Advies Raad van State van het Koninkrijk
Bijlage
Nummer: 2012D43567, datum: 2012-11-22, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Bijlage bij: Verdrag inzake de overbrenging van gevonniste personen tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Peru; โs-Gravenhage, 12 mei 2011 (2012D43561)
Preview document (๐ origineel)
No.W03.12.0230/II/K 's-Gravenhage, 1 augustus 2012 Bij Kabinetsmissive van 6 juli 2012, no.12.001545, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Buitenlandse Zaken, mede namens de Minister van Veiligheid en Justitie, bij de Afdeling advisering van de Raad van State van het Koninkrijk ter overweging aanhangig gemaakt het verdrag inzake de overbrenging van gevonniste personen tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Peru; 's-Gravenhage, 12 mei 2011 (Trb. 2011, 109), met toelichtende nota. Het verdrag ziet op de overbrenging van gevonniste personen tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Peru. De Afdeling advisering van de Raad van State van het Koninkrijk onderschrijft de goedkeuring van het verdrag, maar acht verduidelijking noodzakelijk ter zake van de eventuele mogelijkheid van overbrenging van gevonniste personen die gebruik maken dan wel hebben gemaakt van de semi libertad-regeling. De toelichtende nota gaat in op de werking van het verdrag ten aanzien van veroordeelden die in Peru verblijven en gebruik maken van de semi libertad- regeling. Vermeld wordt dat het verdrag ziet op personen die gedetineerd zijn en hun straf ondergaan en dat personen die hebben gekozen voor de semi libertad als zodanig niet onder de werking van het verdrag vallen. Na de inwerkingtreding van het verdrag heeft een Nederlandse veroordeelde dus de keuze om ofwel te verzoeken om overbrenging naar het land van het Koninkrijk waar hij vandaan kwam, ofwel een verzoek in te dienen tot semi libertad, aldus de toelichting. De Afdeling wijst erop dat de Ministers van Justitie en Buitenlandse Zaken bij eerdere gelegenheid in antwoord op Kamervragen inzake de overbrenging van in Peru gedetineerde Nederlanders die gebruik maken van de semi libertad regeling, hebben aangegeven dat, aangezien gedetineerden die met semi libertad zijn, nog steeds de status van gedetineerden hebben, vooralsnog wordt aangenomen dat ook deze groep gebruik kan maken van overbrenging indien zij aan de Nederlandse voorwaarden voldoet. Ook zetten de Ministers uiteen dat veroordeelden met een semi libertad regeling uit Peru naar Nederland zijn overgebracht. De Afdeling kan uit de tekst van het verdrag niet opmaken of het verdrag al dan niet ziet op de veroordeelden met semi libertad. Enerzijds bepaalt artikel 3, onder c, dat de gevonniste persoon kan worden overgebracht, indien op het tijdstip van ontvangst van het verzoek om overbrenging, nog ten minste zes maanden van de veroordeling moet worden ondergaan,, behoudens bijzondere gevallen. Anderzijds voorziet artikel 9 erin dat de ontvangende staat rekening kan houden met de bepalingen inzake voorwaardelijke invrijheidstelling van de overbrengende staat. De Afdeling adviseert de passage in de toelichtende nota dat personen die hebben gekozen voor de semi libertad, niet onder de werking van het verdrag vallen, nader toe te lichten met inachtneming van het vorenstaande. De Afdeling advisering van de Raad van State van het Koninkrijk geeft U in overweging goed te vinden dat bedoeld verdrag wordt overgelegd aan de beide kamers der Staten-Generaal en aan de Staten van Aruba, aan die van Curaรงao en aan die van Sint Maarten, nadat aan het vorenstaande aandacht zal zijn geschonken. De waarnemend vice-president van de Raad van State van het Koninkrijk, Deze regeling is vergelijkbaar met de voorwaardelijke invrijheidstelling naar Nederlands recht. Een veroordeelde die een deel van de hem opgelegde gevangenisstraf heeft ondergaan en die zich aan bepaalde voorwaarden houdt, kan na inwilliging van een verzoek tot semi libertad gedurende het strafrestant extramuraal verblijven. Hij blijft onder toezicht van de autoriteiten en dient zich aan bepaalde voorwaarden te houden. Inleiding, achtste alinea. Toelichtende nota, Inleiding, achtste alinea. Aanhangsel Handelingen II 2008/09, nr. 9, antwoord op vraag 2. Voorts geven de Ministers aan dat de mogelijkheid tot het indienen van een verzoek tot semi libertad in het licht van de omstandigheden van de gevangenissen in Peru voor veel gedetineerden een zeer aantrekkelijke optie is. Aanhangsel Handelingen II 2007/08, nr. 1286, antwoord op vraag 1. In antwoord op Kamervragen vermeldt de Minister dat overbrenging naar het thuisland van gevangenen met semi-libertad in Peru buiten een WOTS-verdrag om wegens humanitaire redenen en bij hoge uitzondering mogelijk is. De Peruaanse wet eist in dat geval wel dat in beginsel de volledige straf, die door de Peruaanse rechter is opgelegd, bij overbrenging overgenomen wordt. Ook voor Peru is terugkeer naar het thuisland te prefereren boven het zonder middelen verblijven in Peru (semi libertad). Aanhangsel Handelingen II 2007/08, nr. 1286, antwoord op vraag 3. Dit betreft volgens artikel 1, onderdeel c van het verdrag een persoon die bij onherroepelijk vonnis is veroordeeld door een rechter of tribunaal van een van de Partijen en die zijn veroordeling ondergaat in de overbrengende Staat. Het verdrag is temporeel van toepassing op veroordelingen die zowel voor als na de inwerkingtreding van het verdrag zijn gewezen (artikel 18 van het verdrag). Daardoor zullen in Peru gedetineerde Nederlanders die voor de inwerkingtreding van het verdrag voor de semi libertad hebben gekozen en (al dan niet) zijn uitgegaan van de mogelijkheid tot overbrenging, buiten het bereik van het verdrag vallen. PAGE 2 AAN DE KONINGIN ........................................................................ ...........