Preview document (🔗 origineel)

---

Bijgaand treft u aan de schriftelijke antwoorden op een aantal vragen
gesteld door leden van uw Kamer tijdens de eerste termijn van de zijde
van de Kamer van het debat Regeringsverklaring d.d. 13 november jl. 

DE MINISTER-PRESIDENT,

Minister van Algemene Zaken,

                         

                         

                         

                         

Mark Rutte

	

INHOUDSOPGAVE SCHRIFTELIJKE BEANTWOORDING REGERINGSVERKLARING d.d. 13
november 2012

		

SP					

				

Bezuinigingen politie

Decentralisatie jeugdzorg en AWBZ

CDA

						

Verlaging regeldruk en EU-regels

Nationale kop EU wetgeving

 

D66

Wetgeving ter uitvoering RA 

SGP

Mensenhandel 

Echtscheiding 

Geloofsvervolgden

PVDD

Megastallen: verdere intensivering of einde aan stapeling? 

CU

Weduwnaars en weduwen

Coördinerend bewindspersoon gezinnen

GL

Kinderrechten centraal bij asiel en migratie

Vraag van het lid Van der Staaij (SGP)

 

Wat gaat het kabinet doen tegen de mensonwaardige misstanden in de
prostitutie en bij mensenhandel. Hoe gaat het verder met het
wetsvoorstel dat hierover in de EK ligt?

Antwoord

Dit kabinet hecht waarde aan een strenge aanpak van mensenhandel en
daaraan gerelateerde prostitutie en zet dit met kracht door. 

Zo wordt ondermeer de aanpak van de loverboyproblematiek versterkt. Met
betrekking tot de slachtoffers worden de procedures ten aanzien van de
verblijfsregeling versneld en verbeterd, en ook aan de
doorstromingsproblemen in de opvang wordt gewerkt. De bestuurlijke en
strafrechtelijke aanpak van mensenhandel wordt verder ontwikkeld,
ondermeer door afspraken met de gemeente Amsterdam over een pilot in het
kader van het prostitutiebeleid.

Tijdens de behandeling in eerste termijn van het wetsvoorstel regulering
prostitutie en bestrijding misstanden seksbranche in de EK op 30 oktober
jl. heeft de minister van V&J naar aanleiding van geuite bezwaren gezegd
zich te zullen bezinnen op het voorstel en de EK gevraagd de behandeling
aan te houden. De EK heeft hier unaniem mee ingestemd. Dit is de stand
van zaken. De herbezinning is nog niet afgerond. Zodra dat het geval is,
zal de minister van V&J de EK informeren. 

Nationale koppen op EU-wetgeving? (CDA)

Kan er vanuit worden gegaan dat het kabinet geen nationale koppen zal
invoeren om bij te dragen aan minder regels?

Het kabinet koerst aan op een structurele verlaging van de regeldruk
voor bedrijven, professionals en burgers (2,5 miljard per 2017).

Binnen dit voornemen past het om uiterst terughoudend om te gaan met
nationale koppen op EU-wetgeving. Dat is ook in overeenstemming met het
wetgevingsbeleid van het kabinet en de Aanwijzingen voor de regelgeving.

Wie binnen het kabinet krijgt de coördinerende verantwoordelijkheid
voor gezinsbeleid? (CU)

Er zijn verschillende bewindspersonen voor dit  terrein
verantwoordelijk, zoals de ministers van SZW (kindregelingen) en VWS
(welzijnsbeleid, coördinerend jeugdbeleid). Uiteraard zullen zij binnen
hun eigen verantwoordelijkheid met aandacht de effecten van beleid voor
gezinnen bezien. Waar nodig zullen de bewindspersonen onderling en via
het kabinet tot afstemming komen. 

Vraag van het lid Slob (CU)

Voelen we nog een verantwoordelijkheid voor de weduwnaars en weduwen in
ons land vraagt de heer Slob. 

Antwoord

Het kabinet beperkt voor nieuwe gevallen de nabestaandenuitkering tot 1
jr. De huidige Anw sluit onvoldoende aan bij het huidige, activerende,
sociale stelsel. Ook nabestaanden kunnen in veel gevallen, uiteraard na
een periode waarin zij na het overlijden en periode van rouw ontzien
worden, in hun eigen onderhoud voorzien. Op dit moment wordt de ANW
toegekend, mits aan de voorwaarden wordt voldaan tot aan het AOW. Dat
gaat dus veranderen om ook op dit terrein zo activerend mogelijk te werk
te gaan.

De Anw kent geen arbeids- en re-integratieplicht. Als nabestaanden geen
baan hebben als hun jongste kind 18 jaar wordt, eindigt hun uitkering en
is er wel de WWB als vangnet. Hun arbeidsmarktpositie is dan slechter
geworden, want zij zijn ouder en zijn langer uit het arbeidsproces.
Inmiddels is het sociale stelsel als geheel van karakter veranderd (WIA,
WWB). De Anw sluit daar niet bij aan omdat de Anw niet aanzet tot
werken. 

