artikel M 11 terzijde gelegde retourenveloppen. Het verschil
tussen deze aantallen is het aantal kiezers dat tot de stemming is
toegelaten.

CI

Artikel N 16 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt “de verzoekschriften, bedoeld in artikel M
4, vierde lid,” vervangen door: de ingewilligde verzoekschriften.

2. Er worden twee leden toegevoegd, luidende:

3. Artikel N 7 is van toepassing, met dien verstande dat voor de
toepassing van het eerste lid, in plaats van “rood heeft gemaakt”
wordt gelezen: rood, blauw, zwart of groen heeft gemaakt, en dat voor de
toepassing van het derde lid, in plaats van “rood maken” wordt
gelezen: rood, blauw, zwart of groen maken.

4. Artikel N 8, eerste lid, is van toepassing, met dien verstande dat in
plaats van “artikel N 7” wordt gelezen: artikel N 16, derde lid,.

CJ

Artikel N 16a, eerste lid, komt te luiden:

1. Indien gebruik is gemaakt van de bevoegdheid, bedoeld in artikel M 9,
tweede lid, vangt het briefstembureau in afwijking van artikel N 1 de
stemopneming op de dag van stemming aan om zeven uur dertig ten aanzien
van de stembiljetten die zich op dat moment in de stembus bevinden.

CK

In de artikelen N 17, tweede lid, N 18 en N 20, eerste lid, wordt “in
Aruba, in Curaçao of in Sint Maarten” vervangen door: in Aruba,
Curaçao of Sint Maarten.

CL

In de artikelen N 20, tweede lid, en N 21 wordt “per telefax”
telkens vervangen door: langs elektronische weg.

CLa

Artikel O 2, tweede lid, komt te luiden:

2. Het hoofdstembureau stelt tevens vast: 

a. het aantal blanco stemmen;

b. het aantal ongeldige stemmen;

c. het aantal stemmen dat bij volmacht is uitgebracht; en

d. het verschil tussen het aantal kiezers dat tot de stemming is
toegelaten en het aantal stemmen dat is geteld. Voor zover mogelijk
geeft het hoofdstembureau hiervoor een verklaring.

CM

De artikelen O 4 en O 5 komen te luiden:

Artikel O 4

1. Het hoofdstembureau maakt het proces-verbaal onverwijld op een
algemeen toegankelijke wijze elektronisch openbaar. Bij ministeriële
regeling kan hiervoor een internetadres worden aangewezen.

2. Tenzij het de verkiezing betreft van de gemeenteraad of van
provinciale staten van een provincie die Ă©Ă©n kieskring vormt, brengt
het hoofdstembureau zijn proces-verbaal onverwijld naar het centraal
stembureau over.

Artikel O 5

1. Het hoofdstembureau brengt de processen-verbaal van de stembureaus en
de opgaven van de burgemeesters en, tenzij het de verkiezing betreft van
de gemeenteraad of van provinciale staten van een provincie die Ă©Ă©n
kieskring vormt, een afschrift van zijn proces-verbaal terstond over aan
het orgaan waarvoor de verkiezing plaatsvindt.

2. Het orgaan waarvoor de verkiezing plaatsvindt, bewaart de
processen-verbaal van de stembureaus drie maanden nadat over de
toelating van de gekozenen is beslist. Daarna vernietigt hij deze
stukken onmiddellijk. Van de vernietiging wordt proces-verbaal
opgemaakt.

CN

In het opschrift van hoofdstuk P, paragraaf 1, wordt “bepaling”
vervangen door: bepalingen.

CO

In artikel P 1 wordt “de afschriften van de processen-verbaal”
vervangen door: de processen-verbaal.

CP

Na artikel P 1 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel P 1a

1. Indien het centraal stembureau programmatuur gebruikt ten behoeve van
de berekening van de uitslag van de verkiezing of de berekening van de
zetelverdeling, maakt het centraal stembureau elektronisch op een
algemeen toegankelijke wijze openbaar welke programmatuur het gebruikt. 

2. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden nadere regels
gesteld omtrent de openbaarmaking van de programmatuur en wordt bepaald
onder welke voorwaarden het centraal stembureau programmatuur kan
gebruiken ten behoeve van de berekening van de uitslag van de verkiezing
of de berekening van de zetelverdeling en aan welke eisen deze
programmatuur moet voldoen. 

CQ

Het opschrift van hoofdstuk P, paragraaf 2, vervalt.

CR

Na artikel P 2 wordt een opschrift ingevoegd, luidende:

§ 2. De zetelverdeling

CS

In artikel P 15, eerste lid, wordt “voor zover aan de lijstengroep,
het niet van een lijstengroep deel uitmakend stel gelijkluidende lijsten
of de op zichzelf staande lijst” vervangen door: voor zover aan de
lijstengroep of de niet van een lijstengroep deel uitmakende lijst.

CT

Artikel P 16 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

1. Betreft het een lijstengroep, dan geldt, indien een aldus gekozen
kandidaat op meer dan Ă©Ă©n lijst is vermeld, die kandidaat als gekozen
op de lijst waarop het grootste aantal stemmen op hem is uitgebracht;
voor zover aan die lijst voldoende zetels zijn toegewezen. Voor zover
aantallen gelijk zijn, geldt hij als gekozen op de lijst, ingeleverd
voor de kieskring, met het laagste nummer.

2. In het tweede lid vervallen “of stellen gelijkluidende lijsten”,
“of het stel gelijkluidende lijsten” en “of stellen gelijkluidende
lijsten”.

CU

In artikel P 17 vervalt telkens “of stellen gelijkluidende lijsten”.

CV

Artikel P 18 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

1. Betreft het een lijstengroep, dan geldt, indien een kandidaat met
toepassing van artikel P 17 op meer dan Ă©Ă©n lijst van de lijstengroep
gekozen is, die kandidaat als gekozen op de lijst waarop het grootste
aantal stemmen op hem is uitgebracht. Voor zover aantallen gelijk zijn,
geldt hij als gekozen op de lijst, ingeleverd voor de kieskring met het
laagste nummer.

2. In het tweede lid vervallen “of stel gelijkluidende lijsten” en
“of het desbetreffende stel gelijkluidende lijsten”.

3. In het derde lid vervallen “of stel gelijkluidende lijsten” en
“of stellen gelijkluidende lijsten”.

CW

Artikel P 19 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid vervalt “of ieder stel gelijkluidende lijsten”.

2. In het tweede en derde lid vervalt “of het stel gelijkluidende
lijsten”.

3. In het vijfde lid wordt “met negen of elf leden” vervangen door
“met minder dan dertien leden” en vervalt “of stellen
gelijkluidende lijsten”. 

CWa

	Artikel P 20, eerste en tweede lid, komen te luiden:

	1. Het centraal stembureau stelt de uitslag van de verkiezingen zo
spoedig mogelijk vast. Het centraal stembureau stelt tevens vast:

	a. het aantal blanco stemmen;

	b. het aantal ongeldige stemmen;

	c. het aantal stemmen dat bij volmacht is uitgebracht; en

	d. het verschil tussen het aantal kiezers dat tot de stemming is
toegelaten en het aantal stemmen dat is geteld. Voor zover mogelijk
geeft het centraal stembureau hiervoor een verklaring.

	2. De vaststelling en bekendmaking geschieden in een openbare zitting
van het centraal stembureau. Dag en uur van de zitting worden door de
voorzitter van het centraal stembureau tijdig bekend gemaakt. De wijze
van bekendmaking wordt geregeld bij algemene maatregel van bestuur. 

CX

Artikel P 23 komt te luiden:

Artikel P 23

Het centraal stembureau maakt zijn proces-verbaal onverwijld op een
algemeen toegankelijke wijze elektronisch openbaar. Bij ministeriële
regeling kan hiervoor een internetadres worden aangewezen.

CY

In artikel P 24 wordt “De voorzitter van het centraal stembureau”
vervangen door: Het centraal stembureau.

