[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Checklist Polder Stein onderdeel van N2000-gebied ‘Broekvelden, Vettenbroek en Polder Stein’

Bijlage

Nummer: 2013D13164, datum: 2013-03-28, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Bijlage bij: Antwoord vragen van de leden Dijkgraaf en Litjens over de aanmelding van Polder Stein als Habitatrichtlijngebied (2013D13162)

Preview document (🔗 origineel)


Checklist Polder Stein

onderdeel van N2000-gebied ‘Broekvelden, Vettenbroek en Polder
Stein’

John Janssen, december 2012

N2000-gebied geheel afgedekt?	Nee, alleen voormalig HR-gedeelte Polder
Stein

Alle aangewezen typen op kaart?	Er is geen AWB; alle aanwezige typen
(H6510B, H6430A) staan op kaart

Ook niet-aangewezen typen op kaart?	nvt

Methodiek op hoofdlijnen	zie bijlage 1

Vertaling en interpretatie van het basismateriaal volgens definities?
Definitietabel maart 2009 gehanteerd

Extra SBB-vegetaties meegenomen?	nvt

Moeilijke typen	nvt

Hanteren mozaïektypen	nvt

Beperkende criteria	nvt

Onterechte filters/criteria?	nee

Kwaliteit goed/matig aangegeven?	nvt

Onderliggende vegetatieopnamen	ja; opgenomen in de Landelijke Vegetatie
Databank (www.synbiosys.alterra.nl/lvd)

Overige typen natuur opgenomen?	nee

Geometrische nauwkeurigheid?	circa 1:5000 

Complexen?	nee

Percentages binnen complexen?	nvt

Vlakken kleiner dan minimumoppervlak?	nee

Overige	--





Bijlage 1. Verslag veldbezoek Polder Stein (Reeuwijk) 11 april 2012

John Janssen/Piet Schipper

Deelnemers: George de Wit, Allard van Leerdam, Piet Schipper
(Staatsbosbeheer), Dick Bal (ministerie EL&I), John Janssen (Alterra)

Het bezoek was gericht op het bekijken en karteren van de (mogelijk)
aanwezige habitattypen in het deelgebied Polder Stein/Polder Lang
Roggebroek. Tijdens het veldbezoek zijn twee EU-habitattypen
aangetroffen en op kaart gezet, namelijk H6430(subtype A) en H6510
(subtype B). Op de hier bijgevoegde kaart is de locatie van beide typen
weergegeven (H6430A = rood, H6510B = groen). De begrenzing van het
Natura 2000-gebied is in geel weergegeven.

H6430A

H6430A komt in een goed ontwikkelde vorm voor als begroeiing van het
Valeriano-Filipenduletum (32Aa1) met een grote populatie van de
bijzondere soort Wilde kievitsbloem (Fritillaria meleagris). Tijdens het
veldbezoek zijn geen opnamen van dit type gemaakt, maar een opname uit
2003 van dezelfde locatie is beschikbaar in de Landelijke Vegetatie
Databank (onder nummer 336550). Tijdens het veldbezoek zijn binnen het
Natura 2000-gebied niet alle (potentiële) locaties met H6430A bezocht.
Een vegetatiekartering uit 2003 (Van der Veen & Bijkerk 2004, De
vegetatie van de Reeuwijkse Plassen en de Donkse Laagte in 2003,
Altenburg &Wymenga, Veenwouden) geeft geen verdere locaties van dit
habitattype voor het deel van het Natura 2000-gebied dat (ooit) onder de
Habitatrichtlijn is begrensd.

H6510B

H6510B blijkt nog steeds in polder Lang Roggebroek voor te komen. Het
kwalificerende vegetatietype is de Kievitsbloem-associatie. Deze komt
voor op één locatie met een omvang van iets meer dan 1 are (zie groene
vlak op de kaart). Deze oppervlakte is ingemeten op basis van de
aanwezigheid van vier bloeiende kievitsbloemen (die er als het ware de
hoekpunten van vormen). Ter plekke is geen sprake meer van een volledig
ontwikkelde gemeenschap: in vegetatiekundige termen uitgedrukt betreft
het een associatiefragment. Bij de definiëring van habitattypen en bij
habitatkarteringen wordt echter de stelregel gehanteerd dat
associatiefragmenten voldoen zijn om te kwalificeren.

Het betekent echter wél dat er heel weinig voor nodig is om de
associatie te laten verdwijnen: als het kleine aantal kievitsbloemen nog
verder afneemt, zal in ieder geval niet meer aan het oppervlakteminimum
van 1 are worden voldaan. Deze situatie is al opgetreden in een
naastliggend perceel met één resterende kievitsbloem (op kaart: X
2012).

De populatie Kievitsbloemen in de polder Lang Roggebroek lijkt zich niet
meer te verjongen. Voorgesteld wordt om, naast het maaien, deze polder
in het najaar te beweiden met koeien, zodat er meer mogelijkheden voor
kieming van zaad ontstaan.

Op de kaart zijn tevens vier vegetatieopnamen weergegeven (geel kruis
met jaar van opname) uit de periode 2003-2012. Waar deze opnamen niet
binnen de begrenzing van H6510A liggen, was - zoals hierboven vermeld -
de oppervlakte in 2012 te klein om te kwalificeren onder het habitattype
of is het type tijdens het veldbezoek in 2012 niet (meer) waargenomen.
Dit zijn locaties waar (eventueel) naar herstel kan worden gestreefd.

Tijdens het veldbezoek zijn ook locaties bezocht waar is afgegraven en
zaad van kievitsbloemen is uitgezaaid. Dat heeft nog niet tot
waarneembare resultaten geleid.

 Tijdens het veldbezoek is niet specifiek gezocht naar (moeilijk
waarneembare) niet-bloeiende kievitsbloemen.