Is het kabinet het met mij eens dat kinderrechten centraal horen te
staan bij alle voorgenomen maatregelen op het gebied van asiel en
migratie? (GL)

Het is juist dat kinderrechten, zoals onder meer neergelegd in het
internationaal verdrag voor de rechten van het kind, een belangrijk
kader vormen voor het asiel- en migratieterrein.

Dit verdrag schrijft onder meer voor dat in procedures oog moet zijn
voor de positie van kinderen. Dat is nu reeds het geval. 

Zo worden kinderen zorgvuldig gehoord door speciaal opgeleide
medewerkers en wordt opvang van kinderen, al dan niet in gezinsverband,
niet beëindigd.

Mede in het belang van de kinderen zelf, worden alleenstaande
minderjarige vreemdelingen zo spoedig mogelijk in het land van herkomst
met hun familie herenigd of ondergebracht in een opvangvoorziening in
het land van herkomst.

Daarnaast is in het regeerakkoord bepaald dat er een regeling komt voor
langdurig verblijvende kinderen.

De kinderrechten zijn in het migratiebeleid dus geborgd.

Blijft het kabinet zich sterk maken voor geloofsvervolgden wereldwijd?
(SGP)

Vrijheid van godsdienst en levensovertuiging blijft een belangrijk
onderdeel van het mensenrechtenbeleid ongeacht de religie of overtuiging
die het betreft. 

Kabinet blijft zich multilateraal (via EU-richtlijnen, inzet in Raad van
Europa, OVSE, VN) en bilateraal (via continuering pilot,
mensenrechtenfonds, bezoeken MRA) sterk maken voor dit onderwerp.

Kabinet decentraliseert AWBZ en Jeugdzorg, maar legt tegelijk een
korting op. Hoe kan beleid jeugdzorg beter worden + aanbevelingen Samson
(Cie misbruik Jeugdzorg) uitgevoerd bij bezuinigingen? (SP)

De achterliggende gedachte bij decentraliseren is dat het bestuur zo
dichter bij de burger wordt georganiseerd. Als overheidslaag die het
dichtst bij de burger staat, kan de gemeente vervolgens integraal
maatwerk aan de burger bieden, meer gericht op samenhang en met als doel
dat meer mensen ‘meedoen’. 

Door overheveling en ontschotting van meerdere taken in het sociale
domein en het geven van een ruime beleidsvrijheid, zijn gemeenten in
staat het beleid doelmatiger uit te voeren.

Eén gezin, één plan, één regisseur is het uitgangspunt bij de
decentralisaties in het sociale domein: bij de wet werken naar vermogen,
de algemene wet bijzondere ziektekosten, de wet maatschappelijke
ondersteuning en de jeugdhulpverlening.

Efficiencywinst ontstaat door het beleid te richten op
preventie/vroegtijdig signaleren, verschuiving van zwaardere naar
lichtere zorg en eenvoudigere indicatieprocedures.

In de Jeugdzorg is daarnaast een scherpere tarifering mogelijk van
zorgaanbieders en het niet langer bekostigen van overcapaciteit.  

Vraag van het lid Van der Staaij (SGP)

Waarom wil het kabinet wel echtscheidingen makkelijker maken, maar niet
inzetten op versterking van huwelijken?

Antwoord

Het kabinet is er voorstander van een echtscheiding mogelijk te maken
zonder uitspraak van een rechter. Dit geldt alleen in die gevallen dat
er geen kinderen zijn en er overeenstemming tussen beide partners
bestaat over de scheiding. In een dergelijke situatie moeten we mensen
niet confronteren met uitgebreidere procedures en meer kosten dan echt
noodzakelijk. 

Het gaat bij deze maatregel niet om het stimuleren van echtscheidingen
maar om het faciliteren daarvan op de best mogelijke wijze, en met oog
voor de belangen van betrokkenen. 

Deze maatregel sluit ook aan bij eerder ingezette initiatieven om meer
gebruik te maken van buitengerechtelijke geschiloplossing zoals
mediation, en de inzet van de rechter te richten op geschillen waar een
gerechtelijke uitspraak echt nodig wordt geacht.

Vraag van de heer Roemer (SP) 

Waar is het geld voor extra agenten? Klopt het dat er per saldo nog
steeds wordt bezuinigd op politie i.v.m. eerdere afspraken?

Antwoord

In het regeerakkoord is in een oplopende reeks van uiteindelijk €105
mln extra gereserveerd voor de Nationale Politie: voor meer blauw op
straat en versterking van de opsporing. 

De Nationale Politie is uitgezonderd van de algemene efficiencykorting.
In het regeerakkoord is naast deze investering nog een extra
taakstelling opgenomen van €60 mln op de hele strafrechtsketen. Van
deze laatste taakstelling is de Nationale Politie voor, een nog nader te
bepalen deel, niet uitgezonderd. Dit zal echter niet ten koste gaan van
de operationele sterkte. 