CZ

Artikel P 25 komt te luiden:

Artikel P 25

1. Het centraal stembureau bewaart de pakken, bedoeld in artikel P 21,
tweede lid, drie maanden nadat over de toelating van de gekozenen is
beslist. Daarna vernietigt hij deze stukken onmiddellijk, tenzij:

a. de officier van justitie of de rechter-commissaris in het kader van
een strafrechtelijk onderzoek een verzoek heeft gedaan tot overdracht
van deze stukken, in welk geval de vernietiging plaatsvindt nadat dit
onderzoek is afgerond;

b. strafvervolging is ingesteld wegens een strafbaar gestelde gedraging
in de Kieswet, de artikelen 125 tot en met 129 van het Wetboek van
Strafrecht of de artikelen 131 tot en met 135 van het Wetboek van
Strafrecht BES, in welk geval de vernietiging plaatsvindt nadat er een
onherroepelijke rechterlijke uitspraak is.

2. Van de vernietiging wordt proces-verbaal opgemaakt.

DA

Na artikel P 25 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel P 26

Nadat is beslist over de toelating van de gekozenen, is het centraal
stembureau bevoegd, de pakken, bedoeld in artikel P 21, tweede lid, het
proces-verbaal, bedoeld in artikel P 22, en, tenzij het de verkiezing
betreft van de gemeenteraad of van provinciale staten van een provincie
die Ă©Ă©n kieskring vormt, de processen-verbaal van de hoofdstembureaus,
ten dienste van een onderzoek naar enig strafbaar feit aan de officier
van justitie over te dragen.

DB

Aan artikel Q 6 wordt een lid toegevoegd, luidende:

5. In afwijking van de artikelen 6:7 en 6:8, eerste lid, van de Algemene
wet bestuursrecht wordt een beroepschrift tegen een beschikking als
bedoeld in dit artikel ingediend uiterlijk op de zesde dag na de
dagtekening van de Staatscourant waarin de beschikking is medegedeeld.

DC

Artikel R 1, eerste lid, komt te luiden:

1. Op de dag van de kandidaatstelling kunnen bij het centraal stembureau
van negen tot zeventien uur kandidatenlijsten door persoonlijke
overhandiging worden ingeleverd.

DD

Artikel R 7, derde lid, komt te luiden:

3. Degene die de lijst heeft ingeleverd, ontvangt daarvan een bewijs.
Het centraal stembureau legt de ingeleverde lijsten overwijld voor een
ieder ter inzage.

DE

Artikel R 8 wordt als volgt gewijzigd:

1. Aan het eerste lid wordt een zin toegevoegd, luidende: 

Tenzij een gemachtigde, bedoeld in de artikelen R 9 of R 9a, wordt
aangewezen wordt op deze verklaring vermeld op welk adres de kandidaat
de kennisgeving van zijn benoeming, bedoeld in artikel V 1, wil
ontvangen.

2. Het vijfde lid vervalt.

DF

Aan artikel R 9, tweede lid, wordt een zin toegevoegd, luidende: Indien
geen nieuwe gemachtigde wordt aangewezen, vermeldt de kandidaat op welk
adres hij de kennisgeving van zijn benoeming, bedoeld in artikel V 1,
wil ontvangen.

DG

In artikel S 3, onderdeel a wordt “bij de voorzitter van het centraal
stembureau of het door deze aangewezen lid van dat bureau” vervangen
door: bij het centraal stembureau. 

DH

In artikel S 6, eerste lid, eerste zin, wordt “ter secretarie van de
Raad van State” vervangen door: bij de Raad van State. 

DI

In hoofdstuk S wordt paragraaf 3 vernummerd tot paragraaf 2.

DJ

Artikel S 12 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het derde lid komt te luiden:

3. Vervolgens worden, met de nummers volgende op het laatste krachtens
het eerste lid toegekende nummer, genummerd de overige lijsten in de
volgorde van het aantal provincies waarvoor de lijst geldt, met dien
verstande dat het eerstvolgende nummer wordt toegekend aan de lijst die
geldt voor de meeste provincies. Bij een gelijk aantal provincies
beslist het lot.

