Inbreng schriftelijk overleg inzake de geannoteerde agenda Informele Energieraad, 16-17 september 2012, Nicosia (Cyprus)
Raad voor Vervoer, Telecommunicatie en Energie
Inbreng verslag schriftelijk overleg
Nummer: 2012D33425, datum: 2012-09-04, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: B. van der Ham, voorzitter van de vaste commissie voor Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (Ooit D66 kamerlid)
- Mede ondertekenaar: M.C.T.M. Franke , griffier
Onderdeel van zaak 2012Z15468:
- Indiener: M.J.M. Verhagen, minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie
- Volgcommissie: vaste commissie voor Europese Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Economische Zaken (2012-2017)
- 2012-09-04 12:00: Informele Energieraad d.d. 17 september 2012 (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (2010-2012)
- 2012-09-19 10:29: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2012-10-09 16:00: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (2010-2012)
- 2013-01-16 13:45: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
21501-33 Informele Energieraad Nicosia 16-17 september 2012 Verslag van een schriftelijk overleg Binnen de vaste commissie voor Economische Zaken, Landbouw en Innovatie hebben enkele fracties de behoefte vragen en opmerkingen voor te leggen over de brieven van de minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, ten behoeve van de informele Energieraad d.d. 16 en 17 september 2012. De volledige agenda is opgenomen aan het eind van het verslag. De op 4 september 2012 toegezonden vragen en opmerkingen zijn met de door de minister bij brief van …….. 2012 toegezonden antwoorden hieronder afgedrukt. De voorzitter van de commissie, Van der Ham De griffier van de commissie, Franke Inhoudsopgave I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties Vragen van de leden van de VVD-fractie Vragen van de leden van de PvdA-fractie Vragen van de leden van de GroenLinks-fractie II Antwoord / Reactie van de minister III Volledige agenda I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties Vragen van de leden van de VVD-fractie De minister stelt dat duurzame energie uiteindelijk zonder financiële ondersteuning van overheden onderdeel moet worden van de interne energiemarkt en dat ongewenste concurrentie tussen subsidiesystemen de ontwikkeling van hernieuwbare energie belemmerd. De leden van de VVD-fractie onderschrijven dit en spreken de wens uit dat de minister, indien nodig, dit uitdraagt tijdens de informele Energieraad. Verder stelt de minister dat Nederland hecht aan een uitgebreide evaluatie van de kosteneffectiviteit van de huidige 2020-aanpak binnen de EU, waarbij wordt gewerkt met meerdere doelen en waarbij grote verschillen bestaan tussen de stimuleringssystemen die lidstaten hanteren. Dit lijkt de leden van de VVD-fractie een goed idee. Zij vragen of momenteel al voldoende wordt gewerkt aan een evaluatie. De discussies over de doelstellingen na 2020 worden immers wel gevoerd. Kan de minister aangeven wat andere lidstaten vinden van de huidige 2020-aanpak? Ten aanzien van de onderhandelingen over de verordening energie-infrastructuur geeft de minister aan dat Nederland voorstander is van een Europese strategie voor energie-infrastructuur met een integraal pakket aan maatregelen, maar dat Nederland ook een aantal kanttekeningen heeft. Deze licht hij vervolgens toe. De leden van de VVD-fractie vragen hoe breed de steun is voor de Nederlandse positie en hoe de minister zijn kansen schat om zijn punten te realiseren in de onderhandelingen. In het BNC-fiche over de mededeling hernieuwbare energie stelt de minister dat de doelstellingen voor broeikasgas reductie, hernieuwbare energie en energiebesparing in de mededeling soms zelfs zijn gespecificeerd naar lidstaatniveau en dat deze verbetering en vereenvoudiging verdienen. De leden van de VVD-fractie vragen hoe de minister die verbetering en vereenvoudiging graag zou zien. Vervolgens schrijft de minister dat voor Nederland een Europese reductiedoelstelling centraal staat en dat Nederland daarom geen voorstander is van afzonderlijke verplichte nationale doelstellingen voor hernieuwbare energie en energiebesparing. De