De minister van V&J zal uw Kamer hierover nader informeren. Onverkort
staat voor het kabinet de ambitie overeind van meer blauw op straat en
een verdere versterking van de opsporing. 

Vraag van het lid Pechtold (D66)

Ligt in 2013 alle wetgeving, zoals aangekondigd in het regeerakkoord,
klaar?

Antwoord

Op basis van bijlage A bij het regeerakkoord is een overzicht opgesteld
van de maatregelen uit het regeerakkoord waarmee een
bezuinigingsdoelstelling van €50 miljoen of meer is gemoeid.
Afgesproken is de wetgeving ter uitvoering van deze maatregelen binnen
een jaar na aantreden van het kabinet aan de Tweede Kamer voor te
leggen. 

Om het voornemen uit het regeerakkoord uit te kunnen voeren, is
medewerking vereist van alle betrokken partijen in het wetgevingsproces.
Voorts zal het kabinet wetgevingscapaciteit vrijmaken door de intrekking
van wetsvoorstellen. Het kabinet zal de Kamers op de kortst mogelijke
termijn informeren om welke voorstellen het gaat.

Vraag van het lid Thieme (PvdD)

Wat heeft het kabinet voor ogen met megastallen: verdere intensivering
of einde aan stapeling? 

Antwoord

Voor het einde van het jaar ontvangt uw Kamer het kabinetsstandpunt
over het advies van de Gezondheidsraad over de relatie tussen
veehouderij en omwonenden.  

Indien het rapport van de Gezondheidsraad daartoe aanleiding geeft en
met inachtneming van het rapport van de Commissie van Doorn, zal
verkennend gekeken worden naar de provinciale en gemeentelijke
planologische regelgeving in het kader van een eventuele beperking van
de omvang van de veehouderij.   

Vraag van de leden Haersma Buma (CDA) en Van der Staaij (SGP)

Hoe gaat u de vermindering van regeldruk vormgeven en hoe vraagt u
hiervoor aandacht in Europees verband? 

Antwoord

Vermindering van regeldruk door de overheid is een cruciaal onderdeel
van duurzame groei en vernieuwing zowel voor burgers en bedrijven als
ook in de publieke én de semipublieke sectoren. Meer ruimte voor de
samenleving, minder regels, minder bureaucratie; kortom minder gedoe.

Tegelijkertijd zijn regels er vaak niet voor niets. Een aanpak van
regeldruk vergt dus ook scherp bezien welke regels wel en welke niet
meer nodig zijn. 

De aanpak volgt twee sporen. Ten eerste wordt met een kwantitatief doel
aangestuurd op een structurele verlaging van de regeldruk per 2017 (ten
opzichte van 2012) met € 2,5 mld. (adm. lasten maar ook inh.
nalevingskosten en toezichtskosten) voor bedrijven, professionals en
burgers. Maatregelen die hier de komende jaren aan gaan bijdragen zijn
bijvoorbeeld de herziening van het omgevingsrecht, de invoering van de
winstbox maar ook de aanpak van de bureaucratie in de (langdurige) zorg.
Daartoe wordt een verband gelegd tussen het invoeren van nieuwe regels
en het laten vervallen van bestaande regels. 

In de tweede plaats volgt het kabinet een kwalitatieve aanpak. In ten
minste 15 sectoren met veel regels (zorg, onderwijs, politie, logistiek)
gaan we merkbare regeldruk aanpakken. De aanpak kenmerkt zich door meer
ruimte te bieden voor professionaliteit, voor bevlogenheid en voor
creativiteit van bijvoorbeeld de leraar, maar ook de verpleegster, de
agent en de ondernemer. In de verschillende semipublieke sectoren zal
bovendien goed worden gekeken naar de samenhang in de maatregelen op
gebied van de governance en ordening (denk aan zorg, onderwijs, wonen,
maar ook bijvoorbeeld het spoor). 

In Europees verband stuurt het kabinet op de aanpak van regeldruk. De EC
komt in december 2012 met een nieuw regeldrukprogramma. Nederland heeft
met andere landen, waaronder Duitsland en het Verenigd Koninkrijk,
aangedrongen op een ambitieus programma voor vermindering regeldruk
ondernemers, met name het MKB. 





 	

VERTROUWELIJK	Pagina   PAGE   \* MERGEFORMAT  1  van   NUMPAGES   \*
MERGEFORMAT  1 



	Pagina   PAGE   \* MERGEFORMAT  19  van   NUMPAGES   \* MERGEFORMAT  19




> Retouradres Postbus 20001 2500 EA  Den Haag 



Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Postbus 20018

2500 EA  DEN HAAG





Datum 14 november 2012 

Betreft Antwoorden Kamervragen 



	Pagina   PAGE   \* MERGEFORMAT  1  van   NUMPAGES   \* MERGEFORMAT  1 



Minister-President 

Datum 

14 november 2012

Onze referentie 

3117438





Minister-President 

Binnenhof 19  

2513 AA  Den Haag 

Postbus 20001 

2500 EA  Den Haag 

www.rijksoverheid.nl





Onze referentie

3117438