2. Het vierde vervalt.

DK

In artikel S 13 vervalt “en eventuele letters”.

DL

Na hoofdstuk S, paragraaf 2 (nieuw), wordt een paragraaf ingevoegd,
luidende:

§ 3. Slotbepaling

Artikel S 15

Het centraal stembureau vernietigt de ingeleverde kandidatenlijsten en
de verklaringen van ondersteuning onverwijld nadat over de toelating van
de gekozenen is beslist. Van de vernietiging wordt proces-verbaal
opgemaakt.

DM

Aan artikel T 11, derde lid, wordt een zin toegevoegd, luidende:

Deze legt een afschrift van de processen-verbaal onverwijld voor een
ieder ter inzage bij het centraal stembureau.

DN

Artikel U 15 komt te luiden:

Artikel U 15

1. Gekozen zijn de kandidaten van de lijst, daartoe aangewezen door
overeenkomstige toepassing van de artikelen P 15 tot en met P 18 en P
19a, met dien verstande dat in afwijking van artikel P 15, eerste lid,
eerste zin, zijn gekozen de kandidaten die een aantal stemmen hebben
verkregen, groter dan of gelijk aan de kiesdeler.

2. De rangschikking van de kandidaten geschiedt overeenkomstig het
bepaalde in artikel P 19, eerste, derde en vierde lid, met dien
verstande dat de rangschikking achterwege blijft, voor zover het lijsten
betreft waarop geen kandidaten gekozen zijn verklaard en die niet deel
uitmaken van een lijstengroep waaraan Ă©Ă©n of meer zetels zijn
toegekend.

DO

Artikel U 16, tweede lid, komt te luiden:

2. Het centraal stembureau maakt zijn proces-verbaal onverwijld op een
algemeen toegankelijke wijze elektronisch openbaar. Bij ministeriële
regeling kan hiervoor een internetadres worden aangewezen.

DP

Artikel U 18, tweede lid, komt te luiden:

2. Het centraal stembureau bewaart de verzegelde pakken drie maanden
nadat over de toelating van de gekozenen is beslist. Daarna vernietigt
het deze pakken onmiddellijk. Van deze vernietiging wordt proces-verbaal
opgemaakt. 

DQ

In artikel V 4, vierde lid, wordt “De burgemeester die” vervangen
door: De burgemeester of het centraal stembureau, voor zover die.

DR

Artikel V 7 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt “de in artikel V 6 bedoelde stemming”
vervangen door “de in artikel V 6, tweede lid, bedoelde stemming” en
wordt na “volmachtbewijzen” ingevoegd: , voor zover het de
volmachtgever betreft,.

2. Het tweede lid komt te luiden:

2. Indien de in artikel V 6, tweede lid, bedoelde stemming alle
stembureaus in een gemeente betreft, zijn bevoegd deel te nemen aan de
nieuwe stemming de personen die voor de ongeldig verklaarde stemming:

a. in de gemeente terecht als kiezer waren geregistreerd of ten onrechte
niet als kiezer waren geregistreerd, met uitzondering van personen:

- aan wie een kiezerspas is verstrekt die niet is ingeleverd bij de
ongeldig verklaarde stemming in de gemeente;

- ten behoeve van wie een volmachtbewijs is verstrekt dat niet is
ingeleverd bij de ongeldig verklaarde stemming in de gemeente; of

- aan wie een briefstembewijs is verstrekt. 

b. in een andere gemeente terecht als kiezer waren geregistreerd en
voorkomen op de bij de ongeldig verklaarde stemming in de gemeente
ingeleverde geldige kiezerspassen of volmachtbewijzen, voor zover het de
volmachtgever betreft.

3. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

3. Het tweede lid is niet van toepassing op briefstembureaus.

DS

Artikel W 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt na “bedoeld in artikel P 19” ingevoegd:
dan wel artikel U 15, tweede lid.

2. Het vierde lid komt te luiden:

4. Indien het de opvolging van een lid van een gemeenteraad met minder
dan negentien zetels betreft, wordt bij de toepassing van het derde lid
de helft van de kiesdeler in aanmerking genomen in plaats van 25% van de
kiesdeler.

