[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Verslag van de Raad WSBVC, onderdeel Werkgelegenheid en Sociaal Beleid, van 6 december 2012

Bijlage

Nummer: 2012D47948, datum: 2012-12-17, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Bijlage bij: Verslag van de Raad WSBVC, onderdeel Werkgelegenheid en Sociaal Beleid van 6 december 2012 (2012D47947)

Preview document (🔗 origineel)


Verslag van de Raad Werkgelegenheid en Sociaal Beleid d.d. 06 december
2012

Deze laatste Raad onder Cypriotisch voorzitterschap werd voorgezeten
door minister Charalambous. Aanwezig waren vertegenwoordigers van de
lidstaten en de Commissarissen Andor (sociaal beleid en inclusie) en
Reding (gelijke kansen). Tevens waren de voorzitters van het
Werkgelegenheidscomité en het Sociaal Beschermingscomité present.

Handhavingsrichtlijn

In een korte inleiding gaf Commissaris Andor aan dat zijn voorstel de
best mogelijke balans biedt tussen effectiviteit van beleid en
kostenefficiency. Hij herhaalde dat de Commissie er van overtuigd is dat
bij artikel 9 (national control measures) een gesloten lijst van
nationale controlemaatregelen het uitgangspunt dient te zijn omdat dit
nu eenmaal de meeste rechtszekerheid biedt. Andor gaf aan dat de in het
Commissievoorstel genoemde maatregelen veruit de meeste denkbare
scenario’s afdekt. Maar hij gaf ook aan ruimte te willen vinden voor
die lidstaten die menen dat extra maatregelen nodig zijn op voorwaarde
dat de procedures optimaal gecommuniceerd worden met werkgevers en
werknemers.

Andor kende aan artikel 12 (ketenaansprakelijkheid – joint and several
liability) vervolgens een cruciaal belang toe. Het creëert niet alleen
bescherming voor werknemers en een gelijk speelveld voor werkgevers maar
leidt bovendien tot een verhoogde afdracht van sociale premies aan de
nationale overheden. Andor stelt dat ervaringen in diverse lidstaten
hebben aangetoond dat ketenaansprakelijkheid een effectief instrument is
dat bovendien – gezien de omvang van de uitbuiting van werknemers die
plaats vindt – gerechtvaardigd en proportioneel is. Met name het
midden- en kleinbedrijf zal van een dergelijk systeem profiteren, aldus
Andor.

Verschillende lidstaten spraken zich uit voor een gesloten lijst uit en
beriepen zich daarbij op het belang van rechtszekerheid. Diverse
voorstanders van een open lijst meenden dat een gesloten lijst een
achteruitgang van huidige nationale controle mogelijkheden zou
betekenen. Slechts een enkele van deze lidstaten noemde een voorbeeld
van een controlemaatregel die in het Commissievoorstel niet mogelijk zou
zijn. Nederland stelde zich met enkele andere lidstaten compromisbereid
op.                                  
           

De meningen over het belang van ketenaansprakelijkheid en de behoefte
aan Europese regelgeving op dit gebied liepen sterk uiteen. 

Een meerderheid, waaronder Nederland, gaf aan het belangrijk te vinden
dat er een Europees systeem van ketenaansprakelijkheid komt. De
Commissie en diverse van deze lidstaten meenden dat dit niet alleen de
werknemersrechten beschermt maar dat het bovendien zorgt voor een gelijk
speelveld voor bedrijven. Een klein groepje (incl. Nederland) binnen
deze meerderheid toonde zich daarbij voorstander van enige vorm van
zorgvuldige afspraken over de voorwaarden waar de bedrijven aan moeten
voldoen, die verder door de lidstaten zelf ingevuld kan worden. 

Een klein groepje lidstaten pleitte ervoor om artikel 12 maar in zijn
geheel te schrappen. Een veelgehoord argument tegen
ketenaansprakelijkheid is dat lidstaten zelf moeten regelen hoe zij
misbruik (bijv. gebrekkige loonbetaling) willen aanpakken en of zij
hierbij een systeem van ketenaansprakelijkheid willen opzetten. 