leden van de VVD-fractie onderschrijven deze inzet van harte. Vragen van de leden van de PvdA-fractie De leden van de PvdA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de stukken voor de informele Energieraad. Zij hebben een aantal opmerkingen en vragen over de stukken en vragen de minster op de volgende punten in te gaan. Deze leden zijn het met de minister eens dat kosteneffectiviteit een belangrijk doel is voor de evaluatie van 2020-strategie. Zij zijn echter ook van mening dat gekeken moet worden naar de manier waarop landen elkaar kunnen versterken en landen van elkaar kunnen leren bij het halen van de doelstellingen voor duurzame energie. Deze leden zijn het voorts oneens met de minister dat hij bij het standpunt blijft om energie-efficiency niet als apart doel op te nemen en zij stellen dat hierover bindende EU-afspraken noodzakelijk zijn. De leden van de PvdA-fractie zijn positief over de inzet van de minister om te komen tot Europese afspraken over duurzaamheidcriteria voor vloeibare, gasvormige en vaste biomassa inclusief indirecte veranderingen. Vragen van de leden van de GroenLinks-fractie Het kabinet ziet een goed functionerend ETS (Emissions Trading System) als hoeksteen van het Europees klimaat- en energiebeleid en is geen voorstander van afzonderlijke verplichte nationale doelstellingen voor hernieuwbare energie. Dit zou betekenen dat de CO2-prijs flink moet stijgen om ervoor te zorgen dat hernieuwbare energie met fossiele energie kan concurreren. De leden van de GroenLinks-fractie willen van de minister weten hoe hoog de CO2-prijs zou moeten zijn om een eerlijk speelveld tussen fossiele energievormen en duurzame energie te creëren en duurzame energie voldoende te stimuleren. Daarnaast vragen deze leden hoe de minister van plan is om het ETS weer nieuw leven in te blazen aangezien de CO2-prijs momenteel rond de €7 schommelt? Zal de minister het voorstel van de Europese Commissie (verder: de Commissie) steunen om een substantieel aantal CO2 rechten, € 1.2 miljard uit de markt te halen? Het rapport van het Internationale Energie Agentschap “Summing up the parts” geeft aan dat, naast het beprijzen van CO2, flankerend beleid nodig is om tegen de laagste kosten de economie te decarboniseren gegeven bestaande marktbarrières, waaronder het ondersteunen van technieken die op de lange termijn klimaatemissies reduceren. Het bovenstaande overwegende willen de leden van de GroenLinks-fractie dat de minister ook na 2020 inzet op een bindend duurzaam energiedoel en beleidsoptie drie steunt; bindende streefcijfers voor de periode na 2020 en gecoördineerde ondersteuning. De effectbeoordeling van de Commissie geeft aan dat deze beleidsoptie grotere baten voor de werkgelegenheid oplevert dan beleidsoptie twee: bindende CO2 doelstelling, maar geen hernieuwbaar energiedoel na 2020) Bovendient geeft de Commissie aan dat alleen optie drie een door de markt gedreven innovatie stimuleert die essentieel is om grootschalige uitrol van hernieuwbare energie te bevorderen. In de woorden van de Commissie kunnen streefcijfers voor hernieuwbare energie “investeerders en de bedrijfswereld een grotere zekerheid bieden over de toekomstige marktvolumes voor technologieën voor hernieuwbare energie. Zij bevorderen ook een grotere kosteneffectiviteit”. De minister streeft naar kosteneffectiviteit en het stimuleren van innovatie en zou daarom, net als de leden van de GroenLinks-fractie, beleidsoptie drie moeten steunen tijdens de volgende Energieraad. De leden van de GroenLinks-fractie vragen daarom of de minister kan aangeven waarom hij nog geen voorkeur heeft uitgesproken voor beleidsoptie drie. Volledige agenda: 1. Geannoteerde agenda Informele Energieraad, 16-17 september 2012, Nicosia (Cyprus), Brief regering d.d. 30 augustus 2012, minister Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, M.J.M. Verhagen – 2012Z15468 2. Verslag van de Energieraad van 15 juni 2012, brief regering d.d. 25 juni 2012, minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, M.J.M. Verhagen – 21501-33-380 3. Fiche: mededeling hernieuwbare energie, brief regering d.d. 13 juli 2012 staatssecretaris van Buitenlandse Zaken, H.P.M. Knapen – 22112-1441