DT

In artikel W 4, eerste lid, wordt “met negen of elf leden” vervangen
door: met minder dan dertien leden. 

DU

Artikel Y 5a komt te luiden:

Artikel Y 5a

1. In artikel D 3a, eerste lid, wordt in plaats van “personen, bedoeld
in artikel B 1, tweede lid, “ gelezen: personen, bedoeld in artikel Y
3, onderdeel a, die hun werkelijke woonplaats hebben in Aruba, Curaçao
of Sint Maarten.

2. Opname in de bestanden, bedoeld in artikel Y 2 juncto artikel D 3c,
eerste en tweede lid, geschiedt tevens indien een persoon kiesgerechtigd
is voor de verkiezing van de leden van het Europees Parlement en heeft
verzocht tot registratie van zijn kiesgerechtigdheid voor de verkiezing
van de leden van de Tweede Kamer. 

DV

In artikel Y 6, tweede lid, wordt “artikel D 3, negende lid,”
vervangen door: artikel D 3b, zesde lid,.

DW

In artikel Y 8, tweede lid, wordt “op de drieĂ«nveertigste dag voor de
stemming” vervangen door: op de vierenveertigste dag voor de stemming.

DX

Artikel Y 9 vervalt.

DY

Artikel Y 12 komt te luiden:

Artikel Y 12

Voor de overeenkomstige toepassing van de hoofdstukken H en I geldt
Nederland als Ă©Ă©n kieskring. Artikel H 10a blijft buiten toepassing.

DZ

In artikel Y 13, eerste lid, vervalt “naast de in artikel H 9 bedoelde
verklaring van instemming”.

EA

Artikel Y 14 vervalt.

EB

Artikel Y 15 komt te luiden:

Artikel Y 15

In aanvulling op artikel I 2, eerste lid, wordt het ontbreken van de
verklaring, bedoeld in artikel Y 13, eerste lid, tevens als verzuim
aangemerkt.

EC

De artikelen Y 16, Y 18, Y 19 en Y 22 vervallen.

ED

Voor artikel Y 23 worden twee artikelen ingevoegd, luidende:

Artikel Y 22a

De stemming geschiedt in elke kieskring over de kandidaten wier namen
voorkomen op de voor het gehele land geldig verklaarde
kandidatenlijsten.

Artikel Y 22b

De artikelen N 12, eerste lid, tweede zin, en O 4, eerste lid, blijven
buiten toepassing tot de sluiting van de stembussen in de lidstaat waar
de kiezers het laatst hun stem uitbrengen tijdens de in de Akte bedoelde
stemmingsperiode.

EE

Artikel Y 23 komt te luiden:

Artikel Y 23

In artikel O 5 wordt voor “het orgaan waarvoor de verkiezing
plaatsvindt” telkens gelezen: de Tweede Kamer.

EF

Artikel Ya 3, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. Onderdeel e komt te luiden:

e. “gemeentehuis”: het bestuurskantoor;

2. Er wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

f. “artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht”: artikel 2 van
de Wet op de identificatieplicht BES.

EG

Artikel Ya 3a vervalt.

EH

De artikelen Ya 4 tot en met Ya 10 komen te luiden:

Artikel Ya 4

Op de dag van de kandidaatstelling kunnen tevens bij een gezaghebber,
van negen tot zeventien uur, kandidatenlijsten worden ingeleverd.

Artikel Ya 5

1. De verklaringen of bewijzen die moeten worden overgelegd bij een
kandidatenlijst, die is ingeleverd bij een gezaghebber of het centraal
stembureau, kunnen tevens afzonderlijk worden ingeleverd op de dag van
kandidaatstelling, van negen tot zeventien uur, bij een gezaghebber of
het centraal stembureau.

2. De inlevering geschiedt door de degene die de kandidatenlijst heeft
ingeleverd of een persoon die, blijkens de kandidatenlijst, bevoegd is
tot het herstel van verzuimen.