Bovendien gaven veel tegenstanders aan dat met invoering van een
dergelijk systeem ongelijke behandeling tussen ‘lokale’ en
gedetacheerde werknemers zou ontstaan.

De Raad heeft vervolgens ingestemd met het voortgangsverslag.

EGF

Het voorzitterschap heeft een voortgangsverslag gepresenteerd. De
Commissie deelde mee dat vooruitgang is geboekt op technische aspecten
en dat nog altijd de overtuiging bestaat dat de meerwaarde van het fonds
in de afgelopen periode is aangetoond. Om deze reden moet in de periode
2014-2020 het EGF worden voortgezet. Een handvol lidstaten sprak zich
uit voor een EGF in de nieuwe programmaperiode. Enkelen spraken zich ook
expliciet uit tegen voortzetting.

Programma voor sociale verandering en innovatie (PSCI) 

Het voorzitterschap presenteerde de stand van zaken. In afwachting van
de MFK-onderhandelingen zijn reeds onderhandelingen (in de vorm van een
informele triloog) met het Europees Parlement opgestart. Een groot deel
van de wijzigingsvoorstellen van het Europees Parlement was voor de Raad
niet acceptabel. Onderhandelingen met Europees Parlement hebben geleid
tot een deelcompromis, maar niets ligt vast totdat een algemeen
compromis is bereikt. De verdere onderhandelingen gaan plaatsvinden
onder het Ierse voorzitterschap.

Gelijke behandeling van personen 

Het voorzitterschap presenteerde haar voortgangsverslag over dit dossier
dat al sinds 2008 loopt. Het voorzitterschap geeft aan dat vooral
gekeken is naar de reikwijdte van het richtlijnvoorstel op de terreinen
van sociale zekerheid en onderwijs. De Raad stemde vervolgens in met het
voortgangsverslag.

Bestrijding van geweld tegen vrouwen

De Commissie dankte het voorzitterschap voor het agenderen van dit
belangrijke onderwerp. Er werd opgeroepen om tijdens de komende Algemene
Vergadering van de VN sterk en eensgezind op te treden rond dit thema.
De Raad nam de raadsconclusies vervolgens zonder verdere discussie aan.

Europa2020 uitvoering

Tijdens de discussie over de Europa2020 uitvoering werd er gesproken
over governance, de jaarlijkse groeianalyse en het
werkgelegenheidspakket voor jongeren welke door de Commissie
gepresenteerd werden en de monitor van de werkgelegenheidsprestatie.

De Raad verwelkomde het Jeugdwerkgelegenheidspakket en het economisch
pakket van de Commissie (Annual Growth Survey 2013, Joint Employment
Report, macro-economisch rapport, Alert Mechanisms Report). Ook
bevestigde de Raad de update van de Employment Performance Monitor.

De Commissie heeft haar Youth Employment Package gepresenteerd.
Daarnaast gaf Commissaris Andor aan dat het debat over economische
beleidscoördinatie in EMU-verband van cruciaal belang is en dat hij op
lange termijn een Europees budget wil gebruiken als
stabiliseringinstrument om asymmetrische schokken op te kunnen vangen.
Bij alle bezuinigingen moet rekening worden gehouden met groei en
sociaal beleid.

Het voorzitterschap riep op tot actie om werkloosheid en met name
jeugdwerkloosheid te bestrijden. Het aankomend voorzitterschap Ierland
benadrukte dat ook jongeren ouder dan 25 jaar vaak nog werkloos zijn en
benoemde ook dit als een probleem. Daarnaast moet het lenen van geld aan
kleine bedrijven door banken worden gestimuleerd. 