3. De inleveraar identificeert zich bij een gezaghebber dan wel het
centraal stembureau met een document als bedoeld in artikel 2 van de Wet
op de identificatieplicht BES, respectievelijk een document als bedoeld
in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht.

4. Degene die verklaringen of bewijzen afzonderlijk inlevert, ontvangt
daarvan een bewijs.

Artikel Ya 6

De gemeenschappelijke verklaring, bedoeld in artikel I 10, kan tevens
worden ingeleverd bij de gezaghebber, op de dag van de
kandidaatstelling, van negen tot zeventien uur.

Artikel Ya 7

1. De gezaghebber beoordeelt de authenticiteit van de stukken die bij
hem worden ingeleverd en legt zijn bevindingen vast in een
begeleidingsverklaring. Bij ministeriële regeling wordt voor de
begeleidingsverklaring een model vastgesteld.

2. De gezaghebber brengt terstond langs elektronische weg de
begeleidingsverklaring en de stukken ter kennis van het centraal
stembureau.

3. De gezaghebber maakt van de begeleidingsverklaring en de stukken
gewaarmerkte afschriften. Hij vernietigt deze afschriften onverwijld
nadat de beslissing van het centraal stembureau over de geldigheid van
de lijsten onherroepelijk is geworden. Van de vernietiging wordt
proces-verbaal opgemaakt.

4. De gezaghebber doet de stukken in een pak, dat hij verzegelt. Het
verzegelde pak wordt zo spoedig mogelijk per post naar het centraal
stembureau overgebracht.

Artikel Ya 8

1. Indien het centraal stembureau een of meer verzuimen heeft
geconstateerd bij een lijst die in een openbaar lichaam is ingeleverd,
geeft het onverwijld langs elektronische weg kennis hiervan aan de
gezaghebber van dat openbaar lichaam.

2. De gezaghebber geeft van de verzuimen onverwijld bij aangetekende
brief of tegen gedagtekend ontvangstbewijs kennis aan degene die de
lijst heeft ingeleverd.

Artikel Ya 9

Een herstelbaar verzuim kan tevens uiterlijk de eerste werkdag vóór de
dag, bedoeld in artikel I 4, worden hersteld bij een gezaghebber van
negen tot zeventien uur. Artikel Ya 7 is van overeenkomstige toepassing.

Artikel Ya 10

1. Het centraal stembureau verzendt afschriften van de kandidatenlijsten
die voor kieskring 20 (Bonaire) zijn ingeleverd en, indien vereist,
verklaringen van ondersteuning, onverwijld na het onderzoek van de
lijsten langs elektronische weg naar de gezaghebbers.

2. De gezaghebbers leggen de stukken op het bestuurskantoor voor een
ieder ter inzage, zodra deze zijn ontvangen.

3. De gezaghebbers vernietigen de stukken onverwijld nadat over de
toelating van de gekozenen is beslist. Van de vernietiging wordt
proces-verbaal opgemaakt.

EI

Na artikel Ya 10 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel Ya 10a

1. Artikel I 5, aanhef en onder a, is niet van toepassing indien een
lijst op de dag van de kandidaatstelling tussen negen en zeventien uur
bij een gezaghebber is ingeleverd.

2. Een verklaring of bewijs dat afzonderlijk wordt ingeleverd, is niet
geldig indien deze niet overeenkomstig artikel Ya 5, eerste tot en met
derde lid, is ingeleverd.

EJ

Artikel Ya 11 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt in de eerste zin “dragen er zorg voor”
vervangen door “dragen er tevens zorg voor” en vervalt de tweede
zin.

2. Het tweede lid alsmede de aanduiding “1.” voor het eerste lid
vervallen.

EK

Artikel Ya 12 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt “draagt er zorg voor” vervangen door
“draagt er tevens zorg voor”.

2. Het tweede en derde lid vervallen, onder venummering van het vierde
lid tot het tweede lid.

3. In het tweede lid (nieuw) wordt “artikel O 4, tweede lid,”
vervangen door “artikel O 5, eerste lid, tevens” en vervalt “en zo
spoedig mogelijk tevens per post worden overgebracht”. 