De voorzitter van EMCO meldde dat EMCO het werk in het kader van het
Europees Semester zal voortzetten. Op 1 februari zal EMCO met nationale
sociale partners de loonontwikkelingen bespreken. De uitkomst hiervan
zal worden gebruikt voor de EMCO-inbreng voor de Februariraad. 

De voorzitter van het SPC kondigde een SPC rapport aan in februari en
gaf drie boodschappen mee: (1) de Annual Growth Survey erkent de rol van
sociale beschermingssystemen niet meer als automatische stabilisatoren.
De politieke implicatie daarbij is belangrijk: grote delen van de
samenleving verliezen eerlijke bescherming. Die bescherming is van
belang om onszelf tegen economische schokken te beschermen; (2) de
Annual Growth Survey beperkt de rol van pensioensystemen alleen tot
financiële houdbaarheid, dit zou echter hand in hand moeten gaan met
adequaatheid van pensioenen; (3) sociale bescherming heeft tot doel niet
alleen een vangnet te bieden voor alleen de allerarmsten, maar heeft
betrekking op een ieder in onze maatschappij.

Alle lidstaten onderschreven de Annual Growth Survey. Enkele lidstaten
merkten nog op dat de Employment Monitor ook aandacht zou moeten
schenken aan de ontwikkeling die lidstaten doormaken, in plaats van een
statische vergelijking tussen lidstaten.

Daarnaast gingen er stemmen op om ieder jaar bij de Annual Growth Survey
een bijlage te voegen die aandacht geeft aan de gelijkheid tussen mannen
en vrouwen. Indien het vrouwelijk potentieel beter wordt benut, kan een
grote economische groei worden gerealiseerd. De inhoud van deze bijlage
moet uiteindelijk worden vertaald in landenspecifieke aanbevelingen.
Voorts werd er ook de suggestie gedaan dat de publieke
arbeidsbemiddelingsdiensten met elkaar moeten gaan samenwerken.
Best-practices moeten met elkaar worden uitgewisseld, om van elkaar te
leren van werkt en wat niet werkt. Op die manier kan de werkloosheid
verder omlaag worden gebracht. 

Omdat (jeugd)werkloosheid als een groot probleem wordt beschouwd
onderschreven vrijwel alle lidstaten expliciet de publicatie van de
Commissie van het Youth Employment Package. Veel enthousiasme bestond
voor de aanbeveling voor een jeugdgarantie. 

Belang van hervormingen en arbeidsmarktmaatregelen werd door alle
lidstaten onderstreept. Kritische lidstaten waren het eens met de
gedachte van de jeugdgarantie maar stelden zich vragen bij de termijn
waarbinnen een jongere aan aanbod moet krijgen voor werk, opleiding of
stage. Veel jongeren zouden na zes maanden (in plaats van vier) een baan
vinden, dus het geld voor deze regeling zou in dat geval niet optimaal
en efficiënt worden besteed. 

De Commissie benadrukt expliciet het belang van Europese fondsen in de
bestrijding van de crisis en het behalen van de EU2020-doelen. 

Europees Jaar voor actief ouder worden (2012)

Het voorzitterschap herhaalde de boodschap van de verklaringen voor het
Europees Jaar 2012 voor het Actief Ouder Worden. De Commissie
onderschreef dit. De Raad nam de raadsverklaring vervolgens zonder
verdere discussie aan.

Diversen

Aankomend voorzitterschap Ierland zal de prioriteit leggen bij groei en
baankansen en sprak de hoop uit vooruitgang te boeken op de dossiers
handhavingsrichtlijn, bescherming van migrerende werknemers tegen
discriminatie, portabiliteit van pensioenen en de aanbeveling voor een
jeugdgarantie. Daarnaast sprak Ierland over de MFK-onderhandelingen
aangezien deze onderhandelingen bepalend zullen zijn voor veel dossiers
die nu op tafel liggen (EGF, PSCI, Minstbedeelden). Ook gaf Ierland aan
vaart te willen maken met de aanbevelingen voor een jeugdgarantie.