EL

Artikel Ya 14 komt te luiden:

Artikel Ya 14

1. De leden van de eilandsraden worden gekozen door degenen die op de
dag van de kandidaatstelling ingezetenen zijn van het openbaar lichaam
en op de dag van de stemming de leeftijd van achttien jaar hebben
bereikt. 

2. Zij die geen Nederlander zijn, dienen om kiesgerechtigd te zijn op de
dag van de kandidaatstelling tevens te voldoen aan de vereisten dat: 

a. zij rechtmatig in Nederland verblijven op grond van artikel 3 of
artikel 6 van de Wet toelating en uitzetting BES of op grond van een
verdrag tussen een internationale organisatie en de Staat der
Nederlanden inzake de zetel van deze organisatie in Nederland, en 

b. zij onmiddellijk voorafgaand aan de dag van de kandidaatstelling
gedurende een onafgebroken periode van tenminste vijf jaren ingezetene
van Nederland waren en beschikten over een verblijfsrecht als bedoeld
onder a, dan wel rechtmatig in Nederland verbleven op grond van artikel
8, onder a, b, c, d, e of l, van de Vreemdelingenwet 2000.

3. Niet kiesgerechtigd zijn zij die geen Nederlander zijn en, als door
andere staten uitgezonden leden van diplomatieke of consulaire
vertegenwoordigingen, in Nederland werkzaam zijn, alsmede hun
niet-Nederlandse echtgenoten, geregistreerde partners of levensgezellen
en kinderen, voor zover dezen met hen een gemeenschappelijke huishouding
voeren.

EM

	[vervallen]

EN

Artikel Ya 22, derde lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. De onderdelen c en e vervallen.

2. Onderdeel d wordt geletterd c en de onderdelen f en g worden
geletterd d en e.

EO

Artikel Ya 23 komt te luiden:

Artikel Ya 23

De artikelen Ya 4, Ya 5 en Ya 7 tot en met Ya 10a zijn van toepassing
met dien verstande dat:

1. voor artikel Ya 9, eerste zin, wordt gelezen: Een herstelbaar verzuim
kan tevens uiterlijk op de derde dag na de zitting, bedoeld in artikel S
1, tweede lid, bij een gezaghebber worden hersteld.

2. in artikel Ya 10, eerste lid, in plaats van “voor kieskring 20
(Bonaire)” wordt gelezen: voor Bonaire, Sint Eustatius en Saba
tezamen.

3. in artikel Ya 10a, eerste lid, in plaats van “artikel I 5” wordt
gelezen: artikel S 3.

EP

De artikelen Ya 24 en Ya 25 vervallen.

EQ

Artikel Ya 32 komt te luiden:

Artikel Ya 32

De artikelen Ya 4 tot en met Ya 12 zijn van overeenkomstige toepassing
met dien verstande dat in artikel Ya 10, eerste lid, in plaats van
“voor kieskring 20 (Bonaire)” wordt gelezen: voor het land.

ER

De artikelen Ya 33 tot en met Ya 38 vervallen.

ES

In artikel Ya 42, eerste lid, vervalt “of de door hem daartoe
aangewezen ambtenaar”.

ESa

In artikel Ya 44, tweede lid, wordt “De artikelen I 7, derde tot en
met vijfde lid” vervangen door: De artikelen I 7, eerste lid, tweede
volzin, derde tot en met vijfde lid.

ET

Na artikel Ya 46 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel Ya 47

Voor zover de periode van vijf jaren, genoemd in artikel Ya 14, tweede

lid, onderdeel b, is gelegen vóór inwerkingtreding van de Wet van 17
mei 2010 tot wijziging van de Kieswet in verband met de nieuwe
staatsrechtelijke positie van Bonaire, Sint Eustatius en Saba als
openbaar lichaam binnen Nederland (Stb. 2010, 347), wordt onder
Nederland tevens verstaan de voormalige eilandgebieden Bonaire, Sint
Eustatius en Saba, met dien verstande dat in bedoeld artikel voor «Wet
toelating en uitzetting BES» wordt gelezen: Landsverordening toelating
en uitzetting.

EU

De tabel, bedoeld in artikel E 1, eerste lid, van de Kieswet, wordt als
volgt gewijzigd:

1. In het gestelde onder kieskring nummer 10 wordt “Haarlemmerliede en
Spaarnewoude” vervangen door: Haarlemmerliede en Spaarnwoude.

2. In het gestelde onder kieskring nummer 14 vervalt “Rozenburg,”.

ARTIKEL II

1. Binnen dertig dagen nadat deze wet in werking is getreden,
verstrekken burgemeester en wethouders van ‘s-Gravenhage aan Onze
Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties de gegevens van
het bestand, bedoeld in artikel D 3a, eerste lid, van de Kieswet, zoals
dat lid luidde voordat deze wet in werking treedt, voor zover het de
registratie betreft van ingezetenen van Aruba, Curaçao en Sint Maarten.

2. Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties neemt de
gegevens, bedoeld in het eerste lid, op in het bestand, bedoeld in
artikel D 3c, tweede lid, van de Kieswet.

ARTIKEL III

[vervallen]

ARTIKEL IV

Artikel VIII, onderdeel A, van de Reparatiewet BZK 2010 vervalt.

ARTIKEL IVA

	De Algemene wet bestuursrecht wordt als volgt gewijzigd: 

	1. In de bijlage Regeling rechtstreeks beroep, onder Kieswet, onderdeel
a, wordt «D 3, achtste lid» vervangen door: D 3b, vierde lid. 

	2. In de bijlage Bevoegdheidsregeling bestuursrechtspraak, artikel 2,
onder Kieswet, onderdeel a, wordt «D 3, achtste lid» vervangen door: D
3b, vierde lid.

ARTIKEL V

Artikel 11 van de Wet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba
wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid vervalt “Nederlander en”.

2. Er worden twee leden toegevoegd, luidende:

4. Zij die geen Nederlander zijn, dienen tevens te voldoen aan de
vereisten dat: 

a. zij rechtmatig in Nederland verblijven op grond van artikel 3 of
artikel 6 van de Wet toelating en uitzetting BES of op grond van een
verdrag tussen een internationale organisatie en de Staat der
Nederlanden inzake de zetel van deze organisatie in Nederland, en 

b. zij onmiddellijk voorafgaand aan de dag waarop de eilandsraad beslist
over de toelating als lid tot de eilandsraad gedurende een onafgebroken
periode van tenminste vijf jaren ingezetene van Nederland waren en
beschikten over een verblijfsrecht als bedoeld onder a, dan wel
rechtmatig in Nederland verbleven op grond van artikel 8, onder a, b, c,
d, e of l, van de Vreemdelingenwet 2000.

5. Geen lid van de eilandsraad kunnen zijn zij die geen Nederlander
zijn, en als door andere staten uitgezonden leden van diplomatieke of
consulaire vertegenwoordigingen, in Nederland werkzaam zijn, alsmede hun
niet-Nederlandse echtgenoten, geregistreerde partners of levensgezellen
en kinderen, voor zover dezen met hen een gemeenschappelijke huishouding
voeren.

ARTIKEL VI

Artikel 10, tweede lid, van de Gemeentewet wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel a wordt “op grond van artikel 8, onder a, b, d, e, of
l” vervangen door “op grond van artikel 8, onder a, b, c, d, e of
l” en wordt “een overeenkomst” vervangen door: een verdrag.

2. In onderdeel b wordt “dan wel rechtmatig in Nederland verbleven op
grond van artikel 8, onder c, van de Vreemdelingenwet 2000” vervangen
door: dan wel rechtmatig in Nederland verbleven op grond van artikel 3
of artikel 6 van de Wet toelating en uitzetting BES. 

ARTIKEL VII

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen
tijdstip, dat voor de verschillende artikelen en onderdelen daarvan
verschillend kan worden vastgesteld. 

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges, en ambtenaren die zulks
aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

 PAGE    

 PAGE   40